HET RUITEREN VAN HOOI Arbeid adelt De afzetmoeilijkheden voor onze Fruitteelt* LANDBOUWWEEKBLAD I Voor en door de Orgaan der s. M. REDT u ZELVEN. I Landbouwers AALST 30 JULI 1949 Verschijnt iederen Zaterdag 28ste JAARGANG Nr 1365 Abonnementsprijs 50 fr. 's jaars. Bureelen Zeebergkaai, 5, Aalst Telefoon Nr 242.67. Postcheckr. 1425.93. Handelsr. Aalst 145. oornbloem Het overnemen van artikelen zonder aanduiding der bron is streng verboden. De medewerkers zijn verantwoordelijk voor hunne bijdragen. Aankondigingen volgens akkoord. Wanneer de oogst ietwat meevalt, stelt zich steeds opnieuw voor onze fruittelers het angstwekkend vraag stuk waarheen met ons fruit tegen behoorlijke prijzen. Nochtans biedt de oplossing van dit vraagstuk voor onze landbouw en voor onze economie een aanzienlijk belang, wanneer men weet dat onze fruitteelt zowat 70.000 ha. beslaat, waarvan 33.000 ha. in het gewest Limburg-Luik, 18.000 ha. in het ge bied Oost-Vlaanderen en West-Bra bant en de overige in de andere stre ken. Op economisch gebied is de fruitteelt van groot belang, daar zij weinig ingevoerde grondstoffen be nuttigt, aan de bevolking voedzame en gezonde producten levert en door de uitvoer aan het land vreemde de viezen verschaft. Op sociaal gebied verstrekt zij het bestaan rechtstreeks aan 30.000 gezinnen, zonder rekening te houden met nijverheid en handel die bij de levering van grondstoffen, de verwerking en de verkoop van de voortbrengst betrokken zijn. Welke zijn de oorzaken van de afzetmoeilijkheden van het inlands fruit 1) De onvoldoende aanpassing van de kwaliteit aan de eisen van de ver bruiker. Het is een feit dat de verhoogde levensstandaard der massa steeds meer eisen stelt aan de hoedanigheid der vruchten. Onze fruitkwekers pro duceren nog te veel tweederangsoor ten vruchten, die minder in de smaak vallen van de verbruiker en enkel af zet vinden tegen lage prijzen. Men vergete niet dat onze inlandse vruch ten op de eigen markt de mededin ging ondergaan van degelijk verzorgd en uitgelezen vreemd fruit, dan ons in roeischepen uit Amerika en andere landen in de beste voorwaarden wordt aangebracht. Er zijn voorzeker reeds talrijke kwekers die de fruitteelt op weten schappelijke wijze beoefenen. Doch "og een grote massa ontbeert nog de vakkennis die de moderne fruitteelt vergt van de voortbrenger. Deze vak kennis nu is zeer uitgebreid voor de Productie van veredelde soorten, in zonderheid op gebied van gebruik van geselecteerde onderstammen, de toe- Passing van beredeneerde snoei, het aanwenden van de passende bemes- tin9 en de anti-parasitaire middelen enz. In de Verenigde-Staten, Dene marken en Zwitserland, zijn de we tenschappelijke uitbatingsmethodes bij de fruitteelt zeer ver gevorderd en worden met de dag verbeterd. Voor deze aanpassing en moderni sering is in de eerste plaats ongetwij feld de goede wil en de vastberaden heid onzer kwekers vereist. Doch zij moeten gesteund worden door de werking der openbare besturen. Vooreerst is het de plicht van de Staat naar het voorbeeld van de V.S., Nederland, Zwitserland, Denemar ken, Engeland en andere landen, een voldoende aantal goed uitgeruste op zoekingsstations op te richten om aan onze fruittelers een ruime wetenschap pelijke hulp te verlenen. Onze diensten voor practische voorlichting en raadgeving aan de fruittelers dienen aanzienlijk uitge breid. Wel beschikt ons land over dege lijke onderwijsinrichtingen zoals Vil voorde, Melle, St Truiden en andere, die uitstekende diensten bewijzen aan onze fruitteelt, doch op het bedrijf zelve is de voorlichting onvoldoende, omdat het aantal onzer tuinbouwcon- sulenten, die de practische raadgevers zijn onzer producenten niet voldoende is. Evenals in Nederland zou het korps dezer ambtenaren aanzienlijk dienen uitgebreid te worden, met een rationele verdeling hunner werkzaam heden derwijze dat ze zich kunnen specialiseren voor hunne opdrachten. Het gaat toch niet op dat wij in ons land slechts een tuinbouwconsu- lent per provincie hebben belast met voorlichting voor alle tuinbouwteel ten en daarboven met het toezicht op de scholen en met bestuurlijk werk. 2) De onregelmatige verdeling van onze fruitproductie over de twaalf maanden van het jaar. Uit de uitvoerstdtistieken en de aanvoer op de binnenlandse markt blijkt dat de overgrote massa van in lands tafelfruit op de markt wordt ge bracht in het tijdperk Juli November. Het gevolg van dit onevenwicht in de productie is, bij gebrek aan uit voer, een ineenstorting der prijzen in de Zomer en de Herfst en gebrek aan goed fruit in de Winter. Onze telers moeren er zich op toe leggen door het kweken van passende variëteiten hun productie over een grotere periode op