De benarde toestand van
onze paardenfokkerij.
Gewone Algemene Vergadering
Landbouwersvereniging Redt U Zeiven
I LANDBOUWWEEKBLAD I Voor en door de
Arbeid adelt 0rgaaD dcr s. M. redt U ZELVEN. Landbouwers
AALST 2 APRIL 1949
Verschijnt iederen Zaterdag
28ste JAARGANG Nr 1348
Abonnementsprijs
50 fr. 's jaars.
Bureelen
Zeebergkaai, 5, Aalst
Telefoon Nr 267.
Postcheckr. 1425.93.
Handelsr. Aalst 145.
Het overnemen van artikelen zonder aanduiding
der bron is streng verboden.
De medewerkers zijn verantwoordelijk
voor hunne bijdragen.
Aankondigingen volgens akkoord.
In zijn merkwaardig verslag over
de begroting van Landbouw, heeft de
heer Volksvertegenwoordiger Van
den Eynde de aandacht gevestigd op
de moeilijkheden waarmede onze
paardenfokkerij te kampen heeft.
De oorzaken van deze inzinking
kunnen beknopt worden samengevat
als volgt
Het is een feit dat de motor de
jongste jaren geleidelijk het trekpaard
heeft verdrongen. Dit is vooral het
geval voor niet-landbouwpaarden.
Doch voor landbouwdoeleinden zal
het trekpaard steeds een afzet vinden
vooral in de geringe en middelmatige
bedrijven, omdat het gebruik van het
paard in deze bedrijven voordeliger
is dan de .motor.
Verder blijft ook de niet te onder
schatten factor in meerdere landen
die een tekort hebben aan sterke de
viezen, dat de brandstof voor motoren
dient ingevoerd meestal uit de dollar
zone, zodat deze landen er voordeel
bij hebben om financiële redenen de
invoer van brandstof voor te behou
den voor nijverheidsdoeleinden. Bij
stremming van het internationaal
verkeer blijft het paard alleszins een
middel om de uitbating van de land
bouwbedrijven te verzekeren, het
blijft bovendien een reservemiddel om
in deze omstandigheid zelfs het ver
voer te verzekeren in handel en nij
verheid.
Een tweede en belangrijker oor
zaak der prijsinzinking vdoronze trek
paarden is de geweldige vermindering
van de uitvoer. Deze is te wijten aan
het tekort van betaalmiddelen bij on
ze buitenlandse afnemers, doch ook
aan de kunstmatige remming welke
onze regering de eerste jaren na de
oorlog heeft toegepast op de uitvoer
van onze paarden.
Ten slotte heeft onze regering,
door nog steeds de vrije invoer toe te
laten van slachtpaarden en paarden-
vlees, de prijsinzinking der inlandse
paarden op de Belgische markt grote
lijks in de hand gewerkt, door de af
zet die de slachterij als enige uitkomst
voor onze paardenkweek bood aan
zienlijk te beperken.
In het verslag der Kamercommissie
van Landbouw, uitgebracht naar aan
leiding van de jongste begroting van
dit Departement, lezen wij dan ook
wat volgt
«De invoer van slachtpaarden
moet ingekrompen worden. Het gaat
In vergelijking met 1929 bedroeg
de vermindering van de paardensta-
pel in 1949 27.000 landbouwpaar-
den en 24.000 niet-landbouwpaarden,
hetzij totaal 51.000 stuks of 14 °/o van
de gehele stapel.
De oorzaken dezer vermindering
zijn een gedeelte ging naar de slacht
bank en tijdens het jaar 1948 werd
minder gekweekt.
Ziehier tenslotte nog een tabel be
treffende het verbruik van paarden-
vlees in ons land en de invoer van
slachtpaarden en paardenvlees
(Zie vervolg 4' bladzijde 1' kolom.)
VERSLAG OVER DE
VAN DE
niet op nog steeds de massale invoer
toe te laten als de handelsprijzen van
de paarden slechts het coëfficiënt 1,5
ten overstaan van de vóóroorlogse
prijs bereiken, en de kostprijzen mer
kelijk hoger staan
Nochtans heeft ons land de midde
len om aan deze abnormale invoer
van vreemde slachtpaarden een einde
te stellen. Immers de wet van 5 Sep
tember 1947, die het Beneluxtarief
invoerde, voorziet een invoerrecht
van 8 t.h. op de waarde van alle
kweekpaarden, van 6 t.h. op de waar
de van de slachtpaarden en van 12
t.h. op de waarde van het paarden
vlees. Bij besluit van 22 December
1948 werden deze invoerrechten voor
het jaar 1949 geschorst. Wij stellen
ons de vraag waarom.
Weet de regering dan niet dat de
prijs van een middelmatige merrie die
vóór twee jaar nog sch'ommelde tus
sen 20.000 en 25.000 fr. thans geval
len is op 15.000 fr. en dat de ver
koopprijzen der andere dieren een
evenredige daling hebben ondergaan.
