Het plan tot gezondmaking van landbouwgronden Volkshogeschoolreis naar Nederland Weekblad Voor en door de Landbouwers Arbeid adelt 23 31 Augustus 1952 AALST 6 SEPTEMBER 1952. Verschijnt iedere Zaterdag 31ste JAARGANG Nr 1527 Voor de Ontwikkeling en de Standsverdediging van de Landbouwers Beheer t Zeebergkaai, 5, Aalst Tel. 242.67 Orgaan van de Landbouwersvereniging REDT U ZELVEN O. CAUDRON. Het angstwekkend sociaal vraag stuk waarvoor ons land sedert enkele tijd zich geplaatst ziet is dit van een aanzienlijke werkloosheid. Benevens de zware morele en maatschappelijke nade len welke zij voor de werkloze arbeider oplevert, legt zij aan de gemeenschap zware financiële lasten op die verleden jaar de vier milliard frank overschreden. Vooral het Vlaamse land is door de werkloosheid aangetast, daar niet min der dan 68 van de werklozen in de Vlaamse provinciën gevestigd zijn. Zonder te ontkennen dat ons huidig stelsel van steunverlening aan de werk lozen behept is met meerdere gebreken en leemten die talrijke werklozen aan sporen zich in de werkloosheid te instal leren, dient de oplossing van het pro bleem toch hoofdzakelijk gezocht in het scheppen van nieuwe arbeidsgelegen heid bijzonder in het Vlaamse land waar de werkloosheid een structureel karak ter vertoont. Hierdoor dient verstaan dat er in onze streken steeds een tekort is geweest aan arbeidsgelegenheid voor de beschikbare arbeidskrachten. Het scheppen van nieuwe werkgele genheid is voorwaar geen gemakkelijke taak. Vaak wordt in verband hiermee ge sproken over de oprichting van nieuwe nijverheden of de uitbreiding van be staande nijverheden. Doch bijaldien de fabricage van gans nieuwe producten in het huidig stadium der nijverheidsont- wikkeling maar uiterst beperkte moge lijkheden biedt, zijn er volgende moei lijkheden welke niet mogen worden on derschat wil men zware mislukkingen vermijden bij de uitbreiding der indus trialisatie vooreerst moet men afzet vinden voor de producten der nieuwe of uitgebreide industrie. Welnu, wij leven in een tijd waar het vrije verkeer van goederen tussen de landen nog zeer wordt belemmerd, trots de vele interna tionale vergaderingen en lichamen om dit vrije verkeer te herstellen. Boven dien is de concurrentie op de wereld markt zeer scherp, zodat een nieuw pro duct enkel kans heeft een plaats te ver werven en te handhaven op de markt, indien het werkelijk op gebied van kostprijs en hoedanigheid in de beste voorwaarden werd vervaardigd. Dit laatste nu vergt doorgaans enor me kapitalen inzonderheid voor de uit rusting van de fabrieken, de inrichting van de prospectie- en handelsdiensten. Meer bijzonder in de zwaarnijverheid is het geen zeldzaam feit, dat aan de inrich ting en uitrusting van de fabriek twee millioen en meer wordt besteed om één arbeider te werk te stellen. De mecha nisatie is dan ook in de zwaarnijverheid dikwijls zo ver doorgevoerd dat het aan tal arbeiders dat voor de productie ver eist is tot een gering aantal wordt her leid. Meer werkgelegenheid biedt dan ook uit de aard de ambachtelijke nijverheid. Doch voor fijn afgewerkte producten is er in onze huidige tijd van monetaire en financiële beperkingen het moeilijkst een afzet te vinden op de buitenlandse markt. Nochtans moet ons land, gezien de enge mogelijkheden geboden door de binnen landse markt, voor een belangrijk ge deelte zijner industriële producten afzet zoeken op de buitenlandse markten. We mogen zeggen dat minstens 40 tot 45 dervoortbrengst onzer nijverheden dient verkocht in het buitenland. Wat voorafgaat toont aan dat tot verruiming der