De moeilijkheden van het Graanmonopolium 64 rq OOGSTEN Het rooien van de aardappelen Arbeid adelt* Landbouwweekblad Voor eo door de Landbouwers De stand der Hopteelt over Europa Da Oud - Strijders naar Rome Orgaan der Landbouwersvereeniging Redt U Zeiven AU ZQMBAP 28 JULI 1935. 23 c*atteai 17de JAARQAN& Nf 865 imachit net mot den, led :m. brei nten. Ki gehut Modert .eft. me ind« drijven i blad, - Tegi Mecki i altijd i witte Lt; Abonnementsprijs 12 fr. 's jaars. Men schrijft In op ons Bureel en op alle postkantoren. Het overnemen van artikelen zonder aanduiding der bron is streng verboden. Bestuurder en verantwoordelijke Opsteiler O. CAUDRON. Bareel en Redactie t De Vilanderstraat, 4, Aalst. De medewerkers zijn verantwoordelijk voor hunne bijdragen. Aankondigingen volgens akkoord. Tchecho - Slowakië De Landbouwers achten de eerste devalvatie onvoldoende. irste lit terbrtt ille aft eslachti volbrt ing, Beljf uxembi, id en i 11885, rijd 1931. maar i gout 1913 i en L :nste t rde». in t 327 V ThéoVi raat, DBSi ie' 'pen n: brei WAA ontvai idt Mai (over [ótel M lein, (S dag, H agen ran 9t e, 65-1 n) Kt tanvrai rtrouw zen lCHIE e wal :n nd B PFA even, nen dienit men Het graanprobleem is voor Tchecho- Slowakië het voornaamste vraagstuk der binnenlandsche politiek geworden en eischt daar, eveneens als in zooveel andere landen, een dringende oplossing. Gelijk ge wellicht weet had het graan monopolium, dat verleden jaar in't le ven werd geroepen, ten doel de over name van het graan tegen een vasten tnloonenden prijs te waarborgen, om aldus de landbouwers in hun moeilijken toestand tegemoet te komen. Er werd echter een grove fout be gaan men veronachtzaamde tezelver- tijd de voortbrengst te regelen. Daar door ontstond het gevaar eener over productie. Weliswaar kwam de natuur gedurende het eerste jaar te hulp en maakte, door een zeer geringen oogst, de fout der menschen min of meer goed. We zeggen min of meer, want volgens de offlcieele opgaven van 30 Mei waren er op dien datum nog ongeveer 33,000 wagonladingen tarwe van den ouden oogst over. Daarbij moeten nog 5,000 wagonladingen gevoegd worden, die men van Zuid-Slavië heeft overgeno men, zoodat in de staatsopslagplaatsen alleen, aan tarwe ongeveer 40,000 wa gonladingen voorhanden zijn. Volgens de laatste statistieken bedraagt de voor raad rogge 13.000 wagonladingen, die aan haver 7,500 en aan gerst 4,800 wagonladingen. Indien men dit alles in ronde cijfers vastzet, mag men besluiten dat, na het eerste jaar, het graanmonopolium met 60,000 wagonladingen graan bleef zit ten. Over enkele maanden werd de waarde ervan op 900 millioen kroon geraamd, het verlies dat er sindsdien op geleden is, benadert, volgens de deskun digen, 200 a 300 millioen kroon. En dit is nog niet zoo erg. Maar dezer dagen zal de nieuwe oogst worden bin nengehaald. De schattingen zijn niet eensluidend, nochtans indien abnormale omstandigheden uitblijven, mag de oogst van 1935 op 230,000 wagonladingen geraamd worden. Daarvan verbruikt bet binnenland slechts 130,000 wagon ladingen. Bij het overschot van den vorigen oogst zijnde i 40,000 wagon ladingen komen zich 100,000 wagonla dingen van den nieuwen oogst voegen. Wil de staat een catastrofale inzinking der prijzen en den ondergang van een groot aantal landbouwers vermijden, dan moet bet graanmonopolium ook dit nieuwe overschot aan loonende prijzen opkoopen. Dit zou, gerekend aan de prijzen welke het monopolium totnog toe heeft betaald een som van 1800 mil lioen kroon vergen. Waar moet het Graanmonopolium deze ontzaglijke som, die daarenboven nog bestemd is voor den aankoop van blijkbaar onverkoopbare voorraden, ha len De Minister van Financiën weet er blijkbaar geen antwoord op en is met