Het Fr uitvraagstuk.
I
Arbeid adelt
De ontwikkeling van
de Engelse land- en tuinbouw*
LANDBOUWWEEKBLAD
Voor en door de
Landbouwers
AALST 10 SEPTEMBER 1949.
Verschijnt iederen Zaterdag
28ste JAARGANG Nr 1371
Abonnementsprijs
50 fr. 's jaars.
Bureelen
Zeebergkaai, 5, Aalst
Telefoon Nr 242.67.
Postcheckr. 1425.93.
Handelsr. Aalst 145.
Orgaan der S. M. REDT U ZELVEN.
Het overnemen van artikelen zonder aanduiding
der bron is streng verboden.
De medewerkers zijn verantwoordelijk
voor hunne bijdragen.
Aankondigingen volgens akkoord.
Het is niet van belang ontbloot van
tijd tot tijd eens een kijkje te nemen
op de toestand en de evolutie van de
landbouw- en de landbouwpolitiek in
het buitenland, omdat dergelijk on
derzoek niet zelden nuttige aanwijzin
gen geeft wat betreft de algemene
lichting die de landbouwpolitiek in
ons land kan volgen, al zijn we er ons
van bewust dat, vermits de toestan
den verschillen van land tot land, de
maatregelen tot bevordering van de
landbouw niet op éénzelfde leest die
nen geschooid.
De ontwikkeling van de land- en
tuinbouw in Engeland trok onze aan
dacht, omdat Groot-Brittannië dat
overwegend een nijverheidsland is,
sedert de jongste tien jaren aan zijn
land- en tuinbouw een bijzonder be
lang is gaan hechten als onmisbaar
bestanddeel voor het evenwicht van
zijn economie.Een tweede reden van
onze belangstelling is dat Engeland
een traditioneel afzetgebied is van
sommige producten van onze tuin
bouw (o.m. druiven en fruit) en voor
Nederland, onze deelgenoot in Bene
lux, zelfs een belangrijke afnemer is
van land- en tuinbouwproducten. Dit
laatste nu biedt ook voor onze land
bouw een niet te onderschatten, zij
het ook onrechtstreeks belang. Im
mers, bij het stand komen van de
Economische Unie met Nederland,
zou dit land, indien de Engelse markt
weg valt voor zijn land- en tuinbouw
producten, voor deze laatste een
nieuw afzetgebied moeten zoeken.
Het valt alsdan te vrezen dat Neder
land geneigd zal zijn hiervoor de Bel
gische markt te kiezen, welke, inge
volge de afschaffing der tolrechten en
andere economische beperkingen,
voor zijn land- en tuinbouwproduc
ten zal open liggen.
Bijzonder de tien laatste jaren wa
ren voor de Engelse landbouw een
tijdperk van aanzienlijke vooruitgang.
Niettegenstaande de schaarste aan
handenarbeid en het gebrek aan voe
der en kunstmeststoffen die vooral de
oorlogsperiode en het tijdperk on
middellijk na de oorlog hebben ge
kenmerkt, niettegenstaande het feit
dat aanzienlijke oppervlakte weide
en landbouwgronden dienden afge
staan aan het Vliegwezenis Enge
land er in geslaagd zijn landbouw
productie op te voeren met 70 be
rekend in voedingscalorieën. Trots
deze ongunstige omstandigheden,
steeg de totale oppervlakte besteed
aan land- en tuinbouw met 1,3 mil-
lioen ha.
Teneinde te verhelpen aan de
schaarste aan landbouwarbeiders
werd de mechanisatie in snel tempo
opgevoerd. In 1937 werden onge
veer 18.000 landbouwtractoren ver
vaardigd. In 1948 zou de aanbouw
niet minder dan 100.000 bereikt heb
ben. Reeds einde 1944 waren onge
veer 135.000 tractoren in gebruik in
de landbouwbedrijven van Engeland
en het land van Wales.
