I REDT U ZELVEN Over Weidebemesting Onderwijs Briefwisseling v'a'rÏa' flfbeid adelt BESCHOUWINGEN OVER HET PACHTWETSONTWERP Landbouwweekblad WINTERGRANEN EN SCHEIKUNDIGE MESTSTOFFEN moet steeds de leus zijn van alle landbouwers. ZONDAG 25 OCT. 1925 Pflja 12 een Hemen.' 7de JAARGANG Lh 356 Abonnementsprijs j 6,00 frank 's jaars. Men schrjjft In op ons Bureel en op alle postkantoren. Aankondigingen volgens akkoord. Bureel en Redactie BRAB&NDSTRAAT, 53, AALST Verantwoordelijke Opsteller (JRTA1RE CAUDRON. Aalst. De medewerkers zijn verantwoordelijk voor hunne bijdragen öngeteekende stukken worden niet opgenomen. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggegeven. Aan dit blad behoort een Bijvoegsel. indien het zooals we in onze voor gaande uiteenzetting nadrukkelijk deden uitschijnen den wetgever in de hui dige kritieke levensomstandigheden vrij moeilijk valt, eene degelijke pachtwet op stevige basis te schoeien, toch ware het uiterst gevaarlijk en onzinnig onze boe ren een zoogezegde hoevepacht op te dringen, welke in hare hoofdlijnen geen ernstige waarborgen zou bieden voor de toekomst van hun bedrijf. Welnu een nauwkeurig onderzoek der bepalingen van het huidig opgevat ont werp, doet vaststellen, dat twee der hoofdzakelijke en onmisbare grondwaar- borgen onwillekeurig zooniet opzettelijk ter zijde werden gelaten of stelselmatig onaangeroerd van kant bleven. De eerste dier grondwaarborgen is een behoorlijk pachttermijn. Wij mee- nen cJesgangaandq klaar en onpartijdig onze meening te hebben medegedeeld. Een pachttermijn van drie jaar, welke het wetsontwerp ons aanbiedt, kan om de verscheidene ernstige en grondige redenen welke wij in voorgaande uiteen zetting aanhaalden m'emands goed keuring verdienen. Geen enkel weldenkend en verstan dig man zou durven beweren, dat een efpstjge huurhoer het zog wagen eene hoeve over te nemen met het voos uit zicht van binnen drie jaar op straat te vjiegen Wellicht zal men ons opwerpen, dat de Huurterm opzettelijk werd beperkt op driejaar, juist met het oqg op de zoo vyi^s^lvallige sq onbestendige levensom standigheden. Moesten tnidderwijl de landbouwproducten plotse prijsvermin deringen ondergaan, dan ligt er voorden hgurjDoer in dezqq korten huurtermijn juist een middel om aqn de gebeurlijke landbouwkfisis te ontsnappen, terwijl peg jaqgere verbigteqis hém desgeval's qan zwarg en onherstelbare verliezen zpu blootstellen. Zulke redeneering mist Waarblijkend allen grond en druischt rechtstreeks in tegen de belaqqen vqn n natippalen landbouw zelf. /ie de belangen en de tqekomst van onzen landbouw eenigszins behartigt, moet algauw bekenneg en toegeven dat qnze lancjf>quwers qgn dergelijke ge: ffeiirjijke pgnkrqet nipt mqgeft blootge steld, noch prijs gegeven worden. Een welbegrepen en rechtmatige pachtwet heeft op eerste plqqts to.fH wel yqor cfcei, den hgurboer 'te beschermen fpgen aile gebeurlijke grillen, uitbuitin gen pn woeker vanwege den eigenaar. Kan ze diq bescherggnq rgpt wagrbqr- geg, zqq igi§t ze haar voornaamste hoofddoel en diensvolgens haar louter reden van gestaan. Daarom is het dgn qgk brqodnoqdjg qfa^ ze gqast een be- jrqqriijken en normalen huurterm, ook qen nprpiale pachthuur of pachtsom eisphe> aangepast aqn dq tjjds pn piaats- ogistandignedeg. Hptvalt hfec volstrekt niet ig onze be doeling van den wetgever, in zgkq pacht- hugr. te qlspheg egq bepaalden hgurprijs te voorzien en vast te stellen. De talrijke wisselvallige grond- en uitbatingstoe standen, welke schier van streek tot streek verschillen, toonen zonneklaar aan, dat er bij die verschillende toestan den dient rekening gehouden, bij het vaststellen der huurpachten, welke dan «»ek ie Huurprijs sullen verschillen gaar gelang dé Waarde