Onkruidbestrijding in de weiden 21 JULI Toepassing van de maatschappelijke zekerheid op het seizoenpersoneel in de landbouw Arhi>iVl aAp>U I LANDBOUWWEEKBLAD I Voor en door de Orgaan der S. M. REDT u ZELVEN. Landbouwers al, 'het •werk. AALST 16 JULI 1949 Verschijnt lederen Zaterdag 28ste JAARGANG Nr 1363 Abonnementsprijs 50 fr. 's jaars. Bureelen Zeebergkaai, 5, Aalst Telefoon Nr 242.67. Postcheckr. 1425.93. Handelsr. Aalst 145, Het overnemen van artikelen ronder aanduiding der bron is streng verboden. De medewerkers zijn verantwoordelijk voor hunne bijdragen. Aankondigingen volgens akkoord. Het Staatsblad van 6-7-8 Juni j.l. publiceert het besluit van de Regent van 15 Mei betreffende de toepassing der maatschappelijke zekerheid op het seizoenpersoneel in het landbouw bedrijf, alsook een regentbesluit van zelfde datum betreffende de uitbeta- ling van de kindertoeslagen aan dit personeel en een ministerieel besluit tot vaststelling der forfaitaire lonen waarop de bijdragen voor de sociale verzekeringen dienen berekend voor bedoeld personeel. In deze bijdrage zullen wij in grote trekken de verplichtingen uiteenzet ten die door deze reglementering worden opgelegd aan de seizoenar beiders in de landbouw alsook aan onze landbouwers-werkgevers. 1) Wie zijn onderworpen aan deze reglementering De arbeiders (mannen en vrou wen) die aangeworven zijn om land- bouw-seizoenarbeid te verrichten, ge durende een minimumtijd, en hunne werkgevers, zulks van 1 Mei 1949 af. Vallen echter niet onder toepassing der sociale verzekering 1) de seizoenarbeiders die in een landbouwbedrijf enkel gelegenheids arbeid verrichten. Als dusdanig dient beschouwd de tewerkstelling waar van de duur tijdens een trimester niet meer bedraagt dan een ononderbro ken tijdperk van zes werkdagen in dienst van eenzelfde werkgever, of een totaal van achttien werkdagen in dienst van een of meer werkgevers 2) eigen kinderen van de werkge ver of kinderen staande onder zijn voogdij, behoudens wanneer gewoon lijk ook andere arbeiders door de werkgever worden te werk gesteld en een contract van dienstverhuring tussen deze kinderen en de werkge ver kan bewezen worden 3) bloed- of aanverwanten tot en met de 3de graad die bestendig bij de werkgever inwonen en met hem een gemeenschappelijk huishouden uit maken f) de enige zoon of dochter of hun Echtgenoot (echtgenote) 5) landbouwers die zelf of waarvan de zonen of docüters bij een landbou wer in wederdienst komen arbeiden 6) landbouwers die aan een derde de uitbating van hun bedrijf toever trouwen en komen werken bij een landbouwer. Behoudens de wetgeving op de kindertoeslagen voor niet-loontrek- kenden, is op de personen begrepen in de uitzonderingen 2 tot 6 hierbo ven in algemene regel geen enkele sociale wet van toepassing. 2) Pleegvormen. A) Indien de landbouwer de sei zoenarbeiders heeft aangeworven bij de Plaatsingsdienst van het Gewes telijk Bureau van het Steunfonds voor Werklozen. 1) Bij het sluiten van het arbeids contract door de werkgever, onder zoekt de voor de plaats van het werk bevoegde Plaatsingsdienst, of het contract al de inlichtingen bevat die vereist zijn voor de toepassing der sociale wetten, o.m. de naam van de kas voor gezinsvergoedingen en num mer van aansluiting, aanvangsdatum van het werk, vermoedelijke eindda tum van het contract enz. 2) De plaatsingsdienst in wiens ge bied de arbeider zijn woonplaats heeft, overhandigt aan elke aange worven arbeider, eventueel door be middeling van zijn ploegbaas, een formulier ADB 13 waarop de arbei der de nodige gegevens vermeldt. Aan de arbeider die kinderen heeft overhandigt zelfde plaatsingsdienst bovendien een ADB 12 «Uittreksel uit het Bevolkingsregister dat dient ingevuld door het gemeentebestuur. 