Ziehier trouwens de terugslag van
de prijsinzinking op onze paardensta-
pel. Zoals onze lezers zullen opmer
ken is de afname van het aantal paar
den bijzonder gevoelig tijdens de ja
ren 1948 en 1949 ingevolge het on
gunstig prijzenpeil.
Samenw. Vennootschap
van Zondag 27 Maart 1949.
De vergadering wordt door de
Heer Emiel Baeten, voorzitter, te
14,30 uur geopend. Na de aanwezi
gen te hebben verwelkomd, brengt
hij hulde aan zijn voorganger, de Heer
K. Van den Haute, wiens nagedach
tenis hij huldigt voor al hetgeen door
hem, als vroegere voorzitter, voor de
landbouwersvereniging Redt U Zei
ven gedaan werd. Hij verklaart dat
hij op aandringen van de andere be
stuursleden het voorzitterschap van
de landbouwersvereniging heeft aan
vaard. Hij dankt de bestuursleden
voor het vertrouwen dat zij hierdoor
in hem stellen en drukt de wens uit
dat hij op waardige wijze de voet
stappen van zijn voorganger zou mo
gen volgen.
Spreker geeft vervolgens het woord
aan de Heer Frans Wynant, afge
vaardigde-beheerder, welke lezing
geeft van het verslag van de Beheer
raad.
Verslag van de Beheerraad.
MEVROUWEN,
MIJNE HEREN,
We hebben de eer en het genoe
gen verslag uit te brengen over het
30® boekjaar onzer samenwerkende
maatschappij.
Het jaar 1948 heeft ons menige
onaangename verrassing gebracht.
Vooreerst hadden we het heen
gaan te betreuren van onze geachte
Voorzitter, de heer Kamiel Van den
Haute. Het afsterven van deze fleu
rige en krachtige ouderling was
een groot verlies voor onze Vereni
ging. We brengen aan den heer
Kamiel Van den Haute een roerende
en diepgevoelde hulde en danken
hem voor alles wat hij voor de maat
schappij heeft gedaan.
De raad heeft met algemene stem
men de heer Emiel Baeten tot voor
zitter gekozen. Hij is naar het
oordeel der beheerders de meest aan
gewezen persoon, door zijn grote
ondervinding en de verkleefdheid
welke hij steeds de vereniging heeft
toegedragen. We wensen de nieuwe
deken van Redt U Zeiven een
lange loopbaan.
Voor onze landbouwers was het
jaar 1948 weinig rooskleurig "om
niet te zeggen slecht.
De gedurige regens der maanden
Juni en Juli waren oorzaak van wei
nig opbrengende oogsten, waarvan
de granen dan nog van gemene hoe
danigheid waren.
Tot overmaat van ongeluk liepen
de graanprijzen fel naar omlaag,
zodat de graankweek voor velen een
strop is geweest.
De aardappelen brachten zeer veel
op, maar de prijzen waren ongemeen
klein en het grootste deel der eet-
aardappelen vond geen koper, zodat
we hier ook van een tegenslag
moeten spreken.
1948 heeft echter een rekord ge
klopt. Nog nooit werden de gewas
sen door plagen en insecten over
vallen als in dit rampspoedig jaar.
Het heeft onze boeren veel geld
en zweet gekost, om op dit gebied
rampen te voorkomen.
Ook de groentenkweek is voor
vele kwekers tegengevallen. Denken
we maar even aan salade, selder
en prei, die zelfs geen kopers von
den.
Alleen de vee- en varkenskweek
brachten een gelukkige noot en heb
ben voor de meeste boeren, ten
minste tijdelijk, de redding ge
bracht.
Maar we vragen ons af wat er zou
gebeuren, als ook deze takken in de
verkeerde richting moesten gaan
lopen?
Wat niet beletten zal dat de ont
vanger van belastingen een zware tol
zal eisen, om de altijd ledige staatskas
te helpen vullen en niet zal willen
aannemen dat in 1948 onze boe
ren eerder geld verloren dan gewon
nen hebben.
Wat de zakengang van onze Ven
nootschap betreft, moeten we verkla
ren dat we eveneens een zeer
moeilijk jaar achter^den rug hebben.
De lage prijzen en de slechte hoe
danigheid van de inlandse granen
hebben veel landbouwers aangezet
hun eigen opbrengsten als veevoe
ders te gebruiken, wat zeker niet
(Zie vervolg 2' bladzijde 1' kolom).
De Koornbloem
Jaren
Landbouw- Niet-landbouw
Totaal.
paarden
paarden
1929
266.000
50.000
316.000
1941
240.000
33.000
273.000
1944
218.000
32.000
250.000
1945
238.000
40.000
278.000
1946
256.000
40.000
296.000
1947
261.000
43.000
304.000
1948
251.000
37.000
288.000
1949
239.000
26.000
265.000