Van den grónd én de ze der hoofdvrucht tot basis der vaststel ling van den huurprijs genomen. pr dienen dus voorafgaandelijk be- ^pegfde agheidisraden ingesteld te wqr- den. gelast met het vaststellen der hgur- tarieven, geklasseerd volgens de katego- rie van grónd en vrucht. Aan den wetgever nu den plicht door eqne strenge bepaling klaqr te doen uit schijnen dat beide partijen d4- verhuur der en huurder zich voor het vaststellen der huurprijzen te gedragen hebben naar de tarieven door voormelde scheidsraden aangeduid. Kan een strenge formuul van het pacht- wetsontwerp, het streng naleven dier overeenkomst niet bekrachtigen, dan zul len schandelijke uitbuitingen en woeker- Besluit en Wenschen Ofschoon we volgaarne bekennen dat het wetsvoorstel, zooals het thans is op gevat, wel zekere bestaande misbruiken in zake pachtwet uit den weg ruimt en zekere tegemoetkomingen voorziet ten bate van den zorgzamen uittredenden huurpachter, door hem eene vergoeding te vergunnen voor de meerderwaarde der huurgronden dank de door hem toe- gebrcqhte verbeteringen verkregen, toch blijft het een onloochenbaar en onwe- derlegEaqr feit, dat het wetsontwerp geenszins voldoening kan schenken om dat de twee voornaamste hoofdwaar- borgen ontbrqkqn. Qns dunkens moet het ontwerp een minimum huurtermijn voorzien van min stens drie jaar met volledige vrijheid voor den huurboer zijn pachtterm te hernieuwen Dit voorrecht zog hem ech ter niet toepasselijk zijn, indien het be wezen was, dat hij door zorgeloosheid of nalatigheid de huurgronden in geenen behoorlijken staat van vruchtbaarheid belgeld, door onvoldqende bqmesting en bewerking. Verder dient het wetsontwerp ook Uitdrukkelijk te vermelden, dat de huur prijzen dienen toegepast te worden over eenkomstig de tarieven vastgesteld door de wettelijke agrigeduide scheidsraden. T^n slotte mag er, ons dunkens, vag den verhuurder eveneens eene zekerp tegemoetkoming of schadevergoeding gevraagd worden, te'kens eene onvrij willige ramp veroorzaakt door veeplagen, oogstmislukking, onh,af hankefijk van zijn voorzorgen, den huurpachter komt tei steren en hem ig de to,tale onmogelijk hqid stelt zijn huurprijs tijdig en voluit te ypreffépeq. Die enkele onpartijdige besqflouwin geg doen algagw iqzjen'dqt Het pacht- wet§qqtwe?p ter kamer neergelegd, nog zeer verre is de volmaaktheid te bprpj ken. Wij vincjeg het zelfs betreurenswaar dig dat een dergelijk onvolledig voorstel b.v. niet eerst naar de provinqiqle Lgnd- bouwkamers kqq verzonden worden, om gr ddor bevoegde vakmannen uit alle landbouwmiddens onderzocht, gesnqejd en aangevuld te worden, qlvqrqns het ter bespreking aan de heeren kamerleden zgl voorgelegd worden. Ziedaar een landbouwstatuut van 't hoogste belang, dat vervaardigd werd, buiten de medezegging van de belang hebbenden, namelijk de huurboeren zelf. Hunne ernstige raadpleging ware hier nochtans van 't hoogste nut geweest Wel tellen we onder onze achtbare heeren kamerleden enkele oprechte boe- qenvnencfen, dié—we hopen1 Het vurig— giét zullen gedóogen dgt Het schandigst boerenonrecht nog lgnger hoogtij viere Magr helaashun getal is zóó bitter klein in verhouding met de vele anderen wp|- |e rgdiksal tegen 'f bqerenrecht gekampt stqan. Daarbij, tusschen de zoogezegde "ver tegenwoordigers der boeren" zetelen juist een aantal groote qigenggrs en grqgbbezittérs, die het nqoit hebben kun- gen verkroppen, dat de boerenparig's eenige ontvoogding zouden bekomen. Zullen zij het machtig vijandelijk kamp gaan vervqegen of zullen ze eindelijk tot inkeer komen Angstige, raadselachtige vraag, waar van menig bang huurboertje de oplossing met een rechtmatige vrees te gemoet ziet. De weidebemesting is eene zaak van het allerhoogste belang en