NIEUWJAARSWENSCHEN Dc Tragiek van het Familieleven Arbeid adelt* Landbouwweekblad Voor en door de Landbouwers ZITDAG Het Economisch Herstel blijft uit. 1 Orgaan der Landbouwersvereeniging Redt U Zeiven ZONDAG 29 DECEMBER 1935. Pr(j« 25 centiem 18de JAARGANG Nt 887 mm Abonnementsprijs 12 £r. 's jaars. Men schrijft in op ons Bureel en op alle postkantoren. Het overnemen van artikelen zonder aanduiding der bron is streng verboden. Bestuurder en verantwoordelijke Opsteiler O. CAUDRON. Bureel en Redactie t De Vilanderstraat, 4, Aalst. De medewerkers zijn verantwoordelijk voor hunne bijdragen. Aankondigingen volgens akkoord. Het is met Nieuwjaar de ge woonte van elkander allerhande goede zaken toe te wenschen. We willen aan deze gewoonte geen afbreuk doen en ook onze wenschen uitdrukken. Allereerst wenschen we aan alle landbouwers en bijzonder aan alle Redt U Zeivers een zalig en ge lukkig jaar naar ziel en lichaam, voorspoed in hunne zaken en veel geluk in hun huisgezin. We wenschen hen toe dat het jaar 1936 veel gelukkiger moge zijn dan de vele die het vooraf- gingen. We wenschen hen toe dat ze mogen afbreken met hunne oude Lamme Goedzakkigheid dat ze strijders zouden worden die voor niets verveerd zijn wanneer het er op aankomt om hun belangen te verdedigen. üp dit oogenblik heeft onze stand zeer weinig in de pap te brokken. Dat is het gevolg van onze machteloosheid die voortge sproten is uit de onderl'nge ver deeldheid en de groote onverschil ligheid van onze boeren. Dat ze dus meer samenhoorig- heid zouden mogen voelen dat ze hun ware verdedigers zouden lee- ren kennen en helpen in hun moei lijke taak, dat is voorzeker wel de bijzonderste wensch die we hen kunnen toesturen. We wenschen ook dat onze boeren wat meer fierheid zouden bezitten over hun stand. Weten ze dan niet, dat hunne taak minstens zoo eerbiedwaardig is als gelijk welke andere Dat het puik der bevolking van Vlaan deren, door de eeuwen heen, steeds geleverd werd door de lan delijke bevolking. We willen ons ook vooral rich ten tot onze boerenjeugd. We voelen zoo somtijds een on weerstaanbaar verlangen in ons opkomen om sommige van die kloeke jonge boerenkerels eens duchtig door mekaar te schudden, wanneer we hen soms bezig hooren. Meent ge dat ze met mekaar spreken over hun vak, hun beroep, over zaken die hen ten zeerste aanbelangen Hun gesprekken loopen mees tendeels over de prestaties van deze of gene velorenner; over de kwaliteiten van deze bokskam pioen en over de kunde van dezen of genen filmartist. Is 't niet droef En zeggen dat diezelfde jeugd eens de dragers moeten worden van de eer van onzen stand. Waar gaan we met zulke man nen naartoe Daarom, jonge boeren, wen schen we uit het diepste van ons hart, dat ge dit jaar dezelfde geestdrift zoudt aan den dag leg gen voor uw beroep als ge nu gedaan hebt voor allerhande on benulligheden. Nu we toch bezig zijn, zullen we maar verder gaan en ook voor de boerendochters een wensch neerpennen. Voor onze lieve Eva's dochters wenschen we dat ze dubbel fier zouden zijn over hun stand en hunne taak. Zij zijn het die in 't huisgezin als dochter of vrouw de zon moeten brengen, zij zijn het die moeten meehelpen om het boerenleven wat min lastig te ma ken. En indien onze boerendoch ters uit eene goede landbouw school komen, zullen ze hunne taak met vreugde weten te ver vullen. Vergeten ze de woorden niet van den Vlaamschen dichter K. L. Ledeganck die schreef Geen rijker kroon Dan eigen schoon Zoeken we ons bedrijf door moderne praktijken aangenamer en min slavelijk te maken. We hebben het recht de zon eerst voor ons op te eischen en in onzen boerenstiel een mensch- waardig leven te leiden. Voor alle landbouwers wen schen we dat ze door en door kristelijk en vlaamsch zouden zijn, eerlijk in hun handel en behulp zaam voor minbedeelden. En dan zal de dichter waarheid hebben gezegd die eens zong Hoe genoeglijk gaat het leven Van den stillen landman heen, Die zijn zalig lot hoe kleen Voor geen koningskroon zou [geven. Het familieleven is bij velen slechts nog een aangename herinnering uit het verleden 1 De vroegere eenheid en gezelligheid in den huiskring heeft op vele plaatsen een leelijken deuk gekregen, en is hier en daar zelfs geheel te niet gegaan, om dat elk lid van de