Onze Eiervoortbrengst
bedreigd
Winterbespuitingen
bij Fruitboomen
De Oorlog en ons
Economisch Leven
i
Arbeid adelt*
Landbouwweekblad
Voor en door de Landbouwers
m
ac
Het Bestuur van
De Koornbloem
ome
Orgaan der Landbouwersvereeniging Redt U Zeiven
ZONDAG 31 DEC. 1939.
Frfl» 55~*entl««
22ste JAARGANG Nr 1095
Abonnementsprijs 15 fr. 's jaars
Men schrijft in op ons
Bureel en op alle postkantoren.
Het overnemen van artikelen
ronder aanduiding der bron
is streng verboden.
Bestuurder en verantwoordelijke Opsteller
O. CAUDRON
Bureel en Redactie i Zeebergkaai* 4# Aalst.
De medewerkers rijn
verantwoordelijk voor hunne
bijdragen.
Aankondigingen volgens
akkoord.
wenscht aan al hare Lezeressen en Lezers
een zalig en gelukkig Nieuwjaar.
Moge 1940 vrede, heil en voorspoed
onder de volkeren brengen.
En mochten de landbouwers eens voor
goed in de maatschappij de plaats beklee-
den welke hen toekomt, opdat ze zouden
verzekerd zijn van een redelijke belooning
voor hun werk,
30C
Een volksvertegenwoordiger voor
Luik ontdekte dezer dagen dat een zen
ding van 120 ton eieren van Roeselare
naar Aken was gegaan, en stond hier
van zoo verbaasd, dat hij onmiddellijk
het plan opvatte de Regeering over
deze levering te interpelleeren.
120 ton dat zijn nog geen twee mil-
lioen eieren, terwijl onze jaarlijksche
voortbrengt er meer dan twee milliard
bedraagt. Had de bedoelde volksverte
genwoordiger ook maar een flauw be
grip gehad van het vraagstuk iwaarover
hij zich zoo druk maakte, hij zou beslist
beschaamd hebben gezwegen.
Sinds de twintig jaren dat in België
aan intensieve eiervoortbrengst wordt
gedaan waardoor wij ons van den groo-
ten eierinvoer onafhankelijk maakten, is
de toestand van den eiervoortbrenger
nog nooit zoo tragisch geweest als thans.
Nog nooit zijn de voederprijzen zoo
hoog geweest tegenover zulke lage
eierprijzen. In vergelijking met verleden
jaar zijn de voeders 65 °/o duurder ter
wijl de gemiddelde eierprijs dit jaar voor
December slechts 63 centiem is tegen
69 centiem voor December 1938.
Als gevolg van dezen rampzaligen
toestand hebben de eiervoortbrengers
geen geld meer om voeders te koopen
en worden nu reeds sinds maanden hon
derdduizenden poeljen en hennen voor
enkele franken verkocht en afgeslacht,
ofschoon ze elk een jaarlijksche produk-
tieve waarde van 150 tot_200 eieren
vertegenwoordigen.
Indien nu de eierprijzen op dit lage
peil worden behouden zullen niet alleen
deze leghennen in het volgende broed-
seizoen niet worden vervangen, maar
zal ook een groot deel onzer teeltstam-
men verloren gaan.
Daar thans sinds enkele jaren de uit
voer nog 5 °/o van onze jaarlijksche pro-
duktie bedroeg, moeten wij daarentegen
voor het volgende jaar een aanzienlijk
eiertekort verwachten, zoodat wij in-
plaats van 5 °/o overschot te kunnen uit
voeren, wij voor de noodzakelijkheid
zulleo staan eieren in te voeren. Wan
neer ottze hoenderstapel loodrecht naar
beneden gaat is er wel geen ander re
sultaat te verwachten.
