DE NIEUWE PACHTWET In Holland op leerschool. Arbeid adelt Voor en door de Landbouwers AALST 25 OOGST 1951. Abonnementsprijs 60 fr. 's jaars. Burelen Zeebergkaai, 5, Aalst Telefoon Nr 242.67. Postcheckr. 1425.93. Handelsr. Aalst 145. Verschijnt iedere Zaterdag 30ste JAARGANG Nr 1473 Het overnemen van artikelen zonder aanduiding der bron is streng verboden. LANDBOUWWEEKBLAD Orgaan der S. M. Redt U Zeiven. O. CAUDRON. De medewerkers zijn verantwoordelijk voor hun bijdragen. (lste bijdrage) De wet van 7 Juli 1.1., gepubliceerd door het Staatsblad van 29 Juk 1951, heeft talrijke en grondige wijzigingen gebracht aan de bestaande pachtwet. De nieuwe wet kwam tot stand na besprekingen in het parlement die meerdere jaren in beslag namen. Niettegenstaande deze lange duur, laat de wet in meerdere harer bepa lingen aan duidelijkheid te wensen over. Dit is ongetwijfelfd een goede zaak voor de advokaten. Onze vre derechters zullen het alleszins minder aangenaam vinden. Een uitgebreide rechtspraak zal alleszins nodig zijn om meerdere duistere punten der nieuwe wet in het klare te trekken. In deze en volgende bijdragen zul len wij een uitvoerige toelichting ver strekken aangaande de bepalingen van de nieuwe pachtwet. I) Datum waarop dc nieuwe pachtwet van kracht is geworden. De nieuwe pachtwet is van toepas sing op alle pachten die aangegaan worden na 7 Augustus 1951, alsook op de pachten die op 8 Augustus 1951 liepen, zelfs op deze welke werden verlengd ingevolge de wet van 31 Maart 1948. Er bestaat enkel uitzondering wat betreft 1) de verplichting een pachtcon- tract (geschreven overeenkomst) op te stellen indien het verhuurde goed ten minste één hectaar bevat of een gebouw 2) de verplichting een plaatsbe schrijving op te maken binnen de drie maand na het sluiten der pachtover eenkomst. Deze verplichtingen, waarover wij verder zullen handelen, zijn maar van toepassing op de pachten aangegaan na 7 Augustus 1951. II) Dc duur der nieuwe pachten. De wet voorziet drie termijnen A) bij de eerste ingebruikneming van het goed door de pachter, mag de duur der pacht niet minder bedra gen dan negen jaar, behoudens enkele uitzonderingen welke wij hierna on derzoeken B) na het verstrijken van de eerste ingebruikneming (na negen jaar of meer indien het pachtcontract een langere duur behelsde) begint een nieuwe termijn van negen jaar, indien de partijen de door de wet bepaalde opzegging niet hebben gegeven, of wanneer de pachter, ondanks de op zegging in bezit blijft en gelaten wordt van het gehuurde goed C) na het verstrijken van de tweede termijn van 9 jaar, en bij gebreke aan 0Pze99ing. gaat de pacht verder voor een onbepaalde periode waaraan een einde kan worden gemaakt door re gelmatige opzegging. Uitzonderingen op de duur der pacht 1) voor eigen gebruik. Partijen kunnen in het pachtcon tract overeenkomen dat de verpach ter, mits hij de wettelijke opzegging nakomt, het recht zal hebben aan de pacht een einde te stellen a) om tijdens de periode van eerste ingebruikneming zelf het gepachte goed in gebruik te nemen of in ge bruik te geven aan zijn echtgenoot, aan zijn afstammelingen of aan deze van zijn echtgenoot b) om tijdens de tweede periode van negen jaar het goed zelf te ge bruiken of in gebruik te geven aan zijn afstammelingen, zijn aangenomen kinderen, zijn bloedverwanten in op gaande lijn, aan zijn echtgenoot, dezes bloedverwanten in opgaande of nederdalende lijn, aan zijn broeders en zusters, schoonbroeders en schoon zusters, zijn neven en nichten. Deze uitzondering voor eigen ge- jruik is nochtans aan volgende voor waarden onderworpen 1) De verpachter moet het gebruik van gans het verhuurde goed over nemen. Een gedeeltelijke overname van het goed mag niet in het pacht contract bedongen worden. 2) Indien de verpachter of zijn rechthebbenden te wier voordele hij opzegging deed, zonder gewichtige redenen, geen begin maken met het in bedrijf nemen of de uitbating bin nen zes maanden na het vertrek van de pachter en de uitbating niet voort zetten gedurende zes jaar, kan de pachter hetzij schadeloosstelling, het zij zijn terugkeer op het goed, onver minderd schadevergoeding, vorderen. ndien de uitbating wordt betwist, moet de verpachter het bewijs leve ren der werkelijke uitbating. 