OP REIS NAAR NEDERLAND De uitslagen van Benelux voor onze Tuinbouw. Weekblad Voor en door de Landbouwers Arbeid adelt AALST 7 JUNI 1952. Verschijnt iedere 2;aterda9 31ste JAARGANG Nr 1514 ■ktvun Voor dc Ontwikkeling en defc Standsverdediging van de Landbouwers Beheer t Zeebergkaai, 5, Aalst Tel. 242.67 Orgaan van de Landbouwersvereniging REDT U ZELVEN O. CAUDRON. (le bijdrage). Onder de titel Resultaten van Bene lux voor de Belgische Tuinbouw beeft de Heer Landbouwingenieur J. Keil, Directeur bij de Economische Diensten van het Ministerie van Landbouw in het Landbcuwtijdschrift nr 12 De cember 1951 een merkwaardige bij drage gewijd aan voormeld onderwerp. Deze studie heeft de grote verdienste objectief te zijn en de terugslag van Be nelux op de toestand en de ontwikkeling van onze tuinbouw na te gaan aan de hand van officiële gegevens en statistie ken. Het biedt ongetwijfeld belang voor onze lezers hier kennis te nemen van de bijzonderste gedeelten van deze bijdrage. Onder hoofding Algemeenheden schetst de heer Keil vooreerst in grote trekken de verschillende phasen tot he den van Benelux. Benelux bracht op tuinbouwgebied tot heden twee verwezenlijkingen 1) de afschéffing der tolrechten onder de drie Beneluxlanden (België, Neder land en het Groot- Hertogdom Luxem burg) alsmede de toepassing van een gemeenschappelijk toltarief tegenover de andere landen. Deze maatregel werd van kracht van 1 Januari 1948 af. Deze maatregel had voor gevolg de handel in tuinbouwproducten tussen de drie Beneluxlanden te bevorderen, daar deze landen onderling op mekaars mark ten een prioriteit of bevoorrechte toe stand genieten, vermits geen invoerrech ten dienen betaald, terwijl deze daaren tegen wel dienen betaald door derde landen. 2) Benelux gaf in tweede plaats aan leiding tot het sluiten van het protocol van 9 Mei 1947, waarbij het stelsel der minimaprijzen werd ingevoerd. Dit systeem had voor onze tuinbouw belangrijke gevolgen a) van Juni 1947 af werden bij de in voer uit Nederland minima-prijzen be paald voor de belangrijkste tuinbouw producten. Daar deze minimaprijzen in principe moesten gelijk zijn aan de kost prijs voor de voortbrenger, verhoogd met een normale wirstmarge, beteken den zij een gezonde bescherming van de Belgische markt. b) voor een heel deel tuinbouwpro ducten, hoofdzakelijk voor de sector bloemen, sierplanten en boomkwekerij producten, werd de volledige vrijhandel in de Beneluxlanden ingesteld. Voor de snijbloemen kwam hierin een wijziging. Ingevolge de dodende con currentie die de overtollige invoer van Hollandse snijbloemen deed aan de in landse teelt, werd van 23 Juli 1951 af door Nederland een heffing gedaan van 12 t.h. ad valorem op de uitgevoerde snijbloemen naar België. c) voor alle tuinbouwproducten werd in het kader van Benelux alle contingen- tering inzake in- en uitvoer afgeschaft. De Benelux-invoerrechten. Het gemeenschappelijk toltarief dat de drie Beneluxlanden vanaf Januari 1948 hebben ingevoerd tegenover alle landen (buiten de Beneluxlanden) behelst ad valorem rechten. Dit beduidt dat de tolrechten worder geheven op de waar de der goederen. Voordien had België specifieke invoerrechten dit is geheven op het gewicht der goederen. Over 't algemeen bedragen de Bene lux-invoerrechten voor groenten en fruit 10 tot 20%, en voor snijbloemen en loofwerk 20 ad valorem. De sierplan ten en boomkwekerijproducten zijn vrij van douanerechten. Ten opzichte van het vroegere Bel gisch toltarief verhoogt het nieuwe Be nelux-toltarief de invoerrechten op de groenten en verlaagt in lichte mate deze op het fruit. Voor de snijbloemen bedraagt de ver hoging ongeveer 2 Voor de sierplan ten en de boomkwekerijproducten is de toestand ongewijzigd gebleven. Sedert 1 Januari 1948 werden aan het Beneluxtoltarief meerdere wijzigingen gebracht. Het betreft echter geen princi piële of fundamentele wijzigingen, doch enkel het procent van het invoerrecht ad valorem werd voor enige producten veranderd. De Benelux-minimaprijzen. Het protocol van 9 Mei 1947 voor ziet voor ieder der drie Beneluxlanden de mogelijkheid minimuir prijzen bij de invoer in te stellen. Dit protocol behelst ook een bepaling waarbij aan de drie deelnemende landen van Benelux een wederzijdse prioriteit wordt toegekend op de verruimde Beneluxmarkt. Deze maatregel heeft voor gevolg dat de in voer uit andere landen in een Benelux- land niet vrij kan gebeuren vanaf het ogenblik dat het Benelux'and in kwestie een minimumprijs in Beneluxverband in voege heeft. Hieruit