■■i i Allerheiligen, Allerzielen. Landbouwweekblad i-i i De Belastingen en Aan een flauw de Landbouw* Redtuzelver* Dc Teelt van de Tomaat in open lucht* Aan dc Aanvragers van Plantgoed. Groententeelt ZONDAÜ 28'OCTOBER 1928 mnlMM. 10de JAAKUANÜ Ni 513 Arbeid adelt Abonnementsprijs 9,00 frank 's jaars. Men schrijft in op ons Bureel en op alle postkantoren. Aankondigingen volgens akkoord. Bureel en RedaktieBRABANTSTRAAT, 53, AALST Verantwoordelijke Opsteller ORTAIRE CAUDRON. Aalst. Voor en door de Landbouwers wer- i van t l zon- £n) t iel fl Elke hoogdag heeft zijn symbolisme, zijn diepgaande beteekenis waaromheen onze geest dan telkens 'n heele reeks ge dachten en gepeinzen weeft. Zoo gaat het ook met Allerbeiligen-Allerzielen. De aaneenkoppeling van deze twee da gen, hoe tegenovergesteld ook in hunne wederzijdsche beteekenis, vormt 'n ge heel. Allerheiligen: het feest der triomfee- rende kinderen, die op aarde de besten, de volmaaksten waren genieten dan ook thans het eeuwig-hemelsch geluk. Allerzielen nader bij ons, zij die stierven zullen op dezen dag her dacht worden. Voor 'n dag is het gedaan met alle wereldsche vermaken, thans keert elk van ons in zich zelf en bidt voor de afgestorvenen. De mensch is best te beïnvloeden door het rechtstreeksch waarneembare of ge- voelbare. Van daar ook dat de herden king onzer dooden heel en al over- heerscht op deze dagen. Heel de natuur noodigt tot 'n zelfde stemming blade ren vallen en de boomen staan naakt, hier ook treedt de dood in. En juist dit tijdstip hebben we gekozen om aan de afgestorvenen te denken. Ons Vlaamsche volk heeft reeds vele zijner oeroude gewoonten verloren on der den drang der moderne machinewe-. reld. We kunnen nu eenmaal niet blij ven treuren om het verleden maar wat er goed was dient volstrekt bewaard te blijven. We mogen 't in geheel niet den weg op van sommige groot-stedelingen welke in hunne nerveuse jacht naar rijkdom en schijngeluk slechts hun eigen ik-zelf ken nen en nimmer of nooit iets, al ware het slechts een gedachte, voor anderen zul len over hebben. £Wij dienen menschen te zijn in den echten zin, tevens overtuigde Kristenen. Voorzeker is het versieren der graven als blijk van steeds blijvende gevoelens uitstekend doch dit is voorbijgaand dra verwelken bloemen en versiersels. Veel beter is dan ook het gebed tot zielerust der afgestorvenen. Dat is een daad welke ook den overledene te goed komt. Op Allerzielen, meer nog dan op andere dagen, dienen onze menschen op recht en vurig te bidden. Geen prevelen van min of meer verstaanbare woorden met de lippen maar een gebed dat recht uit het hart welt. Op het westelijk schiereiland van Frankrijk woont een diepgeloovig volk de Bretoenen. Niettegenstaande alles wat gedurende de laatste eeuw in Frank rijk is gebeurd zijn deze lieden trouw gebleven aan het geloof hunner vaderen. De bevolking is er verre van rijk en heel velen der inwoners oefenen het vis- schersbedrijf uit. Een der gevaarlijkste stielen welke jaar na jaar ettelijke slacht offers eischt. En zoo komt het dat er vele kinderen vroeg wees zijn, vele vrouwen vroeg weduwe. Die lieden zijn taai en zelfs wanneer de kost winner van het huisgezin hen ont valt, werken en wroeten zij om het dagelijksch brood. Hoe sterk ook toch komt neerslachtigheid hen vaak overmannen alsdan zoeken zij troost en opbeuring in hun geloof. Het is dan ook aandoenlijk op Allerzielendag, in elk dorp en elke stad, de overtalrijke vrou wen naar het kerkhof te zien gaan. Allen zijn diep ingetogen en wie ze volgt zal ze dra voor het graf hunner familieleden geknield en biddend zien. Op die stonden bestaat voor hen geen buiten wereld meer zij bidden den Heer op dat Hij hunne afgestorvenen de eeuwige fust samen met de eeuwige zaligheid geve. Laat ons dan, Vlamingen, steeds dit goede voorbeeld blijven volgen in 'n vroom-oprecht gebed herdenken. Hoe