2) voor het bouwen van woningen. De verpachter heeft het recht, ook bij gebreke aan bijzondere bedingen in het pachtcontract, over een aaneen gesloten perceel grond te beschikken (Zie vervolg 2e bladz. Ie kolom) II. Vergezeld van een Hollandse vriend uit de streek begeven we ons naar de plaats waar de ontginningen voor een nieuw bedrijf van circa 50 hectaren aan de gang zijn. Een deel is reeds effen gemaakt en geeft reeds de aanblik van een lang bestaande akker omringd van de no dige grachten en wegen. Het ander deel is volop in wording en ziehier hoe het gebeurtVooreerst wordt de bovenlaag, welke een vun zige massa vormt, naar omlaag ge werkt. Dit zal de bouwlaag worden welke nadien met het zand zal worden vermengd. Eens de bovenste laag van circa 50 tot 70 centimeters afgewerkt komt men op de turf. Deze wordt in klom pen uitgegraven en op de spoorwa- gentjes van een aangebracht smal spoor (decauville) weggevoerd om op een bepaalde plaats te worden ge droogd, vanwaar de klompen naar de fabriek zullen verhuizen. Met dezelfde spoorwagentjes wordt een deel van het zand uit de naburige grachten en kanalen aangevoerd, het andere deel wordt onmiddellijk onder de turflaag uitgegraven en naar de oppervlakte gebracht. Het aangebrachte zand dat boven op ligt wordt na een drietal maanden duchtig doorkerfd en bewerkt met de onderliggende veenzoden, die intus sen reeds verteerd zijn en gezakt. Het veen en het zand, verschillen de malen dooreengewerkt, vormen tenslotte een humusachtige massa, tot landbouwgrond geschikt. Maar eerst wordt nog een laag getreuzeld stadsvuil aangebracht dat op zijn beurt met de grond wordt vermengd. Als dit gebeurd is geeft men de scheikundige bemesting en begint men onmiddellijk te zaaien of te plan ten een paar maanden nadien ziet men ter plaats stukken aardappelen, beten of graangewassen. Zeggen we eerst een woord over Het Stadsvuil. Op een plaats dat niet ver verwij derd is van de ontginningen worden de afvallen en opruimingen van ver schillende grote Hollandse steden sa men gebracht. Zo kwamen we te we ten dat alleen Den Haag dagelijks circa 125.000 kg aanvoert. Met de andere steden komt daar dagelijks meer dan 500.000 kg stadsvuil bijeen. Dit goedje wordt getreuzeld grote stenen, ijzer, leer, enz., worden afgezonderd. Het overschot wordt aan een gistingsproces onderworpen. Na de nodige gistingen wordt het in schuiten geladen, aangevoerd en uitgestrooid op de juist ontgonnen Veengronden. Dit stadsmest brengt niet enkel'een deel voedende elementen maar ^bo vendien de nodige schimmels en mi croben die nodig zijn in deze maag delijke gronden. Alles wordt dooreen gemengd, ge- egd en geploegd, en zo bekomt men tenslotte een vruchtbaren akker grond. En verder gaat onze tocht... We willen de velden van dichtbij bekijken en zo landden we aan op een van de nieuwe landbouwbedrijven. Het heeft een oppervlakte van 60 Hectaren. Het land ligt rondom de hoeve in twee blokken, gescheiden door een brede veldweg, van zowat 8 meter. De weg is langs weerszijden beplant met een rij bomen en daartus sen kaphout. Langs beide kanten ook een brede gracht voor de afwatering. De landbouwer, een flinke man van zowat 45 jaar ontvangt ons ge moedelijk en is seffens bereid in de wagen te stappen en langs de brede dreef de velden te gaan bezichtigen. Naar zijn verklaring was de plaats, waar hij nu boerde, in 1945 nog een woestenij. In de tijdspanne van één jaar werden al de gronden ontgon nen en 't jaar nadien werd de hof stede gebouwd. De grote weg die vóór het hof loopt en daarachter het Kanaal wer den eveneens rond die tijd geschapen. En nu vinden we hier prachtig bouwland met in het midden, langs de grote verkeersweg, de gebouwen van een moderne boerderij. We gaan de velden in met de auto en stappen uit temidden van de boerderij. De partijen wisselen af rogge, aardappelen, haver, beten, gerst, vlas, in stukken van 3 tot 4 ha. Een stuk van 3 hectaren met Vo- ran wordt eerst bekeken. Het gewas is zeer welig opgeschoten en ik ge waag aan de boer van te veel stik stof waarop ik het antwoord krijg In het geheel niet, waarde Heer, ik gaf een bemesting van 14 °/0 stik stof, 8 phosfoorzuur en 20 po- tas. U ziet dat het potasgehalte groot Zie vervolg 2e bladzijde 2e kolom. oornbloem STICHTER EN BESTUURDER

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Koornbloem | 1951 | | pagina 1