Van ons Jeugdfront
AMMONIAKSULFAAT
TELEFONEEREN
Melkmeel en
Krachtvoedermeel R.U.Z.
Snelle en aanhoudende Werking
Krachtda
digheid
Volledige Voeders
Teelt van vroege
Erwten*
Lagen
prijs
ZITDAGEN
CHILINITRAAT
Melkmeel of Krachtvoedermeel R.U.Z.
Het Hoekske van
Tijl Uilenspiegel
Wintergranen
Haver
Zondag 12 Februari 1939.
DB KGQRNBLOBM
Landbouwleergang.
4. BEMESTING.
Wet der verminderende meerder-
opbrengst.
Sterk bemesten is daarom nog niet
altijd goed bemesten. Geef ik bv. aan een
gewas, op armen grond een zekere
meststof dan zal ik daardoor een op
brengstvermeerdering bekomen.
Dien ik nog eens dezelfde meststof
toe, dan zal de opbrengst weer vermeer
deren, maar niet meer zooveel als in 't
eerste geval. Een derde toediening zou
weer een kleinere vermeerdering geven,
tot als er op den duur teveel zou zijn, de
oplossing te sterk zou worden en de
plant zou verbranden.
De verstandige landbouwer hoeft nu
natuurlijk, voor zijn grond en voor ieder
gewas, na te gaan welke bemesting hij
mag toedienen opdat de opbrengst ver
meerdering van grootere waarde blijve
als het toedienen der meststof hem kost.
Organische Meststoffen.
STALMEST, de oudste en voor
naamste meststof
a) Om de groote hoeveelheden die
ervan beschikbaar zijn.
b) Omdat hij een volledig planten-
voedsel is.
c) Omdat hij den grond aan organische
stoffen verrijkt en grondverbeterend
werkt (Humus).
De stalmest bestaat uit vaste en vloei
bare uitwerpselen ontbinden moeilijker
als de vloeibare en hun werking duurt
dan ook langer.
De vloeibare uitwerpselen bevatten
meer stikstof dan de vaste en dit tevens
in een meer opneembaren vorm.
A) Daar men in sommige.zelfs in vele
streken meer en meer aan weidebouw
gaat doen en de dieren heel den zomer
bulten blijven, wordt er nu veel minder
mest voortgebracht als vroeger.
B) Volledige meststof bevatstikstof,
fosfoorzuur, potasch en kalk, maar niet
in optimale verhouding.
De samenstelling hangt af van de
voeding derdieren waarvan ze voort
komt, van de diersoort zelve en van het
gebruikte strooisel.
Men vindt in mest per duizend dee-
len volgens diersoort
Runderen
Vast.
Vloeib.
Water
835
923
Organische stof
150
57
Stikstof
59
10
Gemakkelijk opneem
bare stikstof
0,6
10
Fosfoor
2.8
1.5
Potasch
1.4
15.5
Kalk
2.4
0,3
Paarden
Vast.
Vloeib.
Water
750
926
Organische stof
230
47
Stikstof
5.6
14
Gemakkelijk opneem
bare stikstof
0,5
14
Fosfoor
3
0,02
Potasch
3.3
16.5
Kalk
2,3
3,2
Schapen
Vast.
Vloeib.
Water
680
903
Organische stof
295
70
Stikstof
6,2
15
Gemakkelijk opneem
bare stikstof
0.5
15
Fosfoor
3
1.3
Potasch
1.7
18,5
Kalk
4
0,5
Zwijnen
Vast.
Vloeib.
Water
800
- 966
Organische stof
160
28
Stikstof
6
6.4
Gemakkelijk opneem
bare stikstof
0.8
6,4
Fosfoor
6
1,6
Potasch
5
8
Kalk
0,5
0,1
Volgens strooisel
Hier komen in aanmerking
voor de
a) Inhoud aan plantenvoedsel.
b) Opslorpingsmogen.
c) Ontbindingsvermogen in den grond.
d) Kostprijs.
o»
«o oq n
rd oï oo ro
o>
ja
J
c/5
S -S
m o\
cs
cs
SC
H
*->
w
o
H
cn
3
SS
verschillende gebruikte stoffen.
