HET GROENE PLAN
De Bestrijding van de Runderhorzel.
Weekblad
Voor en door de Landbouwers
Arbeid adelt
AALST 18 APRIL 1953.
Verschijnt iedere Zaterdag
32ste JAARGANG Nr 1559
Beheer t Zeebergkaai, 5, Aalst
Tel. 242.67
Voor de Ontwikkeling en de
Standsverdediging van de Landbouwers
Orgaan van de
Landbouwersvereniging
REDT U ZELVEN
O. CAUDRON.
(2de bijdrage)
In onze vorige bijdrage hebben wij
het ontstaan en het doel geschetst van
de actie welke onder de benaming van
het Groene Plan door meerdere landen
van West-Europa is ingezet voor het
tot stand brengen ener Europese een-
heidsmarkt voor land- en tuinbouwpro
ducten. Wij hebben tevens de moeilijk
heden omschreven verband houdende
met de aard der landbouwproductie en
met de specifieke sociale toestand der
landbouwvoortbrengers in de betrokken
landen, welke dienen overwonnen bij de
inrichting dezer Europese landbouw
markt. Deze zijn trouwens de redenen,
zoals wij het aantoonden, waarom een
supra-nationale organisatie ingesteld op
dezelfde basis als deze voor de Europese
Kolen- en Staalgemeenschap (Schuman-
plan) niet doelmatig kan zijn voor de
verwezenlijking van de Europese land-
bouwintegcatie.
De voorstellen en programma's tot
het scheppen der Europese landbouw
markt en tot het inrichten van de orga
nisatie met dit doel zijn dan ook vrij
verschillend zoals onderstaand overzicht
het zal aantonen.
Het ontwerp tot organisatie van de
Europese landbouwmarkt zag het licht
in 1949 tijdens de Economische Confe
rentie van de Europese beweging te
Westminster. Dit ontwerp beperkte zich
nochtans bij een samenordening der
landbouwproductie in de verschillende
Europese landen, doel dat ook de aan
dacht weerhielt van de Consultatieve
Vergadering te Strasburg in September
1949.
Het idee kreeg een meer bepaalde vorm
op de algemene vergadering van de
Internationale Federatie van de Land
bouwproducenten gehouden te Saltsjo-
baden in Zweden in Juni 1950 en de
Duitse en Franse afgevaardigden onder
tekenden een verklaring ten voordele
van de inrichting ener gemeenschappe
lijke landbouwmarkt voor de twee
landen.
Enkele dagen later diende de Heer
Pflimlin bij de Franse Assemblée Natio
nale (het Frans Parlement) een ontwerp
van besluit in waardoor de Franse rege-
gering verzocht werd het inititiatief te
nemen tot inrichting van een gemeen
schappelijke landbouwmarkt voor de
bijzonderste Europese landen. Op 4
September besloot de Franse regering
dit voorstel te bestuderen.
Sedert dit tijdstip zagen meerdere
voorstellen en programma's het licht tot
organisatie ener Europese landbouw
markt.
Hierna een beknopte samenvatting
der bijzonderste dezer voorstellen.
1Het Plan Mansholt.
Het voorstel ingediend door de heer
Mansholt, socialistisch Minister van
Landbouw in Nederland, beoogt een
Europese eenheidsmarkt voor al de
landbouwproducten, dus een volledige
landbouwintegratie. Het spreekt zich uit
voor de instelling van een Europees
gezagsorgaan dat het gezag der deelne
mende landen noodzakelijk zal beperken,
doch anderzijds dringt het aan op het
treffen van overgangsmaatregelen om
rekening te houden met de bijzondere
toestand in de betrokken landen en om
geen nadeel te berokkenen aan de be
langen der landbouwbevolking. Bedoeld
Europees gezagsorgaan zou benevens
afgevaardigden der regeringen van de
deelnemende landen, vertegenwoordi
gers omvatten van de landbouwprodu
centen en van de verbruikers. De heer
Mansholt spreekt zich uit voor een
geleidelijke afschaffing der bescher
mingsmaatregelen, voor de vaststelling
van een gemeenschappelijke prijs voor
de inter-Europese handelsverrichtingen
en voor een ordening van de invoer uit
de landen die niet betrokken zijn bij de
landbouwgemeenschap.
