i /fegyva
Het hoekje van den Veearts
Onze tuinbouw in het kader van
de Belgisch-Nederlandse Tolunie
en Economische Unie*
i
Arbeid adelt I LANDBOUWWEEKBLAD
Voor en door de
Landbouwers
BLOEDVERLIES BIJ MERRIES^
AALST 31 JULI 1948.
Verschijnt lederen Zaterdag
Abonnementsprijs
50 fr. 's jaars.
Bureelen
Zeebergkaai, 5, Aalst
Telefoon Nr 267.
Postcheckr. 1425.93.
Handelsr. Aalst 145.
VJLJ# 11
aUCU Orgaan der S. M. REDT U ZELVEN.
27ste JAARGANG Nr 1313
Het overnemen van artikelen zonder aanduiding
der bron is streng verboden.
De medewerkers zijn verantwoordelijk
voor hunne bijdragen.
Aankondigingen volgens akkoord.
Benevens het zuivelbedrijf, zal on
ze tuinbouw, (groenten en fruit) het
hoofd te bieden hebben aan een ster
ke Nederlandse mededinging, wanneer
de tol- en economische unie met Ne
derland hun volle uitwerking zullen
hebben.
Immers de tuinbouw is in België en
in Nederland op gebied van voort-
brengst niet alleen practisch gelijklo
pend, doch beide landen hebben ook
een te veel aan groenten en fruit
voor hun binnenlandse behoeften.
Wat betreft de groenten bed.aagt
het uitvoersaldo voor België ongeveer
10.000 ton, voor Nederland zowat
200.000 ton wat het fruit aangaat
heeft ons land een exportsaldo van
12.000 ton en Nederland nagenoeg
5.000 ton.
Dank zij de overeenkomst van 9
Mei 1947, die in voege trad op 1 Juni
1947 en waarbij het stelsel der mini-
maprijzen bij vrije in- en uitvoer werd
toegepast op de handel in land- en
tuinbouwproducten tussen de drie lan
den van Benelux (Nederland, België
en Luxemburg), heeft onze tuinbouw
tot heden niet te zeer geleden onder
de Nederlandse concurrentie. Deze
overeenkomst werd bekrachtigd door
de conferentie der Ministers van de
drie landen te Luxemburg de 28, 29
en 30 Januari 1948 en zal bijgevolg
het regime van de handel in land- en
tuinbouwproducten ook voor de nabije
toekomst blijven bepalen.
Doch naar blijkt uit de onderhan
delingen welke onlangs plaats hadden
tussen de bevoegde ministers van de
betrokken landen, zal alles in het werk
worden gesteldopdat de economische
unie van 1 Januari 1950 af kunne
worden toegepast. Daar een econo
mische unie een vrij goederenverkeer
veronderstelt tussen de betrokken
landen, zal van zelfden datum ook het
stelsel der minimumprijzen wegvallen.
Van 1 Januari 1950 speelt dus de
vrije concurrentie tussen de Belgische
en Nederlandse tuinbouwproducten.
Ongunstige factoren voor onze
groenten- en fruitteelt ten opzichte
van Nederland zijn thans onze pro
ductiekosten en onze handelsorgani
satie.
De voortbrengstkosten bij ons lig
gen hoger dan in Nederland. Volgens
een onlangs opgemaakte studie zou-
'den in Nederland de voortbrengst-
kosten in vergelijking met de periode
1936-37-38 gestegen zijn met onge
veer 2,75, in ons land daarentegen
zijn deze productiekosten gestegen
met 3,75.
Wat de economische en handels
organisatie van de tuinbouw betreft,
dient vastgesteld, dat dank zij de tus
senkomst van de Staat, onzeNoorder-
buren over een apparaat beschikken
dat heel wat verder is uitgebouwd
dan dit waarover onze tuinbouw be
schikt.
De Nederlandse Staat waarborgt
in bepaalde gevallen aan zijn tuin
bouwers minimaprijzen en heeft dan
ook de productieregeling in handen.
Het is dan ook in die zin dat de
Hollandse tuinbouwers enkel mogen
telen na voorafgaandelijk een teelt
vergunning te bezitten. Het is duide
lijk dat de geldelijke tussenkomst van
de Staat in bepaalde moeilijke om
standigheden een kostbare steun uit
maakt voor de tuinbouwers.
Deze tussenkomst van de Staat is
wat de handel betreft gesteund op het
stelsel van flink ingerichte veilingen
waarvan er 180 bestaan bij onze
Noorderburen.
Deze doorgedreven handelsorgani
satie van de Nederlandse tuinbouw
was tevens de grondslag van een
economisch en doelmatig doorgevoer
de standardisatie der tuinbouwpro
ducten, naar kwaliteit en verpakking.
Het waren immers de veilingen die
de toepassing van de standardisatie-
maatregelen mogelijk maakten.
Men kan uit wat voorgaat beslui
ten, dat Nederland beschikt óver een
organisatie welke toelaat op een snel
le wijze in te grijpen ten voordele van
zijn tuinbouwbedrijvigheid.
België integendeel kent geen recht
streekse staatsinmenging, noch inzake
teeltregeling, noch inzake prijzen. Het
beschikt over geen handelsorganisa
tie, over geen verdelingsapparaat,
over geen standardisatie, zoals deze
onder officieel toezicht door Neder
land werden ingericht.