Mest mei stroo van graangewassen
vlinderbloemigen verteert vlug. De turf
i is goed strooiselhij heeft het grootste
opslorpingsvermogen en neemt tevens
de stalgassen op, waardoor er minder
reuk in de stallen is en stikstofverlies
vermeden wordt. Evenwel bevuilt hij de
dieren, de zwijnen eten ervan en hij
maakt de hoeven der paarden brokkelig.
Alles samen genomen is stroo te ver
kiezen boven turf, alhoewel deze om
zeggens onmisbaar is voor kleinvee.
Koude (natte) Warme (droge)
Mesten.
Paarden- en schapenmest bevatten
veel organische stof (zie tabel). Deze
mesten zijn losser, luchtiger en vormen
daardoor een beter midden voor de
aërobe bacteriën. Ze ontbinden sneller,
verhoogen de temperatuur meer en zijn
dan ook geschikt voor vroege teelten
en natte zware gronden. Men noemt ze
droge of warme mesten.
Natte mesten ontbinden veel lang
zamer daar ze minder aërobe bacteriën
hebben. Ze werken dan ook langzamer
en zijn best geschikt voor groote kuituren
waar men niet ieder jaar kan bemesten.
Daar paardenmest rap en hevig ont
bindt en daardoor verhit, zal men hem
moeten bewaren tusschen ander mest,
opdat de ammoniak niet te veel ver
vliegen zou.
Bewaren De bacteriën in den mest
hoop bewerken de mestrijping, t.t.z. de
verandering van verschen stalmest (dik
wijls giftig), in plantenvoedende produc
ten. Doch deze omzetting kan leiden
tot groote verliezen. We kunnen ze best
tegengaan door de lucht af te sluiten,
met vasttrappen en tamelijk vochtig
houden. Dan is immers nitriflcatie (door
de aëroben) verhinderd. De ammoniak
echter kan direct vervluchtigen, daar hij
reeds aanwezig is en verschen stalmest.
Daarom ook zal men den mest dikwijls
uit den stal verwijderen en, eens vastge-
trapt op den mesthoop, zal er veel min
der verlies zijn.
SchimmelKan zich alleen vormen in
lucht en bij droogte (dus weer vasttrap
pen en begieten). De zwam gebruikt het
eiwit uit den mest tot vorming van haar
mycelium, dat onverteerbaar is. Uit
spoeling kan groote verliezen berokke
nen. Daarom geeft men den kuil een
hellenden, ondoordringbaren bodem en
zijwanden. De uitgeperste aal moet men
kunnen opvangen. De vloeibare uit
werpselen moeten in een afzonderlijken
put met ondoordringbare wanden be
waard worden (uitspoeling).
De mesthoop bedekken met aarde is
niet goed. Het gebruik van bewarings-
middelen is niet aan te raden.
('t Vervolgt).
VRAAGT
Voor Magazijnen en Bureelen
te Aalst Nr 267 in AALST.
Voor Hoofdmagazijn Eppe-
ghem Nr 64 in WEERDE.
Voor Hoofdmagazijn Herzele
Nr 348 in BURST.
Ons Melkmeel is steeds aangepast aan de voeders van het sei
zoen. zoodat men het gewoon MELKMEEL mag geven. KRACHT
VOEDERMEEL dient gebiuikt wanneer er draf wordt gevoederd.
We kunnen niet genoeg herhalen dat Melkmeel en Kracht
voedermeel
zijn en dat ze door bij voedering van andere melen ONVOLLEDIG
worden.
Wie flink en gezond vee en veel melk wilt bekomen, gebruike
enkel en alleen
Ia een vorig artikel wezen we U op
eenige algemeenheden die U, bij de teelt
van vroege erwten, moeten voorlichten
of die ge hoeft te bewerkstelligen om met
den kweek goed te slagen. Vandaag
zullen we in nadere bijzonderheden tre
den. Het is hoegenaamd niet noodzake
lijk een kostelijke inrichting te bezitten,
natuurlijk dezen die over broeibakken of
kassen beschikken, zullen ook wel weten
op welke wijze ze het grootste voordeel
hieruit kunnen trekken, maar we zijn er
nu eenmaal op uit om met de minste on
kosten mogelijk U aan te toonen, hoe ge
met den kweek van vroege erwten moet
te werk gaan.