2) Het Plan Charpentier.
Meer precies dan het Plan Mansholt
dat meerdere aangelegenheid in het vage
laat, vertoont het plan Charpentier een
sterke gelijkenis met de Europese Kolen-
en Staalgemeenschap.
Het voorziet inzonderheid de instel
ling van een Hoog Gezagsorgaan dat
over wel bepaalde en werkelijke mach
ten zal beschikken.
Dit Hoog Gezagsorgaan zou behel
zen
a) een uitvoerend comité waarvan de
leden zouden aangeduid worden door
het Comité der ministers van de Euro
pese Raad, bijgestaan door een consul
tatief organisme dat afgevaardigden der
voortbrengers, verbruikers en verwer
kers en handelaars zou bevatten.
b) een parlementaire vergadering be
vattende een Hoge Kamer waar de
Ministers van Landbouw der deelne
mende landen zitting zouden hebben en
een gewone Kamer waarvan de leden
zouden gekozen worden door het Par
lement van de deelnemende landen
c) een gerechtshof.
De beslissingen van het Uitvoerend
Comité zouden onmiddellijk uitvoerbaar
zijn binnen de grenzen der gemeen
schappelijke landbouwmarkt.
Het plan Charpentier behelst vier
etappes bij de verwezenlijking van de
Europese landbouwmarkt welke over
eenstemt met de opdrachten van het
Hoog Gezagsorgaan
1) Vooreerst zal gestreefd worden
naar het scheppen van het evenwicht
tussen de voortbrengst en het verbruik
door het saneren der landbouwmarkten.
Met dit doel zal het Hoog Gezags
orgaan beschikken over de vereiste
macht om de productieoverschotten te
verdelen, de voortbrengst en het sto
ckeren te reglementeren, de invoer bij
voorrang van Europese landbouwpro
ducten op te leggen
(Zie vervolg 2e bladz. 3e kolom
In het vorig nummer van «De Koorn-
bloem» hebben onze lezers een korte
meedeeling kunnen lezen over de manier
waarop zij de runderhorzel kunnen be
strijden. Hoe kort ook, deze mededeling
zou kunnen volstaan om de horzel te
vernietigen. Nochtans is het altijd aan
genamer en ook doelmatiger wanneer de
veehouders met inzicht te werk kunnen
gaan. Daarom geven wij hieronder wat
meer bijzonderheden
Ontwikkeling van de horzel.
In sommige streken wordt met horzel
bedoeld de dikke hommels (ook mosbiëen
genoemd) die men allerwegen op de
veldbloemen aan de honig ziet snoepen.
De runderhorzel heeft echter niets met
deze insecten te maken. De runderhorzel
is immers een vlieg. Het is wellicht inte
ressant te weten hoe men het onder
scheid kan zien tussen vliegen langs de
ene kant en biëen, wespen, hommels
langs de andere kant. De eerste hebben
slechts maar één paar vleugels, terwijl
de laatste er steeds iwee paar hebben.
Is de runderhorzel dus een vlieg, het
is in alle geval een grote, ongeveer zo
groot als een honigbij. Zij vliegt bij
voorkeur op warme dagen, hoofdzakelijk
in Juni-Juli en tracht haar eieren dan te
leggen op de buid van de koeien. Iedere
horzel kan tot 100 en meer eieren leg
gen, die bij voorkeur aan de haren van
de poten worden vastgehecht. Na en
kele dagen komen uit die eitjes kleine
larfjes, die zich ter plaats door de huid
boren, waarna ze hun lange reis door
heen het lichaam aanvangen.
Ze richten zich daarbij eerst naar de
omgeving van de slokdarm, waarna zij
zich een plekje in de rug gaan uitzoeken.
Aangeland in de omgeving van de rug-
gewervel, boren zij een klein gaatje door
de huid, langs waar zij kunnen ademen.
Zij verblijven daar ongeveer 4 weken,
die de larven nodig hebben om te rij
pen. Dat rijpingsproces gaat gepaard
met de vorming van een etterzak, zodat
én door de etter én door de steeds groter
wordende larve, de bulten steeds dikker
beginnen te worden.
