Wetsvoorstel tot Herziening der Huur- en Pachtovereenkomsten op langen Termijn IMSKKIM PLANT AARD APPELEN Landbouwweekblad Aan de Bestuursleden onzer Afdeelingen De Voeding der jonge Mestvarkens Oktoberwerk Wetgeving Varkensteelt Q Deze week laatste inschrijvingen voor de late soorten. Idealen en Geldersche Muizen zijn uitgeput. De verzendingen beginnen dees week voor Krugers. Opgepast 1 Baanbrekers Bloementeelt ZONDAG 30 SEPTEMBER 1928 frl|i 21 nntui. 10de jaakuainü N/ 509 Arbeid adelt Abonnementsprijs t 9,00 frank jaara, Men schrijft in op ons Bureel en op alle postkantoren. Aankondigingen volgens akkoord. Bureel en Redaktie BRABANTSTRAAT, 53. AALST Verantwoordelijke Opsteller t ORTAIRE CAUDRON. Aalst. Voor en door de Landbouwers De heer Masson en enkele andere olksvertegenwoordigers hebben ter [amer een wetsvoorstel ingediend be- lelzende volgende bepalingen De prijs van de huur en pachtover- lenkomsten, vóór 1 Januari 1923 geslo ten voor een duur van meer dan 9 jaren, lal worden verhoogd indien hij meer dan ten vierde lager staat dan de geschatte luurwaarde van het verhuurde goed op Jen dag der aanvraag tot herziening. Deze verhooging mag de zes zevenden van deze waarde niet overschrijden zij geldt alleen voor de toekomst. Bedoeld wordt enkele groote eige naars die voor langen termijn hunne goederen in pacht of huur hebben gege ven te vergoeden voor de schade die zij ndergaan tengevolge van de minder waarde van den frank. Wat te denken over dit wetsvoorstel? Naar onze meening is het niet te ver- digen om redenen van een algemeen nutbovendien komt het ongelegen en «vordert het personen die niet als de meest belangwekkende slachtoffers van stabilisatie kunnen worden be- ichouwd. De personen die vóór 1923 lenhuur- of pachtkontrakt op langen termijn toestonden, deden zulks omdat tij het voor hen eene voordeelige oplos sing oordeelden. Bij de vaststelling van den huur- of pachtprijs hielden zij voorzeker rekening iet het feit dat de overeenkomst voor ngen duur werd aangegaan. Overigens was het risico op dit tijd- itipvoor eigenaar en huurder gelijk. Ware onze frank in waarde gestegen, wat op dit tijdstip goed mogelijk was, hadden de huurder of pachter daar van de gevolgen moeten dragen en de tigenaar zou er voorzeker niet voor te vinden geweest zijn eene prijsverminde ring aan zijn huurder of pachter toe te staan hij zou zich doodeenvoudig be roepen hebben op de onschendbaarheid van het kontrakt welke als wet voor heide partijen geldt. Tengevolge der ge beurtenissen welke wij allen kennen is let tegenovergestelde gebeurd de frank sin waarde of koopkracht gedaald het idan ook maar redelijk dat het kon- trakt voor den eigenaar zijn volle uit werksel hebbe en voor hem blijve gel- Jen als overeenkomst door hen vrijelijk aangegaan. Het stond den eigenaar vrij in de overeenkomst bepalingen te voorzien waardoor de pacht- of huurprijzen kon- Jen herzien worden met inachtneming Jer waarde onzer munt; heeft hij het niet jedaan, dan was het klaarblijkelijk om- Jat hij zijne belangen voldoende gevrij waard oordeelde door het kontrakt dat lij op dit tijdstip met zijn huurder of pachter aanging. Welk nut en zekerheid is er overi gens nog verbonden aan eene overeen komst, wanneer een der partijen er het uitwerksel van kan te niet doen, telkens wanneer hij oordeelt dat ze voor hem niet meer voordeelig is De regeling der kontrakten door de wet is overigens maar te verrechtvaar digen wanneer de belangen der gemeen schap op het spel staan, zooals b.v. voor Je pachtkwestie waar de bestaansmoge