Rond de Begroting van Landbouw Brengt de Hop er de Boeren bovenop 1 Arbeid adelt voor 1949* i u 90r LANDBOUWWEEKBLAD Voor en door de Orgaan der S. M. REDT U ZELVEN. Landbouwers Enkele beknopte beschouwingen* AALST 9 OCTOBER 1948. Abonnementsprijs 50 fr. 's jaars. Bureelen Zeebergkaai, 5, Aalst Telefoon Nr 267. Postcheckr. 1425.93. Handelsr. Aalst 145. Verschijnt iederen Zaterdag 2Vste JAARGANG Nr 1323 Het overnemen van artikelen zonder aanduiding der bron is streng verboden. De medewerkers zijn verantwoordelijk voor hunne bijdragen. Aankondigingen volgens akkoord. De begroting van landbouw voor ziet voor dit jaar 351 millioen frank. Alhoewel dit bedrag <niet ruim kan worden geheten, betekent het toch een verhoging van ongeveer 80 mil lioen ten overstaan van de aanvan kelijke begroting voor 1948. Deze vermeerdering moet de Mi nister van Landbouw toelaten gelei delijk het programma uit te werken dat hij voor enkele maanden heeft uiteengezet en dat wij in ons blad des tijds aan onze lezers kenbaar hebben gemaakt. Dit programma beoogt de technisch-wetenschappelijke uitrus ting van onze landbouw te verbete ren met het doel de productiekosten te verminderen, de kwaliteit te ver hogen en insgelijks een hogere op brengst te bereiken. Als bijzonderste maatregelen voor dit doel heeft de Minister vooruitge zet doeltreffender werking onzer op zoekingsstations, strijd tegen de vee ziekten, controle van de melkgifte en van de veevoeding, verbetering van de weideuitbating en uitbreiding van de veevoederteelt. In verband met dit programma, somt de begroting enkele gebieden op, waar in een nabije toekomst uit slagen dienen te worden bereikt Wat de eigenlijke landbouw betreft. Hier zal de bevoegde dienst van het Departement van Landbouw zich bijzonder inspannen voor 1) De uitbreiding van de voort- brengst en de vulgarisatie van het ge bruik van uitgelezen zaad en poot- goed door de landbouwers. Het hoeft geen betoog dat dit een doelmatig middel is voor de verhoging van de productie. 2) De opvoering van de voort- brengst van veevoeders en de verbe tering van de bewaringsprocédé's. Met dit doel zal een flinke propaganda worden gevoerd. 3) De verbetering van de teelt en van de hoedanigheid van de tabak, de hop en de geneeskrachtige planten. Wat de tuinbouw betreft. Op dit gebied zal de bevoegde dienst van het Ministerie van Landbouw zijn bijzondere aandacht wijden 1) Aan de gezondmaking van de boomgaarden, door de aanleg van demonstratieboom gaarden, modelaanplantingen voor laagstammige bomen en proefvelden voor boomkwekerijplantgoed. 2) Aan de verbetering van de groententeelt door standardisatie van de variëteiten, aanwending van pas sende samengestelde meststoffen en door uitbreiding van de controle op de zaaizaden. 3) Aan de verbetering van de bloe menteelt door proefnemingen inzake teeltmethodes en nieuwe teelten, mo dernisering van de uitrusting der on dernemingen, opvoering van de kwa liteit der producten en van hunne aanbieding. 4) Aan de verscherping van de strijd tegen de ziekten en insekten die onze tuinbouwgewassen aantasten, door de inrichting van een waarschu wingsdienst ten bate van de tuin bouw, de standardisatie van de insek- ten-dodende middelen, sproeitoestel- len, enz. 5) Aan de bewaring en benuttiging van fruit en groenten door het bou wen van degelijk ingerichte bewaar plaatsen, vervaardiging van fruit dranken en inmaking van groenten. Wat betreft de zuivelproductie. Daar de handel in zuivelproducten sedert 1 Mei 1948 is vrijgegeven en de meeste producten onderworpen zijn aan het stelsel van de normale prijs, zal het Ministerie van Land bouw actief optreden tot de verbete ring van de hoedanigheid van de ver- bruiksmelk (ministerieel besluit van 30-4-1948), van de melkerijboter (controlemerk), en van de hoeveboter (aanneming door de Nationale Zui veldienst en toepassing van het be sluit van 25 Mei 1946). De sector verdeling van de zuivel producten dient gezond gemaakt. De zuivelnijverheid dient ontwikkeld en een intense propaganda dient gevoerd voor het verbruik van melk in natura. Inzake invoer van zuivelproducten moet het Departement van Landbouw insgelijks werkdadig optreden, inzon- derlijk bij de bepaling van de toege laten import. Te dien einde moet het de ontwikkeling van de markt van dichtbij volgen om de gepaste maat regelen