De Algemeene Vlaamsche Piuimvee-
houdersvereeniging, die de voornaamste
bedrijven van het land groepeert, maakt
de door onze verschillende Regeeringen
gevolgde landbouwpolitiek aansprake
lijk voor den achteruitgang van de
hoenderteelt, waardoor werkelijk de
eiervoorziening van het land zou be
dreigd zijn. Zij beschuldigt er de Regee
ring van den eieruitvoer kunstmatig
tegen te houden om de prijzen te doen
dalen en hierdoor het indt x cijfer gunstig
te beïnvloeden op kosten der hoender
kweekers dus de geschiedenis van de
hen die om haar eieren gedood werd.
Het eenige middel om de pluimvee
houders opnieuw moed te geven en hen
ervan te weerhouden hun hoenderstapel
te laten te niet gaan, is de prijzen op
een hooger, winstgevend peil te bren
gen door den uitvoer op te voeren in-
plaats van tegen te werken.
De uitvoer die in '37 nog 210.188.C00
stuks bedroeg, daalde in 1938 tot
136 556 000 stuks en zal dit jaar op
nieuw met meer dan 4C millioen stuks
achteruit zijn gegaan, ofschoon onze
hoenderkweekers in het begin van het
jaar hun hoenderstapel nog vol ver
trouwen hadden aangevuld.
Sinds verschillende jaren ontvangt
Duitschland het grootste deel van onzen
uitvoer, maar ook deze verhouding zien
wij gestadig achteruitgaan. Leverden
wij in 1938 nog 7 °/o van den Duitschen
eierinvoer, zoo werden wijlinj 1939 pop
nieuw door andere landen verdrongen
en kwamen wij gedurende het eerste
semester 1939 slechts nog voor levering
van 2,55 °/0 van den Duitschen invoer
in aanmerking. In cijfers uitgedrukt stel
len wij vast dat wij over de periode
Januari-November 1938 naar Duitsch
land 102 639 000 eieren uitvoerden tegen
slechts nog 80.159 000 stuks over f het
tijdvak Januari-November 1939.?|Naar
het Vereenigd-Koninkrijk voerden we
uit over hetzelfde tijdvak Januari-No
vember 1938 12.243.000 stuks tegen
slechts nog 10 051.0C0 stuks over het
tijdvak Januari-November 1939.
Den grootsten, achteruitgang leed
onze eieruitvoer naar Duitschland gedu
rende de oorlogsmaanden September-
Oktober November in 1938 voerden
wij over deze drie maanden nog
21.614 000 stuks naar Duitschland uit
tegen slechts 11 541.000. over, deze drie
maanden in 1939.
Hieruit blijkt dat de vrees van som
mige ongeruste politiekers, dat wij sinds
den oorlog grootere hoeveelheden eieren
naar Duitschland zouden gezonden heb
ben, geheel ongegrond is. Dat wij daar
entegen een veel te groot" overschot in
het land hebben gehouden waardoor
juist het huidige prijsdebacle is"ont-
staan, dat de hoenderhouders dagelijks
groote verliezen doet lijden.
Zooals gezegd is ons aandeel 7 in
Duitschlands eierinvoer slechts 2,55 */o
wat dus wel van zeer geringen /invloed
is, ten andere heeft Duitschland 88 °/o
van zijn eierleveringen van voor den
oorlog behouden. Onze uitvoer van
eieren/naar Duitschland moet tenminste
op het peil der vorige jaren behouden
blijven aangezien alle andere landen van
j?ar tot jaar hun aankoopen hebben
verminderd.
Door den huidigen oorlogstoestand
worden reeds verschillende belangrijke
takken van onzen landbouw in het bij
zonder de edele teelten met ondergang
bedreigd.
Zal de Regeering nu onze eiernijver-
heid, die jaarlijks twee milliard eieren
aan het land bezorgt, ondermijnen
Met diepe bezorgdheid om hun be
staan vragen de eiervoortbrengers het
zich af, nu het nieuwe broedseizoea
voor de deur staat.
Ingezonden door de "Algemeene
Vlaamsche Pluimveehoudersver-
eeniging„.