machtiger onze vereeniging wordt hoe meer voordeelen ieder onzer leden kan bekomen. Daarom onverpoosd geijverd om nieuwe leden aan te winnen 1 Bijzonder in de nieuwe streken, Payottenland en Zenneland dienen tal rijke nieuwe leden bijgemaakt. Wie nu abonneert ontvangt De Koornbloem kosteloos tot einde De cember. (3e bijdrage). Bij nadere overweging blijkt dadelijk dat de wetgever den kostprijs van het leven heeft verward met de uitgaven die in algemeenen regel worden gedaan. In de steden nu wordt meer geld verteert aan kinema, vermakelijkheden, verlich ting, trams enz., omdat men er meer ge mak zoekt dan op den buiten, doch dit kan niet met levensduurte gelijk gesteld worden. Bovendien mag niet uit het oog worden verloren, dat het onderwijs der kinderen en sommige afgewerkte pro- dukten veel duurder komen voor de buitenmenschen dan voor de stedelin gen en dat deze laatsten op ruime schaal genieten van de voordeelen der open bare diensten (verkeersmiddelen, gast huizen, werken voor volksgezondheid). De buitenmenschen integendeel moeten doorgaans deze stoffelijke voordeelen missen, of kunnen er althans in veel minder mate van genieten. Wij aarzelen niet te zeggen dat moes ten de levenswijze en de bestaansge- makkelijkheden dezelfde zijn op den bui ten als in de groote stad, het leven om trent even duur zou zijn in de landelijke gemeenten als in de groote steden. Ons besluit is dan ook dat het logisch ware voor al de gemeenten, welke ook hun aantal inwoners weze, een zelfde minimum vrij te stellen van supertaks en bedrijfsbelasting. Deze oplossing leidt tot vereenvoudiging der ekonomische toestanden. Deze oplossing dringt zich met des te meer klem op, daar het verschil van het belastingsvrij minimum grooten invloed heeft op de toepassing der militiewetten en van sommige sociale wetten (wet op het ouderdomspensioen, koninklijke be sluiten betreffende de staatspremie voor goedkoope woningen). Zoo b.v.b. in zake militie kan een mi- litiaan, behoorende tot een gezin met 6 kinderen, vrijstelling van dienst beko men, indien het gezinsinkomen geen 18.000 fr. overschrijdt in een kleine ge meente en geen 22,000 fr. in een stad met meer dan 60,000 inwoners. Deze regeling heeft dus voor gevolg, dat de militieplichtigen van kroostrijke gezin nen, gevestigd in de groote steden, in gunstiger voorwaarden de vrijstelling bekomen dan deze woonachtig in kleine gemeenten Dat het verschil van vrijgesteld mini mum voor groote en kleine gemeenten op geen ernstige grondslagen berust, wordt ons inziens bevestigd door den wetgever zelf. Immers voor de kinderen ten laste vanaf het derde, wordt een zelfde bedrag van supertaks vrijgesteld voor al de kategoriën van gemeenten. Waarom dan niet konsekwent zijn tot het uiterste en ook voor het gezinshoofd en de overige personen te zijnen laste, een zelfde som vrijstellen van belasting De laatste statistieken wijzen uit dat de landvlucht deze laatste jaren aanzien lijke uitbreiding heeft genomen. De wet gever heeft dan ook als plicht.alle maat regelen te vermijden welke die land vlucht op rechtstreeksche of onrecht- streeksche wijze in de hand werken. Het toestaan van een verhoogd vrij gesteld minimum van belasting in de groote steden is zeker niet van aard om de landvlucht te keer te gaan, doch is er eerder een aanmoediging van. In dezen zin heeft de desbetreffende wetsbepa ling een anti-sociale strekking, welke zonder verwijl dient te verdwijnen. Een groote vereenvoudiging ware ook de afschaffing van het verschil thans be staande tusschen het minimum vrijge steld van supertaks. Naar mijn beschei- dene meening berust dit verschil op geen ernstige grondslagen en leidt enkel tot verwikkelingen en moeilijkheden. 