nochtans, in algemeenen regel mag men zeggen dat zulks nog veel te wenschen laat. Vele landbouwers, gelukkiglijk zijn er eenige uitzonderingen, hebben de onge lukkige gewoonte nog het grasland maar al te zeer aan zich zelf over te laten. Het is iets wonderlijk om aan te stip pen, dat vele landbouwers stalmest en daarenboven nog een goede dosis schei kundige meststoffen toedienen aan hun ne graangewassen en andere vruchten, en hunne weiden verwaarloozen. Waarom zouden de grasplanten zoo wel als de andere vruchten geen voe dende bestanddeelen noodig hebben? Om dat de weiden jarenlang eene op brengst geven zonder bemesting, moeten wij daaruit niet besluiten dat deze gron den rijk genoeg zijn aan meststoffen, want dit ware eene grove dwaling. In weiden welke aan hun zelve wor den overgelaten zal van jaar tot jaar de opbrengst verminderen, doch een ander prijzen immer vrijen scepter blijven f zwaaien. Er moet kost wat kost eene ernstige formuul gevonden worden, die de huur prijzen beperkt, zooniet werkt de pacht wet de ergste en wraakroependste mis bruiken in de hand. Het mag niet langer geduld worden dat de huurboer het slachtoffer blijve hetzij van dees of geen uitbuitenden woekereigénaar, veelmin nog van een of anderen ambtgenoot, welke uit nijd, afgunst, onderkruiperij, door een. overdreven hoog huuraanbod zijn gebuur wil broodrooven en z'n eigen de keel toewringen. punt van veel grooter belang nog maar waar weinig aandacht wordt aangege ven is, dat de hoedanigheid der opbrengst van zulke graslanden veel in waarde ver liest. Het zijn hier vooral de grassen van mindere hoedanigheid welke zich ont wikkelen en de plaats innemen der bete re grasplanten. Wij behoeven maar eens na te gaan, de hoeveelheid voedende bestanddeelen welke uit den grond worden opgenomen, Aal is een snelwerkende meststof die den groei der planten buitengewoon be vordert. Deze meststof houdt veel stik stof en potasch in doch is arm aan fos- foorzuur, daarom zal men ook bij het gebruik van aal best handelen de bemes ting met ijzerslakken te volledigen wil men geen te flokkig gras bekomen. De stikstof is in de aal aanwezig onder am- moniakalen vorm, welke gemakkelijk ni- trifieert (t.t.z. zich omzet in nitrische en door een tarwe oogst, en door eene stikstof) en zoo met het regenwater ver weide, om tè kunnen bestatigen dat het grasland hooger eischen stelt onder oog punt van voeding dan bouwland. De hieronder aangehaalde proef zal ons klaar de noodzakelijkheid eener doel matige bemesting doen inzien, 1)Een tarwé oogst, welke eene op brengst levert van 3000 kgr. graan 5000 kgr. strooi per hectaar, ontleent aan den grond. 2) Een weide welke eene opbrengst levert van 4000 kgr. hooi 2000 kgr. toemaat ontleent aan den grond. 1de stikstof uit het gras voor een deel met de uitwerpsels weer op het gras land terecht komt. 2) door de vlinderbloemige planten stikstof wordt aangevoerd. Immers we weten allen dat eene goede graszode be nevens de grassoorten ook vlinderbloe mige planten bevat welke de vrije stik stof uit de lucht kunnen opnemen Deze opwerping is heel juist, doch het ware eene grove dwaling daaruit af te leiden dat de weide geen stikstofmesten noodig heeft aangezien; 1) we in de uitwerpsels slechts een ge ring gedeelte der stikstof, welke door de grassen aan den grond ontleend word' terug vinden en daarenboven deze uit werpsels zeer onregelmatig verdeeld worden. 