arbeidsverschaffing op ruime schaal andere middelen dienen aangewend dan de ontwikkeling der in dustrialisatie, willen wij binnen afzien bare tijd resultaten bereiken. Hier treedt op bet voorplan als een zeer belangrijk element tot werkver schaffing: de gezondmaking van water- zieke gronden en de ontginning van woeste of onvruchtbare gronden. Er zijn in ons land zowat 250.CC0 ha grond die niet bebouwd worden omdat ze te v^el water bevatten, terwijl zowat 1 CO.CCO ha door ontginning of irrigatie kunnen geschikt gemaakt worden voor land- of bosbouw. De waterzieke gronden liggen in de valleien van meerdere stromen en rivie ren. Een behoorlijke afwatering zou hen geschikt maken voor landbouw- en wei degronden. Woeste gronden die voor ontginning in aanmerking komen liggen o.m. in de Antwerpse Kempen en in Limburg. Het gezond maken van deze gronden biedt het dubbel voordeel 1) dat voor deze werken geen te aan zienlijke kapitalen dienen aangewend. Volgens berekeningen van de technici van het Ministerie van Landbouw die het plan tot sanering van de 350.000 ha onvruchtbare gronden hebben opge maakt, zou de uitvoering van dit plan niet meer vergen dan 3 milliard 500 mil lioen frank. Dit is een betrekkelijk gering bedrag wanneer mende winst in aan merking neemt welke voor 's lands eco nomie zou voortspruiten uit het ter be schikking stellen van onze landbouw van deze 350.000 ha. Dit bedrag dient bo vendien verminderd met verscheidene honderde millioenen welke de Staat zou uitsparen op de steun welke bij niet meer moet betalen aan de werklozen die arbeid zullen vinden bij de uitvoering van de werken tot sanering der gronden. Deze laatste bieden immers het voordeel dat zij kunnen uitgevoerd worden door (Zie vervolg 2e bladz. Ie kolom) Zo pas zijn de deelnemers van de 8-daagse studiereis naar Nederland teruggekeerd. Onder deze deelnemers waren er 4 uit onze studiekring. Deze reis die met de steun van het Ministe rie van Onderwijs werd ingericht, had voornamelijk ten doel, langs de Neder landse Volkshogeschool om, onze land- bouwmensen in aanraking te brengen met de Nederlandse landbouw, waarbij niet alleen aandacht werd besteed aan de technische kant, maar evenzeer aan de algemeen menselijke. Dat de inrichters van de reis wonder wel in hun opzet zijn geslaagd, moge blijken uit het zeer gevulde programma dat werd afgewerkt en de geestdrift waarmee de deelnemers de wensen heb ben geuit nog dergelijke reizen te mogen meemaken. Wij kennen de gespannen verhouding waarin onze eigen landbouw staat tegen over de Nederlandse, verhouding die nog verscherpt is door Benelux. Onze land- en tuinbouwers zijn geïntrigeerd door de Nederlandse, waarvan ze, voor al op het gebied van de landbouw en veeteelt, het meesterschap aanvoelen. Die innerlijke spanning, die naijverige nieuwsgierigheid, die bijna alle deelne mers bij het vertrek hebben gevoeld, hebben gedurende de reis grotendeels hun oplossing gekregen. Veel van wat hun opvatting vertroebelde is nu duide lijk geworden en als het meest geluk kige resultaat mag dan ook vermeld worden dat de Vlaamse en Nederlandse boer elkaar hebben begrepen en dan ook hebben gewaardeerd. Want door gaans worden de tegenstellingen wel wat opgeschroefd. Daar 2ijn tegenstel lingen op vakgebied, er wordt gezin speeld op verschillende geaardheid, op een uiteenlopend karakter, enz. Het is nu gebleken dat bij een meer dan vluchtig contact de innerlijke verwantschap komt bloot te liggen, iets wat bij een eendags- reis naar Nederland niet mogelijk is. Het was werkelijk opvallend met welk een gemak Noord en Zuid elkaar