verlof gegaan. De landbouwers begrijpen zeer goed dat de Regeering het geld zoo maar niet op te scheppen heeft en willen derhalve den staat voor zijn hulp tegemoet komen en het hem gemakkelijker maken door nieuwe voorstellen op het gebied der valuta-politiek te doen. Sinds verschillende weken voeren de bijzonderste bladen der landbouwpartij een heftige en opvallende politiek over credietverruiming en inwendige en uiter lijke waarde van de Tcheco-Slowaksche kroon. De vleugel die in Februari 1934 de eerste devalvatie heeft doorgedreven, heeft wederom het roer in de handen.Ze verklaart bij elke gelegenheid, dat uit de toen gedane devalvatie de volledige gevolgen moeten getrokken worden, hetgeen totnogtoe verzuimd werd en dat men en dit is gewichtig tot een merkelijke verhooging van den geld- omloop moet overgaan. De eerste devalvatie van 16,6 t.h. was eigenlijk onvoldoende en dat het effect, althans gedeeltelijk, is uitgebleven, is gemakkelijk verklaarbaar daar de mun ten van Engeland en de Vereenigde- Staten met 40 tot 50 t.h. zijn omlaag gegaan. Het zou echter verkeerd zijn te laten uitschijnen, dat de landbouwers inzake een tweede muntontwaarding accoord zijn. De economisten der sociaal-demo craten verdedigen de opvatting dat het niet absoluut noodzakelijk is dat de staatsbegrooting elk jaar precies sluit een periodiek evenwicht is voor hen voldoende. Dit wil zeggen dat de zaak gezond is en dat men zich niet om de onevenwichtigheid van de begrooting te erg moet bekommeren, wanneer men de zekerheid bezit, dat na een aantal slechte jaren, een aantal goede jaren komt. Men mag zich dus binnenkort aan een nieuwe daling van de kroon verwachten, omdat de noodige gelden moeten gevonden worden om het over schot van den oogst op te koopen. Van verschillende zijden, die deze gebeurtenissen niet zonder kommer te gemoet zien, heeft men weliswaar de vraag geopperd of er geen middel be staat om deze uitgaven te vermijden of althans te verkleinen, en men heeft voor gesteld, ten eerste, de aankoopen te be perken. Dit voorstel kan onmogelijk bij getreden worden, vermits het juist het doel is van het graanmonopolium het overschot der granen van de markt weg te nemen om den prijs op een loonend peil te handhaven. Ten tweede, stelde men voor de aanbouw te beperken. Daar willen de landbouwers niet van weten. Ten derde, bleef er niets over dan de overnemingsprijs te verlagen. Dit is, echter ook onmogelijk, vermits deze prijs een grooten invloed uitoefend op den werkelijken prijs die op de markten wordt betaald. Een vermindering van den overnemingsprijs zou tezelver tijd een vermindering van den graanprijs be duiden, en niemand zal durven betoogen dat de graanprijs te hoog is. De onzekerheid in Tchecho-Slowakië neemt van dag tot dag toe, en ze zet zich rechtstreeks om in een verhooging van al de goede waarden op de Praag- sche Beurs. Vele hebben gedacht daarin een teeken van optimisme te moeten zien. Dit is het allerminst. Naast zoovele problemen als werkloosheid, begroo- tingstekort, uitvoermoeilijkheden, stelt zich voor Tcheco-Slowakië nog het graanvraagstuk. Met een bijzondere aandacht zullen we de gebeurtenissen volgen en, indien er nieuws is, dit aan onze lezers mededeelen. ■■BaHBtHHRHMBHHBeBHBSanBiaEH Uit alle gewesten van het Beiersch Hopland meldt men dat de hopvelden goed staan. De peronospora, dank zij de droogte en het gedurig bestrijden, wijkt uit. Eeni- ge streken in de Hallertau werden licht jes door de hagelvlagen beschadigd. De prijzen voor de hoppe 1934 blijven on veranderd vast. Tsjeco Slowakije (Saaz). De planten, alhoewel gezond, lijden aan een lang durige droogte. De schade tot hiertoe is zeer gering, doch men vreest voor de eerstkomende weken. Na