Wel is waar, kunnen wij ons geen
economische unie indenken waarbij
de Nederlandse Staat aan zijn voort
brengers geldelijke steun zou verlenen
tot bevordering van de afzet op de
Belgische markt. Een economische
unie veronderstelt dat de tuinbouwers
(Zie vervolg 4t bladzijde le kolom).
Van een onzer leden uit St Mar-
tens-Lennik, ontvingen we volgend
schrijven
St Martens-Lennik 19-7-48.
Achtbare Heren,
Als Redt U Zeiver denk ik U het
volgende te mogen vragen.
Gelieve me langs ons blad De
Koornbloem in de rubriek vragen-
bus, te antwoorden onder de letters
F. D. St Martei%s Lennik. op het vol
gende (of per brief zoals u verkiest).
Voor de Winter kocht ik een tien
jarige merrie, zéér vervallen en ma
ger, naarmate ze terug aanvette wierp
ze in de Winter veel natuur af. Nu ze
van in den uitkomen terug in goeden
staat is, nu verliest ze levend bloed
sedert een tweetal maanden, dit re
gelmatig iedere week tenminste
tweemaal, en telkens zo ongeveer
100 cl.
Deze merrie heeft vroeger nog ge
kweekt en is over een drietal jaren
verschoten.
Wat zou hieraan te doen ofte ver
helpen zijn
In afwachting op Uw antwoord
Geachte Heren, groet ik U intussen
met de meeste genegenheid.
F. D. D.
Het antwoord van onze veearts
op deze vraag wordt alsvolgt ge
geven
Het komt nu en dan voor dat een
bepaalde merrie op een gegeven
ogenblik slagaderlijk (helderrood) of
aderlijk bloed (donkerrood) in min of
meer grote hoeveelheid gaatverliezen
langs de schede. Dit verlies kan daar
bij voortdurend plaats grijpen of steeds
met tussenpozen. Bij sommige merries
treedt dit uitlopen slechts op wanneer
ze neerliggen, bij andereook wanneer
ze rechtstaan. Wanneer dit bloedver
lies een te grote omvang aanneemt
zal het dier in zulke mate van bloed
armoede gaan verkeren dat het zien
derogen verzwakten nog slechts wan
kelend voortstapt en dan uiteindelijk
niet meer rechtgeraakt. Men ziet dan
dat de slijmvliezen van ogen, neus,
muil en schede er zeer bleek uitzien in
plaats van die mooie roze kleur te be
zitten en dat de pols- en hartslag zeer
vlug en nauwelijks waar te nemen zijn.
Welke zijn nu de mogelijke oorza
ken van dat bloedverlies Men kan
dit verlies in geringe mate zien optre
den telkens na de bronst bij merries
waarbij te vee! bronstprikkelstof
(follikuline) wordt afgescheiden. Dan
bij merries die voor de eerste keer een
veulen geven en dit op hoge ouder
dom waarbij dan soms gebeurt dat de
baarmoeder niet de nodige hervor
ming ondergaat na de geboorte, dus
te traag inkrimpt en zo oorzaak is dat
de bloedvaten eveneens niet afgeslo
ten geraken en er bloed blijft door
zijpelen.
Soms treft men een kankergezwel
aan in de baarmoeder (vleesboom) en
dit gezwel geeft dan aanleiding tot
lichte bloedingen wanneer het bloed
standvastig uitvloeien kan of soms tot
hevige bloedstortingen (en meestal
zijn dit dan zwarte klonters bloed).
Wanneer dit bloed zich eerst verza
melde in de baarmoeder, daar klon
terde, en dan na een zekere tijd werd
uitgestort.
Meestal echter is de oorzaak ader
spat in de schede dus het optreden
van kleine barsten in de aders van de
schede, waarbij dan de uitvloeiing
meest gebeurt bij neerliggen, omdat
de druk op de geslachtsorganen dan
het grootst is men ziet dan voortdu
rend donkerrood bloed uitvloeien zo
lang het dier ligt. En ook wanneer
het rechtstaat en aan t persen gaat
om te urineren, dan vloeit bloed uit
en dit is dan ook een enige gelegen
heid om de plaats van het aderspat
op te speuren, want met speculum en
lamp of bij manueel (met de hand af
tasten) onderzoek vindt men gewoon
lijk dat zeer discreet letsel niet.
Verder kan men soms bloedcysten
(bloedbleinen zoals men die soms ziet
bij zeugen na moeilijk biggenen op
een schaamlip) vinden in de schede of
in de baarmoeder die, bij eventueel
barsten aanleiding geven tot bloedin
gen.
Natuurlijk zullen verwondingen
van de schedewand, baarmoederhals
(kol) en van de baarmoeder zelf, wel
ke dus meestal bij moeilijke verlossing
optreden aanleiding geven tot bloe
dingen.
Voor iedere oorzaak is er dus een
aangepaste behandeling in te stellen,
en het is daarom best zijn veearts zo
vlug mogelijk te raadplegen, die oor
zaak op te speuren en zodoende een
mogelijke genezing te bewerken, of u
bijtijds het dier doen af te maken
wanneer er geen uitkomst zou zijn,
eer dus uw dier een geraamte gewor
den is en gij het dan voor niemendalle
moet afgeven. Veearts M. M.
f
l i>\
<y n \'v V
h éi."--? \r
oor
oem