De tergende Verongelijking Wat er wel en wat er niet beloofd werd. De Suikerbeetzaden Arbeid adelt* Landbouwweekblad Voor eo door de Landbouwers onzer Landbouwers bij de toepassing der sociale wetten Rond den Italiaansch-Abessijnschen oorlog. A Orgaan der Landbouwersvereeniging Redt U Zeiven n. ZONDAG 16 FEBRUARI 1936. PrQt 25 eeoticai 18de JAARGANG N* 894 Abonnementsprijs 12 £r. 's jaars. Men schrijft in op ons Bureel en op alle postkantoren. Het overnemen van artikelen zonder aanduiding der bron is streng verboden. Bestuurder en verantwoordelijke Opsteller O. CAUDRON Bureel en Redactie t De Vilanderstraat, 4, Aalst. De medewerkers zijn verantwoordelijk voor hunne bijdragen. Aankondigingen volgens akkoord. onder :ien, b Steen In onze vorige bijdrage hebben wij aangetoond hoe onze kleine landbouwers verongelijkt worden bij de toekenning van het kosteloos ouderdomspensioen. Werpen wij than- een blik op de an dere wetten van sociaal karakter en wij zullen het besluit moeten trekken dat het ook daar voor hen r iet beter gesteld is. Wij hebben vooreerst de wet op de gezinsvergoeding. Deze vertoont naar onze meening twee groote gebreken 1) Zij is niet volle.dig omdat zij alleen de gezinsvergoeding toekent aan de per sonen die werken voor rekening van derden. Slechts diegenen welke dus een loon of een wedde trekken kunnen de gezinsvergoeding bekomen. Al de perso nen welke voor eigen rekening werken zooals de kleine boeren en middenstan ders zijn uitgesloten welke ook hunne inkomsten wezen en het aantal kinderen te hunnen laste. 2) Zij zou moeten rekening houden met de bestaansmiddelen der voordeel hebbers van de gezinsvergoeding. Het stoot immers tegen de borst dat bestuur ders of leidende personen welke verschil lende duizende frank per maand verdie nen nog de gezinsvergoedingen ontvan gen alleen door het feit dat zij in dienst zijn van een werkgever, terwijl zelfstan dige personen als kleine landbouwers en middenstanders met gering inkomen en zware gezinslasten eenvoudig worden uitgesloten. Billijkheidshalve zou er een maximum- het weze nog breed opgevat moe ten vastgesteld worden voor de bestaans middelen bij toekenning der gezinsver goeding. Een tweede punt dat onze kleine land bouwers verongelijkt is de beperking ingevoerd door het koninklijk besluit van 14 Augustus 1933 bij het toekennen van de gezinsvergoeding aan een oude ren broeder of zuster ten voordeele hun ner jongere broeders of zusters. Onze kleine boeren met kroostrijk gezin zijn veelal gedwongen, doordat hun bediijf te gering is, een zoon of dochter naar de fabriek te zenden om mede te helpen bij den onderhoud van het gezin. Artikel 22 der wet van 4 Augustus 1930 houdende de veralgemeening der gezinsvergoeding bepaalde dat in zulk geval de gezinsvergoeding aan den ar beider werd toegestaan ten behoeve van zijne jonge broeders en zusters wanneer deze laatsten dit voordeel nog niet ge noten uit hoofde van den arbeid van hun vader of moeder. Het koninklijk besluit van 14 Augus tus 1933 heeft voormeld artikel 22 zoo danig gewijzigd en beperkt dat practisch de gezinsvergoeding wordt geweigerd aan een arbeider uit een landbouwers gezin ten voordeele zijner jongere broe ders en zusters. Nog een andere onrechtvaardigheid werd ingevoerd door zelfde koninklijk besluit namelijk de volgende Ingevolge de wet van 4 Augustus 1930 werd van de werkgevers voor inwonend personeel geene storting vereischt in de kassen voor gezinsvergoedingen. Het besluit van 14 Augustus 1933, wiens wettelijk heid niet onaanvechtbaar is, wijzigde deze bepaling in dezen zin dat voor j het inwonend personeel wanneer het in het bedrijf wordt gebezigd