eenige kalme dagen, wordt de markt tengevolge van nogal belangrijke aankoopen van onze brouwers opnieuw levendig. Joego-Slavië (Zalec). De planten die hier door groote droogte achteruit ge bleven waren, zijn dank aan gepasten regen fel vooruitgegaan. De hopvelden zien er thans gezond uit. Polen. De hopvelden zijn tot nu toe van ziekte en ongedierte gespaard ge bleven. De wasdom is goed en men ver wacht zich aan groote opbrengst. Frankrijk (Hagenau). In Elzas en Boergonje staan de hopvelden schoon en gezond, maar in 't Noorden is de hop wegens 't drooge weder aan 't kwijnen. (Vervolg). De beslissende en steeds bij iedere ge legenheid tot haar recht komende macht der Kerk kwam zich hier uiten in de tuchtvolle massa; en zij kwam aan de ontredderde wereld aanbieden de be slissing van het meest tragische probleem dat onze tijd bekommertdat van den vrede. De uitwerking was verrassend gewel dig. Van alle landen vloeiden naar on zen Bond vurige oproepen toe opdat die oorspronkelijke en wondervolle kruis tocht toch ook in 1935 zou doorgaan. De "P.A.C weigert zekerlijk niet ziclrnog eens aan het hoofd te plaatsen van een biddend leger. Maar, het heeft haar toegeschenen dat "Het Geslacht van het Vuur,, zeker van zijn kracht en bereid om zijn toe komstplannen te verwezenlijken, de plicht had om bij ons aller Vader, den H. Vader van het Vaticaan, raad en zegen te halen, noodig voor zijn nieuwe onderneming. Daarom vertrekken wij in September naar Rome. Niet als touristen Als bedevaarders, bezield met den geest van gebed, van kinderlijk vertrou wen, bereid om het laatste van hun krachten op te offeren voor het men- schelijk en kristelijk ideaal, hetwelk ge worteld is in hun hart. Met hoeveel zullen we zijn Wie kan het weten Ik rekende op een afvaardiging van acht a tien duizend man. Reeds kan ik verzekeren dat wij met meer dan 20.000 zullen zijn. Wij zullen de fierheid hebben aan het hart van den H. Vader dien zeldzamen troost te schenken aan zijn voeten te zien neergeknield in een blijde gehoorzaamheid en eensgezinde liefde, die menigte mannen, die in den helschen strijd om hun bestaan, meer dan ooit hun onverbrijzelbare trouw uitroepen in de macht en de goedheid van God. Wanneer wij terug zullen keeren van Rome, zullen wij ons reeds op voorhand op den waren weg van den vrede ge voelen. Geen enkel hindernis kan zich nog voordoen op onzen marsch naar de Ster, Onze stem zal overal weerklinken en voor iedereen, voor de machtigen als voor de nederigen. Het volgend jaar zullen wij te Lour- des zijn met drie honderd duizend, vier honderd duizend. Ik weet niet hoeveel Niemand weet wat voor wonderen nog zullen voortkomen uit dit geslacht van reuzen. Wat ik wel weet is dat men van geen enkele zijde meer kan ontken nen de katholieke poging voor den we reldvrede. Tegenover een eeuw van materia lisme die God heeft willen ontkennen, slechts rekenend op haar kracht, op het geweld, het ijzer en het vuur, willen wij voortaan, onverbiddelijk, de plech tige, hardnekkige, volhoudende bevesti ging zijn van den geest, van de ziel die slechts gelooft in de vruchtbaarheid van de menschelijke daad, in zooverre zij verdient gezegend te worden door Hem die op de helling der eeuwen de bescha ving en de volken kan redden of ver nietigen. Werken Ja, en tot w'er bij vallen. Maar al biddende. Dat is onze lijfspreuk. Dat is de be zieling van onze bedevaarten naar Rome en Lourdes. Het is hoog tijd dat wij door onze voorbeelden, onze deugden, onze gebeden, onzen arbeid dwars door de wereld, die men afvallig heeft willen maken, maar die men slechts heeft ver hongerd, vermoord, wanhopig en op standig gemaakt, de grootsche stroom ontketenen van geloof, die haar zal medevoeren en redden. D. M. Bergey, Pastoor van St Emilion Oud-Afgevaardigde in het Fransch Parlement, Oorlogsverminkte, Voorzitter-Stichter van de P.A.C, Internationaal Kongres-Bede- vaart voor den Vrede i der Katholieke Oud-Strijders en Zonen van Strijders, te Rome, 7, 8 en 9 September 1935. Onder de Hooge Bescherming van Z. E Kardinaal Van Roey. Voorzitterschap en Leiding Dom Modestus Van Assche, Abt der Benedictijner Abdij van Steenbrugge. REISWEG 3 September, Brussel vertrek 19 uur. 4 September Luzern en Florentië. 