familie zijn eigen weg gaat en elders zijn bezigheid, zijn ont spanning en zijn omgang zoekt... Dat is een eerste feit dat we hier onder oogen willen nemen. Een tweede is het volgendehet familiemilieu is op vele plaatsen hei- densch aan het worden. De nieuwe heidensche gedachten dringen van buiten in den huiskring door en vervormen er de levensgewoonten en opvattingen. Ons schoonste bezit is door den vijand aangevreten!... Wij staan voor het feit van de ondermijning van de levenscel der maatschappij 1 En dan moeten wij ons afvragenHoe is dit alles gekomen, hoe is dat alles mo gelijk geworden Om deze zaak te beantwoorden moe ten wij eerst twee zaken vastleggen 1) Eerst is het openbaar leven, en met dit leven de openbare meening verhei- denschthet familiemilieu is niet recht streeks aangevreten geweest, maar langs het publiek leven om. 2) De heidensche gedachten zijn niet doorgedrongen on der het volk langs dikke en geleerde bundels traktaten, langs den weg van saaie en lange hoofdartikels, langs pree- kerige en moeilijke voordrachten, maar langs den veel gemakkelijkeren weg van het vermaaksleven, langs ontspannings pers, roman, revue, geïllustreerde bladen, film, enz. Het opzet van den vijand was dus eerst het openbaar leven en de openbare opinie te verheidenschen en wel door een vermaaksleven buiten de familie te scheppen, alwaar ze het individu onge merkt de zoete pil van zoogezegd verzet en ontspanning zouden te slikken geven een pil, echter, die binnen het suikeren omhulsel het venijn droeg van de nieu- we heidensche gedachten. Wat is er dus de laatste dertig tot veertig jaar gebeurd We zouden, om eenvoudig te blijven, het aldus kunnen voorstellena) Men heeft het vermaaks leven dat vroeger hoofdzakelijk binnen den huiskring gebeurde er buiten ge lokt... b) De mensch die vroeger in het familiemilieu zich vermaakte, nam actief deel aan dat vermaakterwijl de mensch, die nu elders zijn verzet gaat zoeken, eerder passief is geworden, en het plezier dat hem geschonken wordt, en dat bij zich voor een paar franks kan aanschaf fen, eerder ondergaat. Dit willen we even verduidelijken... Voor dertig a veertig jaar ging men wel eens "uit,, natuurlijk. Maar dat was bijna een uitzondering, eens naar de "comedie,,, eens in den winter naar "het bal,, enz. Het natuurlijke en normaal milieu, waar men zijn ontspanning zocht, was den huiskring. Daar gaf men elkaar de vreugde, het verzet, Iedereen werkte er aan mee. Moeder bakte koeken of wafels. Vader zat er bij het vuur zijn pijpje te rooken. De kinderen lachten en gierden met allerlei kleine, gezonde "vodderijen» of hadden een heele kast vol gezelschapsspelen waar de ouderen bijtijds ook hun verzet in vonden. Ten slotte ging men wel eens "buurten,,. En hetzelfde vermaak kreeg dan alleen een andere omgeving, een andere lokale kleur. Hoofdzaak was men werkte aan het vreugde verschaffen mee I Toen zijn de verschillende lokmidde len naar buiten gekomen. Zeker, de kroeg bestond reeds, maar de kroeg was niet die van nu, althans niet in de groot steden. Er kwamen de tingeltangels en de café-chantants. Er kwamen de kine- mas, de zalen voor operetten en revues, in een aantal die geen vergelijkingen dulden met hetgeen wat vroeger be stond. Met den tam-tam der reclame, der affichen en der annoncen, met het procédé van modepraktijken en stars maakte men een kunstmatige behoefte naar al dat nieuwe genot, genoeg om eiken avond van de week iets anders en iets nieuws aan den enkeling te bezor gen. En, wat van zelf spreekt, het fami lieleven droeg er den weerslag van. De mensch werd een slikker van ge not, een passief ondergaand wezen, dat niet meer reageerde op wat men het voorschotelde, dat zich geen enkel oogenblik afvroeg of alles wat men daar nu opdischte, op die scene of op dat witte doek, of op die bladzijde van die avonturen-roman, nu echt gezond en goed was... Neen, men smaakte een an der vermaak, een andere sensatie, en men was tevreden, dat alles zoo gemak kelijk ging, dat men alles voor u deed en dat gij maar de zoetigheid moest laten binnenglijden, gelijk de sukkelaar uit het wondere luilekkerland 1... En, wat het ergste is, men werd niet gewaar dat al die verhaaltjes, die plezante toestan den, die ontroerende gebeurtenissen, op de planken, op