zou dienen gestort door den werkgever, terwijl voor het inwonend personeel in per soonlijken dienst van den werkgever geen werkgeversbijdrage vereischt is. Kleine landbouwers en middenstan ders moeten dus storten voor hun in wonend personeel rijke particulieren zijn ontslagen van de bijdrage voor ge zinsvergoedingen. Is dergelijke regeling rechtvaardig te noemen Verder dient ook met klem geprotes teerd tegen den willekeur der Rijksver rekenkas dewelke eenvoudig de toepas sing der wet schorst tot een onderzoek zal ingesteld zijn en aldus vooral de arme kroostrijke gezinnen op den buiten treft. Tenslotte zijn onze landbouwwerk- lieden, niettegenstaande de bombastische redevoeringen van roode en andere de- mokraten tot heden uitgesloten van alle sociale wetgeving. Er bestaat voor hen geen werkloos heidsverzekering of crisisfonds Er be staat voor hen geen arbeidswetgeving. Zij zijn eenvoudig aan hun lot overge laten. Verre van ons te beweren dat voor de landarbeiders eenzelfde regeling dient ingevoerd als voor de nij verheidswerk lieden. Doch op gebied van ziektever zekering, verzekering tegen werkloos heid en werkonbekwaamheid zouden ongetwijfeld maatregelen kunnen ge troffen worden welke hen tegen nood en armoede beschermen. Ook ten opzichte van de seizoenar beiders is de huidige wetgeving betref fende de uitkeering van den werkloozen- steun verre van volmaakt. Tenslotte komen wij op gebied van sociale verzekeringen zoowel als op economisch terrein tot de vaststelling dat de landbouw in dit land werd be handeld als ondergeschikte van de nijverheid. Dergelijke toestand kan niet als recht vaardig worden bestempeld Wij eischen dus dat ook op maatschappelijk gebied dringend het gedane onrecht hersteld worde. En zijn gedurende de laatste maanden zóóveel woorden verspild over het vast stellen van den verkiezingsdatum, dat men op den duur wel denken zou dat het volksheil hoofdzakelijk door de keuze van dezen of genen Zondag ge diend wordt. Of wilde men den dag der afrekening zoo lang mogelijk verschui ven omwille van het slecht geweten en om den schrik van er uitgeborsteld te worden Eindelijk schijnt man er nu toch over akkoord geraakt om de volksraadpleging op 14 Juni e.k. te laten doorgaan. De programmas van de partijen zijn reeds klaar en men mag zeggen dat de verkiezingsstrijd geopend is. Bij dit gebeuren is hi t niet zoo kwaad eens in oude papieren te gaan snuffelen en te herlezen wat er, vier jaar geleden, allemaal aan het volk beloofd werd en in hoe ver deze belofttn werden nage komen... Als voornaamste argumenten om voor deze of gene partij te stemmen vin den we in die oude manifesten en affiches aangegeven de ziel van het kind, het behoud van den frank, de vermindering van belastingen, de bescherming van den landbouw, de oplossing van het vraag stuk der werkloosheid en de verbetering der verkeerswegen, de definitieve oplos sing van het taalvraagstuk en de uit roeiing van alle misbruiken. We zijn er nu wel tenvolle van bewust dat eeden van jonge verliefden en be loften van oude politiekers bijna even veel waard zijn toch willen we, nu de afrekening in aantocht is, eens even on derzoeken wat er, gedurende de vier laatste jaren, van al die schoone beloften in huis is gekomen. Ook voor deze landbouwers, welke gansch onverschillig staan tegenover de politiek, kan dit onderzoek wel eenigs- zins belangrijk zijn. 1De ziel van het kind dit is wel de zedelijke waarde bij uitmuntendheid, waarvoor het de moeite waard is te strijden. Immers wat de ziel van het kind nu is, dat zal de ziel van ons volk later zijn. Is de ziel van de tegenwoor dige jeugd rein en krachtig in het goede, dan