5 September Florentië en Rome. 6, 7, 8 en 9 September te Rome. 9 September Rome vertrek 22,45 u. 10 September Genua. 11 September Bern 12 September Brussel, aankomst 8 u. PRIJS 2de klas B. F. 1.675. 3de klas: B. F. 1.325. Pauselijke Audiëntie voor Dames Voor de dames die hunne echtgenoo- ten of zonen vergezellen zal de algemee- ne inrichting een programma opstellen voor het verblijf te Rome, gedurende de zittingen, plechtigheden of betoogingen uitsluitend voorbehouden aan de oud- strijders. Onder anderen zal bij Z. H. Paus Pius XI een bijzondere audiëntie aan gevraagd worden. Voor de kleedij gedurende deze audiëntie wordt vereischt geen hoed, zwarte hoofddoek of sluier voor de da mes, wit voor de meisjes, gesloten kleed met mouwen, donkere kleur voor de dames, heldere kleur voor de meisjes. Inlichtingen en inschrijvingen Sint-Pietersabdij, Steenbrugge, Tot 15 Augustus 1935 laatste datum. Paspoort Geen enkele individueele stap moet aangewend worden voor de paspoor ten. Het inrichtingsbestuur gelast erzich mede. Alvorens te bespreken welk het beste oogenblik is om onze graangewassen en peulvruchten te pikken, achten wij het nuttig de verschillende graden rijpheid te onderzoeken en na te gaan hoe men deze van mekaar kan onderscheiden. Eerst bemerkt men de melkrijpheid, die zich kenmerkt doordat het stroo nog groen is en de korrel melkachtig thans volgt de geelrijpheid, wanneer het stroo begint te blanken terwijl de korrel nog kneedbaar is en over den vingernagel kan gebroken worden eindelijk hebben we de volle rijpheid wanneer het stroo gansch geel is en de korrel over den vingernagel wel kan gebogen, doch niet meer kan gebroken worden. Moet het graan als zaaigoed gebruikt worden, dan laat men het tot volle rijp heid komen alhoewel het bij geelrijpheid reeds een groote kiemkracht bezit doch hoe langer het graan op stam blijft hoe vollediger het voedsel van de halm naar het graan over gaat en hoe meer voedsel het graan zal bevatten. Eens de vrucht gevormd, staken de wortels der graangewassen hun werking en men zou geneigd zijn te meenen dat men ook de zaaigranen reeds bij geel rijpheid mag pikken, omdat er toch bij de plant niets meer bij komtdoch men hoeft in acht te nemen dat de rijpheid geleidelijker geschiedt, zoolang de plant in de grond staat, want eens de halmen gepikt, zullen ze gemakkelijker ver schroeien en de voedende bestanddeelen moeilijker naar de korrels laten over gaan. Is het graan bestemd voor eigen ver bruik of om in den handel te brengen, dan zijn er menige voordeelen aan vast het niet tot zijn volle rijpheid te laten komen, doch men mag ook niet over drijven, daar te vroeg gepikt graan in eengeschrompelde korrels van geringe hoedanigheid geeft. Pikken bij geelrijpheid vermijdt het uitvallen van het graan, dat zeer nadee- lig kan worden, bijzonder bij onweer en zooveel te gevoeliger omdat de korrels die het eerst rijpen en dus ook gemak kelijkst uitvallen de schoonste en de beste zijn. Vroeg pikken brengt het voordeel bij dat men vroeger gedaan heeft en zoo ook vroeger zijn stoppels kan bewerken en wat meer is dat de l i korrels een mooier uitzicht hebben dan wanneer ze tot volle rijpheid zijn geko men. Bijzonder spelt, ook haver en tarwe