lijkheid van een aanzienlijk gedeelte van i lands bevolking en 's lands ekono- mische welvaart in betrokken is doch zulks is niet het geval ivoor het wets voorstel waarvan hier sprake het zou slechts ten goede komen aan personen die volgens de getuigenis zelf van den lieer Masson weinig in getal zijn. Er dient ook bijgevoegd dat zelf in de pachtkwestie die van zoo gewichtig al gemeen belang is, de ontworpen wetge ving niet raakt aan de bestaande kon trakten en enkel regelt voor de toekomst. Het wetsvoorstel komt niet gelegen De personen die onroerende eigen dommen bezitten, al moeten zij deze voor enkelen tijd eenigszins onder de tegenwoordige waarde verhuren heb ben toch nog dit merkelijk voordeel dat hunne eigendommen of liever hun kapi taal zelf zijn waarde heeft behouden niettegenstaande de waardeverminde ring van onzen frank. De bezitters van staatsrenten of waar den, van stads- en provintieloten inte gendeel, hebben niet alleen de opbrengst van hun kapitaal tengevolge de waarde vermindering onzer munt zien wegsmel ten, doch zij hebben bovendien een groot deel van hun kapitaal verloren. De Staat heeft het niet nutrig geoor deeld ten voordeele van die belangwek kende kategorie personen die meestal geringe menschen zijn, eene vergoeding te voorzien voor de verliezen voort spruitende voor hen uit den lagen stabi- lisatiekoers van den frank, dan wanneer zij hem vroeger de noodige geldmidde len hebben verstrekt voor het beheer der openbare diensten en dus zijne schuldeischers zijn in den werkelijken zin des woords 1 Het zou ons inziens dan ook niet verklaarbaar zijn moest de wetgever ten voordeele van enkele groo te bezitters maatregelen treffen die ten nadeele uitvallen van andere burgers aan wie geen andere fout kan worden aangewreven, dan vooruitziende te zijn geweest en getrouw te blijven aan de door hen aangegane verbintenissen 1 Deze regeling moest zij tot stand komen, zou doodeenvoudig kennen betiteld worden riemen snijden uit andermans leder De bezorgdheid van den wetgever voor een klein aantal eigenaars, zou toch misplaatst zijn, dan wanneer hij nog steeds den tijd niet heeft gevonden om aan duizenden landbouwers een de gelijke pachtwet te verzekeren en die hun bestaanszekerheid moet verschaften en die bovendien een absolute vereisch- te is om den landbouw, 's lands eerste nijverheid, tot volle ontwikkeling te brengen. De middens die het meest aandringen tot stemming van het wetsvoorstel waar over wij het hebben, zijn deze die de hevigste bekampers zijn van de huis huurwetten. Zij treden in hunnen strijd tegen deze wetten op als kampioenen voor de vrijheid van overeenkomsten. Een weinig doorzicht moest er hen ech ter van overtuigen dat zij door het wetsvoorstel in hoofding vermeld tegen zich zelf wapens smeden. Hoe kunnen zij logischerwijze de afschaffing der huis huurwetten eischen en op dit gebied de vrijheid van overeenkomst eischen, wanneer zij zelf de tusschenkomst van den wetgever inroepen voor het ver breken en het herzien der overeenkom sten, wanneer zij deze niet meer voor deelig achten voor zich zelf. Zij gebrui ken daar een wapen dat steeds langs twee zijden snijdt. Wij kijken in elk geval benieuwd uit naar het gevolg dat de Wetgevende Kamers aan het voorstel zullen geven en wachten nieuwsgierig af welke kwestie de eerste zal opgelost worden ofwel de herziening der pachtwet die sinds jaren hangende is voor de Wetgevende Ka mers, ofwel de herziening der huur- en pachtkontrakten op langen termijn, die alhoewel van jongen datum, vermoede lijk