Allerheiligen -- Allerzielen
HET BELGISCH FRUIT
Weekblad
Voor cn door dc Landbouwers
Arbeid adelt
In het teken van Miel de hovenier*
Enkele beschouwingen rond de
Nationale Fruittentoonstelling te Antwerpen*
AALST 1 NOVEMBER 1952.
Verschijnt iedere Zaterdag
31ste JAARGANG Nr 1535
Beheer t Zeebergkaai, 5, Aalst
Tel. 242.67
Voor de Ontwikkeling en de
Standsverdediging van de Landbouwers
Orgaan van de
Landbouwersvereniging
REDT U ZELVEN
O. CAUDRON*
De Nationale Dienst voor Afzet van
Land- en Tuinbouwproducten heeft in
samenwerking met de groeperingen van
fruitvoortbrengers- en handelaars een
zeer belangwekkende nationale fruitten
toonstelling ingericht te Antwerpen in
de ruime stadsfeestzaal van 25 October
tot 2 November. Doel van deze tentoon
stelling was door een doeltreffende
voorlichting van de verbruikers nopens
de "uitstekende hoedanigheid van het
Belgisch fruit de afzet op de binnenlandse
en buitenlandse markten te bevorderen.
Onder dit opzicht kan de tentoonstelling
als volkomen geslaagd worden be
schouwd. Wij wensen de inrichters dan
ook geluk voor dit uitstekend initiatief.
Dit kwam werkelijk op zijn tijd.
Het is immers een feit dat sedert
meerdere jaren de verkoop van ons fruit
met zeer zware moelijkheden te kampen
heeft. Hieraan liggen volgende oorzaken
aan de basis de vermeerdering der pro
ductie ingevolge de toeneming der aan
plantingen, de stijging der voortbrengst
ingevolge de verbetering van de teelt
methodes, de sterke vermindering van
de uitvoer tengevolge van de steeds
scherper wordende beperkingen gesteld
door het buitenland, de te ruime import-
politiek toegepast door'onze regering
voor buitenlands fruit en tenslotte de
recordoogsten in de jaren 1948-50 en
ook in 1952.
Nochtans is de fruitteelt een belang
rijke bedrijfstak van onze Vlaamse land
bouw. De jaarlijkse fruitproductie schom
melt in ons land rond de 500.000 ton,
met een waarde van circa 2 milliard fr.
Er dient dus een uitgebreide en doeltref
fende inspanning gedaan om onze fruit
teelt van de ondergang te redden.
De inspanning dient geleverd op ge
bied van de productie en op gebied van
de afzet.
De voortbrenger moet zich beslist
toeleggen op de teelt van soorten of va
riëteiten welke de gunst van de verbrui
ker genieten, dus kwaliteitsfruit. Ook
het tijdstip van de rijpheid van de vruch
ten speelt een grote rol met het oog op
de verdeling van de aanvoer op de markt.
Deze aanvoer zou over de breedstmoge-
lijke periode van het jaar moeten kunnen
geschieden, om op bepaalde tijdstippen
een instorting der prijzen te voorkomen
bij gebreke aan voldoende vraag.
Wat de afzetmogelijkheden betreft,
hebben ons Ministerie van de Buiten
landse Handel en dit van de Landbouw
voorzeker als plicht niets ongedaan te
laten om voor ons fruit uitvoermogelijk-
heden te bedingen. Doch zonder de.be-
langrijke rol van de uitvoer bij het sa
neren van de fruitmarkt uit het oog te
verliezen, blijkt de verruiming van de
afzet op de binnenlandse markt ons in
de huidige omstandigheden een meer
aangewezen middel.^.
Het is toch een feit dat de Belgische
verbruiker de voornaamste afnemer
blijft en dat dienvolgens de eigen markt
in de eerste plaats dient bewerkt tot uit
breiding van de verkoop.
