De behoorlijke Winstmoge lijkheid voor den Landbouw Landbouw en Vrede Een week in Duitschland Arbeid adelt* Landbouwweekblad Voor eo door de Landbouwers Landbouwers Orgaan der Landbouwersvereeniging Redt L Zeiven ZONDAG 25 JUNI 1939. Prijs 35 cetleoi 21ste JAARGANG Nr 1068 Abonnementsprijs 15 fr. 's jaars. Men schrjjft in op ons Bureel en op alle postkantoren. Het overnemen van artikelen sonder aanduiding der bron is streng verboden. Bestuurder en verantwoordelijke Opsteller i O. CAUDRON. Bareel en Redactie Zeebergkaai* 4» Aalst. De medewerkers zijn verantwoordelijk voor hunne bijdragen. Aankondigingen volgens akkoord. Wanneer eindelijk de Landbouwpolitiek welke Kaar kan verwezenlijken In ons nummer van 4 Juni 1.1. hebben wij aangetoond dat in de huidige om standigheden enkel een doeltreffende verkoopprijzenpolitiek bij machte is on zen land- en tuinbouw op te tillen uit de zware crisis waarin zij nu sedert jaren zijn verzonken. Deze politiek, zegden wij, moet steu nen op de drie volgende princiepen 1. Onze land- en tuinbouw moet den voorkeur hebben bij de bevoorrading der inlandsche markt. 2. Een bestendig evenwicht in onze landbouwproductie. 3. Bevordering van onzen uitvoer van landbouwproducten met alle mogelijke middelen. Bij deze drie princiepen willen wij even stil staan en aantoonen op welke wijze zij in de praktijk dienen toegepast. 1) Voorkeur bij de bevoorrading der inlandsche markt. Dit princiep sluit in zich de verdedi ging der inlandsche markt tegen over dreven invoer uit het buitenland alsook tegen dumping of andere methoden aan abnormale mededinging, welke de vreemde invoerders in staat stellen te verkoopen tegen prijzen onder de voort- brengstkosten onzer land- en tuinbou wers. Wij verduidelijken invoer zou enkel mogen toegelaten zijn in zooverre de inlandsche land- en tuinbouwproductie niet volstaat om te voorzien in de be hoeften der Belgische bevolking en ten beloope van het tekort aan eigen voort- brengst. Wanneer dan invoer noodig is ten behoeven van 's lands bevoorrading, moet hij op geordende en normale wijze geschieden, ten einde te voorkomen dat hij de binnenlandsche markt store en de prijzen op buitensporige wijze neerdruk ke, tot groot nadeel onzer eigene land en tuinbouwers. De mededinging van het buitenland moet bovendien geschieden op een wijze welke past bij eerlijke handels praktijken. Wanneer de buitenlandsche regeeringen, door uitvoerpremiën of an deren steun, den afzet der producten af komstig uit hun land bevorderen, der wijze dat deze op onze markten te koop kunnen worden geboden tegen prijzen die de voortbrengstkosten onzer land en tuinbouwers niet dekken, of wanneer hier prijzen worden gevraagd die mer kelijk lager zijn dan deze welke gelden in het vreemde land van herkomst en er aldus aan uitgesproken dumping door den vreemde wordt gedaan, dan heeft onze regeering als plicht tegen deze ab normale concurrentie afdoende maatre gelen te treffen, hetzij door toepassing der vereischte vergunningstaksen, hetzij door passende verhooging der over drachtstaks bij de inverbruikverklaring. ja zelfs zoo noodig door het stopzetten van den invoer. Opdat onze regeering op deze wijze kunne handelen, moeten de handels overeenkomsten, welke zij afsluit met het buitenland, haar een voldoende vrij heid voorbehouden bij de regeling van den invoer. In dit opzicht, wij hebben het hier al te dikwijls aangetoond, is de toekenning van op voorhand bepaalde of vaste in voercontingenten aan het buitenland^uit den booze. Hetzelfde dient gezegd van het vermogen verleend aan de vreemde invoerders de hun toegekende