hoeft ons volk in de toekomst niets te vreezen. Hoe wordt nu de kinderziel in ons land beschermd Schunnige fransche en ook enkele vlaamsche geschriften wor den hier vrank en vrij verkocht, zonder dat de rechterlijke macht maar eenigs- zins ingrijptKinderen op moeders arm of aan vaders hand worden zelfs s nachts in drankhuizen met verdacht allooi toegelaten daar krijgen ze, zon der dat de wetgeving er zich om bekom mert, juist alles te hooren en te zien behalve iets dat de ziel verheffen kan. Rolprenten "voor volwassenen,, wor den wekelijks in elke stad afgedraaid een groot aantal dezer filmen moest voor oud en jong verboden worden en toch worden er veelal niet-volwassenen ook toegelaten. Hoeveel wetsontwerpen werden er in den huidigen kamerzittijd ingediend om de kinderziel te beschermen tegen aller hande pornografie en slechte bioscoop voorstellingen Had men sedert ruim honderd jaar de ziel van het kind in ons land wat ernsti ger verdedigd, ook buiten den verkie zingsstrijd. dan zou ons volk thans niet bevorderd wezen tot natie van tweeden of derden rang. 2. Het behoud van den frank. Die belofte werd afgelegd hoofdzake lijk voor de boeren en de kleine spaar ders. Hoe die belofte nageleefd werd hoeven we hier niet te verklaren. Als toemaat op die ongevraagde aderlating kregen we de conversie van de renten, waardoor de staat voor de zooveelste maal zijn handteeken verloochende en waardoor de kleine spaarder wederom het ergst getroffen werd. 3. De vermindering der belas tingen dit reklaamartikel werd door alle politieke partijen verdedigd hier van mocht dus zeker wat goeds ver wacht worden. Om dit te verwezenlij ken was er echter een verstandig beleid en strenge zuinigheid geboden. Maar juist het tegendeel hebben we beleefd groote kredieten werden cadeau gedaan aan handels- en nijverheidsinstellingen van de politieke vriendjesmiljoenen werden verscheept naar Kongo, weeral om de groote ondernemingen te steunen; de oorlogscredieten werden gestemd met evenveel enthousiasme en slaafsche onderwerping als voorheen en zoo de krizis zich hoe langer hoe meer liet ge voelen aan boer, werkman en hande laar, daarvan hebben onze ministers, hooge ambtenaars en sabelsleepers nog niets gevoeld. We hebben dan ook allen ondervonden op welke wijze de belas tingen verminderd werden. 4. De bescherming van den land bouw. Hier werd inderdaad nogal wat gepresteerd gedurende vier lange jaren was de landbouw het onderwerp van bespreking in eiken ministerraad en in iedere kamerzitting miljarden wer den zoo maar aan de boeren uitgedeeld. Deze zijn dan ook meestal schatrijk ge worden en bewonen een ruim kasteel of een prachtige villa, terwijl ze al hun werk door knechten en meiden laten verrichten. Al de Regeeringspartijen hebben dan ook onbetwistbaar recht op den eeuwigen dank van de landbouwers. 5. Het werkloozenvraagstuk en dat van de verbetering der ver keerswegen. Deze twee zaken, die met elkander een nauw verband houden, blijven een eeuwige schande voor de Regeering had men die twee vraag stukken op een verstandige wijze aange pakt, dan zouden zelfs onze meest afge legen landelijke wegen zich op dit oogen- blik in een uitmuntenden staat van on derhoud bevinden, en dit nog wel zon der groote onkosten. 