Zoo het waar is dat de fruitboom
teelt in ons land ten minste het dubbele
kan opbrengen van wat ze nu opbrengt,
dan zal dit nog meer bewaarheid wor
den gedurende de oorlogsjaren.
Sommige fruitkweekers hebben hier
over misschien wel een gansch ander
oordeel omdat ze, het pessimisme nabij,
denken dat ze den oogst gebeurlijk in
vreemde handen zullen hoeven te laten.
We zijn die meening hoegenaamd niet
toegedaan en, door optimisme bezield,
hebben we de vaste overtuiging dat we
neutraal zullen blijven en dat onze posi
tie in zake fruitteelt hierdoor merkelijk
zal verbeteren.
En ziehier waarom. De Amerikaan-
sche appels die in't voorjaar de onze
komen verdringen op onze inlandsche
markten, zullen gedurende de aanstaan
de Lente niet zoo gemakkelijk binnen
komen en zal de verbruiker wel ver
plicht zijn onze inlandsche appels te
proeven, die onder een meer rimpelig
en verwrongen of licht gekneusd uiter
lijk toch een zoo fljo, smakelijk en aro
matisch innerlijk verbergen.
't Is oprecht jammer dat we niet meer
pogingen aanwenden om het uitwendige
met het inwendige te doen overeenstem
men, want in dit geval zou ons in-
landsch fruit alle mededinging volko
men uit den weg ruimen.Zoo verre zou
den we het oprecht gaarne in ons land
brengen en daarom weze men doordron
gen van de spreuk Voorkomen is
beter dan genezen
Laat ons toe, geachte Lezeressen en
Lezers van De Koornbloem hier een
kleine parenthesis te openen. Het ligt
niet in onze bedoeling de vraag te be
antwoorden Kan de oorlog voorko
men worden We stellen vast dat hij
er is en hoe moeilijk het gaat hem thans
uit de wereld te helpen. Wat al vredes
pogingen zijn er reeds niet gedaan van
de meest gezaghebbende personen, van
de meest hoogwaardigheidsbekleeders,
wat al gebeden en missen zijn er niet
opgedragen om den toestand tot rust te
brengen, wat al vurige wenschen ont
snappen er niet uit de borsten van al die
jeugdige mannen die opgeroepen zijn
om de wacht te houden, hoe wordt er in
de huisgezinnen niet gevraagd en ge
smeekt om toch vader of zoon of broer
terug in de heimat te zien keeren. En
dat alles tot nog toe verloren moeite.
Doch we zijn optimist en denken dat de
genen die de schuld van dezen oorlog
op hun schouders dragen weldra zullen
inzien dat ze verkeerd hebben gehandeld
en ten spoedigste mogelijk, eer het te
laat is, alles zullen doen, zelfs het onmo
gelijke, om toch maar een oplossing te
vinden en den vrede in eer te herstellen.
't Is voorzeker spijtig dat we zulke
ijzingwekkende voorbeelden moeten aan
halen om de waarheid van de spreuk
Beter voorkomen dan genezen te be
vestigen.In de fruitteelt zijn er vele ziek
ten, vele bladvretingen, vele beschadi
gingen van vruchten te voorkomen door
de winterbespuiting met carbolineum.
Alhoewel de tijden moeilijken onzeker
zijn en we misschien aan overdreven
prijsverhoogingjen zullen blootgesteld
zijn, toch moeten we het noodige doen
om de kuituren op peil te houden. Het
mag niet gezegd worden dat we de
vruchten van jarenlangen arbeid zou
den willen zien teloor gaan door een
jaar verwaarloozing. Neen integendeel,
met het oog op betere opbrengst en hoo-
(Zie vervolg op de 2de bladzijde
I. - De toestand in de nijverheid de kwestie van
de grondstoffenvoorziening.
Sedert vier maanden woedt de oorlog.