3) Zodra het seizoenpersoneel aan het werk is, zendt de plaatsingsdienst der streek aan de landbouwer drie exemplaren van het formulier ADB 7. De landbouwer moet twee exempla ren van dit formulier behoorlijk inge vuld terugzenden aan de Dienst, uiterlijk 14 dagen na het einde van de seizoenarbeid, onder vermelding van de juiste datum waarop het werk werd beëindigd. Telkenmale dat de werkgever nieuw seizoenpersoneel aanwerft, die nen deze pleegvormen hernieuwd. B) Indien het arbeidscontract werd gesloten door tussenkomst van een erkende kosteloze Plaatsingsdienst. (Vrije werkbeurs). Deze plaatsingsdienst is inzake de uitvoering der sociale verzekeringen, onderworpen aan dezelfde formalitei ten als de Plaatsingsdienst van het Steunfonds voor werklozen. Dus de zelfde pleegvormen als onder A hier boven. IC) Indien de landbouwer het sei zoenpersoneel heeft aangeworven buiten de tussenkomst van een plaat- Zie vervolg 4' blauzijJe 1'kolom). Dat vele van onze weiden in een erbarmelijke toestand liggen is vol doende gekend. De boeren zeuren over de te hoge prijzen van de kracht voeders, maar hun weiden, die veel krachtvoeder kunnen uitsparen, ver waarlozen ze op een onverantwoor delijk manier. Wij willen nu niet spreken over de slechte manier van bemesten, over de zuurheid van vele weiden, enz. Wij willen alleen een woordje zeggen over de bestrijding van het onkruid. Sommige weiden uit de streek ge lijken meer aan een bloemenhof dan aan een weide. Nemen wij alleen maar de boterbloem b.v. Hoeveel kostbaar gras zou er voor de beesten niet verloren gaan door de aanwezig heid van de boterbloem. De koeien laten wijselijk hele bossen gras staan, omdat ze de boterbloemen, die er tusschen groeien, schuwen. Zoo ken nen wij weiden die uit die oorzaak practisch maar voor de helft afge graasd worden. Zo is het natuurlijk goed te begrij pen, dat krachtvoeder moet aange kocht worden. Het bijzonderste voe der voor onze koebeesten is goed gras. En geen enkele moeite mag na gelaten worden om goed en veel gras te winnen. Het is opvallend hoe in sommige streken geen of althans weinig onkrui den te vinden zijn in de weiden. Een reis, die we kortelings geleden door Holland deden, gaf ons de gelegen heid daar de weiden te bezichtigen. Op die weiden ziet ge gras, maar geen bloementuilen. En zo moet het zijn. Hoe kunnen wij nu het onkruid van onze weiden houden Benevens de verschillende manie ren, die van ouds reeds bekend zijn als b.v. het laten afgrazen door scha pen, het kort afmaaien na het grazen der koeien, enz. wordt het onkruid tegenwoordig op scheikundige manier bestreden door GROEISTOFFEN. De groeistoffen hebben reeds aan getoond met welk resultaat ze kunnen gebruikt worden in de graangewas sen. Op dezelfde manier kunnen ze ons van dienst zijn bij de bestrijding van het onkruid in onze weiden. Het beste ogenblik, zoals trouwens in de graangewassen, is als de on kruiden nog jong zijn, dus vóór ze in bloei staan, bij groeizaam en warm weder. Daarom zal het binnenkort het ideale ogenblik zijn om door middel van groeistoffen onze weiden te zui veren. Nu dat de eerste snede gras af is en het jonge gras terug aan het uitschieten is, zal ook het onkruid in een jeugdig stadium komen te staan, zodat het gemakkelijk zal te verdel gen zijn. Het best pakt men ze aan als ze welig opgroeien, zodat ze bij het bespuiten goed kunnen getroffen worden. De werking van de groeistoffen is zeer grondig de meeste onkruiden sterven af met wortel en al, zodat na een paar jaren alle voorkomende on kruiden kunnen vernietigd zijn. Gezien het in weiden gewoonlijk gaat om overjaarse onkruiden, die dus veel taaier zijn dan deze die in het graan voorkomen, zal het nodig zijn een grotere dosis te gebruiken dan in het graan. De dosis wordt trouwens door de fabrikant aangegeven en schommelt gewoonlijk rond 1,5 kg. per ha., opgelost in 1.000 tot 1.200 liter water. Daar groeistoffen niet giftig zijn, dus zonder het minste gevaar voor de beesten, zijn ze het ideale onkruidver- delgingsmiddel voor de weiden. Aanvullende inlichtingen kan ieder een bekomen bij onze zaakvoerders en op onze burelen. Op Donderdag 21 Juli zul len, ter gelegenheid van het Nationaal Feest, onze Bure len en Magazijnen GESLO TEN zijn. Amnestie voor gestrafte landbouwers. Door een wet van 7 Juni 1949, ver schenen in het Staatsblad van 26 Juni, wordt amnestie verleend voor de inbreuken gepleegd op de reglementering inzake bevoorrading van het land, op voorwaarde dat 1° de inbreuk gepleegd werd na 18 Mei 1946, 't is te zeggen na het van kracht worden van het fameuze be sluit van minister Lalmand, waarbij de minste overtreding gestraft werd met minstens een maand gevangenis straf en 7.000 fr. boete 2° slechts de minimumstraf 1 maand en 7.000 fr. werd toegepast. 3° de zaak gevonnist werd vóór 28 Februari 1948. Na deze datum was het bedoeld besluit ingetrokken.) leden N. De Koornbloem

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Koornbloem | 1949 | | pagina 1