Hoewel het fruitverbruik in België se
dert 1929 verdriedubbelde, kunnen onze
landgenoten, bij vergelijking met som
mige andere volkeren, toch niet als grote
fruitverbruikers worden beschouwd. Het
binnenlands fruitverbruik kan dus onge
twijfeld nog aanzienlijk worden opge
voerd. Dit is in hoofdzaak een kwestie
van behoorlijke aanbieding van ons fruit,
van een ruime en doeltreffende propa
ganda en minst in het minst de gezond
making van het verdelingssysteem.
Onze vruchten zijn voorzeker uitste
kend van kwaliteit. Onlangs ontmoette
ik een vriend die lange jaren in Brazilië
heeft verbleven. Hij deelde mij mede dat
bet voor hem en zijn gezin een festijn
was van tijd tot tijd een zending goede
appelen uit België te mogen ontvangen.
Doch de hoedanigheid van ons fruit
wordt niet altijd naar waarde geschat
door de Belgische verbruikers omdat het
dikwijls niet behoorlijk wordt aangebo
den.
Een behoorlijke presentatie is noch
tans een factor van aanzienlijk belang,
omdat het waar is, dat zelfs voor voe
dingswaren, de verbruiker met de ogen
koopt. Er is ongetwijfeld bij sommige
Belgische verbruikers een soort snobis
me aanwezig dat hun de voorkeur doet
geven aan een vreemd product enkel
omdat het uit de vreemde komt. Doch
wij mogen niet veralgemenen.
Wanneer wij ons fruit van degelijke
hoedanigheid op even aantrekkelijke
wijze aanbieden als vreemd fruit, zal de
kwaliteit van het binnenlands produkt
ongetwijfeld de voorkeur bekomen van
wege de Belgische verbruiker.
Een tweede even belangrijke factor
tot verruiming van de afzet op de bin
nenlandse markt voor ons fruit iseen
uitgebreide en doetreffende propaganda
tot voorlichting van de verbruikers. Oo
de nationale fruittentoonstelling te Ant
werpen werd hiertoe gebruik gemaakt
van propagandistische documentatie-
films.
Dit is voorzeker een uitstekend middel.
Het ware" voorzeker nuttig dat de Natio
nale Dienst voor Afzet van Land- en
Tuinbouwproducten, met de geldelijke
steun van de Regering, een voortduren
de filmpropaganda zou kunnen voeren
Zie vervolg 2e bladzijde 4e kolom.
Sterven en sterven is twee. Ge kunt
vermoord worden gelijk die jonge moe
der met haar kind, te Wetteren onlangs
gebeurd.
- Ge kunt een van de 110 slachtoffers
zijn in de spoorwegramp te Harrow in
Engeland.
Ge kunt u dood drinken en gelijk een
berrezak onder 't kelderkamervensterke
voor eeuwig en altijd opgerold liggen,
gelijk Sjales Pollidoor.
Ge kunt op vacantie in de bergen van
Zwitserland, rats met uwe kop op een
rots in een afgrond storten, zoals bij
mijne gebuur, een manneken van 14 jaar.
Ge kunt... Allee, lees in uw gazet
ze staat er vol van. Of gaat uw geburen
af 't sterven staat daar ook niet stil.
Sterven en sterven is twee, zeg ik,
maar sterven gelijk Miel de hovenier,
nee, zo sterven er niet veel.
Miel is alzeleven hovenier geweest
in"t klooster van Walfergem. Hoelang
zou hij daar hovenier geweest zijn?
Meer dan vijftig jaar. Hij was er in de
tachtig toen hij stierf.
Lisken, zei hij tegen zijn dochter,
ik ga nog een potteken pakken in *^De
Schalie.
Hij had een godsgrondige avond naar
al de duzenden auto's, die 's Zondags
avonds van de kust terug naar de stad
reden, zitten kijken, vanop zijn biezen
stoelken. Altijd zijnen kop weg... en...
weer. En nu stond hij in M De Schalie
naar de kaarters te loeren, zei een paar
scha woorden, dronk zijn potteken leeg
en slesselde naar huis. 't Was koeltjes
geworden. De kou viel over Miel zijn
lijf en hij rilde een paar keren.
's Anderendaags morgens.
Lisken 1
Ja, vader
Lisken, zijn er kaarsen in huis, en
wijwater en palm?
Waarvoor dat, vader?