volgt dat de gestelde minima prijzen ook op onrechtstreekse wijze van kracht zijn voor de andere landen. In dien België bijvoorbeeld voor de invoer van tomaten uit Holland een minimum prijs in voege heeft, dan is het niet meer toegelaten dat bv. Italië nog tomaten naar België zou sturen tegen vrije prijzen. Wanneer er minimaprijzen worden ingevoerd, dan wordt de import uit an- deie landen stopgezet. Vanaf Juni 1947 verden voor de be langrijkste tuirbouwproducten minima prijzen in voege gebracht. Ziehier de producten v aarvoor mini maprijzen werden bepaald (Zie veaotg 2' bmaztjae 1' kolomJL II. Iemand die Nederland wil leren ken nen moet natuurlijk ook eens naar de hoofdstad Amsterdam gaan zien. Am sterdam onderscheidt zich in niets van de andere grote steden uit West- Europa. Over dag brede straten en hoge ge bouwen, veel trams en auto's, en zo meer. En 's avonds begint er het nacht leven zoals elders. In België heeft men de neiging wel eens te spreken over de stijve Hollanders. Schijn bedriegt. Want in gezelschap kunnen ze bepaald geestig zijn en voor de rest doen ze voor nie mand onder, zelfs niet voor het Ant werpse schipperskwartier. Die indruk kregen wij althans toen wij bij avond het havenkwartier van Amsterdam doorwandelden. Reizen is voor veel mensen' een be paald programma afwerken. In de reis gids staan zo van die merkwaardigheden vermeld die men absoluut moet gaan zien. Laat men zich door de lof van een reisgids verleiden dan blijkt dat alles nogal gauw overdreven wordt. Dat was zo het geval met ons bezoek aan het eiland Marken, waarvan men beweert dat het buitengewoon interessant is om wille van zijn oude klederdrachten. op een Vlaamse kermis, waar de kraampjesmannen voorde aantrekkelijk heid een eigenaardig kostuumpje hebben aangetrokken. Nee, Marken is ons te gengevallen. De spontaniteit van een rustige sa menleving, die zich aan de buitenwereld niet stoort is daar niet meer te vinden. Men kan de inwoners daar gemakkelijk indelen in twee kategoriën, die men trouwens ook vindt in onze dierentuin bij de papegaaien snatterende vogels die het er op aanleggen om de bezoekers aan te trekken en langs de andere kant apathieke vogels, die met hun achterste naar de wereld gaan zitten. Deze laatste die innerlijk misschien neg de interes santste zijn, hebben wij op Marken niet te zien gekregen. Hetzelfde hebben wij moeten vaststel len in Volendam. Ook daar is alles ge commercialiseerd, zodat het typische van het volksleven te loor is gegaan. Alleen de oude stemming vindt men nog terug in de haven, waar de vissersschui ten rustig hun beurt liggen af wachten om zee te k ezen. Daar is Volendam nog echt en dan ook het bezien waard. Het gaat hier zoals overal elders het aantrekkelijke van de eigenaardigheden. Het enige belangwekkende is wellicht het boottochtje dat u over het stille water van het IJsselmeer naar het eiland moet brengen. Stapt men dan op het eiland Marken aan wal dan wordt men daar met open armen ontvangen door een paar felle vrouwlui, die glunderden van genoegen omdat die rijke Belgen toch altijd een vette paling blijken te zijn, waar nog wel een velletje valt af te stropen. Want in plaats van op Marken de rustig werkecde nederzetting te vinden van vissers, die ze eertijds is geweest, die vasthoudt aan oude geplogerheid uit pure traditie, komt men nu terecht in een serie van winkeltjes, waar sruisterijen te koop worden aangeboden. Precies zoals van het natuurschoon en zo meer, zijn door voortdurende aanraking met aller lei reizigers verloren gegaan. Heeft men zijn effer geplengd aan de Nederlandse folklore en heeft men een portretje laten maken in Volendams kostuum, zodat men er nog meer Volen- dammer uitziet dan de Volendammers zelf, dan gaat de reis verder naar de Noordelijke top van Noord-Holland, waar wij gaan kennis maken met de fa meuze Wieringermeerpolder. Hier ko men wij te staan voor de polder die het eerst op de Zuiderzee is gewonnen. De drooglegging of liever de afdam ming van de Zuiderzee (de Hollanders horen liever IJsselmeer, want nu een dam (Zie vervolg 3' bladzijde 1' kolom.) De oornbloem Abonnementsprijs 72 fr. 's jaars. Handregister Aalst Nr 145. Postcheckr. S. M. Redt U Zeiven Nr 1425.93. STICHTER EN BESTUURDER De medewerkers zijn verantwoordelijk voor hun bijdragen Het overnemen van artikelen zonder aanduiding der bron is verboden. Nieuwe boerderij in (Cliche NieuwsDlad) W ieringermeerpolder.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Koornbloem | 1952 | | pagina 1