De zuivelpolitiek in Nederland.
Het Inkuilen van Groenvoeders.
Weekblad
Rechtskundige Dienst
Voor cn door de Landbouwers
Arbeid adelt
AALST 27 JUNI 1953.
Verschijnt iedere Zaterdag
32ste JAARGANG Nr 1569
Beheer t Zeebergkaai, 5, Aalst
Tel. 242.67
Voor de Ontwikkeling en de
Standsverdediging van de Landbouwers
Orgaan van de
Landbouwersvereniging
REDT U ZELVEN
O. CAUDRON.
(3de bijdrage)
In onze twee vorige nummers hebben
wij uitgebreide uittreksels gepubliceerd
uit de interessante bijdrage gewijd door
de heer Ingenieur J. Lommez. aan de
Nederlandse zuivelpolitiek in het Land-
bouwtijdschrift van Maart 1953 meer
bijzonder aan het belang van de zuivel-
economie voor Nederland, aan de bij
zonderste doelen nagestreefd door de
zuivelpolitiek der Nederlandse regering
en aan de toepassing van deze politiek,
inzonderheid wat betreft de verschillende
organismen die hierbij zijn betrokken en
het mechanisme voor de toepassing der
zuivelpolitiek in het stadium der pro
ductie. De auteur behandelt vervolgens
het stelsel.
Bij de verwerking.
Bij het binnenkomen van de melk in
de zuivelfabriek of in het standaardisa-
tiebedrijf wordt de melkprijs belast met
verscheidene heffingen welke in 1952
bedroegen
voor de melkcontrole
voor de sanitaire dienst
voor de T.B C.-bestrijding
voor de Stichting voor de Landbouw
voor het Zuivelfonds
voor het Bedrijfschap voor Zuivel
Samen
ct/kg. met 3,5 vct
0,05
0,05
0,25
0,015
1,575
0,05
1,98 ct/kg. met 3,5 vet
(of ongeveer 0,26 B. fr.)
De zuivelfabriek houdt deze heffiingen
af van de som verschuldigd san de melk-
voortbrenger. Deze heffingen komen dus
in vermindering van de werkelijke prijs
betaald door de zuivelfabriek.
Bovendien wordt de melk die recht
streeks door de voortbrenger aan de
plaatselijke verbruiker verkocht wordt
en diegene die gebruikt wordt voor de
bereiding van kaas op de hoeve ook ge
taxeerd ten voordele van het Zuivel
fonds.
Het totaal der heffingen ten voordele
van het Zuivelfonds bereikte aldus in
1952, 93 millioen gulden (1 224 millioen
Belg. fr.). De voor 1953 voorziene ont
vangsten bedragen ongeveer 95 millioen
gulden (1.250 millioen Belg. fr.)
Op de binnenlandse markt.
Behalve de prijs van de verbruiks-
melk, maken de prijzen der zuivelpro
ducten niet het voorwerp uit van enige
rechtstreekse tussenkomst.
a) De verbruiksmelk.
Deze wordt afgeleverd door de zui
velfabrieken of de standaardisatiebedrij-
ven met een vetgehalte van 2.5 De
groothandelsprijs is vastgesteld, terwijl
deze van de kleinhandel een greosprijs
is. die enigszins verandert naar gelang de
streek De gemiddelde prijs van de ver
bruiksmelk, los. bedraagt per liter 21 ct
(2.76 Bel. fr.) Vertrekkend van de basis
prijs, betaald aan de voortbrenger spelen
drie elementen een rol bij de bepaling
van de prijs der verbruiksmelk nl
een toeslag van ongeveer 5 ct. per
liter 0,66 B. fr.) toegekend door tus
senkomst van het Landbouwegalisatie-
fonds
de ontvangsten voortvloeiend uit
de verkoop van boter vervaardigd uit
de room die gewonnen werd bij de
standaardisatie van de melk op 2,5
vetstoffen
de verwerkingskosten in de zuivel
fabriek.