Ga de pater-pastoor roepen voor
de berechting, 't Is met mij gedaan.
Maar vader, lachte Lisken, dat is
zottigheid, zeker
Zorg voor de berechting. Lisken.
En Lisken liep, half al wenend, naar
't klooster
Ons vader is niet wel. Hij spreekt
zelf van te berechten.
Ik ben daar cito, zei de pater.
't Was juist de beste vriend van Miel
die met ons Heer afkwam.
Miel lag daar precies of hij wachtte
op de eeuwigheid.
Hij lachte!
Hij lachte eerst naar Ons Heer, dan
naarde pater en dan naar Lisken, zijn
dochter. En in die driedubbelen lach van
Miel lag geheel zijn liefde, geheel zijn
leven, geheel zijn offer... voor God,
't klooster en zijn familie. Hij is zonder
veel komplimenten van doodstrijd en zo
opgetrokken.
Nu hoveniert Miel in 't Hemels Hof-
ken en monkelt hij af toe nekeer naar
dat pleksken waar hij meer dan vijftig
jaar aan één stuk gezaaid, geplant, ge
moeid en gebeerd heeft.
Het alaamkot van 't klooster waar de
diep uitgesleten maar blinkende hakskens
reekskens en schuppen te wachten staan
op een nieuwe hovenier, ligt daar nu
verlaten en verweesd.
Ik ging Miel nogal dikwijls nekeer
een goei sigaar brengen, vertelde mij de
pater, zo direkt na de noen. Miel rustte
dan een beetje uit in 't alaamkot. Op
zekere dag vond ik Miel daar zitten op
een hoop hout, met de paternoster in de
hand.
Aja, zei Miel, ik ben tegenwoordig
de paternoster aan 't lezen voor mijn
geburen die allang of kortelings vertrok
ken zijn voor den Bels, voor Dominik,
voor Marieken van Komans, voor dat
manneken van de melkerij die zich daar
verongelukt heeft, voor ons Lieze en.,.
Allee, daar zijn er zoveel die het mis
schien goed vandoen hebben. Ik zou ik
geern hebben dat ik ook niet te lang in
't vagevuur moet blijven omdat ik al
mijn geburen bij Ons Heer mag aan
treffen.
Ewel, zo iets, dat pakt de mens. Zoiets
zoudt ge van een simpele hovenier niet
verwachten. Maar ge ziet hoe de wereld
aaneenhangt, hoe een gebuurte tot in en
na de dood met lissen en knopen aan
mekaar blijft gehouden. De gemeenschap
der heiligen, noemt de pastoor dat van-
op zijne preekstoel,
Miel de hovenier houd zijn gebuurte
vast aan zijn dagelijkse paternoster. Dat
noem ik zijn geburen geerne zien; ze
geerne zien tot na de dood.
Miel heeft het ook opgegeven. In de
hof van 't klooster hoor ik, van vanach
ter op mijn koerken, 's avonds een merel
schetteren. Hij doet mij telkens aan Miel
denken, op dat alaamkot en dat hout
en op die paternoster en... de gemeen
schap der heiligen.
Ieder van u heeft een buurt en familie
en een huishouden, en in alle drie zijn er
al veel gestorven. Wat Miel de hove
nier deed, dat kunnen wij ook.
Ik weet wel, de dag van vandaag
gaat dat op Allerzielen veelal met een
pot krizanten en een doos keersen. De
bloemist en de winkelier varen daar wel
mee en 't helpt ook wel een beetje om
onze afgestorvenen in onze herinnering
te houden. Maar veel aarde aan de dijk
brengen bloemen en keersen niet aan.
Ze mogen er zijn en vermits het een
(Zie vervolg 2* bladzijde 4kolom.)
De Koornbloem
Abonnementsprijs 72 fr. 's jaars.
Handregister Aalst Nr 145.
Postcheckr. S. M> Redt U Zeiven
Nr 1425.93.
STICHTER EN BESTUURDER^
De medewerkers zijn
verantwoordelijk voor hun bijdragen
Het overnemen van artikelen zonder
aanduiding der bron is verboden.