het celluloid of op het papier, niet enkel loutere vermaaksmid- delen waren, maar dat het dragers wa ren van goed verscholen gedachten, van een levensopvatting, die niet de kriste- lijke was. en die tot doel had ons volk langzaam maar zeker te verheidenschen. Had men het familiemilieu recht streeks moeten aanpakken in den kring zelf der huiselijke gezelligheid, men zou wellicht nooit gelukt zijn... Men heeft de ouders en de jeugd eruit getrokken om ze afzonderlijk te bewerken en een in 't geheim groeiende verandering te doen ondergaan, zoodat zijzelf na een tijdje de werktuigen zouden worden, die de nieuwe gedachten in den huiskring zouden brengen en daar de boel op stel ten zouden zetten. Vandaar ook o. a. die ontelbare ruzies, verschillen van meening, wrijvingen, bolsjevismen in de levenswijze, die men in zooveel van onze families thans kan bemerken. Ik beweer hier niet alle redenen op gespoord te hebben die thans de tragiek van het huisgezin uitmaken. Er zijn er zeker meer... Maar hier ligt toch zeker een belangrijke factor, die geen enkel mensch, vooral geen enkele vader of moeder mag ontkennen of zwijgend voorbijgaan. Hier ook moet een weg gezocht en gevonden worden om het familieleven I terug dien glans en gezelligheid te ge- 1 ven van eertijds. Hier ook moet kost (Zie vervolg onderaan hierneven). i De lichte verbetering is te danken aan de Bewapening. De huidige conjunctuur is een Oorlogsconjunctuur Het is een gewoonte geworden op 't einde van ieder jaar na te gaan in hoe verre de economische herleving in dien er werkelijk van herleving mag ge sproken worden vooruitgang heeft gemaakt. Op het oorlogsveld der wereldecono mie is de bewegingsoorlog van begin 1934 met de stabilisatie van den dollar in een loopgravenoorlog veranderd. Nochtans, hadden tusschen de fronten ook in 1935 nog enkele grootere bewe gingen plaats. De Belga werd gedeval- veerd, de Dantziger gulden werd aan den Poolschen Zloty aangepast. Ook Italië verliet het goudblok. Zonder "offl- cieele devalvatie ging de lira 20 tot 25 °/o terug. De Amerikaansche zilver- politiek had een verhooging van den zilverprijs voor gevolg en dwong China zijne munt te ontwaarden en financieele hervormingen door te drijven, waarvan den terugslag, gelijk het thans wordt aangetoond, verre het economisch ter rein overschreden. De Sowjet-Unie voerde een devalvatie van ongeveer 77 °/o door en knoopte den roebel aan den Franschen frank vast. Voor 't overige worstelden al de lan den om hun economische stelling te verbeteren. En indien men alleen de statistieken nagaat dan is men verplicht toe te geven dat de meeste daarin wer kelijk geslaagd zijn. Voor vele producten zijn de prijzen verbeterd en de voort- brengst verhoogd. Het werkloozencijfer is in vele landen verminderd. Indien men echter de ware oorzaken van deze verbetering tracht te achterhalen, dan komt men tot treurige bevindingen. In de laatste maanden stond de we reldeconomie grootendeels in de scha duw der politieke en handelsverwikke lingen, die het Italiaansch-Abyssinisch conflict had opgeroepen. Politieke in vloeden waren nooit zoo sterk als thans. En de vele economisten, die geen func tie bekleeden in het een of ander minis terie hadden overschot van gelijk wan neer ze de wereldeconomische ontwik keling van de laatste maanden als oor logsconjunctuur betitelden. En dit woord heeft niet alleen betrek king op Italië. Integendeel. In 't voor uitzicht van een gebeurlijken laatsten oorlog brak overal een aankoopten- denz door. Het was een strijd om de verwerving der producten die in 't land niet te vinden waren en waarvan de noodzakelijkheid in een oorlog bekend was. Grondstoffen en levensmiddelen om 't even. En de wapenindustrie flo reert als in haar beste dagen. Alleen in de landen van het goudblok ging de conjuctuur, niettegenstaande de oorlogsuitrusting toenam, nog verder terug. We zullen hier geen statistieken aan- van Rechtskundige Dienst wordt ge houden op Zondag 5 Januari van 10 tot 3 uur, in onze bureelen De Vilanderstraat, Aalst. VERZEKERINGEN. - Een af gevaardigde van de Verzekeringsmaat schappij Redt U Zeiven is regelmatig ALLE ZATERDAGEN in ons lokaal, Groote Markt. Hij is ter beschikking der belangheb benden om alle inlichtingen te geven over verzekeringen