41 De baremas van bedrijfswinsten in het landbouwbedrijf. Het groot bezwaar tegen de baremas van bedrijfswinsten zooals zij thans wor den vastgesteld is dat ze per gewest of per streek worden opgemaakt. Welnu, zooals wij in een vorig nummer aan toonden in onze uiteenzetting over de noodzakelijke verbeteringen aan de grondbelasting, kunnen sommige land bouwgronden dicht bij elkander gelegen een gansch verschillende uitbatings- (Zie vervolg onderaan 3e kolom.) Ik zal uw briefje maar in De Koorn- bloem beantwoorden, alhoewel het door U niet werd gevraagd. Ik doe het wel om aan alle lieden die denken als gij, te woord te staan. Keuringen en keuringsbewijzen van Friesche planters Er bestaan twee groote keuringsdien sten de K. I. Z. en de Z. P. C. Indien de planters van deze diensten of van andere goedgekeerd zijn, dan steekt in iederen zak eene kaart ter grootte van eene postkaart. Op dat keuringsbewijs staat vermeld Nummer van den verbouwer, keuringscijfer, stempel van den kontro- leur of nummer, soorteering, soort enz. Aan eiken zak moet een lood met de letters K, I. Z. of Z. P. C. Andere kaarten of looden aan de zak ken als deze, zijn nooit met zekerheid betrouwbaar, want ze geven geen enkel bewijs noch van herkomst, noch van keuring, noch van sorteering. Deze plan ters kunnen evengoed in Zeeland of in Zuid-Holland gegroeid zijn als in Fries land en de uitslagen van dezen zomer hebben bewezen, dat alleen de wettige keuringskaarten van K. I. Z. of Z. P. C. zekerheid geven. Ziet dus goed keu ringsbewijzen, sorteering en lood na en laat U geen doekskens aan uwe oogen doen, al ware het ook van menschen die beweren alleen het monopool van eer lijkheid te bezitten. Prijzen van de planters. Wij ver- koopen volgens waarde kleine of groote soorteering cijfer 8 of cijfer 9 alles verschilt en in onze Eigenheimers gaan de rijzen met een verschil van 15 fr. per 100 kilos. Ongekeurde kosten amper 100 fr. zoo dus hebt ge uwe ongekeurde 30 fr. te duur betaald en weet de verkooper het dik te halen in de gekeurde. Industrie van Polen kost bij ons 110 fr. Dat sommige menschen meer moeten verdienen dan wij dat is wel aan te ne men. Een dingen is zeker en wel dat ze van prima kwaliteit zijn en alle jaren veel meer opbrengen als de andere al zijn ze ook 20 a 30 fr. goedkooper. Het is aan U te oordeelen of ge die arme dutsen wat wilt jonnen ;»ze doen toch zooveel voor de brave boerkes. SLOT. Ge noemt U goede Redt uzelver maar zijt een vermomde mof. Een goed Redtuzelver die weet al sedert jaren dat het beste plantgoed door ons wordt geleverd. Dees jaar zijn de uit slagen toch weer verpletterend 1 Verders zijn we niet gewoon ons menschen te stroopen. Dus mag ik gerust zeggen dat een goed Redtuzelver zelfs een slechte wanneer hij zijne intrest bemint zijn plantgoed bij ons koopt en niet noodig heeft elders te zoeken, waar hij op 10 keer 9 maal gefopt is. Ik groet U. J. waarde hebben, zoo bvb. wegens hunne ligging (goede of slechte toegangswe gen), hunne afwatering (drooge of natte gronden), den aard zelf van den grond. Bij het opmaken der gewestelijke bare mas van bedrijfswinsten wordt geen voldoende onderscheid gemaakt tus schen goede of slechte gronden allen worden per gewest bijna voor éénzelfde opbrengst per Ha. aangeslagen. Wanneer men de ernstige bezwaren tegen de huidige barema's van bedrijfs winsten per ha. overweegt, komt het verkieslijker voor de bedrijfswinsten te bepalen volgens een vermenigvuldiger toegepast op het kadastraal inkomen der gronden. Natuurlijk zou dit kadastraal inkomen dan eerst moeten vastgesteld worden op behoorlijke wijze en door bevoegde commissies samengesteld zoo als in een vorig nummer gezegd, uit een vertegenwoordiger van het Beheer der Belastingen, een afgevaardigde van het Ministerie van Landbouw, twee verte genwoordigers van de landbouwkamer en een van het gemeentebestuur. Het stelsel dat wij voorstaan zou al thans het voordeel bieden dat er reke ning wordt gehouden met de uitbatings- waarde van eiken grond, daar het kada straal