2) de stikstof door de vlinderbloemige planten aangevoerd, niet in den grond vastgelegd wordt onder nitrischen vorm, vorm onder denwelken se slechts op neembaar is. Deze stikstof wordt vast gelegd onder vorm van onvoldoende ontbonden plan- tenoverblijfsels, ze is dus niet onmidde- lijk bengttigbaar en moet voorafgaande lijk in nitraat worden omgezet. Deze om setting, welke vooral afhangt van de aanwezigheid der zuurstof, geschiedt vrij langzaam vooral op oude weiden. Naar mate de luchttoetreding beter is zal "de omzetting des te sneller van stapel loo- pen, waaruit volgt, dat een goed losma ken der graszode, vooral op oude wei den, door middel van sleepen of eggen een gunstigen invloed moet hebben op den groei der grassen. Voor wat de stikstofbemesting dus aangaat mogen wij hieruit afleiden, eener- zijds, dat de toepassing ook niet mag ver waarloosd worden. Wat het fosfoorzuur, de potasch en de kalk betreft, deze komen ook gedeel telijk weer op het grasland door de uit werpsels, doch verdere aanvoer bestaat er niet, zoodat deze stoffen in grootere hoeveelheden dienen toegepast te worden.1 De hoeveelHeic} rostaprzupr wejke 9oor het gras wordt opgenomen is be trekkelijk gering, nochtans is het zeer aan te bevelen een sterke dosis toe te- passen qgjdcjt: 1) bgna al onze gronden arm zijn aan fosfoorzuur vooral zand en turf- gronden: 2) omdat het fosfoqrzuur de voeder- waarde van hqt gras veel verbetert. De potasch de behoefte aan potasch is grooter als aan fosfoorzuur bezonder op zand en turfgronden, Op rijke klei gronden za! de potasch bemesting niet altijd noodig zijn of zal tenminsten met een kleine hoeveelheid kaïniet kunnen volstaan. De kalk: 1) met het oog op den goeden groei der klavers, welke onder opzicht van kalkbemesting veeleischend zijn. 2) omdat een behoorlijk kalkgehalte der grassen zoo n gunstigen 'invloed uit oefent op de vorming van een krachtig beendergestel. 3) met het oog op de ontwikkeling der bacteriën welke de plantenoverblijfsels jn den grond ontbinden en zoo de vast gelegde stikstof vrijmaken, zal op kalk- behoeftigen grond een bemesting met kalk noodzakelijk zijn. Een punt waarop hier ook dient ge wezen te worden, is de merkwaardige invloed dat men met de bemesting op de samenstelling der graszode kan uitoefe nen. Zoo zullen bij eenzijdige stikstofbe mesting de grassen zich beter ontwikke len, dikwijls ten koste der klavers, inte gendeel bij eenzijdige fosfoorzuur of pot asch bemesting wordt den groei der vlin derbloemige planten sterk bevorderd. Het gebruik van aal, loren gaat. Aal zal dus best toegediend worden in de Lente en bij voorkeur op een donke ren dag, bij zonnig warm weder vervliegt de stikstof onder vorm van ammoniak. Aal mag ook niet toegediend worden op bevroren grond, bij het ontdooien gaat de stikstof met het water verloren of vervliegt. Al het voorgaande samenvattende komen we dus tot het besluit: willen we een behoorlijke grasopbrengst, rijk aan voedende bestanddeelen, bekomen, rian zijn wij verplicht een oordeelkundige be mesting toe te passen. Als voorbeeld van bemesting mogen we aannemen. Bij voldoende gier: t.t.z. 14 15 M3 per heet. -)- 400 600 kgr. ijzersl. Enkel toepassing van scheik. mest stoffen Sodanitraat van Chili: 100 200 kg. vroeg in de Lente 100 kgr. na het hooien. IJzerslakken: 3 tot 400 kgr. in den Herfst, zelden superfosfaat tenzij op zan dige gronden of jonge weiden. Kainiet4 tot 600 kgr. in den Herfst. In beide gevallen zal men om de 4 tot 5 jaar 1500 tot 2000 kgr. kalk per hectaar toedienen. N. B. Deze bepaalde hoeveelheden worden aangegeven als een houvast doch dienen zoonoodig in de praktijk gewijzigd te worden naar omstandig heden. E. E. Indien onze landbouwers tot een ruim toepassen der kunstmeststoffen zijn overgegaan, geschieden deze toe passingen niet altijd oordeelkundig genoeg. Zoo hebben vooruitzettin gen, welke noch op wetenschap noch op ervaring steunden, hun het aan wenden van stikstofmeststoffen bij het zaaien der wintergranen doen ver waarloozen. Rogge en tarwe echter nemen de helft, zoo niet de twee