6. De definitieve oplossing van het taalvraagstuk De beloften op dit terrein zijn zoo ver ingelost dat men nog steeds met Fransch alleen minister,voor zitter van het parlement, voorzitter van het radio- instituut en generaal kata wor den en dat men met Vlaamsch alleen nog geen baartje in een ministerie krijgen kan. Een heele hoop "VlaamscheM mi nisters en volksvertegenwoordigers zijn (Zie vervolg onderaan 4de kol.) De Landbouwmogelijkheden van Erythrea. Thans is Italië opnieuw bezig zich een weg te banen in Afrika en de grond oorzaken dezer actie zijn dezelfde als die in 1911 toen Tripolis werd veroverd. Geestelijke en stoffelijke motieven wer ken hier samen. Er is ook in Italië een imperialistische gedachte die sinds het Fascisme aan 't bewind is gekomen sterk is toegenomen. Naast deze ideëele ge dachte, echter, staat een economische noodwendigheid, die haar oorsprong vindt in bijzondere demographische toe standen. Italië had en heeft een dichte bevol king met snellen aanwas. Met deze groeiende bevolking houdt de vermeer dering der bestaansmiddelen geen ge lijken tred. De nijverheid, die snel heeft toegenomen en de landbouw, die werd uitgebreid, zijn niet voldoende om de breede volksgroepen te werk te stellen. Het gevolg daarvan was dat ieder jaar zes tot zevenhonderdduizend Ita lianen, meest daglooners en landarbei ders, naar Amerika uitweken. Maar ook daaraan is thans een einde gesteld daar nog zeer weinig landen voor kolonisatie openstaan. De expansie moest zich naar Abessinië richten, al willen we thans niet ingaan of de gewenschte resultaten ook niet zonder oorlog bereikt zouden geweest zijn. Er is opgeworpen geworden dat Italië voldoende koloniën bezit. Nochtans, buiten Erythrea, zijn deze koloniale be zittingen slechts groote zandvlakten waar er aan kolonisatie niet kan gedacht worden. Bood Erythrea dan geen voldoende mogelijkheden Deze kolonie, die aan Abessinië grenst, moet in twee verschillige gebie den verdeeld wordende hooglanden boven de achthonderd meter en aan beide kanten, oostelijk en westelijk, daarvan de laagvlakten. Boven hangt men van de regenseizoenen, het lange en het korte, afbeneden vooral van de rivieren. De laagvlakten leveren behalve graan ook katoen, sezaam, ricinus en andere oliehoudende planten. De koffie- teelt gaf schier overal goede resultaten, doch vooral op de oostelijke hellingen van de Hamasien. De planten die in Erythrea in 't wild groeien zijn inlange niet onbelangrijk. De agave en de sanseviera leveren uit stekende vezels op voor bindgarens en touwen. Verschillige looizuurhoudende planten, de Arabische gom en de senna dragen veel in den uitvoer bij. De grootste rijkdom van de kolonie blijft echter de veestapel. In het westen leven gansche stammen bijna uitsluitend van hun kudden. Daarom heeft de Itali- aansche regeering al sedert verscheidene jaren in alle mogelijke opzichten hulp verleend, de voortplanting verbeterd door het aanleggen van regenputten in de droge streken om het drenken van het vee te vergemakkelijken. Doch vooral heeft de Regeering maatregelen genomen tegen de veeziekten, vooral door inenting tegen de runderpest. De bereikte resultaten zijn bekend geraakt tot in Soedan en Tigré. Wanneer men in aanmerking neemt dat de bevolking van de gansche kolonie van Erythrea geen half millioen zielen bereikt, is de rijkdom aan vee niet gering te noemen. In 1933 waren er ongeveer 700.00C runderen, 1.500.000 schapen en geiten, ruim 70.000 kameelen, 1500 paarden, 12.000 muilezels en 50.000 ezels. De landbouwmethoden in zwang zijn goeddeels nog zeer primitief. De wei nige Italiaansche kolonisten hebben nog immer beschaamd in de kamers de taal van hun kiezers te gebruiken. 