maande- lijksche invoercontingenten vroeger te gebruiken of ze over te dragen op een later tijdstip. Deze faciliteiten verwek ken geweldige en niet voorziene stoor nissen op de markt en in de prijzen. Nog strenger moeten zij veroordeelen de overlating van het beheer der contin genten aan overheden uit het land van uitvoer. Het is juist omdat de handelsakkoor den met Nederland, Denemarken en Ier land deze gebreken vertoonen, dat wij er hier in menig artikel tegen van leer ?ijn getrokken. Met Holland werd de Het XVIIh Internationaal Landbouwcongres te Dresden. Het belang van de internationale samenwerking op landbouwgebied. handelsovereenkomst onlangs her nieuwd. Wij hadden verhoopt datzelfde gebreken uit de nieuwe overeenkomst zouden geweerd worden. Voor zooverre wij over den inhoud ervan weten, schijnt dit niet het geval. De Minister van Landbouw blijkt in zijn redevoeringen over het nieuwe akkoord groot belang te hechten aan de verplichting aange gaan door de Nederlandsche regeering den invoer van land- en tuinbouwpro ducten, gecontingenteerd door België, enkel toe te laten tegen de door haar bepaalde minima-prijzen. Doch hier te genover is de vraag toegelaten 1Over welke middelen beschikt onze regeering om deze minima-prijzen te doen nale- leven 2) Heeft onze regeering genoeg- zamen invloed bij de Nederlandsche om deze minima-prijzen op een voldoende hoog peil te doen vaststellen 3) Over welke middelen beschikt onze regeering om overtolligen invoer van niet gecon- tingenteerde landbouwproducten te verhinderen Overigens, wanneer het werkelijk in de bedoeling der Nederlandsche regee ring ligt. deze minimaprijzen als een af doende middel aan te wenden om slechts een gansch normalen invoer in ons land toe te laten, zien wij niet in, waarom zij zoo stug heeft vastgehouden aan de ab solute maandelijksche invoercontingen ten, aan het vermogen der anticipaties en overdrachten en aan het beheer der contingenten. Of hebben de Belgische onderhande laars zich laten om den tuin leiden no pens de ware draagkracht der toezeg ging van minima-prijzen Als dan deze mini ma-prijzen toch een afdoende oplossing zijn, begrijpen wij ook niet waarom onze minister van Landbouw bij de bespreking zijner be grooting in den Senaat verklaarde dat de volgende handelsovereenkomst met Nederland beter rekening zou houden met de eischen van onzen landbouw. Deze verklaring bewijst toch dat de Minister zelf niet overtuigd is van de doelmatigheid der minima-prijzen toe gezegd door de Nederlandsche regee ring. Wat de handelsovereenkomst met Denemarken betreft, deze vertoont de zelfde gebreken, ja zelfs nog een flagran- ter n.l. dat de Belgische regeering aan de Deensche invoerders van rund- vleesch, tot over korten tijd, de vergun ningstaks bij den invoer terugbetaalde. Zulks geschiedde, dan wanneer onze veehouders sedert lang hun slachtvee tegen zware verliesprijzen moeten van de hand doen. De onderhandelingen tot hernieuwing van het akkoord met Denemarken zijn thans aan den gang. Binnen weinige dagen zullen wij weten, indien de regee ring ten minste opnieuw niet doet aan geheime diplomatie, of onze onderhan delaars nu een genoegzame vrijheid van handelen hebben bedongen voor de Bel gische overheden tot doeltreffende rege ling van den invoer. Ten opzichte van het Groot-Hertog dom Luxemburg moet onze regeering volstrekte wederkeerigheid eischen voor wat betreft den invoer van landbouw produkten uit de wederzijdsche landen. Het moet uit zijn dat Luxemburg den invoer van onze landbouwproducten kan verbieden, wijl het anderzijds hier zijn landbouwprodukten