Spijts donkere vooruitzichten hebben we
onze neutraliteit kunnen handhaven en
alles wijst er op al is de zenuwen
oorlog nog niet uitgevochten dat we
ook niet in het verder verloop van dezen
strijd tusschen de grootmachten, zullen
betrokken worden.
We willen thans de voornaamste ge
volgen van den Europeeschen oorlog
voor het economische leven nagaan, al
thans voor zoover dit reeds mogelijk is.
Hoe het komt weten wij niet, doch er is
een betreurenswaardige vertraging in
het publiceeren der noodzakelijken sta
tistieken waar te nemen zoodat iedere
studie onvolledig blijft.
De werkloosheid.
De cijfers van de werkloosheid geven
een beeld van de onregelmatigheid
waarin ons economisch leven zich nog
beweegt. Ondanks de mobilisatie, die
zoovele arbeiders en bedienden onder
de wapens riep, Prof. Eyskens zette het
getal 200.000 vooruit, is het cijfer van
de werkloosheid gestegen. Het dagelijks
gemiddelde voor de maand November
bedraagt 203 143 eenheden, tegen
194.209 voor de maand October, hetzij
een stijging van 8.934 eenheden. In
December is er een lichte verbetering
ingetreden, doch in vergelijking met het
vorige jaar zijn er op dit oogenblik ruim
10.000 werkloozen meer, hetgeen alles
behalve schitterend is wanneer men de
mobilisatie in aanmerking neemt.
De Antwerpsche haven, de diamant
nijverheid en het bouwbedrijf werden in
groote mate getroffen. En met Nieuw
jaar zullen duizenden en duizenden be
dienden het aantal werkloozen komen
vergrooten. Antwerpen schijnt weer
ernstig getroffen te worden. In de be
drijven die van de Antwerpsche haven
leven, wordeq duizenden bedienden en
vaste arbeiders opgezegd.
Tekort aan scheepsrulmte.
Intusschen heeft de bestaande oor
logstoestand reeds duidelijk doen uit
komen, dat de scheepsruimte waarover
we beschikken, onvoldoende is. Welis
waar hebben de scheepsbevrachters in
de onlangs opgerichte gemengde com
missie verklaard, dat zij geen moeilijk
heden ondervinden om de vereischte
tonnage te verkrijgen, men zal in ieder
geval toch overgaan tot den bouw van
drie schepen, elk van 8000 ton, en van
meerdere kleinere schepen. De regeering
werd gemachtigd voorschotten tot 70°/o
van het benoodigde bedrag te ver
strekken.
En zoo zijn we vanzelf aangeland bij
de kwestie van de bevoorrading. De
moeilijkheden die wij ondervinden, lig
gen niet in de eerste plaats in het tekort
aan eigen scheepsruimte, maar wel bjj de
vertraging welke het zeevervoer onder
gaat als een gevolg van het feit dat de
Eugelsche controle op de contrabande
te traagzaam werkt en ook bij de moei
lijkheid om zich zekere grondstoffen aan
te schêffen. Dit laatste geldt voor wol,
huiden, vlas, ijzererts, zink, koper, hout-
pulp, enz.
In- en uitvoer.
Voor het verkrijgen van de noodige
grondstoffen zijn thans besprekingen
aan gang te Londen, Parijs en Berlijn.
Dat deze van groot belang zijn voor
onze economische toekomst, zal niemand
ontsnappen. Er is evenwel nog geen re
sultaat bereikt, hetgeen een factor niet
alleen van onzekerheid, maar van oniust
vormt.
Onze uitvoer boekt recordcijfers.
Met Duitschland vlot het niet zooals
het hoort omdat dit land liever handel
drijft met landen die het ruilsysteem
aankleven. Onze uitvoer naar Frankrijk,
daarentegen, heeft zich volledig hersteld
en voor Nederland, Zwitserland en een
aantal andere landen blijft onze uitvoer
op een hoog peil.