zal mogen rekenen op den warmen steun der vertegenwoordigers van de groote bezitters in het parlement. De tijd der voordrachten nadert stilaan. Roept dus uw bestuur samen en geef ons minstens 3 dagen op welke geschikt zijn om op uw dorp'n voordracht te geven. Vergeet a.u.b. ook niet uur, lo- taal en onderwerp mede te deelen (le bijdrage). A) Voorafgaande algemeene Beschouwingen. Vooraleer met het bepaalde voe- dingsvraagstuk der jonge mestvarken» aan te vangen, wenschen we de aan dacht te vestigen op enkele gewichtige puuten die alhoewel van algemeenen aard ons toch niet minder belangrijk toeschijnen. Alzoo mag o. a. volstrekt niet uit het oog verloren worden, dat bij het samenstellen van het voeder rantsoen men-niet alleen aaneen snelle gewichtstoename zal denken, maar ook aan de kwaliteit van de slachtwaar, die zooals we het in onze voorgaan de verhandeling reeds lieten blijken aan de gestelde eischen der inlandsche en export-markten dient te beantwoor den, willen we de hoogste handelsprij- zen bereiken. Verder heeft men bij tal van verge lijkende voederproeven in die richting opzettelijk aangelegd, de ervaring op gedaan, dat met gelijke hoeveelheden voeder-droge stof bij mestvarkens ver schillende hoeveelheden levend gewicht (gewichtsvermeerdering) kunnen voort gebracht worden. Het valt immers licht om begrijpen, dat niet alleen de hoe veelheid droge stof in dezen beslissend is, maar ook de hoeveelheid verteerbaar eiwit, de samenstelling der voeders (vol ledig of onvolledig eiwitgehalte) en de hoeveelheid zetmeelwaarde ook hun ge wicht in de weegschaal leggen. 1 Ook de verpleging, de huisvesting (gezonde hokken), de toebereiding van het voeder, veel of weinig beweging, rust en verontrusting hebben een recht- streekschen invloed op het voederre sultaat. In 't algemeen mag men wel aanne men, dat gedurende den geheelen tijd van het mesten en mits eene oordeel kundige samenstelling der rantsoenen gemiddeld met 3,8 kg. droge stof 1 kg. gewichtsvermeerdering kan bereikt wor den bij slachtvarkens, zooals die in ons land geregeld afgeleverd worden. Omtrent de gewichtstoename van mestvarkens ontleenen we aan eenAme- rikaansch tijdschrift volgende belang rijke gegevens, die het resultaat zijn van 500 voederproeven met meer dan 2000 varkens. Zij doen vooral uitschijnen dat de varkens meer voeder per kg. ge wichtsvermeerdering noodig hebben, naarmate zij ouder zijn. -1 ■8 3 174 17.25 6 0.36 2.52 417 35.40 4.3 0.36 3.44 495 58.10 3.8 0.50 3.76 489 80.00 3.5 0.54 4.04 300 102.60 2.9 0.59 4.17 223 123.00 2.7 0.68 4.31 105 145.30 2.4 0.64 4.60 Omdat lichtere varkens minder- voe der voor lichaamsonderhoud noodig hebben dan zwaardere, schiet er van het voeder der eerstgenoemde meer voor gewichtsvermeerdering over dan van het rantsoen der laatstgenoemden. De bekende deskundige op het gebied van het mesten der varkens in Duitsch- land, prof. Lehmann te Göttingen, legde eveneens met het oog op de vaststelling de gemiddelde gewichtstoename talrijke proeven aan, welke de volgende uitkom sten gaven 1) met 156.7 kg. maïs en 157,6 kg gerst in korrelvorm en 211 kg. vischmeel en 13,1 kg. gedroogde gist, samen inhou dende 306,9 kg. droge stof verkreeg men een gewichtstoename van 76,5 kg. Voor 1 kg. gewichtsvermeerdering was dus 4 kg. droge stof noodig. 2) met 154,25 kg. maïs, 154,25 kg. gerst, 27,1 kg. vischmeel en 13,1 kg. ge droogde gist alles in meelvorm, bevat tende samen 301,2 kg. droge stof ver kreeg men 86,9 kg gewichtstoename. Voor 1 kg. gewichtsvermeerdering was derhalve 3,46 kg. droge stof noodig. 