Pluimcnziektcn Potas de hoofdfactor aardappclopbrengst Vccprijskamp VETVLEKKEN. LANDBOUWERS, Inschrijvingslij st voor Zaaigranen en Plantgoed te Lebbeke 14/9/48. DE KOORNBLOEM - 18 Sept, 1948 Het onderling verenpikken is de gewone oorzaak van het ontpluimen der kippen, en begint doorgaans bij de haan die er een zeker behagen schijnt in te vinden. Na hem komt er ene hen aan de beurt en al de zo uitgetrokken plui men worden netjes opgepeuzeld. Vloeit er bij toeval een druppel bloed, dan is er aan deze manie niet veel meer te„verhelpen. Weldra is het gansche stel er door aangetast, en lo pen al de dieren in Adamskostuum, wat een allerleelijkste aanblik geeft. In een kiekenren lopen er door gaans maar een paar zulker liefheb sters rond; het is noodzakelijk die goed in het oog te houden om ze tij dig te kunnen afzonderen, het best van al in pan of pot, opdat de anderen dezelfde plaag niet zouden opdoen. Onvoeldoende bewegingsvrijheid is de hoofdoorzaak dezer slechte ge woonte, alsook het gebrek aan dier lijk voedsel. Wanneer men een kool in de ren hangt zullen de dieren door gaans elkander niet bepikken zolang ze die kool onder handen kunnen ne men, doch daarna herbegint het spel. Een weinig solfer in het deeg. bij het ruiven, geeft zeer goede resultaten en draagt nog tot een goede pluimvor- ming bij. Een radikaal middel staat ons op de buiten ten dienste en dit is grotere bewegingsvrijheid, waardoor de die ren weldra die onhebbelijkheid ach terwege laten. Buiten deze gekende pikziekte be staat er ook nog een zeker soort schurft of gal dat dezelfde resultaten heeft. Dit schurft wordt soms opge merkt na het inbrengen van reeds aangetaste dieren in een gezonde ren. Het plant zich vliegensvlug voort en in enkele dagen zijn al de dieren aan getast. De ontpluiming begint aan de stuit en breidt zich verder uit langs de bil len, rug en buik. Zelfs de kop en de hals ontsnappen er niet aande plui men vallen langs alle kanten, zodat het vel op een ruime oppervlakte gans bloot ligt. In tegenstelling met het geval der •uitgepikte veren, blijft het vel nor maal zacht, rozig en niet opgezwol len. Wanneer men, in dit geval, de nog overblijvende pluimen (rond de aan getaste delen) uittrekt, zal men be merken dat er zich op die plaatsen kleine witte schilfertjes bevinden in groot getal. Indien de dieren zich reeds in vol doende vrijheid bevonden, zal men dus de ontpluiming moeten toeschrij ven aan deze schurftziekteeen nader onderzoek zoals hierboven zal zulks afdoende bewijzen. De op deze wijze aangetaste dieren worden onder de pluim licht gewas sen of afgedopt met een weinig zeep water en dan blaast men verse pyre- trumpoeder gemengd met een weinig solferbloem onder de pluimen; door de zeepsoplaag blijft dit poeder beter kleven. Nog meer afdoend is een bad van potas-sulfiet (20 gr. op 1 liter warm water), waarin de hennen gehouden worden totdat het gevederde er vol doende van doortrokken is. Enkel de kop wordt uit het vocht gehouden en het is aan te raden de poten vooreerst samen te binden. Nicotinebaden ge ven hetzelfde resultaat. Bij ontpluiming der hennen is het dus geraadzaam te onderzoeken welk der twee gevallen er de oorzaak van is, om het gepaste middel te kunnen aanwenden. IN DE In een brochure Onderzoek naar de Minnimumwet bij de bemesting van Aardappelen,, door Ir. A. Van Slycken, lezen we, en onze boeren mogen dat goed in hun oren knopen 1De kleur van het aardappelloof wordt beïnvloed door de bemesting. Wanneer er te weinig stikstof gege ven werd, wordt het loof bleekgroen; wanneer er te weinig potas aanwezig is wordt het blauwgroen. 2. Gebrek aan potas vervroegt ten zeerste het nadelig rijpen. 