inkomen dat tot basis dient aan onze berekening der bedrijfswinsten door bevoegde commissies werd vast gesteld met machtneming van die uit- batiugswaarde. De tomaatteelt heeft in enkele jaren een kolossale uitbreiding genomen, in de omstreken van Duffel, ten Noord-Oosten en Noord-Westen van Brussel, in de streek van Leuven en rond Gent. Deze teelt mag bijzonder aangeraden worden, aangezien we niet moeten vreezen voor overproduktie daar we over twee goede afnemers beschikken Engeland en Duitschland. In 1925 wer den er 112.045 kg. tomaten uitgevoerd naar Engeland voor eene waarde van 590,345 fr., naa» Duitschland 292 923 kg. voor een waarde van 1 169.732 fr. Daar de tijden sedert den oorlog heelemaal veranderd zijn en ieders tafel wat beter voorzien is van groenten, moet het ons niet verwonderen dat zoowel onze landelijke bevolking, de werklie den, de bedienden als de rijke burgerij gebruik maken van de tomaten. De rijpe vruchten worden gebruikt voor het bereiden van soep, saus en an dere spijzen rauw, worden ze geëten als salade in de oplegfabrieken worden ze in groote hoeveelheid verwerkt. Vroeger hebben we nog gezien dat er soms in prijskampen de eerste prijzen werden gegeven aan liefhebbers die de grootste vruchten hadden geteeld, nu in tegendeel dingt iedereen om middelma tige en schoone vruchten voort te bren gen. Bij het kweeken van tomaten is er bij zonder vereischt, zijn aandacht te wijten aan de variëteit, nu eischt men van een goede variëteit dat ze 1een doorsnede heeft van ongeveer 6-8 cm. 2. donkerrood is van kleur 3. vast van vleesch is en niet geribt 4. vruchtbaar zijn en goed weerstaan aan de ziekten. De beste variëteit die we kennen zoo wel in openlucht als onder glas is de Joffre, een Engelsche verscheidenheid, waarschijnlijk opgedragen aan den Franschen generaal Joffre. Vooraleer eigenlijk met de deur in huis te vallen, moeten we zeggen dat de tomaat een groente is. die zeer gevoelig is aan de koude en daarom alleen in ons land tijdens de zomermaanden gekweekt wordt in open lucht. Deze plant groeit in alle gezonde en goed bewerkte gronden, doch men be komt de beste uitslagen, in lichten grond, rijk aan organische meststoffen. Als be mesting geeft men voor den Winter van 600 tot 800 kg. stalmest per are in de Lente tijdens de grondbewerking strooit men 5 kg. superfosfaat en 3 kg. potasch- sulfaat per are uit. Door toevoeging van fosfoorzuur- en potaschmeststoffen be gunstigt men niet alleen de vruchtbaar heid van den grond, maar ook het rijpen der vruchten en vermindert daardoor de schade veroorzaakt door het rotten. Gewoonlijk zaait men begin Maart in zaaikistjes of teiltjes gevuld met fijne ge zifte assche of gewone grond, die men op een warme broeilaag of in een war me kas plaatst, met een gemiddelde warmtegraad van 18 tot 20 graden. Men bedekt het kistje met glasde zaden kiemen na vijf of zes dagen en om te voorkomen dat de plantjes te veel op schieten verwijdert men het glas en zet het kistje zoo dicht mogelijk bij het glas der kas. Wanneer de zaadlobben volgroeid zijn. worden ze verspeend in een ander kistje op 5 cm. afstand, die men terug op een temperatuur van 15° tot 18° houdt. Men verspeent die jonge plantjes in een mengsel van goede tuinaarde en mestgrond, bij het repikeeren zet men de zaadlobben tot tegen den grond om meer zij wortels te doen ontstaan bij den stam. Wanneer de verspeende plantjes el kaar raken worden ze uitgestoken en in potten van 10 cm. gezet, gevuld met voedzamen grond men moet zoodanig inpotten dat de onderste bladeren aan den grond raken. Het inpotten heeft ge woonlijk plaats rond half April, de inge- potte planten plaatst men in een koude kas zoodoende zal men kloeke, wel in gewortelde planten, die reeds den eer sten bloemtros vertoonen uitplanten. Het uitplanten van kloeke, wel inge- De aanvragers van planters gelieven het volgende in