7. De uitroeping van de misbrui ken Vele bladen zooals "Het Belgisch Volk„, "De Schelde,, en "La Renova tion,, hebben dag aan dag de schande lijkste misbruiken aangeklaagd en tevens het bewijs geleverd dat de Belgische politiek aaneenhangt met persoonlijke belangen belangen en koopjessluiterij. ('t yervolgt). gaarne gebruik gemaakt van den raad en de hulp van de landbouwproefstatie der kolonie, die de meest rationeele werkwijzen aanwees, uitgelezen zaad uitdeelde, middelen tegen onkruid aan de hand deed en het best geschikte kunstmest aanried. Op de inboorlingen heeft deze voor lichting weinig vat gehad. Eeuwenlange ervaring heeft hen geleerd dat het ge lukken of mislukken van den oogst bijna uitsluitend afhangt van de regelmaat en de hoeveelheid van den regenval, van het al of niet opduiken van bepaalde soorten van ongedierte en vooral het uitblijven of opdagen van de sprinkha nen die alles kaal vreten. Tegen geen van deze drie rampen vermag de mo derne wetenschap noemenswaardige bescherming te verleenen. De inheem- sche bevolking voelt er niets voor niet onbelangrijke geldsommen uit te geven voor den aankoop van zaden en kunst mest wanneer al de pogingen in een paar minuten nutteloos kunnen gemaakt wor den. Ze laat liever de natuur haar gang gaan en verricht het minimum van ar beid. Wil Erythrea werkelijk een bloeiende kolonie worden dan moet zooveel grond mogelijk in handen van kolonisten ko men, vooral op de koele hoogvlakten waar de Europeanen veel gemakkelijker kunnen arbeiden dan in de gloeiende laagten. Er bestaat echter een wet, die in 1926 afgekondigd werd, waardoor al de terreinen boven de driehonderd me ter hoogte van de kolonisatie uitgeslo ten is en aan de inlandsche bevolking is voorgehouden. Het hoofddoel van dezen op 't eerste zicht zonderlingen maatregel was aan de christelijke families van de hoog vlakten de bevolking van de lage streken is namelijk mohamedaan het bezit en gebruik terug te geven van het oude land waarop ze al eeuwen geleefd hadden. Bovendien waren de pogingen tot kolonisatie op de hoogvlakten niet wat men welgeslaagd kan noemen. Ondertusschen is zoodoende een toe stand in 't leven geroepen die de vesti ging van de Italiaansche boeren in de streken waar het klimaat hen niet belet met hun handen te werken, onmogelijk gemaakt heeft. Het eenige middel tot verandering is de afschaffing van de genoemde wet. Volgens goedingelichte Italiaansche overheden bestaat daar tegen geen enkel bezwaar meer. Of schoon de inlandsche bevolking van Erythrea snel toeneemt, is de haar toe gewezen landstreek zoo uitgebreid dat ze op de meest oneconomische manier uitgebaat, toch nog voldoende oplevert. Wanneer daarentegen met moderne werkwijzen zou begonnen worden, zou de opbrengst gemakkelijk vertienvou digd kunnen worden en zouden de in landers als werkkrachten bij de Italiaan sche kolonisten een bestaan vinden. Wat er ook van zij, de hoop der Italianen is tot dusver meer op Tigré gericht. Inzake landbouwmogelijkheden vertoonen de bezette gebieden ongeveer hetzelfde karakter dan Erythrea, maar schijnen dertig procent vruchtbaarder te zijn. Vooral de omstreken van Aksoem, de oevers van de Takkazze-rivier en het Enderta-gebied bieden groote voordee- len. Men ziet daar heel veel korenakkers en ook tuinen en de veestapel is indruk wekkend. Daarbij is dit gebied geschikt voor Europeanen en heerscht er geen gebrek aan water. Italië denkt dat de bezitname en de uitbating van dit gebied veel zou den bijdragen om het demographiscb probleem zoowel als dat van de voedsel voorziening op te lossen. 1. KLEIN WANZLEBEN E. eerste nabouw, in Holland gecontroleerd. 2. ELITE origineel van Holland, Beide van prima afkomst, geven de grootste opbrengst en hoogste suiker gehalte. Vraagt prijzen en meerdere inlichtin gen aan S, M, Redt U Zeiven, Aalst. TELEFOON 267. ken, pra:t i. Stipt el' tuurwerkf imelies iller soor» ktig erUdj waarborg ■■aaHB

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Koornbloem | 1936 | | pagina 1