vrij kan invoe ren. Anders heeft de Economische Unie met Luxemburg geen zin en is zij voor onzen landbouw een bespotting en een voorwerp van ergernis. Over de toepassing van het tweede en derde princiep hierboven aange' haald, zullen wij handelen in een vol gende bijdrage. werft nieuwe abonnenten aan voor Uw blad I Van 6 tot 12 Juni had, te Dresden, het XVIII' Internationaal Land- bouwcongres plaats. We willen, in een reeks artikelen, de bijzon derste verslagen, allen voorgedra gen door personaliteiten die een goeden naam hebben in de land- bouwwereld, voor onze lezers samenvatten. We zullen deze reeks inzetten met de rede van markies de Vogüé, sedert vele jaren presi dent van de Internationale Land bouw Confederatie. Zijn versaag geeft een overzicht van de geschie denis van de Confederatie, van de oorzaken harer stichting en van het doel dat zij zich heeft gesteld. Rond de jaren 1880-1890 doorwor stelde de landbouw in alle landen, doch vooral in Europa, een dezer crisissen die den loop van zijn bestaan op periodische tijden heeft gekenmerkt. Jules Méline, die, in Frankrijk, de groote verdediger van den landbouw was en terecht verdiende den vader van den landbouw,, te worden genoemd, vatte het gedacht op van de Wereld tentoonstelling van 1889 gebruik te maken om een Internationaal Land- jouwcongres te beleggen, waar de land- jouwers van alle landen de oorzaken van de crisis en de middelen om haar te bestrijden zouden bestudeeren. De pedachtenwisseling en de inlich tingen die in den loop van dit congres plaats hadden schenen zoo interessant en zoo nuttig, dat, op voorstel van Méline, besloten werd, bij andere gele genheden, dergelijke congressen te be leggen. Een commissie werd samen gesteld die het bestendig orgaan zou uitmaken gelast met de voorbereiding dezer congressen en met de uitvoering der beslissingen die daaruit zouden ge trokken worden. De Internationale Landbouwcommissie was geboren, en van toen af was zij nauw verbonden met de bedrijvigheid van den landbouw en in staat een rol te spelen in de ontwik keling van den vooruitgang van den landbouw. Opvolgenlijk heeft zij de Internatio nale Landbouw Congressen van Den Haag (1891), Brussel (1895), Budapest (18961, Lausanne (1898), Parijs (1900), Rome (1903), Weenen (1907), Madrid (1911), Gent (1913) ingericht. Het Xle Congres moest plaats hebben te San Francisco in 1915, doch kon uit oorzaak van den oorlog niet doorgaan. Wanneer de tijden gunstiger waren, werd de traditie hernomen. Het Xle Congres had plaats te Parijs in 1923 en boekte een schitterend succes. Op dit Congres werd aangetoond, dat al de landbouwers der wereld meer en meer gewonnen werden voor de moderne methodes en voor de verdediging hunner belangen. Tevens bewees het hen groote gehechtheid aan de werken van den vrede. Het Congres van Parijs werd ge volgd door dit van Warschau in 1925, Romein 1927, Bucarest in 1929, Praag in 1931, Budapest in 1934, Den Haag in 1937. Thans zijn we te Dresden vereenigd voor het XVIIIe Congres, dat, dit kunnen we van nu af aan verze keren, een ongewoon succes is. Inmiddels heeft de Internationale Landbouwcommissie hare inrichting zoowel als hare functie merkelijk veran derd. Kort na den oorlog teekende zich onder de bijzonderste landbouwvereeni- gingen der verschillende landen een be weging af, die er naar streefde een in ternationale groepeering met een alge meen karakter samen te stellen, die voor den landbouw van de heele wereld, ver tegenwoordigd door zijn vereenigingen, een centrum van coördinatie en actie zou zijn. De promotors van deze beweging, en in de