der den op der stikstof die ze noodig hebben, voor het einde der maand Maart. In deze behoefte zullen wij moeten voorzien en wel met een stik stofmeststof waarvan de stikstof on veranderd kan worden benuttigd. Hierom is bij het zaaien het toepas sen voor de wintergranen van 150 tot 200 kg. Sodanitraat van Chili een volstrekte noodzakelijkheid. Alhoewel ons onderwijs, dank de nieuwe wetgevingen, een andere weg opgegaan is, zijn er toch nog vele zaken die nog kunnen verbeterd worden. De Provinciale Raad van iedere pro vincie heqft dqar in eerste lijn voor te zorgen En nu dat de kiezingen nakend zijn voor de Provincie weze het mij toe gelaten aan de toekomende raadsleden mijne gedachten vooruit te zetten Het verplichtend onderwijs is in ons land sedert eenige jaren ingevoerd. Waarom men er zoo lang tegenstander is van geweest kan ik maar moeilijk be grijpen misschien is de onbeperkte vrij heid waarvan de Belgen genoten er wel wat de oorzaak van geweestdoch vrij heid is een schoon woord voor wie er goed gebruik van maakt en we mogen het wel zeggen de Belgen maakten van de vrijheid van het onderwijs groot mis bruik. Indien ge voor den ^oorlog, binst den Zomer, ooit een kijkje hebt geslagen in de lagere landelijke scholen dan hebt ge daar veel ledige banken gezien die nochtans in den \Vinter goed bezet wa ren. boerenjongens werden gebezigd voor koeiwachters, ze moesten in 'thooi werken, aardappelen rooien, hop pluk ken, aren lezen enz- maar naar 't school gaan dat konden ze missen. Nu is 't zoo niet meer, ze moeten in de school zijn of de wet straft de nalatige ouders. En ga maar eens kijken op de velden of er iets is blijven staan van al wat moest ingeoogst worden. Is dit dan geen klaar bewijs dat de boerenmen- schen vooral van de vrijheid van onder wijs groot misbruik maakten. En wie vindt ge nog op den dag van heden die tegen de wet op 't verplichtend onderwijs nog zou durven spreken. Men lachte Hem vierkant uit. Verplichting kan dus wel goed zijn en is inderdaad goed als de verplichting strekt tot 't alge meen welzijn van de samenleving. Er is nochtans iets op de lagere school dat|nog niet goed in den haak zit en dit zijn de verachterde kinderen. Dit zijn dikwjjls kinderen van dronkaards of ontaarde ouders, soms ook is die verachterlijkheid te danken aan de gevolgen eener ziekte. Om t even waar ze haren oorsprong vindt, we stellen vast dat er op onze lagere scholen veel verachterde kinde ren zijn. Die kinderen zijn heel dikwijls een last voor den onderwijzer, ze zijn halt dwaas en storen soms de goede orde der klas. Dat ware misschien nog het minste kwaad doch er is meer, die kinderen worden ofwel totaal verwaar loosd en leeren bitter weinig, ofwel moet de onderwijzer er een grooten tijd aan besteden tot groot nadeel van de niet verachterde kinderen. En hier kan de provincie handelend optreden. Er dienden in alle voorname centrums klassen ingericht te worden voor verachterde kinderen. Deze kinde ren toevertrouwd aan de goede zorgen van een onderwijzer of onderwijzeres, die er zich speciaal op toegelegd heeft, zouden ook iets leeren al ware 't maar goed lezen en schrijven, wat hen in 't la tere leven toch zoo wel zou van pas ko men. Het spreekt van zelf dat het getal kinderen ten laste van dergelijk onder wijzend personeel niet te hoog zou mo gen zijn. Een andere verbetering, welke ik even gaarne zag tot stand komen, ware aan alle landelijke gemeenten, waar 't eenigszins mogelijk is, het inrichten van den vierden graad verplichtend maken en deze uitsluitelijk in toepassing bren gen met den landbouw. Landbouw toch hoofdzaak op den buiten en 'k ben nu ook al voorstaander geworden van gespecialiseerd onderwijs. Bezitten we in België te weinig goede