van allen aard brand, ongevallen, leven enz. wat kost, en heel vlug het middel gevon den worden voor de herkristelijking van dat leven in den huiskring... Het pro gramma der K. A. wijst herhaaldelijk op die bekommernis. Wij allen moeten er het onze toe bijdragen opdat spoedig de praktische oplossing eraan gegeven wordt. Het heil van het kristendom in ons land hangt er voor een groot deel van af. voeren om dit te bewijzen. Binnenland- sche conjuncturen en oorlogsuitrustingen in heel de wereld oefenden een gunstigen invloed uit op de economie, die wellicht nog sterker zou zijn geweest indien de oorlog in Oost-Afrika niet ware uitge broken en de sancties remmend hadden gewerkt. Van een herleving van de eco nomie in den werkelijken zin van het woord, van een verbetering van den toestand is er dus geen spraak. En gelijk 1934 eindigt ook dit jaar in politieke spanning en economische zorgen en dringender nog dan verleden jaar stelt zich de vraag waar gaat de wereldeco nomie naartoe Waar ligt de redding Gelijk iederen oorlog verwoest ook de economische strijd, die sinds vijf jaar de wereld als op haar grondvesten doet daveren, onschatbare waarden, maar hij maakt ook vele krachten vrij. Thans gaan we een snelle ontwikkeling tege moet. De politiek houdt het roer. Han del, landbouw, arbeiders en werkgevers maken de bemanning uit van het vaaW- genoemde bootje waarin we allen zitten. Het is onnoodig hier te herinneren aan de talrijke veranderingen die zich sedert 1931 voordeden. De oude vormen van binnenlandsche en buitenlandsche han delsbetrekkingen werden opgevouwd. Zoo goed en zoo kwaad als 't gaat tracht men vooruit te komen op den stroom der muntontwaardingen, langs de klippen van clearing en binnencon- junctuur, met het gevaar vast te loopen op de zandbank der autarkie. Men zoekt economische blokken te vormen. Maar politieke storingen verhinderen dat ze werkelijk werken gelijk het behoort. Samenhoorigheid is nergens te vinden. Ieder ziet naar zijn eigen klein proftyt. En ieder land vaart op eigen krachten. In vele landen worden de hervormingen met tegenzin doorgedreven. En niet heelemaal ten onrechte. Ze beschouwen ze als overgangsmaatregelen net alsof men morgen weer als bij tooverslag tot den ouden toestand zal wederkeeren. Andere landen daarentegen hebben in gezien dat de oude orde, die in wanorde is veranderd, heeft afgedaan en gaan beslist een nieuwe orde tegemoet. Al de gebieden van het economische leven, al de vraagstukken over goud en papier, autarkie en wereldhandel, schuldeischers en schuldenaars, landbouw en industrie staan in het teeken van dezen overgang naar andere, betere tijden. En niet alleen is de materialistische wereld in beroering. Ook de betrekkin gen tusschen staat en economie,tusschen arbeid en kapitaal, tusschen mensch en gemeenschap zijn aan 't veranderen. Een oude wereld brokkelt af en er moet een nieuwe opgebouwd worden. Hoe ze er zal uitzien is niet te zeggen. Het aandeel van den staat in de ordening zal veel grooter zijn dan voorheen en de handel en de nijverheid zullen niet lan ger meer voor enkele begunstigden werken, maar voor 't welzijn van 't al gemeen. Om nu speciaal op Belgisch gebied te eindigen zijn de enkele maatregelen die door de huidige Regeering zijn getroffen en door velen als "revolutionnair,, be stempeld, slechts een begin. Nochtans, het zou volgens onze meening verstan diger zijn indien de Regeering, eens en vooral, kort en bondig, het doel aangaf waarna ze streeft. Na vijf jaar crisis is het iedereen dui delijk geworden dat we hier staan voor meer dan een cyclische crisis. De eco nomie moet op andere basissen worden gevestigd. Dat men er mede begint. Het is mogelijk dat enkele groot- nijveraars en bankiers er niet voor te vinden zijn. Wat kan het ons maken Hun rol is uit gespeeld. Er zijn voldoende bronnen aanwezig om arbeiders en boeren, om het echte volk alles te geven wat het noodig heeft voor een menschwaardig bestaan. Kan het langer blijven duren dat de boeren geld verliezen, de arbei ders slecht betaald worden, duizenden werkloozen honger en gebrek lijden,ter wijl langs den anderen kant de fortuinen zich spijts de crisis verder opstapelen

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Koornbloem | 1935 | | pagina 1