De officieele vertegenwoordiging
van Land- en Tuinbouw.
Verstopping bij Paarden.
Arbeid adelt
LANDBOUWWEEKBLAD
Voor en door de
Landbouwers
AALST 2 MAART 1947.
Verschijnt iederen Zondag
26ste JAARGANG Nr 1239
Abonnementsprijs
50 fr. 's jaars.
Bureelen
Zeebergkaai, 5, Aalst
Telefoon Nr 267.
Postcheckr. 1425.93.
Handelsr. Aalst 145.
Orgaan der S. M. REDT U ZELVEN.
Het overnemen van artikelen zonder aanduiding
der bron is streng verboden.
De medewerkers zijn verantwoordelijk
voor hunne bijdragen.
Aankondigingen volgens akkoord.
De minister van landbouw heeft
op 4 Februari 11. bij de Kamer van
Volksvertegenwoordigers het wets
ontwerp ingediend tot inrichting van
de officieele vertegenwoordiging van
land- en tuinbouw.
Ziehier in groote trekken de betee-
kenis van dit ontwerp, zooals zij blijkt
uit de memorie van toelichting en uit
de bijzonderste bepaling van het
wetsontwerp.
De landbouw beschikt over een
uitgebreide beroepsorganisatie, welke
twee vormen heeft aangenomen een
officieele en een vrije.
De officieele beroepsorganisatie is
heden alsvolgt ingerichthet land-
bouwcommice
de provinciale landbouwmaatschap-
pij, welke de vertegenwoordigers van
al de commices groepeert, terwijl het
dagelijksch bestuur der provinciale
maatschappij uit de provinciale land-
bouwcommissie bestaat
de provinciale landbouwkamer, die
de vertegenwoordigers der vrije orga
nisaties met deze der commices groe
peert
de Hooge Landbouwraad die, bui
ten en behalve de vertegenwoordi
gers der Provinciale Kamers, uit af
gevaardigden van den minister en
gecoöpteerde leden bestaat.
De vrije beroepsorganisaties heb
ben anderzijds een groote belangrijk
heid verworven door het aantal hun
ner leden en de verscheidenheid hun
ner economische en sociale werking.
Zij hebben in het verleden aan de
landbouwersklasse de grootste dien
sten bewezen en zullen deze in de
toekomst blijven bewijzen.
De officieele vertegenwoordiging,
zoo betoogt de minister in de memo
rie van toelichting, heeft dan ook niet
ten doel de plaats in te nemen van de
vrije beroepsvereenigingen. Haar rol
is verschillend.
Doel der officieele
vertegenwoordiging.
De officieele vertegenwoordiging
bestaat vooreerst in de oprichting van
een waarlijk vertegenwoordigend or
gaan van al de Belgische land- en
tuinbouwers zonder onderscheid.
Het is van belang, dat de overhe
den van eiken rang over een orga
nisme beschikken, dat doorzijn eigen
statuut, de bevoegde woordvoerder
zij van de land- en tuinbouwmiddens.
Aan de basis van de officieele ver
tegenwoordiging ligt de kantonnale
kamer voor land- en tuinbouw, sa
mengesteld uit afgevaardigden aan
geduid door verplichte verkiezingen,
waaraan al de hoofden van land- en
tuinbouwondernemingen zullen deel
nemen. De kantonnale afgevaardig
den zullen op hunne beurt de afge
vaardigden kiezen der provinciale
land- en tuinbouwkamer, welke wordt
opgericht in de hoofdplaats van elke
provincie, waaruit op het nationaal
plan de leden voor den Nationalen
Raad voor Land- en Tuinbouw zul
len voortkomen. Het gezag van deze
uit het algemeen, verplicht en geheim
stemrecht gesproten organismen, zal
aldus op vaste grondslagen rusten en
hun adviezen zullen zich aan de over
heden opdringen als de onbetwistbare
uiting van de meening van de land
en tuinbouwers.
De vrije vereenigingen zullen bij
de verkiezingen een aanzienlijke rol
kunnen spelen, daar elk hunner zijn
kandidaten kan voordragen. Hun ver
tegenwoordiging in de officieele or
ganisatie zal rechtstreeks afhankelijk
zijn van den invloed, dien zij op de
land- en tuinbouwersklasse uitoefe
nen.
Taak en opdracht der
officieele organisatie.
Benevens de adviseerende taak
hierboven reeds vermeld, zal de offi
cieele organisatie ook een actieve rol
spelen. Zij kan elk nuttig initiatief ne
men, om de belangen harer onder-
hoorigen te verdedigen, voornamelijk
ten aanvullenden titel, t.t.z. op de ge
bieden waar de vrije organisaties on
machtig zouden zijn om doeltreffend
op te treden.
Zij kan aan de openbare overhe
den alle suggesties.en voorstellen doen
tot bevordering van land- en tuin
bouw op technisch en economisch ge
bied.
