HET LANDBOUWFONDS.
Hoe bewaren we Eet- en Voederaardappelen
tot de volgende Lente
Weekblad
Voor en door de Landbouwers
Arbeid adelt
AALST 13 OOGST 1955.
Verschijnt iedere Zaterdag
34ste JAARGANG Nr 1679
Beheer Zeebergkaai 5, Aalst
Tel. 242.67
Voor de Ontwikkeling en de
Standsverdediging van de Landbouwers
Orgaan van de
Landbouwersvereniging
REDT U ZELVEN
Nr 14.25.93.
O. CAUDRON.
Het Staatsblad van 7 Augustus 11.
kondigde de wet af van 29 Juli 11.
tot oprichting van een landbouw
fonds. Deze wet werd na vinnige
debatten tussen de meerderheid en
de oppositie door de Kamers aan
genomen.
Ziehier een beknopte toelichting
der bijzonderste bepalingen van
deze wet.
Doel van het Fonds.
Volgens artikel I der wet, heeft
het Fonds als doeldoor het verle
nen van al dan niet terugvorder-
bare toelagen, van krediet of van
waarborg en door elk ander finan
cieringsmiddel de land- en tuin
bouw te bevorderen door
1)het verzekeren van een be
paalde prijs aan de land- en tuin
bouwproducten
2) het bevoorraden van de land
en tuinbouwondernemingen met
grondstoffen
3) het opslaan of stockeren, de
verdeling en de verwerking van
land- en tuinbouwproducten
4) de afzet van land- en tuin
bouwproducten
5) de organisatie, de regularisa-
tie en uitbreiding van de markten
der land- en tuinbouwproducten.
Hoe wordt het
Fonds gestijfd
Volgens artikel 3 der wet zal het
Fonds over volgende middelen be
schikken
1) de bijzondere rechten gehe
ven bij de afgifte van in- en uit
voervergunningen voor land- en
tuinbouwproducten en het aandeel
van België in de rechten welke
door de Belgisch-Luxemburgse Ge
mengde Administratieve Commis
sie worden geheven
2) de gelden die vanaf 1 Januari
1955 rechtstreeks, of door toedoen
van de Belgisch-Luxemburgse Ge
mengde Administratieve Commis
sie, door de Belgische Schatkist
worden geïnd en die voortkomen
van de heffingen welke de Neder
landse overheden toepassen op de
uiivoer van land- en tuinbouwpro
ducten uit Nederland naar de Bel
gisch-Luxemburgse Unie of op de
invoer van deze producten in Ne
derland uit de Belgisch-Luxem
burgse Unie
3) de gelden die van 1 Januari
1955 rechtstreeks, of door toedoen
van de Belgisch-Luxemburgse Ge
mengde Administratieve Commis
sie, door de Belgische Schatkist
zijn geïnd en die voortkomen van
de heffingen welke de overheden
van het Groot-Hertogdom Luxem
burg toepassen op de uitvoer van
land- en tuinbouwproducten uit
het Groot-Hertogdom naar België
of op de invoer door het Groot-
Hertogdom van deze producten
uit België
4) de uitkeringen afgenomen in
gevolge Koninklijk Besluit op de
kredieten die op de begroting van
landbouw zijn uitgetrokken voor
het verlenen van toelagen van eco
nomische aard, zulks met inacht
neming van de bestemming welke
inde begroting aan deze kredieten
is gegeven.
5) het vierde van de opbrengst
van de forfaitaire slachtingtaxe
6) de terugbetalingen, aflossin
gen, interesten en winsten van toe
lagen en leningen verleend door
het Fonds.
Beheer van het Fonds.
Volgens artikel 4 van de wet zal
een bijzonder reglement betreffen
de het beheer van het Fonds wor
den opgemaakt door de Koning op
de gezamenlijke voordracht van
de Minister van Landbouw en de
Minister van Financiën. Dit regle
ment regelt de wijze van terugbe
taling van de toelagen verleend
door het Fonds, de aflossing en de
interesten van de leningen toege
staan door het Fonds.
De Koning bepaalt ook het be
drag en de voorwaarden der finan
ciële tussenkomsten van het Fonds.
Hij kan deze bevoegdheid geheel
of ten dele opdragen aan de Minis
ter van Landbouw.
De Minister wordt in deze op
dracht bijgestaan door een Ho
ge Raad van het Landbouwfonds
waarvan de leden op zijn voor
dracht door de Koning worden be
noemd.
Deze Raad is samengesteld als-
volgt
1) drie ambtenaren-generaal van
het Ministerie van Landbouw, van
wie een het voorzitterschap waar
neemt
2) drie ambtenaren-generaal on
derscheidenlijk van het Ministerie
van Economische Zaken, het Minis
terie van Buitenlandse Handel en
het Ministerie van Financiën;
3) vier leden, vertegenwoordi
gers van de grote landbouworga
nisaties, gekozen op dubbel lijsten
welke door die organisaties wor
den voorgedragen
4) twee leden onderscheidenlijk
gekozen uit de Hoge Landbouw
raad en uit de Hoge Tuinbouw-
raad
5) vijf leden aangewezen wegens
hun bijzondere bevoegdheid in de
zaken die het Landbouwfonds be
treffen.
(Zie vervolg 2' blad 3 kolom)
Dank zij nieuwe behandelingsmethode goedkoop en doeltreffend
geen spruitvorming meer.