Waaneer men over het noodige getal
bloempotjes beschikt van 8totl0ctm.
doormeter dan kan men deze benuttigen.
Nochtans, en we hoorden dit reeds ver
klaren uit den mond van befaamde ho
veniers, is dit niet volstrekt noodzakelijk
en kan men zich ook eenige kiembakjes
vervaardigen. Een kiembakje van 12 tot
15 centimeter diep, voorzien van een
bodem waarin men op voorhand eenige
gaatjes heeft geboord, om een degelijke
uitwatering te bekomen, kan met voor
deel de bloempotjes vervangen. Men
legt op den bodem een dunne laag fijne
sintels en hierop dan een laag gewone
tuinaarde en wel zoodanig dat het gevuld
is tot op een twee centimeter van den
boord. Het is aan te raden, alvorens tot
het zaaien over te gaan, de aarde eens
goed vochtig te maken. Men trekt nu
ondiepe voortjes waarin men dan de
Zaden van vroege variëteiten legt.
Buiten de Battelsche en Gentsche
vroege waarover spraak in een vorig
artikel kan men ook nog bezigen
Express met ronde groene zadenhet is
de vroege variëteit die het meest ge
kweekt wordt in 't groot en 90 centime
ter hoog kan groeien Saxonia met rond
wit zaad is zeer vruchtbaar en aanbe
velenswaardig en bereikt 80 centimeter
hoogte automobile met witgroenachtig
zaad en 90 centimeter hoogte bereikende
is insgelijks een variëteit van groote op
brengst met groote peulende Laxton's
alpha met gerimpeld groen en zoet zaad
is ook van zeer goede hoedanigheid.
In de gleufjes getrokken in het kiem
bakje legt men de zaden op 1 cm. af
stand de gleufjes zelf zijn slechts 3 tot
5 cm. van elkander verwijderd en dit
alles voor het gemak van het later uit
nemen. In de bloempotjes legt men drie
tot vier zaden per pot, niet te diep. Men
kan de potjes of kiembakjes in een
warme vorstvrije plaats zetten tot de
planten een vuist boven den rand zijn
gegroeid.
Wanneer men hiermede omstreeks
15 Februari begint, dan kan men reeds
half Maart in den vollen grond uitplan-
ten in rijen getrokken op 30 cm. afstand
van elkandermen trekt enkel twee
rijen per bed en men laat een Bfstand
van 60 cm. tusschen twee bedden. Op
deze laatste plaatsruimte kan men latouw
uitplanten, spinazie of ook wel radijzen
zaaien.
De erwt is hoegenaamd niet moeilijk
op haar grond en verkiest een gematigd
warme en vochtige luchtgesteltenis,
Naarmate het weder warmer wordt zal
ook de werking der bacteriën, die de
stikstof uit de lucht als voedsel voor de
plant aanwenden, toenemen en daarom
moet men steeds voorzichtig zijn met
een al te groote hoeveelheid stikstofrijke
meststoffen.
In een grond hiervan rijkelijk voor
zien zou deze plant te veel bladeren ont
wikkelen ten nadeele van de peulen.
Daarom raden we aan voor de teelt van
de erwt gebruik te maken van de Vol
ledige Groente- en Weidevette R.U.Z.
Inde TENTOONSTELLING
van Landbouwmachines, Mest-
j stoffen, enz*, die zal gehouden
worden te Brussel (Heysel) van
12 tot 19 dezer vergeet niet den
stand van het
THOMASSLAKKENMEEL
te bezoeken. (ingezonden).
welke 6 stikstof, 8 °/o fosfoor en 8 °/o
potasch bevat en welke mag aanzien
worden als bevattende de beste verhou
ding voedende bestanddeelen noodig
voor de ontwikkeling van de erwt en de
rijke opbrengst in peulen.
Wil men een deel van het erwtenbed
benuttigen als soepgroente dan hoeft
men deze plantjes af te snijden wanneer
ze nog zeer jong en malsch zijn en enkel
20 tot 30 cm. hoogte hebben bereikt.