vonden, welke vriendschap er kan ont staan in weinige uren tijds. En dat is van onschatbare waarde, vooral in een tijd dat men voortdurend spreekt over verbroedering onder de volkeren. De leiding van deze reis had dan ook met een scherp doorzicht de meest span nende vraagstukken op het programma gezet. En daar zijn er heel wat. Daar is vooreerst de zuivelkwestie. Nederland staat in deze zeer sterk en de reden daarvan werd in de loop van de reis zeer duidelijk aangetoond. Nederland bezit een veestapel die iedereen het kan benijden. Een veesta pel die zodanig is veredeld dat zeer hoogstaande resultaten worden bereikt, zowel wat de melkgiftealshet vetgehalte betreft. De vooruitgang op gebied van hygiëne is werkelijk verbazend, maar een onbevooroordeeld onderzoek laat ge makkelijk toe bv. het feit te begrijpen dat de Friese veestapel practisch vrij is van tuberculose. Dit werd geïllustreerd door een bezoek aan twee veebedrijven, een te Arum in Friesland en een te Den Hout bij Hoogkarspel in Noord-Hol land. Maar de veeboer in Nederland staat niet alleen in zijn streven naar het beste. Niet alleen aan de grondstof van de zui velindustrie, de melk, wordt alle aan dacht besteed, maar tevens aan haar verwerking. Eigenlijk is het zo dat de steeds maar hogere eisen die door de zuivelfabrieken worden gesteld voor de veeboeren een prikkel zijn om nog meer zorg te besteden. De zuivelverwerking geschiedt in hoofdzaak coöperatief. En de organisa tie en vooral de geest, die in deze coöpe ratieve instellingen heerst, zoals dat trouwens werd vastgesteld in de zuivel fabriek te Donkerbroek, zijn wel een afdoende bewijs voor de deugdelijkheid van dit systeem. Zelfs de verkoop gebeurt door een centraal coöperatief organisme, de Friese Zuivel-Export Vereniging (Frico), waar bij bijna alle coöperatieve zuivelfabrie ken zijn aangesloten. Dit laat aan deze laatste toe zich te concentreren op hun eigenlijke taak, de zuivelverwerking, ter wijl het commerciële gedeelte hen uit de handen wordt genomen door hun cen trale coöperatief de Frico. Tot wat een massaal samenslaan van krachten kan leiden werd aangetoond door de opslagplaatsen van de Frico te Wolvega, die een overweldigende in druk hebben nagelaten. In reusachtige zalen liggen daar honderd duizende ki logrammen kaas en boter, vrucht van de arbeid van veeboeren, te wachten op hun bestemming. Maar goede boeren en goede zuivel fabrieken dienen geleid te worden door goede vakmensen. Aan het zuivelonder- wijs wordt dan ook de nodige aandacht besteed. De zuivelschool van Bolsward is belast met de vorming van de toe komstige melkerijbestuurders en -tech nici. De strekking die in Nederland heerst de kostprijs der producten zo laag moge lijk te houden, vindt, voor wat de vee teelt betreft, haar uiting in het feit dat de veeboer ijvert voor een autonome veevoederpositie. Het ligt dan ook voor de hand dat gestreefd wordt naar het voortbrengen van veel en prima groen- voeder, zodat met een minimum van krachtvoeders kan worden volstaan. Dit is trouwens ook de bestaansreden van de talrijke grasdrogerijen in Neder land. Daar worden grote hoeveelheden jong en eiwitrijk gras en luzerne ge droogd, wat weliswaar een duur product Zit vervolg 6e bladzijde le kolom. De Koornbloem Abonnementsprijs 72 fr. 's jaars. Handregister Aalst Nr 145. Postcheckr. S. M> Redt li Zeiven Nr 1425.93. STICHTER EN BESTUURDER De medewerkers zijn verantwoordelijk voor hun bijdragen Het overnemen van artikelen zonder aanduiding der bron is verboden.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Koornbloem | 1952 | | pagina 1