tijdig te kunnen voorstellen. Hetzelfde is nodig voor wat aangaat de invoer van slachtvee. (Zie vervolg 4t bladzijde le kolom). Een volksspreuk is soms bedriege- lijk. Denk maar aan de weerspreuken. Is het weer te betrouwen En als de weerberichten in de radio ons soms kregelig maken, dan moeten we de weerprofeet veel vergeven. En zijn markt en marktprijzen niet een beetje zoals het weer Spreekt men niet van weerschom melingen en markt- of prijzenschommelingen Het weer hangt af... van Ons Heer en die weet waarom hij het laat schommelen. De marktprijzen hangen af... van de mensen enzijt maar zeker, die weten er eveneens het fijne van waarom die op en neer gaan. Die mensen zijn over 't algemeen grote bazen en wee U als gij met hen ker sen eet. Ze pitsen de pitten in uw aangezicht. Als de vos de passie preekt, boer- kens wacht uw gansen. Enkele dagen geleden ging een afvaardiging van brouwers naar de Minister om zo maar te gaan protesteren tegen het feit dat men zinnens was de Beierse hop niet binnen te laten in ons land. Die brouwersbazen hadden er wel voor gezorgd dat ze niet geflankeerd waren met een afvaardiging of verte genwoordiger van de Belgische hop- verbouwers. Men kan 't niet al onthouden, zei Wanne Wap, als ze ging melken, en ze had heur twee emmers vergeten. Ja, ja, die heren brouwers hadden wellicht vergeten dat er in de landen van Aalst, Assche en Poperinge ook hop gekweekt wordt. Zal de Beierse hop binnen komen Helaas, we moeten ervaren dat de oude boerenspreuk De hop brengt er de boeren bovenop ook niet altijd uitvalt. Mogen wij er dit jaar mee uitpakken? Ik vrees er voor. We willen echter niet te vroeg alarm bla zen. Wachtebeke is ook een dorp. Maar lang mogen ze de kleine hop- boer niet laten wachten. En ik weet welgeen haring zo mager of men braad er vet uit, maar het zou schande zijn én van de verantwoordelijke staatsinstanties én van de brouwers zelfs de droge haring van de hopboer zo maar nutteloos in't vuur te wer pen. Is de kwaliteit van de binnenlandse hop niet concurrerend In al onze hopstreken, vooral in het Poperingse (of mag ik geen onderscheid maken tussen Poperinge, Assche en Aalst streeft men naar het bekomen van een hop die de buitenlandse evenaart. Onze hopinstituten zijn daar niet vreemd aan. Overal zien we moderne hoploch- tingen uit de grond rijzen, de be sproeiingsmethoden en de bestrijding van ziekten en insekten zijn perfekt, de asten werden verbouwd tot mo derne installaties. Gans de cyclus, van aanplanting tot baaiverpakking, is aangepast tot het produceren van een hop met de beste kwaliteiten. Werk vraagt dat alles, werk en geld. En deze arbeid moet beloond wor den. De hopkweek is een nationale kuituur de Staat moet ze in de hand werken. Bier kan men een luxe-artikel noe men in ons land is het een onmis baar bestanddeel geworden van onze voeding, bij hoog en bij laag. Hebt gij al één brouwerij failliet weten gaan Ik niet. Een hopboer gaat ook niet failliet, zult ge zeggen. Och, kom het woordje failliet staat niet in het woordenboek van een boer. Een boer wordt geslagen, neergeveld, uitgezo gen, getempteerd, maar een boer zakt niet op zijn knieën (gaat niet failliet) maar herbegint steeds opnieuw. Hij staat steeds met zijn voeten op de grondEen boer op zijn voeten is be ter dan een heer op zijn knieën. De brouwers hebben echfer het recht niet de hopboer er weer onder te dompelen. Eerder moet de brou wer minder grote winst maken. Daar zit het hem. De winstbalans moet even hoog blijven. De aandeelhou ders zouden anders nogal van hun neus maken. Ik zou het voor mijn eigen ook minder interessant vinden het boekjaar te sluiten met een minder hoge balans. Hier moet echter de Staat doorbij ten Beter een anker kwijt dan geheel het schip verloren. Ik weet, we moeten realist blijven. Er wordt gezegd dat er tegenwoordig minder bierverbruik is, dat de brou wers nog over een gedeelte van hun stocks van 1946 en 1947 zitten. Maar is het dan niet zo simpel als het groot is dat men de invoer uit het buiten land beperkt of stop zet? En dat de bevoegde instantie de maatregelen treft om de binnenlandse hop te be schermen Ik herinner mij nog zeer goed de grote en kleine aanplakbrieven van (Zie vervolg 4' bladzijde lekolom.) oorn oem

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Koornbloem | 1948 | | pagina 1