Daar onze invoer, mede door de
moeilijkheden waarop we iets hooger
hebben gewezen, merkelijk is vermin
derd, vertoont onze handelsbalans een
uitzonderlijk overschot. Als een gun
stige factor mag dit niet worden be
schouwd. Integendeel, temeer daar ons
land over geen zeer groote voorraden
van grondstoffen beschikt.
De zware nijverheid.
Alleen in de zware nijverheid is de
toestand gunstig, vooral voor de steen
kolenmijnen. In September was de pro
ductie gedaald tot 2,4 millioen ton, doch
in October was de productie reeds bo
ven de 2,5 millioen ton gestegen. Thans
werken de Belgische mijnen op 95 °/o
van hun normaal productievermogen.
In de komende weken verwacht men er
zich aan, dat dit percent nog zal stijgen.
Men mag niet vergeten, dat steenkool
ons ruilartikel bij uitnemendheid is. De
uitvoer vlot uitstekend. De maandelijk-
sche verkoopen overtreffen ruimschoots
de productie, en wel in zulke mate dat de
voorraden tusschen einde Augustus en
einde October van 2,2 millioen ton tot
1,5 millioen ton zijn verminderd.
De nieuwe bloei van onze steenkolen-
nijverheid, heeft echter ook haar scha
duwzijde. De prijzen van alle soorten
steenkool zijn met 12 °/0 gestegen. Het
behoeft geen betoog, dat deze verhoo
ging niet alleen een nadeelige uitwer
king zal hebben op tal van nijverheden,
doch ook op het budget van alle bur
gers. Het is maar goed dat de Regeering
zich gekant heeft tegen een nieuwe
verhooging van 3 fr. per ton, zooals de
kolenbarons het reeds hadden laten
aankondigen. Het mag niet zijn, dat in
dien tak van onze nijverheid weer uit
zonderlijke winsten worden geboekt die
dan terecht komen in de zakken van
enkele magnaten.
Van de metaalnijverheid kan worden
getuigd, dat zij over het algemeen meer
bestellingen heeft dan zij in staat is uit te
voeren. Het spreekt vanzelf dat de be
stellingen voor oorlogsdoeleinden daar
bij een voorname rol spelen. De groote
moeilijkheid ligt hier in den aankoop
van ijzererts. Frankrijk zal slechts voor
2/3 in de behoefte kunnen voorzien en
alleen indien België er in slaagt daar
voor de gevraagde hoeveelheden cokes
in ruil te leveren.
Over den toestand in de textielnijver
heid valt bezwaarlijk een oordeel te
vellen. Vele bedrijven, zooals jutefabrie-
ken en fabrieken van dekens en andere
wollen goederen, hebben talrijke bestel
lingen af te werken zoo voor binnen- als
voor buitenland. Ook de katoenfabrie-
ken hebben volop werk, doch beide
ondervinden groote moeilijkheden bij
het aanschaffen van de noodige grond
stoffen.
Zooals men ziet, komt steeds de
kwestie van de bevoorrading den toe
stand verscherpen. De textielnijverheid
beschikte bij het uitbreken van den oor
log over groote voorraden, doch deze
zijn thans sterk geslonken. Te Londen
had men den dienst van bevoorrading de
verzekering gegeven, dat het aanvullen
der stocks geen moeilijkheden zou ople
veren. Het tegendeel is waar gebleken.
In een tweede artikel zullen wij een
overzicht geven van de binnenlandsche
markt, waar de toestand nog veel slech
ter is, en daarbij de kwestie van de be
voorrading met levensmiddelen onder
zoeken, om dan deze reeks te sluiten met
een overzicht van den toestand in hét
landbouwbedrijf dat thans zooals
altijd door onze regeering als van bij
komend belang wordt beschouwd.
Alle Redt U Zeivers
(Zie 2* bladzij Je).
Ss*
TELEFOON i 267.
komen op Drie Koningen een ge-
zelligen avond doorbrengen in ons
lokaal De Koornbloem Aalst.