HET GROENE PLAN Wat is het Marshall-Plan Weekblad Fruitkwekers Opgepast Voor en door de Landbouwers Arbeid adelt Gevolgen voor onze landbouw* AALST 29 MAART 1952. Verschijnt iedere Zaterdag 31ste JAARGANG Nr 1504 Voor de Ontwikkeling en de Standsverdediging van de Landbouwers Beheer t Zeebergkaai, 5, Aalst Tel. 242.67 Lai R Orgaan van de adbouwersvereniging EDT U ZELVEN O. CAUDRON.5 (2de bijdrage) In onze vorige bijdrage hebben wij het doel en de structuur van het Groene Plan in grote trekken uiteengezet. Alhoewel het nagestreefde doel nl. het scheppen van een ruime markt voor de landbouwproducten, het aanpassen van de productie aan het verbruik, de specialisatie van de productie aangepast .aan de mogelijkheden der deelnemende landen, de verhoging der productiviteit door verbetering der uitbatingsmetho des, vermindering van de voortbrengst- kosten en opvoering van de kwaliteit, voorzeker lofwaardig is, staan wij scep tisch tegenover de mogelijkheid dit doel te bereiken indien vooreerst bepaalde voorwaarden niet worden vervuld welke helaas nog in een zeer ver verschiet liggen. Wij bedoelen in eerste plaats het in voeren door de deelnemende landen van een gezonde financiële en economische politiek. Een gezonde financiële politiek vergt dat de landen alle rechtstreekse of be dekte muntinflatie prijs geven, dat zij hunne uitgaven aanpassen aan hun in komsten, dat zij dcor toelagen of andere dirigistische maatregelen de vrije prijs vorming welke het gevolg is van het normaal spel van vraag en aanbod niet verhinderen, dat zij de waaide van hun munt vaststellen op een peil dat werke lijk beantwoordt aan hun financieel en economisch bezit. Zolang geen stabiele munt tot stand komt, kan er van een vrij internationaal handelsverkeer geen spra ke zijn omdat het betalingsmiddel ont breekt dat door vrije omwisseling op vaste basis overal in vertrouwen kan worden aanvaard. Een gezonde economische politiek vereist dat de deelnemende landen door noeste en georganiseerde arbeid hun productie opvoeren en door kunstmatige middelen geen bedrijven in leven houden die economisch niet leefbaar zijn. Internationale accocrden van econo mische aard vragen vanwege de deelne mende landen goede trouw en de eer lijke wil cm ze uit te voeren. Wij hebben echter de jongste jaren gezien dat deze eerlijke wil zelden voor handen was. Inzake afschsffirg der in voerbeperkingen beslistdoorde É.O.E.S. hebben wij vastgesteld dat de vrijgeving der goederen door meerdere landen on gedaan werd gemaakt door een aanzien lijke verhoging der tolrechten. De Euro pese betalingsunie, welke enkel een stelsel moest zijn tot onderlinge verre kening der betalingen voortvloeiende uit het handelsverkeer tussen de deelnemen de landen, werd door bepaalde grote landen misbruikt als een kredietorganis me tot^financiëring van bewapeningsuit gaven. Landen zoals België, die eerlijk hun verplichtingen nakwamen, zijn aldus het slachtoffer geworden van hun goede trouw bij de uitvoering hunner verplich tingen in het kader dezer internationale overeenkomsten. Voor onze land- en tuinbouw zou het een levensgevaar betekenen de grenzen definitief open te zetten voor de invoer uit Europese landen die hun kostprijzen laag houden met staatstoelagen of an dere kunstmatige middelen of waarvan de landbouwbevolking een veel lagere levensstandaard geniet. Zoals blijkt uit onze vorige bijdrage voorziet het Groene Plan een Hoge Europese autoriteit die over zeer ver strekkende machten zal beschikken in zake éénmaking der markten, richting der voortbrengst, vaststelling der prij zen, kapitaalinvesteringen en kredieten in of aan de landbouw. Wil deze Hoge Autoriteit haar objec tieven bereiken dan zal ze moeten over gaan tot een scherp dirigisme. Men zegt wel dat deze autoriteit zal samengesteld woiden uit deskundigen. Doch in aan merking nemende de grote verschillen van de landbouweconomie in de ver schillende larden vrezen wij ten zeerste dat deze deskundigen niet bij machte zullen zijn in deze toestanden een vol doende inzicht te bezitten om steeds een doeltreffende en rechtvaardige beslissing te nemen. Onze landbouw heeft zich meermaals in het verleden moeten beklagen over dirigistische maatregelen ten zijnen na dele getrcffen door de Belgische rege ring. Hiertegen kon hij nog verhaal uit oefenen bij de overheden uit eigen land. Doch wij stellen ons met angst de vraag hoe hij zich zal kunnen verdedigen tegen de maatregelen te zijnen nadele getroffen door een.supranationale oveiheid waar aan België zijn scuvereiniteit op dit ge bied zcu hebben afgestaan. Wij weten bij ondervinding door Be nelux, hoe moeilijk het is de integratie te verwezenlijken tussen de landbouwpoli tiek van twee landen, waarvan de be standdelen verschillend zijn. Hoeveel moeilijker zal het dan zijn de coördina tie te verwezenlijken tussen de land bouwpolitiek van meerdere landen welke nog talrijker en grondiger verschillen vertoont. Ons besluit is dan ook dat wij zeer waakzaam moeten toezien, opdat het bestaan van onze landbouw niet in het gedrang worde gebracht door plannen