eerste plaats professor Laur, be stuurder van de Zwitsersche Unie der Landbouwers, waren de meening toege daan dat het beter was zich te bedienen van een reeds bestaand organisme, dan van er een nieuwe te stichten. Zij beslo- Vervolg op de 2de bladz.) (2' bijdrage). We maken van de gelegenheid ge bruik om een gesprek aan te knoopen met onzen vriendelijken gastheer en vernemen een en ander over de toestan den in Duitschland Boterverbruik is beperkt voor de fa milies, niet voor de spijshuizen. De man ontvangt voor vrouw, kind van 3 jaar oud en hem zelf 500 gram boter en 500 gram margarine per week, samen 1 kilo. Varkensvet kan men koopen naar be lieven, vleesch, brood en alle andere eetwaren zijn er in overvloed. De hotels en spijshuizen in de stad zijn overbevolkt. Men betaalt voor slapen en ontbijt van 3 tot 6 Mark (voor de Duitschers kost de Mark on geveer 12 fr., voor ons fr. 7,50). Werkvolk is er om zoo te zeggen niet te krijgen. De nijverheid heeft alles op genomen en betaalt hooge loonen, van 8 tot 12 fr. per uur. De man beweert dat Hitier Duitsch land uit de wanorde en de armoe heeft geholpen. Vroeger waren er 2 a 3 mil- lioen werkloozen nu is er veel volk te kort en verdient iedereen goed zijn brood. Man en vrouw die afkomstig zijn van Lubbeek, aan de Baltische Zee, spreken M plat duitsch de spraak van de stre ken langsheen den zeekant, waar ieder een nog de oude germaansche taal oud-vlaamsch, plat duitsch spreekt. De taal die over eeuwen werd gespro ken van Boulogne (Noord Frankrijk) tot Finland, aan de boorden der Noord en Baltische zeeën. 's Morgens vroeg uit de veeren en naar de landbouwtentoonstelling. Alhoewel we verleden week hebben gezegd er niets van te vertellen, kunnen we niet nalaten enkele indrukken neer te pennen over deze grootsche land- bouwgebeurtenis. Op aanschouwelijke wijze worden de oude en nieuwe hofsteden voorgesteld. Een oude en onpractische hofstede werd er gebouwd, met vuile en gebrek kige stallingen en onvriendelijke woning. Enkele dieren zijn slecht en vuil ondergebracht in stallen zooals men er velen in Duitschland en ook bij ons aantreft. Daarneven is een moderne hofstede opgetrokken, waar in de ruime, reine en luchtige gebouwen, menschen en dieren een goed onderkomen wordt geboden. Aal- en mestputten, silo's, hooi- en stroo-opslagplaatsen evenals de schuur, stallen en bovenwoning, al deze gebou wen zijn een model voor de honderd- duizende boeren, die deze reusachtige tentoonstelling bezoeken. Een andere opvallende nieuwigheid bestaat hierin dat alle verbeteringen zoo wel in werkmethode als in regelen van landerijen op klare manier worden voor gesteld. Men ziet er op een groote tafel de schema van een paar bedrijven waarvan de gronden versnipperd liggen en daarneven de hergroepeering, waar de landen van ieder bedrijf zijn samenge bracht en verdeeld in groote perceelen welke gemakkelijk met de moderne ma< chienen te bewerken zijn. Op een open plaats worden alle tuf gen beproefd. Men kan er ploegen. eg> gen, zaaien enz. Het is tezelvertijd een leerschool om de werking en het onder' houd der verscheidene machienen prac tisch te leeren. Nog eene nieuwigheid die zeker na volging verdientDe bekroonde dieren van de verschillende prijskampen en typen van hoornvee en paarden komen eiken dag enkele toeren maken in een arena, omringd met verhoogen die plaats bieden aan 20.000 toeschouwers. Zoo kan iederen bezoeker de hoeda nigheden en de karakterschetsen leeren kennen van de vele vee- en paarden' rassen welke in het Reich leven. Door middel van een luidspreker worden de dieren aangekondigd met