3) met 173,1 kg. maïs, 173,1 kg. gerst, 21,1 kg. vischmeel en 13,1 kg. gedroog de gist in den vorm van brij of slobber kreeg men een gewichtsvermeerdering van 42,2 kg. zoodat voor 1 kg. hiervan 5,61 kg. droge stof noodig was. Hier was het voordeel aan den kant der droogvoedering (zie ons vroeger ar tikel hierover). Bij proeven onlangs genomen op de proefzuivel boerderij te Hoorn (Holland) verkreeg men 1 kg. gewichtsvermeer dering met gemiddeld 3 a 3,5 droge stof. Wij kunnen onze algemeene beschou wingen hierbij laten Alleen nog het volgende, ontleend aan een artikel daar over in "De Veldbode,, verschenen, hetgeen trouwens op treffende wijze on derstreept en bevestigt wat we hierbo ven betrekkelijk de voederwaarde van het eiwit in de voeding der mestvarkens lieten uitschijnen, namelijk dat in onzen tijd van snelle mesting van jonge var kens de hoeveelheid eiwit in het rant soen grooter genomen moet worden dan Kellner en Hansson voorschrijven en dat dierlijk eiwit vooral een bijzonder groote beteekenis heeft voor de voeding der mestvarkens. Overigens bij verschillende mestproe- ven, die in den iaatsten tijd zijn genomen, is op een duidelijke wijze gebleken, dat de dagelijksche gewichtstoename en eveneens het krachtvoedergebruik, in sterke mate afhankelijk zijn van het ei witgehalte en het gehalte aan minerale bestanddeelen van het rantsoen, terwijl verder ook de kwaliteit van het voeder eiwit in dit verband eveneens van hooge beteekenis is. Trouwens hooger voor noemde Duitsche deskundige prof. Leh mann, wijst er in zijne uitgaven even eens op, dat de voedervormen van Kell ner eenigszins aan den lagen kant zijn, wat betreft de hoeveelheid eiwit, die ze vooschrijven. Hij stelt den eisch dat jonge mestvarkens, die vanaf het gewicht van 20 kg. tot ongeveer 100 kg. worden gemest, per dag en per dier ongeveer 250 - 300 gram verteerbaar zuiver eiwit in hun rantsoen moeten ontvangen. Zulks geldt dan in 't bijzonder voor gevallen, waarin naast granen, peul vruchten en gekookte aardappels als hoofdvoedsel, afvalprodukten van dier lijken oorsprong, als vleeschmeel, visch meel of diermeel als eiwitrijk produkt worden gegeven. Hij slaagde er aldus in om biggen, die bij het begin der mest- periode 20 kg. wogen in een tijdbestek van circa 20 weken te brengen op een gewicht van 100 kg., terwijl voor de produktie 1 kg. lichaamsgewicht 3,74 4 kg. krachtvoeder van noode was. Na dit overzicht van wat met oor deelkundige voedering der mestvarkens bereikt kan worden, zullen we bij eene volgende uiteenzetting de voeding der jonge mestvarkens in 't bijzonder be spreken. Er zijn overal ter wereld twee soor ten van menschen de baanbrekers en zij, die in hun dagelijksch gareel voort sjokken door het leven. De Iaatsten zijn altijd gebeten op de baanbrekers. Zij zeggen, dat de baanbrekers alle gunstige omstandigheden, alle goede kansen op slokken terwijl om da waarheid te zeggen de sjokkers geen weg zouden hebben om op voort te sjokken, als de baanbrekers dien niet gemaakt hadden. (H.FORD. - To Day and to Morrow. Ik heb mij ingelaten met de industrie der eierproductie, niet omdat ik de hen nen bijzonder liefheb, doch enkel omdat ik op geen ander gebied het middel ken om mij zoo gemakkelijk en op zulke aangename wijze dergelijke inkomsten te verzekeren. M. HANSON. De Herfst is in het land. De Zomer heeft den aftocht moeten blazen. Wel dra zullen we al zijn groen zien veran deren in goud- en bronzenkleur. Dit jaargetijde dat door de dichters zoo schoon is bezongen en door de schil ders