Spoelwormen bij Varkens. Merkwaardige Landbouwkolonisatie in Israël. Weekblad Arbeid adelt Voor en door de Landbouwers AALST 2 OOGST 1958. Verschijnt iedere zaterdag 37ste JAARGANG Nr 1831 Beheer Zeebergkaai 5, Aalst Tel. 242.67 Voor de Ontwikkeling en de Standsverdediging van de Landbouwers Lanc 1 Orgaan van de lbouwersvereniging IEDT U ZELVEN Nr 14.25.93. O. CAUDRON. II. In een vorige bijdrage gaven wij een overzicht van de ontwikke lingscyclus der spoelwormen in het lichaam van de varkens en gaven wij ook een idee van de schade, die zij kunnen aanrichten geduren de hun rondreis. Het verkregen inzicht zal het ons nu gemakkelijker maken bij de be spreking van De besmettings mogelijkheden. Wij zagen vroeger dat de wor meneieren een taaie en lange le vensduur kunnen hebben. Hieruit volgt dat eens een bedrijf besmet het niet gemakkelijk is het opnieuw zuiver te krijgen. Vrij gemakkelijk geraken dan eieren in de hokken en worden de dieren besmet. Kleine biggen kunnen de eieren reeds van de eerste dagen binnen krijgen van de tepels van de zeug, die natuurlijk voldoende lang met de grond en de mest in aanraking zijn geweest om wormeneieren te kunnen overbrengen. Heeft de zeug zelf wormen dan zullen er met haar mest eveneens al vrij vlug wormeneieren afkomen, waardoor de biggen weer kunnen besmet worden, door het wroeten in de mest. Worden bovendien onge schikte voederbakken gebruikt (wat nog veel te dikwijls het geval is) waardoor voeder op de grond gemorst wordt, dan zal bij het op likken van dit voedsel het gevaar van besmetting nog groter worden. Links en rechts komen wij nog bakken tegen waar de zeugen op hun dooie gemakken zo dwars kunnen gaan instaan en het is dan geen uitzondering dat ze er gezel lig hun mest in maken. De viggen vinden het er trouwens even ge zellig in, spelen en drentelen in die bakken rond, slobberen smakelijk al wat ze vinden bianen... Men kan zich voorstellen wat besmettings kansen er zo ontstaan. En voor hen die menen dat de zeugen niets in hun eetbak achterlaten kunnen wij de verzekering geven dat er aan de poten voldoende eieren kunnen blijven hangen om na een voetbad in de eetbakken deze grondig van eieren te voorzien. Ook op de uitloop is er voldoen de kans van besmetting indien er voordien dieren opliepen met wor men. Ten slotte wijzen wij op het gevaar van het overbrengen van de eieren van hok tot hok, alleen al door het schoeisel van de ver zorger. Bestrijdingsmethoden. Wanneer dieren verdacht wor den van wormaantasting, dan meent men wel eens dat het vol staat wormpoeders te geven om er van af te zijn. Zo eenvoudig is het echter niet en wel omdat de ge bruikte wormmiddelen alleen werk zaam zijn tegen de volwassen vorm en niet tegen de larvaire vorm, die zich in lever en longen ontwikkelt. Wij zagen reeds vroeger dat jonge biggen reeds wormeneieren kunnen binnenkrijgen via de tepels van het moederdier Hieruit ont wikkelen zich dan larven, die de grootste schade aanrichten in de longen. Pas na dit longstadium ko men ze in de dunne darm om zich daar tot volwassenen te ontwikke len. Om de zaak nog ingewikkel der te maken moet men er bij be denken dat de wormeneieren niet allen tegelijk worden gelegd, rijp worden en door de dieren terug worden opgenomen. Zo is het dan normaal dat al de verschillende stadia van ontwikkeling in één en hetzelfde dier kunnen voorkomen. Een afdrijving van de volwassen wormen belet dus niet dat enkele dagen nadien opnieuw larven in de dunne