ambachtslieden, we mogen ook zeggen dat we nog te weinig landbouwers hebben die al het mogelijke voordeel uit hun grond weten te trekken met de kleinste onkosten. De provinciale raad zou dan ook de noodi- ge kredieten moeten stemmen om dit onderwijs van al het noodige materiaal te voorzien om het waarlijk degelijk te kunnen inrichten. We raden dan ook ten slotte aan alle boerenjongens, dié hun lager onderwijs voltrokken hebben, de landbouwavond- scholen bij te wonen en die bijwoning als een verplichting te aanzien evenals de Zondaagscbe mis. L. HAEMS, Landbouwvoordrachtgever. Aalst-Mijlbeek, 20 Oct. 1925. Geachte Heer Opsteller van De Koornbloem Bij deze nemen wij de eerbiedige vrij heid Ued. om een kleia plaatsken in ons geëerd boerenblad te verzoeken. Het is namelijk om onze klachten te doen over de handelwijze van eenen zekeren groo ten hopkoopman, eenen genaamden De Koninck-Van Noyen. Genaamde heer heeft hier onze hop gekocht in de maand Augusti aan goed- koope prijzen om te leveren binnen de veertien dagen na den pluktijd, ons kon- trakt werd ons door den fakteur toege zegd maar, gezien den verren afstand, bleef het onderwege (de mallepost ver ongelukt). Alhoewel zonder kontrakt, hebben we algelijk onze hop geene tweede maal verkocht, we kregen nochtans meermaals keur van aan 1,100 tot 1,200 fr. te ver- koopen. Nadat onze hop eene maand te lang op zolder had gelegen kregen we einde lijk de toelating om dezelve te leveren. We reden dus gisteren, 19 Oktober, met kloeken moed naar de waag, om er onze hop te laten keuren en wegen (dit op order van den fakteur). Om 3 uur boden we ons aan ten ma- gazijne en bureelen van hoogergenoem- den Heer De Koninck. Na een uurken te vergeefs te hebben gewacht gingen we ons eene tweede maal aanmelden. Het scheen dat Mijnheer boven was.De Jufvrouw vroeg om nog een paar minu ten geduld te hebben. We stonden daar te gapen met tien man en zes karren op zekeren oogenblik kwam een foto graaf een foto nemen van onzen groep. Hij zegde geen woord tegen ons en we vroegen ons af moeten wij als reklaam dienen voor het huis De Koninck-Van Noyen, of neemt hij ons voor 'nen hoop landverhuizers Nadat die minuten een uur geworden waren en wij hier, bibberend van kou, op straat stonden zooals 'nen hoop schooiers, en tot driemaal toe op order van Mijnheer buiten de poort werden gewalst, wanneer we dierven een stap binnen het magazijn komen, (honden worden beter beHandeld kwam "Mijn heer afgeloopen als een brieschenden stier, het was omstreeks half zes ('t werd stillekens tijd). De sukkelaars die gedu rende twee uren en half voor 't plezier van Mijnheer De Koninck-Van Noyen in de kou hadden gestaan, werden van den Hoogedelen Heer met "nen heelen hoop klachten overladen. De hop was niet goed (wat voor sukkeleers keurden die hop dan goed in de waag Na nog Voor en door de Landbouwers I i eene litanie klachten en liefelijke woor den werd er aan de brave boerkens en boerinnekens een chek in de handen ge stoken in den donkeren op straat. De menschen waren onwaardig om in 't bu reel te komen, zelfs om in 't magazijn hun geld te ontvangen. Maar 't schoon ste van de historie dat is dat wij 3 af getrokken werden en daarenboven ons waag- en keurgeld moesten verliezer. We willen hier in t openbaar onze klacht doen om lieden te schandvlekken die de hopboeren als schooiers en hon den behandelen. Dat doet men geen tweemaal met ons. Men laat onze hop eene maand te lang liggen en bovendien Iaat men ons eenen heelen namiddag in de kou staan wachten. In den tijd der Duitschers stonden wij aan 't zelfde huis om een pasport te bedelen, maar die markepakkers waren ten minste veel beleefder als den heer De Koninck-Van Noyen. Eenige boeren van Mijlbeek. PH. DE