zoo prachtig is op doek geschilderd, biedt voor onze hoveniers weinig aan trekkelijkheid. Nauwelijks heeft hij zijn intrede in onze hovingen gedaan of hij heeft er reeds een treurig uitzicht aan gegeven, bladeren rijzen, bloemen ver slensen, de blozende vruchten worden ingezameld, in een woord, er blijft niets meer over van al wat in vollen zomer onze vreugde en trots uitmaakte. Doch wat baat het te jammeren om iets dat we toch niet vermijden kunnen. Laat ons liever onze gedachten stellen op de lieve Lente die volgen zal en trachten we van nu af aan haar komst voor te bereiden om haar blijde intrede zoo luisterrijk mogelijk te kunnen vieren. Daarom heb ik het noodig geacht aan de lezers en lezeressen van De Koorn- bloem eens uit te leggen wat ze zoo al in de maand October te doen hebben om hun bloementuin in de Lente een aan genaam uitzicht te geven. De bloem perken, die ons gansch den zomer het bezoek aan den tuin vervroolijkt heb ben, worden nu ledig gemaakt. Na een kleine rustpoos worden deze bedden bemest en bewerkt om ze met bollen of Lentebloemen te beplanten. Onder de bolplanten wil ik voornamelijk de aan dacht trekken op Tulpen en Hyacinthen en onder de Lentebloemen op Penseeën, Myosotis, Violieren en Silenen. Als Hyacint kweeken we voorname lijk de gewone, Oostersche of Holland- sche Hyacint de Parijsche Hyacint en de Romeinsche. De Hollandsche Hyacint heeft blauwe welriekende bloemen in rechtstaande trossen en is oorspronkelijk uit Syrië. De menigvuldige variëteiten in den tuinbouw bekend zijn uit deze soort en hare ondersoort de Parijsche Hyacint voortgesproten. Ze worden gerangschikt volgens de kleuren en volgens ze enkel of dubbel zijn. De kleuren varieeren tusschen wit, blauw, geel en rood en zoo onderscheidt men enkele gele Hollandsche Hyacinth of dubbele roode Hollandsche enz. De Parijsche Hyacint alhoewel kleiner van bloem is toch harder tegen het gure seizoen, moet dan ook niet ieder jaar uitgenomen worden en vergt minder zorgen. De Romeinsche Hyacint heeft witte bloemen en kleinere trossen is zeer welriekend, bloeit vroeg en wordt dan ook veel voor het vroeg in bloei trekken gebruikt. De Hollandsche worden 't meest in bloemperken gebruikt, de Parijsche voornamelijk voor banden en borduren en de Romeinsche als snijbloem. Men vermenigvuldigt de Hyacinthen door zaad en door bolletjes. Gezien het zaaien uitsluitend gedaan wordt om nieuwigheden te bekomen en dus eerder de taak is van vakmannen, wil ik er mij bepalen op een meer practische wijze van vermenigvuldigen uw aandacht te trekken: namelijk het vermenigvuldigen door bolletjes. De zijbolletjes kan men bij het uitdoen, of liever tijdens de plan ting, afnemen. Om meer bolletjes te be komen snijdt men kruisgewijs in de schijf van den bol of men holt hem langs onder uit, na het opnemen uit den grondt Deze aldus behandelde bollen worden met de andere geplant, zegeven weinig bladeren maar veel bolletjes, die bij het uitdoen afgenomen en verder als de andere bolletjes behandeld worden. De planting van Hyacinthen heeft plaats in een lichten grond met verteer den stalmest bewerkt ia de maand RNBLOEM De medewerken zQn verantwoordelijk voor hna bijdragen Ongeteekende stokken worden niet opgenomen. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggegeven. Aantal varkens Gemiddeld ge wicht der proef dieren Kg. Voed selverbruik per 100 kg. levend gewicht Kg. V ca U S 6 -S3* a> Droge stof noodig voor 1 Kg. ge wichtstoename Kg.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Koornbloem | 1928 | | pagina 1