de markt te brengen. Tevens moeten zij door cc operatie de vereiste koelinnchting tot stand brengen om op tijdstippen van drukke Zre vervolg onderaan hierneven. In Nederland, waar men op alle manieren besparing tracht te doen, waar men poogt zich zoveel mogelijk los te maken van de invoer van vreemde krachtvoeders, laat men niets onverlet om de hoevevoeders op hun hoogste rendement te bren gen. Het is bekend dat de manier van hooien van zeer grote invloed is op de kwaliteit en de voedende waarde van het hooi. Vandaar dat in Neder land een vergedreven propaganda wordt gemaakt voor het drogen van hooi op ruiters. Met betrekking tot het ruiteren van hooi wordt meegedeeld dat de kosten van het aanschaffen van ruiters het eerste jaar reeds ingewonnen worden door verhoogde kwaliteit van hooi, terwijl de volgende jaren mag gere kend worden op een meerkwaliteit die op ongeveer 100 gulden per ha. wordt geschat (in Belg. franks is dat ongeveer 1650 fr.). Ten einde dit gunstig opbrengstcijfer te bereiken worden de volgende aanwijzingen ge geven Wanneer men de ruiters gaat plaatsen dan dient men er vooral voor te zorgen, dat de stokken van de ruiters niet te schuin worden gezet, aangezien anders de ruiters te zwaar worden geladen en meer inregenen, terwijl het onderste hooi te dicht bij de grond komt. Bij de oogen van de stokken moet de afstand van de staande stokken niet groter zijn dan aanvoer de markt te ontlasten. 3) De beurtjaren in de productie met het gevolg een alternatieve over productie om de twee jaren. Wel kan opgeworpen worden dat onze fruittelers hier voor een natuur wet staan waartegen zij niets vermo gen. Is deze zienswijze wel juist? De Amerikaanse fruitkwekers heb ben deze beurtjaren practisch uitge schakeld dank zij een gepaste keuze van variëteiten, een goede snoei- methode en het dunnen van het fruit. Wij zijn van mening dat onze fruit kwekers in dezelfde richting hun streven moeten richten om reden, dat een onregelmatige productie het moeilijk maakt de verbruikers voor ons fruit te winnen, daar zij verplicht zijn om de twee jaar zich elders te be voorraden. Er blijven nog twee belangrijke oorzaken van de afzetmoeilijkheden voor ons in fruit nl. de gebrekkige invoerpolitiek der regering ten over staan van vreemde vruchten en de onvoldoende verkoopsorganisatie van het inlands fruit. ft Vervolgt.) 1 meter, zodat het vierkant van de liggende stokken 1 vierkante meter niet overschrijdt. De eerste laag hooi dient vooral niet te dik te worden genomen, ter wijl men er ook rekening mee dient te houden dat de ruiter van binnen hol moet blijven. Het moet dus zo zijn dat een jongen van een jaar of 10, midden in de ruiter rechtop kan gaan staan. Het hangende hooi vanaf de stokken tot de grond moet men flink weghalen, dan kan de wind goed on der en binnen de ruiter komen. Als men in een weide ruiters ziet staan die rank en hoog zijn, dan is dat een bewijs, dat die boer zijn vak verstaat. Voor het regelmatig bezakken is opbouwen op gezette tijden een eerste vereiste. Afwaaien van het hooi kan men voorkomen, door een koord kruiselings over de ruiter te spannen, langs de ene kant vastgemaakt aan de liggende stokken en langs de an dere kant opgespannen door een zware steen. Zodoende blijft de koord steeds evengoed gespannen. Het hooi moet winddroog op de ruiters komen, zodat het bij het op stapelen los in elkaar zit. Wanneer het nog op elkaar plakt gaat de wind er niet door en wordt het gauw schimmelig en muf. Aan de ene kant moet men dus niet te vlug zijn, aan de andere kant geldt hoe eerder het hooi van de grond is hoe beter. Een paar dagen te lang la- ten liggen kan een verlies van 2 °/o eiwit betekenen en dan is de winst van het ruiteren spoedig verdwenen. Het is dus niet zo eenvoudig om het juiste ogenblik te kiezen. Bij mooi we der is het best het zwad na 2 a 3 da gen te keren en 1 a 2 dagen nadien te ruiteren. Bij slecht weder moet men van de twee kwaden het minste kiezenwant nat op de ruiters zetten is ten slotte toch nog beter dan het op het land te laten rotten. Zodra men boven de horizontale stokken eeij begin van schimmelen bemerkt, moeten de rui ters worden omgezet op lege ruiters. Dat kost natuurlijk extra werk, maar men voorkomt het zwart en waarde loos worden. Om broei op de ruiters te voorko men, moet het hooi van beste kwali teit dat b.v. veel Engels raaigras be vat of veel stikstof heeft gehad, wat langer op het zwad blijven liggen. Slaagt de zaak goed dan komt het hooi groen uit de berg of tas, precies zoals het er in gegaan isrijk aan eiwit en carotine. Met gewoon hooien bereikt men dat nooit,

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Koornbloem | 1949 | | pagina 1