mogen tamelijk vroeg gepikt, terwijl de rogge het later pikken beter verdraagt. Paardeboomen zijn rijp wanneer de peulen hun groene kleur beginnen te verliezen en hier en daar bruin-zwarte vlekken vertoonen (bij erwten gele vlek ken). De zaden in de peulen zijn dan nog lichtgroen gekleurd, week en min of meer sappig, doch worden geleidelijk hard zonder veel ineen te schrompelen. Om de rijpheid der paardeboonen en erwten vast te stellen, gaat men bijzon der de onderste peulen na. Men pikt ook tamelijk vroeg om het openspringen der peulen zoo gering mogelijk te maken. Koolzaad is rijp wanneer het zaad in de hauwen een roode tint begint te krij gen, klaverzaad wanneer het meeren- deel der zaden tot rijpheid is gekomen. HBRBBBBBaBflBBBaaKSSaMBBBaaaBB Uit Land en Vee nemen wij het onderstaande over Het machinaal rooien van aardap pelen is de laatste jaren vrij sterk toe genomen. - De aardappelrooiers zijn evenals alle andere landbouwwerktuigengoed- kooper geworden en ze zijn ook verbe terd. Dit laatste is echter niet de voor naamste oorzaak van het toenemen van het machinaal aardappelrooien.De voor naamste oorzaak is wel, dat de boer zijn aardappelen vlugger en goedkooper dan met de hand kan rooien. Vele poot- goedverbouwers hebben een rooier aan geschaft, omdat de velden, die in A- klasse zijn geplaatst, vroeg gerooid moe ten worden, d.w.z. in de drukke oogst tijd, Enkele pootgoedverbouwers, die hun velden in de B of C- klasse hebben gekregen, zijn ook tot vroeg rooien overgegaan, omdat zij de ervaring heb ben opgedaan, dat zij door het vroeg rooien minder last van virusziekte (blad- rol, topbont, enz.) in het nagewas zul len hebben. Niet overal heeft de aardappelrooier even goed gewerkt. Ten onrechte wordt dit wel eens aan de machine verweten, terwijl deze dan geen schuld treft. De oorzaak van de slechte of minder goede werking kan ook in het gewas en in den grond zitten. Wanneer de aardappelen met de hand zijn gepoot, dan staan zij gewoonlijk niet zuiver in een rechte rij. Bovendien worden alle aardappelen met de hand niet even diep gepoot. Een en ander heeft tot gevolg, dat de rooier sommige aardappelen doorsnijdt en andere laat zitten. Als de boer dit ziet, gaat hij de rooier dieper stellen en dit brengt twee bezwaren mee, n 1. er wordt meer trek kracht van de paarden gevraagd en tea tweede er wordt meer grond verplaatst met als gevolg dat sommige aardappe len weer onder de grond komen te zit ten en bij het oprapen blijven liggen. Wil men goed werken met een rooier, dan moeten de aardappelen zuiver in een rij en op gelijke diepte gepoot zija. Op de groote velden kan men dit be reiken met een vorentrekker, die zuiver rechte voren trekt, die overal even diep zij n en waarin de aardappelen met eeni ge zorg gelegd moeten worden. De laatste tijd zijn ook z.g. aardappel- pootmachine's gemaakt, die ons ge woonlijk wel in staat stellen de aardap pelen zuiver in een rij en op gelijke diepten te poten. Het spreekt van zelf, dat ook het land goed vlak moet zijn en dat men de aardappelen niet te diep zet. Voorts is het aanhoogen der aardappelen van be lang. Op zware, vochtboudende klei en leemgrond moet dit aanhoogen hoog gebeuren en op lichte zandgronden slechts even. Dit aanhoogen moet met zorg gebeuren, opdat de aardappelen mooi midden op de dammetjes komen te staan. Vanzelfsprekend heeft ook het weer tijdens het rooien en de lengte van het loof een invloed. Nat weer op zware grond maakt het machinaal rooien zeer lastig. Lang» 11 i G. Git aat, 28' t te Wn indenhc: genezen tlercq, K w Breyt' g der It p plaats Eeuwfe wegzakt werk mak, nuffl» BBSSBSB Sf3BBBB»aec^«BBB»3iBBBB

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Koornbloem | 1935 | | pagina 1