die op het eerste gezicht verlokkelijk schijnen, doch in de huidige omstandig heden met streng voorbehoud moeten worden onderzocht. In een rede die hij uitsprak aan de Universiteit van Harvard, op 5 Juni 1947, stelde de toenmalige staatssekre- taris generaal G. C. Marshall voor hulp te verlenen aan de Europese landen die door de oorlog geteisterd werden, ten einde hen te helpen oprichten uit de oorlogspuinen. Op dat moment was de toestand van Europa zorgwekkend. Het had tekort aan levensmiddelen, aan grondstoffen en machinale uitrusting zijn middelen aan goud en dollars liepen leeg zijn nijverheid was bijna tot het nulpunt geraakt en een algemene werk loosheid scheen onvermijdbaar. Het voorstel van de generaal, sinds dien Marshall-plan geheten, werd tien maand later goedgekeurd door het Amerikaans Kongres. In afwachting van die goedkeuring echter, was er reeds een voorlopige hulp uit Amerika gezon den, ter waarde van 520 millioen dollar. De 3' April 1948 voer de eerste Mar shall-boot de haven van Bordeaux binnen. Deze tegemoetkoming vanwege de Verenigde Staten had als eerste doel de Europese landen in staat te stellen elkaar te helpen. In ruil voor de finan ciële bijdrage van de Verenigde Staten, verplichtten de Europese landen zich er toe afzonderlijk en gezamenlijk alles in het werk te stellen om de herleving van de Europese ekonomie te verzekeren. De hulp werd aangeboden aan alle Eu ropese landen Rusland en de landen van het Sovjet-blok weigerden ze. Ter verwezenlijking van het Mar shall-plan werden twee organismen in het leven geroepen één van Ameri kaanse zijde, de ECA de andere van Europese zijde, de OECE. De ECA werd door een speciale afvaardiging vertegenwoordigd in elk der deelnemen de landen. De OECE, groepeerde de afgevaardigden van de 19 begunstigde landen, en had o.a. als taak de behoef ten van de Europese landen vast te stellen.^ Het Marshall-plan werd opgesteld voor de duur van vier jaar. Deze perio de loopt ten einde in de maand Juni van dit jaar. Er werd inderdaad vooropge steld dat de landen welke aanvaard had den samen te werken in het kader van dit plan, vier jaar zouden nodig hebben om hun ekonomie opj stevige basis her op te richten. In werkelijkheid echter, zullen de Verenigde Staten hun hulp ook nog na Juni 1952 blijven verlenen. De Marshall-hulp werd onder ver schillende vormen geboden 1. Giften. Het programma voor de wederuitrusting van Europa bestaat voor 90 uit giften vanwege de Ame rikaanse regering, waaraan niet de min ste verplichting is verbonden voor de begunstigden. Deze hulp werd toege kend onder vorm van dollars, aan elke regering die er om verzocht, met het oog op de invoer van de noodzakelijke pro- dukten. 2. Leningen. Werden uitgevoerd door de Export-Import Bank, voor rekening van de ECA. Ze vertegenwoordigen niet meer dan 10 van de Marshall hulp. 3. Een omzetbare waarborg aan de partikuliere Amerikaanse investeringen in de begunstigde landen. De fondsen van de Amerikaanse hulp verlening worden elk jaar verdeeld op basis van de aanvragen ingediend bij de OECE, rekening houdend met de vroe gere uitgekeerde bedragen en met de financiële toestand van elk land afzon derlijk. Sedert het in werking treden van het Marshall-plan, hebben de begunstigde Europese landen ruim 12 milliard dollar in ontvangst gekregen, onder vorm van giften of van leningen. Dit vertegen woordigt ongeveer 80 dollar per inwo ner uit de Verenigde Staten. In minder dan vier jaar tijd, is de Europese produktie met 25 geste gen d.w.z. een toename van 15 te genover het peil van vóór de oorlog. Toch wordt nog een hoger produktie- peil nagestreefd op dit moment beoogt men nog een steiging van 25 Elke toename van de voortbrengst moet een dubbel gevolg hebben aan de ene kant de daling van de levensduurte aan de andere kant de verhoging van deelne ming in de bedrijfswinsten door de ar beider. Laten we hopen dat deze vreedzame doeleinden mogen bereikt worden, tot vestiging van de sociale vrede, en te vens tot behoud van de wereldvrede. Het Opzoekingsstation van Gocsem bericht ons SCHURFT (Venturia inaequalis Ad.) Wij stellen op dit ogenblik de aller eerste sporenuitstotingen van het Schurft vast. In De Koornbloem van verleden week deden wij reeds opmerken Op het ogenblik dat de eerste sporen- uitstotingen zich voordoen, zullen wij U waarschuwen. Degenen die een maxi mum resultaat wensen te bekomen, zul len nu een behandeling moeten door voeren. Nochtans, indien sommige va riëteiten op het ogenblik van deze waar schuwing nog geen groene organen hebben ontwikkeld, is het niet nodig deze variëteiten te behandelen. Rechtskundige Dienst Onze rechtskundige houdt zijn eerstk. zitdag op Zondagen 6 en 20 April tussen 10 en 12,30 uur. De Koornbloem Abonnementsprijs 72 fr. 's jaars. Handregister Aalst Nr 145. Postcheckr. S. M. Redt U Zeiven Nr 1425.93. STICHTER EN BESTUURDER^ De medewerkers zijn verantwoordelijk voor hun bijdragen Het overnemen van artikelen zonder aanduiding der bron is verboden.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Koornbloem | 1952 | | pagina 1