3. Er treden typische gebreksver schijnselen op alleen bij potasgebrek en niet bij totaal gebrek aan mest stoffen. 4. Wanneer men bemest met stik stof, fosfoor, potas, kalk en magne sium mag men zich aan de grootste aardappelenopbrengst verwachten. De opbrengst neemt af naar gelang men gebruikt a) Stikstof, fosfoor, potas en kalk. b) Stikstof, fosfoor en potas. c) Stikstof, potas en kalk. d) Fosfoor, potas en kalk. e) Onbemest. f) Stikstof, fosfoor en kalk. Wanneer mende laagste opbrengst neemt, bemerkt men dat potas de hoofdfactor in de opbrengst is. Vol ledig meststofgebrek zou, althans voor sommige onzer aardappelsoor ten, nog gunstiger zijn dan partieel gebrek en wel met name potas. 5. Kalk oefent weinig invloed uit. Samen met magnesium stijgt de op brengst lichtjes. 6. Bij potasgebrek is de verhouding grote/kleine knollen het meest on gunstig. 7. Bij "Bintjes,, stijgt de °/o droge stof door stikstofgebrek en daalt bij potasgebrek. 8. De totale opbrengst droge stof en de totale opbrengst zetmeel per Ha. worden het meest beïnvloed door potasgebrek en pas daarna door vol ledig gebrek aan meststoffen. 9. Wanneer de tijdspanne tussen twee opeenvolgende aardappelteelten groot is, kan men zelfs zonder de minste scheikundige bemesting nog hoge opbrengsten bekomen. Dit be wijst het groot belang der vruchtaf wisseling. 10. De grote factor is een volle dige en evenwichtige bemesting toe te passen. Uitslag van de I. PAARDEN. Merries van 4 jaar en meer. 1. Lissens Achiel, Lebbeke. 2. Van der Goten Gebr., Lebbeke. Merries geboren in 1945. 1. Moens Maurits, Wieze. 2. Wauters Ad., Lebbeke. 3. Van Assche Alois, Merries geboren in 1946. 1. D'Hooghe Jozef, Grembergen. 2. Van Mulders Petrus, Lebbeke. Merries geboren in 1947. Van den Berghe Raym. Baardegem. II. RUNDVEE. A. Tot melk.en kweek bestemd, enkel voor landbouwers. Koeien 6 tanden en meer 1. De Hauwere Frans, Lebbeke. 2. Huybens Omer, 3. Van der Goten, Gebr. 4. Huybens Omer, Vaarzen 2 en 4 tanden 1. We De Proft Jozef, Lebbeke. 2. Lissens Achiel, 1. 2. 3. 1. 2. 3. 4. 1. 2. 3. 1. 2, 1. Vaarzen zonder tanden Van der Goten Om., Lebbeke. Sonck Arthur, Denderleeuw. B. Voor kooplieden. Koeien 6 tanden en meer De Ridder, Dendermonde. Lenaert, Vaarzen met 4 tanden Lenaert, Lebbeke. De Ridder, Dendermonde. Muyzewinkel, St Gillis Denderm. Vaarzen met 2 tanden De Ridder, Dendermonde. Muyzewinkel, St Gillis Dendm. Lenaert, Lebbeke. Gekalfde van 4 tanden Muyzewinkel, St Gillis Dendm. De Ridder, Dendermonde. C. Stieren zonder tanden. De Hauwere Frans, Lebbeke. Vetvlekken op de kleederen zijn gemakkelijk te verwijderen, zonder dat ze een spoor nalaten. Gebruik daarvoor DETEX. Te verkrijgen in onze magazijnen. De aankoop van veredelde zaaigranen en gekeurd plant goed is een dringende noodzakelijkheid om een goede op brengst te bekomen. Koopt daarom in vertrouwen bij onze maatschappij en onze zaakvoerders. Laat U onmiddelijk inschrijven. Naam van de landbouwer StraatGemeente, bestelt bijZaakvoerder te PLANTAARDAPPELEN ZAAIGRANEN Soort Soort TARWE Alba Eerstelingen Saskia Hollandse Bintjes Deense Bintjes Krugers Furore Hollandse Alpha Deense Alpha Voran Record Rode Star Imperial Astra Benoist 40 ROGGE Korte Vlaamse Petkus Waregemse GERST Linie 456 Vindicat Dit alles veronderstelt natuurlijk dat men weet hoe de grond er uitziet, dus eerst degelijke grondkennis. Andere factoren spelen nog een rolafwatering, vruchtopvolging van vroeger jaren, bemesting van vroeger jaren, herkomst van plantgoed, on- derhoudszorgen, ontwikkeling, weer- gesteltenis, bloei, rijpen en oogsten.... 3. tt tt »t

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Koornbloem | 1948 | | pagina 9