Anderzijds gaat het Landbouwegali-
satiefonds over tot het toepassen van een
heffing op de prijs van de verbruiks-
karnemelk, die afgetrokken wordt van
het globaal bedrag der toegekende toe
lagen. Het verschil dat ten laste blijft
van het Landbouwegalisatiefonds be
reikt voor het dienstjaar 1952 ongeveer
70 millioen fl. (921 millioen B. fr.) Voor
het jaar 1953 is een som van 61,8 mil
lioen fl. (813 millioen B. fr.) voorzien op
de begroting.
Wanneer wij bij deze som de-toelagen
voegen die toegestaan worden aan de
producenten en aan de zuivelfabrieken
uit het Westen van het land (compen
satie voor de aankopen van melk in de
andere streken), kan komt men, voor het
jaar 1952, tot een globaal bedrag van
79 millioen fl. (1.040 millioen B. fr die
door het Landbouwegalisatiefonds aan
de zuivelsector uitgekeerd werden, wat
overeenkomt met een toeslag van bijna
5 ct. (ong. 0,66 B. fr.) per liter voor al
verbruikte melk. Door tussenkomst van
het Zuivelfonds wordt bovendien nog
een onrechtstreekse toeslag ten voor
dele van de verbruiker verleend.
b) De zuivelproducten.
Er wordt een onrechtstreekse invloed
uitgeoefend op de prijzen van de zuivel
producten en bijgevolg op de prijs van
de melk die bestemd is om verwerkt te
(Zie vervolg 2e bladz. 3e kolom)
Onze rechtskundige zal zijn
zitdag houden op Zondag 28
Juni, tussen 10 en 12,30 uur,
in het lokaal De Koornbloem
Grote Markt, Aalst.
Opmerking aangezien onze rechts
kundige dienst na Zondag 28 Juni zijn
eerstvolgende zitdag pas einde Juli zal
houden, raden wij onze leden aan, de
nodige schikkingen te treffen.
II.
In ons vorig artikel hebben wij een
inzicht gegeven in de verschillende pro
cessen, die zich in de kuil afspelen. Het
komt er nu op aan die processen zodanig
te beinvloeden, de omstandigheden
waarin zij plaats hebben zodanig te
regelen, dat ze in plaats van schade te
berokkenen in ons vcordeel gaan werken.
Duidelijkheidshalve geven wij hier
een tabel, met de aanduiding van de
omstandigheden, waarin de bacteriën bij
voorkeur kunnen ontwikkelen.
Processen die zich in het kuilvoeder afspelen.
Aard van het proces
Gewenste
zuurheids-
graad
Azijnzure gisting
Boterzure gisting
Melkzure gisting
boven 4
boven 4
4 en minder
Lucht
gewenst
of niet
gewenst
ongewenst
ongewenst
Gewenste temperatuur
18-25°C
35-40°C
35-45°C doch ook lager
Wij zullen nu een overzicht geven
van de verschillende gebruikelijke inkuil-
methodes en daarbij de voor- en nadelen
vaststellen. Dat zal ons in staat stellen
de meest veilige en de aangepaste werk
wijze voor ons bedrijf uit te kiezen. Dat
sommige methodes besproken worden,
die van geen practisch belang zijn hin
dert niet, want zij bieden gelegenheid
om inzicht te krijgen in allerlei fouten en
tekortkomingen, wat ons dan weer van
pas komt als wij zelf gaan inkuilen.
De warme kuil.
Bij het inkuilen moeten wij azijnzure
en boterzure gisting trachten te ontwij
ken en alleen de melkzuurgisting aan
het werk laten. De warme kuil-methode
is gebaseerd op het feit dat de melkzuur
bacteriën nog kunnen ontwikkelen op
een temperatuur, waar de andere bac
teriën reeds onwerkzaam zijn geworden.