Al deze vroege erwtensoorten vragen
geen al te groote rijzen nochtans moet
deze bewerking met veel zorg uitge
voerd worden, anders vallen de planten
op den grond en gaan groote schade
toebrengen aan de tusschenkultuur zon
der te gewagen van een groote vermin
dering ia opbrengst.
Gedurende de eerste groeiperiode
zal het noodig zijn tusschen de rijen eens
goed den grond op te hakken om hem
toe te laten zich beter te verluchten en te
verwarmenlater als de planten een
hoogte van 15 tot 20 cm. bereikt heb
ben, aardt men aan.
Bij het begin der maand Maart mag
men reeds zaaien in vollen grond. Hier
gebruikt men dan nog een vroege varië
teit maar voegt er reeds een bij van
midden seizoen, alsook een late om een
goede opvolging te hebben in de op
brengst.
Opgepast voor de musschen. Deze zal
men best van de erwtenbedden verwij
derd houden met er fijae zwarte draden
over te spannen. De draden mogen
slechts gespannen worden op het oogen-
blik dat de erwten gaan boven komen
want de musch gewend zich alras aan
een onschadelijke valstrik, maar zal toch
zoolang wegblijven tot de planten hoog
genoeg gegroeid zijn en het hun de
moeite niet meer zal geven ze nog te
willen uitrukken. Musschen zijn soms
meer te duchten dan veldmuizen die in
de nabijheid van de bosschen ook groote
schade kunnen doen, bijzonder als de
erwten in rijen zijn gezaaid en ze de rij
tjes gevonden hebben om ze op te woe
len en de zaden uit te halen. In dit geval
ware het misschien beter op hullekens
te planten.
Van ziekten hebben de vroege erwten
weinig of niets te lijden.
Voor wat den zaadkweek betreft kan
men eenige planten uitkiezen waarvan
men geene peulen plukt en deze den kop
uitnijpen boven de 5" of 6e bloem. Wan
neer de planten geel worden en begin
nen te verdrogen rukt men ze met de
peulen aan uit en laat ze drogen in een
welverluchte plaats tot aan het dorschen.
Bij het pluizen zal men de erwten die
aangetast door den erwtenkever, die ge
vlekt of misvormd zijn, verwijderen. Op
die manier kan men de erwtensoorten
door 't landbouwkomiteit ter versprei
ding aanbevolen, nog verbeteren.
De heer Derwa, Rijkslandbouwkun-
dige der omschrijving Dendermonde-
St Niklaas-Aalst, zal voortaan te spre
ken zijn
te Dendermonde in Den Hert alle
Maandagen van 10 tot 11 uren
te St Niklaas in De Hoop iedere
3' Donderdag der maand van 10 tot 11 u.;
te Aalst in Het Paviljoen iedere
3'Zaterdag der maand van 10 u. tot
10 u. 30;
te Aalst in De Koornbloem iedere
3C Zaterdag der maand van 10 u. 30
tot 11 uur.
VERZEKERINGEN. - De heer
De Henau, opziener bij NOORDSTAR-
BOERHAA VE, is alle Zaterdagen in
ons lokaal van 10 tot 12 uur, om U
kosteloos inlichtingen te verstrekken
inzake verzekeringenBrand- Ongevallen-
Leven, waar hij voor rekening van het
hoofdagentschap "R.U.Z.„ de zaken
behandelt.
Beroeringen.
Er heerscht geweldige beroering in
den lande. Pas zijn de stormen die den
wereldvrede bedreigden, wat gaan lig
gen, of er rijzen binnenlandsche twisten
op, die het land in twee kampen ver-
deelen.
Onze lezers zijn voldoende op de
hoogte van de werking van den krani-
gen Vlaamschen strijder Flor. Gram
mens. die positie, vrouw, kind en vrijheid
opofferde om te bekomen datgene wat
dooreen wet bepaald werd, n l. de een
taligheid van Vlaanderen.
Het is een specifiek Belgische toestand,
dat burgers zich verplicht zien de wet
zelf toe te passen, bij ingebrekeblijving
en moedwil der bevoegde besturen, en
om die wetstoepassing de doos inge
draaid worden.