Volgende tabel geeft een beeld be
treffende de toename der voortbrengst
voor sommige landbouwproducten
ten opzichte van de vóóroorlogse
productie, uitgedrukt in percentages
Tarwe 119 116
Gerst 257 279
Haver 150 156
Aardappel. 209 129
Suikerbieten 164 131
Lijnzaad 400.000 acres
Het vijfjarenplan voor de land
bouw voorziet tegen 1951/52 een
meeropbrengst van 50 °/0 voor de
oogst ten overstaan van het tijdperk
vóór de tweede wereldoorlog. Zulks
beduidt volgens de huidige prijzen
een mindere uitgave voor het Land
van 100 millioen pond sterling.
Tarwe, gerst, melk, eieren, rund
vlees en varkensvlees zijn de voor
naamste artikelen waarvan de pro
ductie door de regering worden aan
gemoedigd.
Gedurende de oorlog werd de be-
teelde oppervlakte met meer dan
65 °/o vergroot. Na de oorlog is dit
areaal iets gedaald, doch in 1947 werd
nog 5,16 millioen ha. beteeld tegen
3,52 millioen ha. in 1939.
Naar raming werd ongeveer 38 o
grasland tot bouwland omgeploegd,
bovendien werden duizenden ha.
veengrond ontgonnen en gedraineerd.
De landbouwwet van 1947 moe
digt op effectieve wijze de landbouw-
en tuinbouwproductie aan door we
tenschappelijke voorlichting en waar
borg van de prijzen en de afzet. Bo
vendien werd een flinke actie ingezet
tot bevordering van de landbouwor
ganisatie. Een breed opgevatte land
bouwpolitiek op lange termijn werd
ontworpen en wordt methodisch
doorgevoerd.
(Zie vervolg 2e bladzijde 3e kolom).
In jaren dat het fruit goed gelukt
is, staan wij in ons land bijna steeds
voor het feit, dat het fruit door een
te grote aanvoer zijn waarde verliest.
De prijzen dalen zodanig dat in vele
gevallen zelfs de kosten nog niet ge
dekt worden. Wij kennen de laatste
jaren zelfs gevallen dat de plukkosten
nog niet vergoed werden.
Wij mogen bijna zeggen dat goede
jaren (grote oogsten) slechte jaren
worden voor de kwekers (kleine win
sten). Uit deze tegenspraak trekken
wij onmiddellijk enkele voor de hand
liggende besluiten
Ons land was tot nu toe niet in
staat op bevredigende wijze de grote
aanvoer der goede jaren te verwer
ken, bij zover dat er een belangrijk
overschot blijft dat noodgedwongen
aan onmogelijk lage prijzen aan de
man wordt gebracht. Dat overschot
betekent de ineenstorting, het faillis
sement van de fruitmarkt.
Deze vaststelling noopt er ons toe
een onderzoek in te stellen naar de
weg die de mogelijkheid kan waar
borgen de overschot der vette jaren
zonder slag of stoot af te voeren, op
dat de markt niet overbelast zou
worden.
Van meet af willen wij er nochtans
op wijzen dat het probleem veel ver
schillende aspecten heeft en dat gans
het economisch leven er mee gemoeid
is, wat trouwens, in het licht der gans-
heidsgedachte, vanzelfsprekend^is.
Teneinde ons een juist beeidj te
vormen van de mogelijkheden, moe
ten wij enkele feiten onder ogen
nemen
Normaal gesproken kan men van
betrekkelijk vroeg in het jaar zien] of
de te verwachten fruitoogst over
vloedig zal zijn. Wanneer de diensten
van de statistiek voldoende georgani
seerd werken, en in het geval dat ,de
kwekers bij de schatting der teelten
willen meewerken, zal men vlug kun
nen uitmaken of de aanvoer de bin
nenlandse vraag zal overtreffen"]of
niet. Stelt men nu vast dat de aanvoer
de vraag zal dekken, dan is het een
uitgemaakte zaak dat invoer van bui
tenlands fruit totaal overbodig is.] In
het licht van de deviezenbesparing
kan niemand het verantwoorden de-
Zie vervolg 4'bladzijde 1'kolom).
Del
Koornb.
Loem
Vooroorlogse productie-basiscijfer 100
werkelijke voort- Geplande voort
brengst 1946-47 brengst 1951-52
i
't Is niet al goud dat blinkt. Mooi fruit... maar lelijke prijzen