DE NIEUWE PACHTWET Onze Kempen geslachtofferd... Arbeid adelt Voor en door de Landbouwers AALST 1 SEPTEMBER 1951. Abonnementsprijs 60 fr. 's jaars, Burelen Zeebergkaai, 5, Aalst Telefoon Nr 242.67. Postcheckr. 1425.93. Handelsr. Aalst 145. Verschijnt iedere Zaterdag 30ste JAARGANG Nr 1474 LANDBOUWWEEKBLAD Orgaan der S. M. Redt U Zeiven. Het overnemen van artikelen zonder aanduiding der bron is streng verboden. O. CAUDRON. De medewerkers zijn verantwoordelijk voor hun bijdragen. (2de bijdrage) In öns vorig nummer hebben wij achtereenvolgens de bepalingen der nieuwe pachtwet uiteengezet betref fende 1) de datum waarop de nieuwe pachtwet van kracht is geworden 2) de duur van de nieuwe pachten. Thans zullen wij onderzoeken III) De duur van de lopende pachten. Dit punt wordt geregeld door de overgangsbepalingen der wet van 7 Juli 1951. A) Bij gebreke aan regelmatige opzegging. 1) betreft het pachten, die op 8 Augustus 1951 sedert minder dan 9 jaar lopen (eerste ingebruikneming), of meer, indien het pachtcontract een langere termijn voorziet, dan loopt de pacht, bij het verstrijken van deze eerste periode verder voor een nieuwe termijn van negen jaar 2) betreft het een tweede periode van ingebruikneming, dan wordt de pacht verlengd tot aan het einde van lopende negenjarige termijn, en gaat na het verstrijken van deze termijn verder voor onbepaalde termijn 3) de andere pachten nl. die reeds meer dan 18 jaar bestaan, lopen ver der voor een onbepaalde termijn en er kan een einde aan gesteld worden mits de wettelijke opzegging. De voor de tweede periode van 9 jaar hernieuwde pachten kunnen, zelfs bij gebrek aan schriftelijk beding, te allen tijde worden opgezegd in de voorwaarden en onder de modalitei ten vermeld in ons vorig nummer (zelfgebruik of gebruik door een dicht familielid), B) Bijzondere gevallen. 1wanneer de pacht een einde neemt vóór 8 Augustus 1953, kan de verpachter die meent zich te kunnen verzetten tegen de hernieuwing van de pacht vóór 8 November 1951 op zegging doen. 2) indien de eigenaar het goed ver kregen heeft sinds de laatste verval dag der pacht, doch vóór 8 Augustus 1951, kan hij tot op 8 November 1951 opzegging doen, wel te verstaan indien hij aan de vereiste voorwaar den voldoet om een einde te stellen aan de pacht. (Zie verder). C) Reeds gedane opzeggingen. 1) de verpachter die vroeger op- 2e9ging heeft gegeven a) hetzij zon der reden op te geven b) hetzij om een andere reden dan deze bepaald door de wet van 31 Maart 1948 (zelf gebruik of gebruik door ouders of afstammelingen) en thans meent een ernstige reden te hebben om de ge dane opzegging geldig te doen ver klaren, moet vóór 8 November 1951 de pachter met dat doel voor de vre derechter in verzoening laten roepen en gebeurlijk vonnis vragen. Deze formaliteit is dus niet vereist indien de verpachter in zijn opzeg ging zijn inzicht te kennen gaf het goed zelf in gebruik te nemen of in gebruik te geven aan zijn afstamme lingen of voorzaten en dit inzicht aan de werkelijkheid beantwoordt. 2) Indien de opzegging geldig is of geldig werd verklaard door de vrede rechter, kan de pachter niet verplicht worden eerder het gepachte goed te ontruimen dan op de tweede verval- dag van de pacht na 8 Augustus 1951. Dit geldt ook ingeval van gerech telijke beslissing tot uitzetting, gemo tiveerd voor andere redenen dan de schuld van de pachter. IV) Bepalingen betreffende de opzegging. Zoals onder de vorige pachtwet, kan de verpachter, in algemene regel slechts een einde stellen aan de pacht mits een opzegging gedaan te minste twee volle jaar vóór het verstrijken der pacht. Deze opzegging is ver plichtend niettegenstaande elk strijdig beding of gebruik. Bij voorkomend geval wordt deze termijn derwijze verlengd, dat het ge bruik eindelijk op de datum voor het vertrek vastgesteld door de pacht of, bij gebreke van pacht, door het plaat selijk gebruik. Voortaan moet de opzegging door de verpachter, op straffe van nietig heid, duidelijk de redenen vermelden waarom zij werd gedaan. Binnen drie maanden na de bete kening van de opzegging, op straffe van verval, kan de pachter tegen de opzegging verzet doen, 'hetzij hij zich op de nietigheid er van beroept, hetzij hij de geldigheid of de gegrondheid van de aangevoerde reden of redenen betwist. Zoals de opzegging zelf, moet dit verzet betekend worden op straffe van nietigheid bij deurwaar dersexploot of bij ter post aangete