Kwestie is nu hoe die hoge temperatuur
te bekomen.
De warme kuil-methode wordt in
onze streek practisch niet aangewend.
In Nederland zagen wij verschillende
plaatsen waar deze kuilen nog regel
matig worden gebruikt.
Men tracht hier, zonder enig bewaar
middel, de warmtegraad in de kuil te
brengen boven de 40° zodat azijnzure
en boterzure bacteriën worden uitge
schakeld en alleen de melkzure behou
den worden. Hiervoor gaat men als
volgt te werk
Het gras wordt op hopen boven de
grond opgestapeld, of soms wordt een
kuil gegraven, waarvan de diepte be
paald wordt door de stand van het
grondwater. Het gras wordt zeer zorg
vuldig in lagen uitgespreid, zodat de
massa regelmatig in elkaar sluit. Het
midden wordt steeds hoger gehouden
dan de buitenkant. Vcoral de kanten
moeten zorgvuldig gelegd en goed aan
gedrukt worden. Het eigenaardige bij
deze methode is dat de kuil niet onmid
dellijk moet afgewerkt worden. Hij mag
niet direct afgewerkt morden. Zo zal
men pas de tweede laag aanbrengen als
de eerste een warmtegraad heeft gekre
gen van rond de 50°. Het zijn dus niet
de noodwendigheden van het bedrijf die
het tempo zullen bepalen van het opzet
ten van de kuil, maar wel het tempera-
tuursverloop in de voorgaande laag.
Want brengt men te vlug een volgende
laag op dan wordt de vereiste hoge
warmte niet bereikt en zullen de azijnzure
en boterzure bacteriën in werking blij
ven, wat onvermijdelijk een mislukking
van de kuil als gevolg zou hebben.
Langs de andere kant mag men dan
ook weer niet te lang wachten voor de
tweede laag op te brengen, daar anders
de temperatuur te hoog zou oplopen,
waardoor het kuilvoeder te erg zou
broeien en daardoor minder verteerbaar
worden.
Men ziet dat zeer secuur moet gewerkt
worden en dat het aanleggen van een
warme kuil heel wat ondervinding en
vakmanschap vraagt. Dat is dan ook
wel de reden waarom zo weinig warme
kuilen goed slagen. De verliezen aan
voedende bestanddelen zijn doorgaans
veel te hoog. Vooral in de zijkanten,
die voortdurend met de lucht in aanra
king blijven zijn deze verliezen zeer hoog
(soms meer dan de helft van de droge
stof).
Benevens deze verliezen is men ook
nooit zeker hoe de kuil er zal uitkomen
als men begint te voederen. Grote ver
schillen doen zich voor in verband met
het watergehalte, de reuk en de smaak.
Niet zelden is de reuk van die aard dat
de dieren het voeder slechts met tegen
zin opnemen. Deze kwalijke reuk werd
dan veroorzaakt door een overdreven
werking van de boterzuur- en van de
rottingsbacteriën.
Samenvattend kunnen wij zeggen dat
de hoedanigheid van de waime kuil niet
gauw deze van normaal hooi overtreft.
Rekenen wij daarbij alle bezwaren die
wij daar vermeld hebben, dan is het
duidelijk dat deze methode minder ge
schikt is.
De koude kuil.
Bij de warme kuilmethode zagen wij
dat de schadelijke bacteriën buiten wer
king gesteld werden door te streven naar
een temperatuur die hoger ligt dan deze
bacteriën kunnen verdragen.
Zit vervolg 2e bladzijde le kolom
De Koornbloem
Abonnementsprijs 72 fr. 's jaars.
Postcheckr. S. M. Redt U Zeiven
STICHTER EN BESTUURDER
De medewerkers zijn
Het overnemen van artikelen zonder
Handregister Aalst Nr 145.
Nr 1435.9).
verantwoordelijk voor hun bijdragen
aanduiding der bron is verboden.