SMEDT. Uit Kaf en Keren. De Hongaarsche Landbouw. In landbouwkringen is men reeds doende een bank in verband met de hervorming van het grondbezit op te richten. De bank zal de schulden der nieuwe bezit ters overnemen en na voldoening van de oude eigenaren,tegenover de nieuwe be zitters als hypothecaire schuldeischers kunnen optreden. De Katoenoogst in de Vereenigde Staten. Het Amerikaansch Land- bouw-bureel raamde de katoenoogst in de Vereenigde Staten op 14.759,000 balen tegen een raming van 13.931.000 balen in het verslag van 23 Sept. 1.1. Na het bekend worden van de raming in den middag had op de markt eene groote inzinking van de prijs plaats. December daalde 126 punten, Januari 125 en Maart 122 punten. Invoer van Boter in België. Ge durende de eerste 3 maanden van 1925 werden er 20.849 kwintalen (een kwin- taal is gelijk aan 100 kgr. of 100 oude Ned ponden) boter ingevoerd tegen 23 862 voor hetzelfde tijdstip in 1924. Het blijkl hieruit dat we meer voort brengen. Een beetje bescherming vaa hooger hand en een beetje degelijk land bouwonderwijs zou ons daarin heel wat helpen. De Duurte van het Leven. Het Fransch ministerie van arbeid heeft uit gerekend dat de prijs van het leven in Frankrijk tusschen 1914 en 1 Januari 1925 met meer dan 300 is verhoogd. In de andere landen is de verhooging de volgende Engeland 78 pet., Denemar- 100, Noorwegen 174, Zweden 71, Zwit serland 71, Nederland 50, Spanje 90, Canada 42, de Vereenigde Staten 49; Italië 479 en België 421. Frankrijk, Bel gië en Italië zijn dus het hardst getroffen. De stijging van de levensduurte staat er gelijk met de vermindering van de waar de van het nationaal geld. Alweer Nieuwe Belastingen. Naar nieuwsbladen vermelden zullen de volgende bestaande taksen verhoogd worden, ten einde de Regeering in staat te stellen een tekort van 400 millioen frank aan te vullen Herziening van de grondlasten op grondslag van de gedane herziening van de waarde der huurceelen. Herziening van het kadastraal inko men der niet-verhuurde gebouwen. Herziening der taks op brevetten, de fabrieksmerken, en de familienamen. Verhooging van registatie- en zegel rechten. Verhooging van de erfenisrechten in zijverwantschap. Verhooging van de taks op winstaan- deelen en de beursverrichtingen. Verhooging van de rechterlijke boe ten. Vérhooging van dé taks op de auto mobielen. Wordt voormeld tekort daarmee niet bereikt, zoo wordt de litanie natuurlijk voortgezet Suikerprijs en suikervoorraad. De suikerprijzen brokkelen nog maar immer verder af. Vooral de Cubasuiker onderging deze week eene nieuwe gevoe lige daling. Daarbij zijn er ongelukkiglijk in Cuba het groot wereldmagazijn 500.000 ton suiker voorraad meer voor handen dan verleden jaar. Dat alles zijn voor onze teleurgestelde suikerbeetplanters, ontmoedigende voor spellingen, welke bitter weinig hoop tot gunstige verkoopcontracten laten ver hopen. Paardenuitvoer naar Duitschland Het staatsblad van 17 October deelt het volgende ministerieel besluit mede Gezien het voorloopig handelsakkoord op 4 April 1925 tusschen Duitschland en het Belgisch-Ekonomisch Verbond ge sloten RKBLOEM o.i.umnL.t.i, iiL.ii uuiiec in nunscni nm fC> lnnnon f..-1i 11 Stikstof Fosfoorzuur Potasch Kalk graan: 63,3 kgr 24,0 kgr 15,0 kgr l,8kgr strooi24 0 13 0 45,0 13.5 87,3 kgr. 37,0 kgr. 60,0 kgr 15,3 kg. Stikstof Fosfoorzuur Potasch Kalk hooi 57,6 22.0 76,0 34,4 toemaat 38.0 11,6 44,4 14,0 95,6 kgr. 33,6 kgr. 1 20,4 kg. 48,4kg. Velen zullen bij het lezen van boven staande vergelijking, wel de volgende opwerping maken zou het wel oor deelkundig zijn, eene stikstofbemesting toe te passen op eene weide aangezien Ingezonden. is

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Koornbloem | 1925 | | pagina 1