hunne beschrijving en ieder toeschouwer kan zich een juist denkbeeld vormen van de dieren zelf. bij den ommegang der zelve in de arena. Op gebied van ziektebestrijding, be mesting en voedingsleer is er veel te leeren. Goed onderlegde juffrouwen ge ven uitleg over de nieuwe vindingen inzake veevoeding, bemesting, onder houd en ziekteverpleging van huisdie ren, bestrijding van plantenziekten en insecten, en meer andere wetenswaar digheden. Deze tentoonstelling is in alle opzich ten een leerschool waar men aan de boe ren op practische wijze de nieuwe mid delen aangeeft om hun bedrijven ten beste uit te baten. Het beeld dezer landbouwgebeurtenis is heel anders dan bij ons. De bezoekers echter zijn dezelfde boeren en boerinnen, bruingebrand in de zomerzonne, met pakjes en valiezen zich neerzettend op de banken langs de wegen of in de koffiehuizen, om op tijd en stond hun welgevulden knapzak aan te spreken. Iedereen is goed gekleed. Ook de soldaten in verschillende schakeeringen zijn netjes aangedaan. De lieden zijn zeer beleefd en voor komend en alle inlichtingen worden bereidwillig gegeven. In den namiddag wordt de reis naar Dresden voortgezet. De velden die we doorkruisen geven ons den indruk dat we in Vlaanderen zijn. Dezelfde vruch ten en ook dezelfde verzorgde lande rijen. Tegen den avond komen we in Dres den, waar we zullen deelnemen aan het Internationaal Landbouwcongres welke in deze stad van 6 tot 12 Juni wordt gehouden. Het bureel van het Internationaal Landbouwcongres is ondergebracht in de hallen van het nieuwe stadhuis, om gevormd in een soort boekenhalle met verschillende bureelen. In ieder bureel berusten de versla gen, studies der voor te dragen en te be handelen vraagstukken en onderwer pen, welke in de duitsche, fransche, italiaansche en engelsche taal zijn ge drukt en aan ieder deelnemer in de taal welke hij verkiest worden ter hand ge steld. Bedienden staan ter beschikking der congressisten om deze in hen eigen taal de noodige inlichtingen te ver schaffen. In een der druksels vinden we de namen der circa 1500 deelnemers van 56 verschillende landen uit de 5 wereld- deelen. De te verhandelen onderwerpen zijn velerlei en deze zullen in ons blad in enkele afzonderlijke artikelen worden besproken. Enkel willen we zeggen dat als hoofdschotel kan worden aangegeven Middelen te beramen om de landvlucht, het gevolg van cle algemeene crisis toestand in den landbouw, tegen te gaan. In alle landen en vooral in Duitsch land en Frankrijk worden de steden overbevolkt en hebben honderdduizende boeren vaarwel gezegd aan het harde en ondankbare landbouwbedrijf. De regeeringen zien het gevaar voor de gemeenschap, maar staan twijfelend tegenover de te nemen maatregelen. Uit de verschillende besprekingen zou blijken dat iedereen akkoord is dat het leven van onze boeren beter en aangenamer moet worden gemaakt en dat dezelve in de eerste plaats moeten beloond worden voor hun noesten ar beid. De middelen om dit te bereiken, wor den langs alle kanten onderzocht en besproken en zullen aan de verschillen de regeeringen worden aangewezen. Het programma bevat ook verschil lende uitstappen naar land- en tuin bouwscholen, hofsteden en ontginnin gen, waar de jeugd verplicht wordt 6 maand tot 1 jaar den boerenstiel te beoefenen op de meest moderne manier. Zoo bezoeken we de hoeveschool van Pommritz, in Saksen, waar we be nevens de school en voordrachtgebou wen ook de schuren, koe- en paarden stallen, zwijnenhokken bezien. ('t Vervolgt). TELEFOON i 267. ft

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Koornbloem | 1939 | | pagina 1