Eens volgroeid, boren de larven zich
door de huid een uitweg en vallen ofwel
op de stalbodem ofwel op de weide. In
het eerste geval gaan zij spoedig ten
gronde, maar in het twede dringen ze in
de grond, verpoppen daar en komen na
een maand opnieuw te voorschijn als een
volwassen runderhorzel, die weer in
staat is zijn eieren af te leggen.
Het uit komen van de larven kan zich
gemakkelijk over een drietal maanden
uitstrekken (Mei tot Juni). Doorgaans is
het zo dat de bulten het eerste verschij
nen bij jonge dieren. De afstand die de
larven in het kleinere lichaam hebben af
te leggen is korter dan bij volwassen
dieren. Zij komen dus vlugger in de rug
aan. Hieruit valt af te leiden dat de be
strijding zich eveneens over verschillen
de maanden zal uitstrekken.
Veroorzaakte Schade.
Het is niet te ontkennen dat onze
veehouders zich niet voldoende reken
schap geven van de schade die door de
runderhorzel wordt teweeg gebracht.
Wij herinneren hier de woorden die de
inspecteur-veearts van onze omschrij
ving destijds neerschreefOnze vee
houders beseffen of willen niet beseffen,
welk belang zij er bij hebben een behan
deling door te voeren. Dat merkt men
best als men op de verzamelplaatsen
komt waar vee wordt aangevoerd. Dit
jaar (1951) was het weer hetzelfde liedje:
weken heeft het geduurd eer men de
kooplieden heeft kunnen er toe brengen
een beetje zalf te strijken op de horzel-
bulten vooraleer hun vee op de markt te
brengen. Men heeft eerst aan enige van
die mensen de toegang tot de markt
moeten weigeren of in overtreding
nemen en een geldboete opleggen, eer
men ze zo ver heeft kunnen brengen.
Van dit bepaald soort mensen zou men
dat nog kunnen aannemen dat zijn
dwarsdrijvers en met het onozelste ge
zicht van de wereld zullen zij u vragen
zijn er op mijn beest horzelbulten aan
wezig als er tientallen van ver te zien
zijn. Van onze veekwekers zelf zou men
toch wat meer begrip mogen verwachten.
Inderdaad, de inspecteur veearts slaat
de nagel op de kop. Dat veehandelaars
zich hierom minder bekommeren is nog
begrijpelijk, maar dat de veehouders zelf
onverschillig blijven dat is onbegrijpelijk.
Zij moeten toch allang weten dat de
schade die door de runderhorzel wordt
aangericht zeer aanzienlijk kan zijn.
Voor hen dat daarvan nog niet over
tuigd zijn willen wij hier nogmaals een
en ander herhalen
1) Het doorboren van de huiden be
tekent een grote waardevermindering
van de huiden. Het is juist in het kost
baarste gedeelte van de huiden dat de
gaatjes voorkomen. Wij ontmoetten
onlangs een boer die van mening was
dat hij daardoor zelf geen verlies te
lijden had. Dat de leerlooierijen met
doorboorde huiden opgescheept zaten,
dat maakte zijn rekening niet. Weer een
bewijs van verregaande kortzichtigheid.
De leerlooierijen zijn wel zo verstandig
bij het bepalen van hun prijzen, rekening
te houden met de gaatjes. Zodat gerust
mag verondersteld worden dat een heel
wat hogere prijs zou worden betaald in
dien alle huiden vrij zouden zijn.
2) De dieren hebben veel last en erge
verwikkelingen zijn steeds te vrezen.
Ieder runderhorzel of larve veroorzaakt
een etterzak. Een en ander van onze le
zers zal wel eens geplaagd gezeten hebben
met een etterbuil. Denk maar even aan
een steenpuist of iets dergelijks. De
ongemakken die men hiervan heeft zijn
wel meer dan genoeg bekend zodat men
zich met een beetje goede wil gemak
kelijk kan voorstellen wat last dat de
Zit vervolg 2e bladzijde le kolom
Ue Koorn bloem
Abonnementsprijs 72 fr. 's jaars.
Handregister Aalst Nr 145.
Postcheckr. S. M. Redt U Zeiven
Nr 1425.93.
STICHTER EN BESTUURDER
De medewerkers zijn
verantwoordelijk voor hun bijdragen
Het overnemen van artikelen zonder
aanduiding der bron is verboden.