acht te nemen, dit met het oog op latere moeielijkheden Eerstelingen. Deze die nog niet bediend zijn gelieven ons te verwittigen of hun ingeschreven goed bij de maga zijniers of in de hoofdmagazijnen weg te halen. Geldersche muizen (Marjolainen). Zelfde als voor de Eerstelingen deze die niet bediend zijn gelieven zich te haasten. Idealen. Zooals we vroeger meld den kunnen we die niet leveren de in schrijvers gelieven onmiddellijk Eerste lingen of Muizen af te halen. Eigenheimers. Deze die recht streeks inschreven in de hoofdmagazij nen gelieven hun planters af te halen. Alle andere soorten zullen een dezer dagen ter beschikking zijn van de aan vragers. wortelde planten van den eersten bloem tros voorzien, geschiedt rond half Mei. Men plant op rijen van 60 cm. afstand in de lijn en op 50 tot 55 cm. afstand op de lijn tusschen 3 rijen tomaten laat men een afstand van 70 cm. Enkele beginnelingen hebben zich misschien reeds afgevraagdwaarom zoo'n weg van 70 cm. later zal men langs dien weg de steunstokken moeten plaatsen, de tomaten aanbinden, de in- sekten dooden en besproeien en ten laat ste de vruchten oogsten, zoodus ziet ge dat men langs dien weg nogal dikwijls moet gaan, met een of meer ander voor werp, moest hij nu te smal zijn, dan zou den we bij het voorbij gaan de tomaten breken of kwetsen. De beste doenwijze is van de planten maar één hoofdstengel te laten vormen de hoeveelheid bloemtrossen hangt af van het weder, hebben wij een natten Zomer dan zijn 2 trossen voldoende, hebben we een schoonen Zomer dan be houd men 3 trossen per plant. Elke plant wordt dus één blad boven den tweeden of derden tros ingenepen volgens 't geval en van een steunstok voorzien. De steunstokken zijn afval van pan- nelatten of boonstaken die te kort wor den, zij hebben een lengte van 1 m. tot 1,20 en worden enkele dagen in een bad van kopersulfaat gelegd, dit om het rotten te verhinderen en de kiemen van ziekten die er zich zouden op bevinden te dooden. Hoe moet men de planten steunen 7 Dit is een zeer voornaam punt, dat soms nog verwaarloosd wordt 1niet te dicht bij de plant, best een weinig op zij 5 6 cm. met het doel de wortels niet te kwetsen 2) men moet rekening houden dat de stam verdikt 3) niet te dicht aanrukken bij 't binden. Men bindt altijd juist onder de vruch ten onder vorm van een acht oomet wissepellen, rafla of dunne wijmen. Gedurende den groei der planten moet men den grond los en zuiver houden en hun groei aanwakkeren door het toe dienen van aangelengden beir. Van zoo haast de zijscheuten of vleugeltjes tus schen de planten komen worden zij weg genomen. Op 't einde van Juni worden de toma ten een eerste maal besproeid met bor- deleesche pap. dit als voorbehoedmid del tegen de gewone plaag of Phytoph- thora infestans. Bij deze besproeiing zal men zooveel mogelijk zorg dragen de bloemen niet te besproeien. Zij worden twee of drie maal herhaald gedurende den groei, nadat de bladeren afgewas- schen zijn door den regen. Het rijpen der vruchten begint rond einde Juli en eindigt in September. Bij de oogsting maken we onderscheid of we de vruchten gebruiken voor ons eigen ofwel voor den handel. Voor ons eigen gebruik gaan we de vruchten op de plant laten rijpen voor den handel raden we aan de vruchten te plukken wanneer ze een oranje-ach- tige kleur vertoonen. Zij worden dan ia een frissche, opene plaats op stroo, planken of tafels gelegd waar een zach te temperatuur heerscht. Op deze manier zal men het openbersten voorkomen, de vruchten krijgen een schoone roode kleur, zijn min saprijk maar laten zich veel beter verpakken. De medewerken zfln verantwoordelijk voor bon b|dragea Oogeteekende stokken worden ntet opgenomen. Niet opgenomen handschriften worden ntet teruggegeven. •••si i l rven van i b(j I Ultt I i i

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Koornbloem | 1928 | | pagina 1