Intusschentijd blijft de heer Gram
mens nog altijd opgesloten, en iedere
dag langer in zijn cel, is een ware hoon,
een kaakslag aan ons, lamlendige Vla
mingen, die nog steeds met ons laten
sollen en te laf zijn om vrije en rasechte
mannen naar het parlement te zenden
die ons goéd recht weten te verdedigen
Daar is ook nog een ander geval dat
al heel wat stof heeft doen opwaaien, n.l.
de benoeming van Dr Martens tot lid
van de pasopgerichte Vlaamsche Aka
de mie voor Wetenschappen.
Men weet dat Dr Martens destijds
als Vlaamsch aktivist bij verstek ter dood
veroordeeld werd door het Belgisch
gerecht. Hij werd later door de amnes
tiewet begenadigd.
In het Waa'sche kamp, waar de lam
me goedzakkérij onbekend is, ging een
storm op toen men zijn benoeming als
lid der Akademie vernam De frater
nellen kwamen weer eens uit hun schelp
en al wat anti-Vlaamsch was, groe
peerde zich. Opstootjes vonden te
Brussel plaats en zelfs de heer Spaak
werd door een bende lafaards afgeran
seld. De hoerra-patriotten en de oud
strijders uit Le Havere en Parijs had
den natuurlijk het meeste praats.
Tegenover al dat gewoel stond het
Vlaamsche volk ééndrachtig en het
heeft ons werkelijk deugd aan 't hart
gedaan, toen we in de Vlaamsche pers
de reactie op hetWaalsche gestook volg
den Vlaanderen was werkelijk één, op
uitzondering na van een paar versteende
fosielen.
Met den dag blijkt het al meer en
meer, dat het zoo niet kan blijven duren
in den Belgischen eenheidsstaat. De
Vlamingen en de Walen zijn twee ver
schillende volkeren met elk hun eigen
taal, eigen mentaliteit, eigen verzuchtin
gen of betrachtingen. Het ging goed
zoolang de Walen alleen de plak zwaai
den, maar nu de Vlamingen ook hun
woordje willen meespreken, krijgt men
de poppen aan 't dansen.
Vlaanderen wordt door Wallonië
niet begrepen, en Wallonië wil aan
Vlaanderen niet geven waar het recht
op heeft. Dan is er naar mijn beschei
den meening maar één mogelijkheid,
wanneer men tenminste het bestaan
van België wil bestendigen, en dat
is dat eenieder zijn eigen weg gaat, dat
de Vlaamsche en de Waalsche kuituur
zich zonder onderlinge inmenging vrij
kunnen ontwikkelen in éen op federa
tieven voet ingericht België.
Tijl II.
HET Chilinitraat
is geen scheikundige meststof
't Is een NATUURLIJK PRODUKT.
Zijn doelmatig gebruik verzekert de
meest economische opbrengsten.
Gebruikt het voor
vanaf Februari met dosissen van 200
tot 300 Kg. per hectare om een goede
uitstoeling te bekomen.
Past het toe voor
altijd voor het planten om het legeren
te voorkomen, met dosissen van 200 kg.
per hectare na beeten en van 300 kg. na
een graangewas.
Klachten van allen aard
dienen gedaan aan volgend adres
Mr O. Caudron,
Bestuurder R.U.Z.
Aalst.
^'7*rA^
Maar eischt het echte
Het woord M CHILI op de zakken
en de fakturen is een teeken van waar
borg.
1
MWHM|
O)
O)
ja
O)
M
O)
-X
U.
o
Q.
in
ka
to O
O N
Ba
O
«o
M
S3
CL
O)
O
O»
M
OO
CS
O
CS
CS
4)
O)
e#
O
QC
O)
O»
M
CD cd
in
O#
00
00
CS
O
O
u
4)
ca
O)
M
sO
CS
CS
CS
O
O
u
-*-*
(O
4)
AS
rM
a#
M
O
cn
co
o
o
u
09
P
4>
%4
oo ro
O)
ja
o\
O»
ja
O
O
ON
I
O
O
c»
M
O
CO
CS
T3
ca
M-l
O
O