Niet ten onrechte stellen onze
landbouwers hoge eisen aan de
kwaliteit van het aardappelpoot-
goed. De bekommernis zit voor ho
ge opbrengsten te bereiken. Bene
vens door extra pootgoed tracht
men zover te geraken door de teel-
zorgen tot in de puntjes toe te pas
sen, de onderscheiden meststoffen
in de gepaste verhouding toe te
dienen, terwijl vele boeren ook
reeds hebben ingezien van welk
groot nut het is de aardappelplaag,
althans op de meeste variëteiten,
aanhoudend te bestrijden door tij
dig uitgevoerde bespuitingen.
Dit alles is inderdaad noodzake
lijk om de opbrengsten zo hoog
mogelijk op te voeren.
Het is nu echter zo dat alle aard
appelen niet onmiddellijk na de
oogst verbruikt worden. Het over
grote deel moet bewaard worden
tot de wintermaanden en een niet
onbelangrijk deel zelfs tot de laat
ste maanden vóór de volgende
oogst.
Goddank, de aardappel is zo ge
schapen dat ditvrij gemakkelijk kan
geschieden. Men hoeft geen ge
bruik te maken van enige speciale
bewaringsmethodes zoals dit
voor andere producten (bv. groen
ten, fruit, vlees, enz.) wel noodza
kelijk is door bv. droging, bevrie
zing, sterilisering enz.
Het is wel zeer eenvoudig de
aardappelen worden in het najaar
opgehoopt in kuil, kelder of enige
andere bergplaats en mits er voor
te zorgen dat ze beschut blijven te
gen lage temperaturen zijn ze na
de winter bruikbaar gebleven voor
vee- en mensenvoeding.
Die aardappelen hebben tijdens
de bewaarperiode evenwel veran
deringen ondergaan. Het meest
opvallend is wel dat de kiemen
soms lang doorschoten zijn en dat
de knol rimpelig geworden is, niet
meer zo vast als bij het oogsten en
zeker niet meer zo smakelijk.
Een boer vindt dat normaal, hoe
wel niet zeer aangenaam omwille
van het vele werk bij het verwijde
ren van die vele keesten. Het is in
derdaad normaal en het ontkeesten
is een tijdrovende bezigheid. Daar
enboven hebben die aardappelen
door het spruiten een gevoelige ge
wichtsvermindering ondergaan en
is de kwaliteit zowel uit smakelijk
heidsoogpunt als wat betreft de
voedingswaarde sterk achteruitge
lopen. Daarvan geeft de boer zich
over 't algemeen geen rekenschap
en nog minder talrijk zijn degenen
die er zich op toeleggen deze ver
liezen zo laag mogelijk te doen zijn.
De opbrengstbetrachting van de
aardappelen houdt niet op met de
oogst. Er dient naar gestreefd te
worden die opbrengst, zowel wat
massa als kwaliteit betreft, zo hoog
mogelijk te houden tijdens gans de
verbruikperiode.
Hoewel natuurlijk alle verliezen,
welke aan het bewaren verbonden
zijn niet kunnen uitgeschakeld
worden, is men op heden reeds zo
ver dat ze toch in zeer aanzienlijke
mate kunnen beperkt worden.
Alvorens de desaangaande nieu
we bewaarmethode uit te leggen
herinneren we in 't kort aan de on
derscheiden verliezen tijdens de
bewaring,
De ademhaling.
De aardappel, hoewel bij de aan
vang van de bewaring ogenschijn
lijk volledig in rust, blijft een leven
de plant. Waar leven is, is voor de
instandhouding van de levensver
richtingen energie nodig. Deze
energie wordt geleverd door de af
braak van zetmeel, hetwelk wordt
omgezet tot koolzuur en water. Als
gevolg van de ademhaling wordt
de omgevende lucht armer aan
zuurstof en rijker aan koolzuur. Het
drogestofgehalte van de aardappel
vermindert.
Men heeft uitgemaakt dat de in
tensiteit van de ademhaling van
verschillende faktoren afhankelijk
is Zo vertonen de late rassen een
sterkere ademhaling dan de vroe
ge. Door verwonding van de knol
len wordt de ademhaling verhoogd
terwijl ook de temperatuur een
grote rol speelt. Onderzoekingen
hebben eveneens uitgewezen dat
bij de spruitvorming weerom een
sterkere ademhaling wordt waar
genomen.
De ademhaling mag niet volledig
worden geremd, doch moet zo laag
mogelijk gehouden worden. Tem
peratuur zo laag mogelijk houden
(doch hoger dan 5 a 6° C, knollen
zo weinig mogelijk verwonden,
geen te vroeg gerooide knollen be
waren ende spruitvorming tegen
gaan.
Bij zeer sterke ademhaling hoge
temperatuur, spruitvorming - wordt
nog meer warmte afgegeven, waar
door rotting kan ontstaan.
(Zie vervolg 2e bladz. Ie kolom.)
De Koornbloem
Abonnementsprijs 72 fr. 's jaars
Men kan zich abonneren op de
postkantoren en bij de briefdragers.
Postcheckr. S. M. Redt U Zclven
Handelsregister Aalst Nr 145.
STICHTER EN BESTUURDER
De medewerkers zijn
verantwoordelijk voor hun bijdragen
INMMQI
Het overnemen van artikelen zonder
aanduiding der bron is verboden.