Van hunnen kant, zullen de over
heden beroep kunnen doen op de me
dewerking der officieele organisatie
voor de vervulling van sommige ta
ken, zooals de inrichting van prijs
kampen, tentoonstellingen, de studie
der kostende prijzen, de schatting der
opbrengsten, de oprichting van vee-
(Zie vervolg 2* bladzijde 1kolom)
Bij paarden komt zoo dikwijls ver
stopping, gepaard met hevige en
langdurige kolieken voort, om reden
dat de vertering van de cellulose ge
beurt in de darmen en wel meest in
de blindedarm die tot 60 liter voedsel
kan bevatten, in tegenstelling met het
rund waar de vertering van dezelfde
stoffen gebeurt in de voormagen, en
ook om reden dat die vertering bij het
paard zeer veel tijd vraagt.
Daarom ook dat de darmen van
het paard zoo heel anders gebouwd
zijn dan bij het rundwant om de
vertering langzaam te laten gebeu
ren zijn de darmen zoo ingewikkeld,
kronkelend, met plotse vernauwingen
en verwijdingen, wat allemaal weer
zooveel oorzaken zijn die het paard
voorbeschikt maken voor darmver
stoppingen.
Voeg daarbij nog dat in de dikke
darm, die volgt op de blinde darm,
het water uit de verteerde massa heel
wat beter wordt uitgetrokken dan dit
het geval is bij het rund, waardoor
dus de mestballen van het paard meer
gebonden en droger zijn.
Paarden die daarbij 's winters veel
gedwongen zijn tot stalstand en op
den hoop toe veel droog voedsel als
kaf en stroo te verwerken krijgen dat
dus moeilijk verteert en moeilijk
voortschuift, zullen dus meer neiging
hebben tot verstopping dan wel het
geval is in den zomer, wanneer het
paard voortdurend in beweging is en
malsch goed verteerbaar gras dage
lijks op zijn menu voorkomt.
De.darmverstopping kan te wijten
zijn aan plaatselijke of algemeene
buikvliesontsteking, waarbij steeds
darmverlamming optreedt en het
voeder niet meer wordt voortbewo
gen daar de kneed- en golfbewegin
gen nu volledig stil liggen. Zenuw
ontstekingen, storingen in den bloeds
omloop (hierover meer in komende
bijdrage over wormen bij het paard)
hebben dezelfde verlammende uit
werking.
Wanneer een deel van de darmen
in voortdurende kramptoestand ver
keert kan daar evenmin voedsel voor
bij geraken: dit is ondermeer het ge
val bij plaatselijke darmontsteking bv.
door opname van beschimmeld voe
der en ook bij aanwezigheid van een
massa lintwormen hier of daar in de
darmen.
Verstopping kan nog het gevolg
zijn van stoornissen in de darmstruc
tuur zooals inkrimpingen tengevolge
van darmzweren, tuberculeuze letsels,
goed- of kwaadaardige gezwellen in
de darmwand ofwel er buiten en dus
van buitenuit den darm samendruk
ken. Tengevolge dan nog van de
groote lengte en ongewone beweeg
lijkheid van de darmen komt het niet
zelden voor dat een stuk darm hier of
daar bekneld geraakt 't zij in uitwen
dige breuken als navelbreuk en lies
breuk (veel bij veulens) 't zij in darm-
scheilbreukenverder dat de darmen
zich in een knoop leggen of ook nog
dat een darmstuk zich in het volgende
stuk gaat instulpen en er dus uitziet
als een ingeduwde vinger van een
handschoen.
Ten laatste komt als oorzaak
voor de eigenlijke verstopping van de
darmholte. Deze verstopping kan het
gevolg zijnvan een ophooping van
een slecht verteerde voedermassa, 't
zij in de blinde darm, 't zij in de dikke
darm: van haarbollen bestaande uit
een mengsel van opgelikte haren,
houtvezels en voedselrestenvan kalk
of zandsteenen (vond men veel bij de
frontpaarden 1914-'18): of van sa
mengebalde wormmassa's.
De ziekteteekenen nu zullen na
tuurlijk verschillend zijn naar gelang
de oorzaken en de graad van ver
stopping van het darmlumen (darm
holte). Bij acute darmverstopping tre
den hevige kolieken op en doen de
eigenaars soms vermoeden dat hun
paard 't vuur of de miserere in den
buik heeft. Het paard zwaait met het
hoofd op en neer (wierookbewegin
gen) of steunt met het hoofd op de
krib, trekt de bovenlip op, de staart
wipt op en neer. De temperatuur is
gewoonlijk niet verhoogd. De mest
ballen, als er tenminste nog te voor
schijn komen zijn hard, klein gebald
en slecht verteerd.
Af en toe werpen de paarden zich
neer, rollen zich of stampen heftig
met de pooten en springen dan op
nieuw op. Dit herhaalt zich telkens
met min of meer lange tusschen-
poozen. Wanneer men den buik
overluistert kan men hooren dat de
darmgeluiden in hevigheid zijn toege
nomen vóór de plaats van verstop
ping en verminderd of wel totaal ver
dwenen na de plaatshet is dus de
darm die vecht tegen de hindernis. De
buikwand voelt hard en pijnlijk aan.
Bij rektaal onderzoek (met de hand
den darm afvoelen) vindt men soms
de plaats, de oorzaak der verstopping,
(Zie vervolg 2' bladzijde 2'kolom.)
De
Koornb!
Loem
i