kende brief. (Zie vervolg 2e bladz. Ie kolom Toen de vier en twintig maanden dienst werd gestemd, hebben wij er ons bij neergelegd, alhoewel onze kroostrijke boerengezinnen hier het ergst door getroffen werden. Nu dreigt er een ander gevaar, of liever het dreigt niet meer Het is er. Ons heerlijk Kempenland, met zijn na tuurschoon, met zijn hartwroetende boeren, met zijn gaaf gebleven lande lijke bevolking gaat het slachtoffer worden van de militaire slokop. In het kader van het Atlantisch Pact en de verdediging van het Westen heeft België grote verantwoordelijkhe den op zich genomen, wellicht te gro te verantwoordelijkheid. Maar sinds de bevrijding heeft zich van onze be windvoerders op alle gebied een soort grootheidswaanzin meester ge maakt. België speelt op voortreffe- 4 wijze de rol van Baas Ganzen- donk in West-Europa. Dat is zo be- jonnen onmiddellijk na de bevrijding. Je heren van Londen meenden hier in een land terug te komen waar niets dan armoede en ellende heer sten, waar iedereen uitgemergeld en verhongerd was. Dank zij de hou ding de soms zeer gevaarvolle houding van enkele klaarziende en hoogstaande mensen die tijdens de bezetting op hun post waren geble ven, vonden de verbauwereerde al- weters uit Londen hier organisaties die perfect werkten, en die aan de bevolking de hoogste diensten had den bewezen. Dat sloeg die anderen naar het hoofd. Zij hebben natuurlijk aan alles een nieuwe naam gegeven, de voornaamste werkers wandelen gestuurd of opgesloten, maar dank zij die organisaties liep alles vlot van stapel, en t leven hernam of liever ging verder. Doch nu meenden zij dat alles hun werk was, en hun pretenties werden grenzeloos. De Gutt-aftruggelarij had hen de nodige fondsen bezorgd, en nu konden ze beginnen aankopen te doen in t buitenland. Geld was er in over vloed en zo kreeg België stilaan de naam t rijkste land van Europa te zijn. Dat werd zo dikwijls gezegd en geschreven dat iedereen in binnen- en buitenland het geloofde, maar no blesse oblige en België wilde nu de grootmogendheid spelen. Spaak werd eerste voorzitter van de U.N.O., wat een grenzeloze eer was voor ons land Onze soldaten moesten ook hun bezettingszone in Duitsland heb ben, al was het dan ook onder En gelse voogdij. Ons leger kreeg een Engels plunje en werd op zijn Engels gedrild. Wij werden gezegend met een oorlogsvloot Wij gaven cre- diet aan de helft van de Europese landen. De Stock Américain ken de nergens een succes zoals bij ons, en gewichtigdoende aankoopcommis sies kochten in Amerika fabuleuse stocks op van W.C.-papier, eier- poeder, carbonpapier en reusachtige camions want wij konden dat alle maal betalen... Baas Ganzendonk was in zijn element. Toch kwam er een korte periode van bezinning, maar de oorlog in Korea maakte hier spoedig een einde aan. België was het eerste land dat de vier en twintig maanden dienst voor zijn soldaten instelde, en hierdoor het bewijs leverde dat het in de verdedi- ging van Europa ook weer een écla tante rol wilde spelen. De andere ons omringende landen waren heel wat voorzichtiger en te rughoudender... Niet dat deze minder voelden voor de defensie van Euro pa, neen, deze landen echter hielden rekening met hun economische en finantiële mogelijkheden en met de lasten en opofferingen die van hun inwoners mochten gevraagd den... wor- Uit hetgeen voorafgaat moet men nu niet afleiden dat wij gekant zijn tegen de verdediging van het Wes ten. Wij zijn er van overtuigd dat er een Russisch gevaar bestaat, maar tot die overtuiging zijn wij niet geko men, toen de Amerikanen dat gevaar hebben gedecreteerd, dat gevaar be stond vóór en tijdens de oorlog. Dank zij de kortzichtigheid van een Roosevelt en een Churchill is dit ge vaar thans acuter geworden, omdat zij de Russen in de gelegenheid ge steld hebben hun macht tot in het hart van Europa uit te strekken, omdat de bourgeoisregeringen in Europa na de bevrijding overal uit schrik of uit domheid de communisten in het staatsbeleid hebben binnenge loodst. Die onvergeeflijke fouten die tijdens de oorlog en na de bevrijding door de geallieerde leidende persoon- ijkheden werden begaan, moet Eu ropa en de beschaafde wereld thans duur, zeer duur betalen. Maar de toestand is nu eenmaal zo en wij moeten de feiten realistich Zie vervolg 3e bladzijde le kolom oornbloem STICHTER EN BESTUURDER

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Koornbloem | 1951 | | pagina 1