darm terecht komen en daar volwassen worden. Hieruit blijkt onmiddellijk dat wij bij jonge dieren de volwassen wor men wel kunnen afdrijven, maar daarop nog niet de schade belet ten die de larven veroorzaken. De beste bestrijdingsmetode is dus, zoals trouwens altijd, de besmet ting te voorkomen. Aan de hand van wat wij reeds hebben uiteengezet kan de ver kenshouder zelf al een reeks voor zorgsmaatregelen afleiden. Wij sommen opwormvrije zeugen, rei nigen van tepels en flanken en po ten (dus alles wat met grond en mest in aanraking is geweest) met lauw zeepwater vóór de zeugen in het zeugenhok worden gebracht regelmatig reinigen van stallen en uitschuren met heet sodawater (hierdoor worden denietgeembryo- neerde eieren buiten het bereik van de dieren gebracht). Daar het gevaar en de schade het grootst is gedurende de eerste 4 maanden (minder weerstandsver mogen van de jonge dieren) mo gen de biggen niet in aanraking komen met besmette varkens, be smet mest, besmette uitloop, enz. Erg besmette grond dient omge ploegd en ingezaaid vóór er weer andere varkens opgebracht wor den. Zoals men ziet speelt de hygiene hier een zeer belangrijke rol. (Zie vervolg 3e bladz. 1' kolom.) Het Bulletin van het Belgisch Na tionaal Comité van de F.A.O. (Voe- dings- en Landbouworganisatie van de Verenigde Naties) nr 4 van 1956 publiceerde onder de titel De Kolonisatie in Israël een be langwekkende bijdrage van de Heer Marique waaruit wij de bij zonderste gegevens overnemen ten behoeve van onze lezers. Hoe de staat Israël ontstond. Na de eerste wereldoorlog werd het Israëlisch grondgebied waar de Turken reeds sedert eeuwen verbleven door deze opgegeven en kwamen nieuwe staten, met een nieuwe politieke structuur, tot stand. Het mandaat over Palestina werd aan Groot-Brittannië toevertrouwd en een beperkt aantal joden werd in Israël toegelaten. Sedert het einde van de 19de eeuw reeds, kon een zekere terug keer van Joden naar het moeder land worden waargenomen. In 1948 verzaakte Groot-Brittannië aan zijn mandaat en werd Israël een onafhankelijk land. De kolonisatie. De Israëlische bodem is goed mits voldoende bevloeiing. Na zo wat 2.000 jaar te zijn verwaarloosd, stemde het land echter niet meer overeen met de beschrijving in de Bijbel waar het betiteld werd als het land overvloeiende van honig en melk Gans delandbouwekonomie van Israël steunt op zijn waterhulp bronnen en tijdens de voorbije eeuw was niets gedaan geweest om het waterregime te regelen. Van oktober tot april is er een heftige regenval welke de kleine beken en rivieren, die meestal droog staan, in ware stortvloeden verandert, op hun weg alles weg vagend, waardoor bodemerosie en op verschillende plaatsen moeras sen ontstaan. Zo waren bijvoorbeeld de boor den van het Tiberiasmeer, waar twee duizend jaar geleden een be volking van 200.000 zielen werd aangetroffen, een ongezonde streek geworden, waar de malaria voort durend heerste en wel in een mate dat de eerste kolonisten vreesden er niet te kunnen verblijven. Deze toestand is thans totaal ge wijzigd. Om deze uitslag te berei ken, heeft men de waters moeten opvangen en ze door een bevloei- ingsnet naar de droge streken ge leid, waar zij de opbrengst van de grond aanzienlijk verhogen. Een degelijk bevloeide grond maakt het inderdaad mogelijk de op brengst der teelten te verdriedub belen, zelfs te brengen tot het vier voudige. Practisch de helft van het noor delijk gedeelte van het land werd in 1956 gezond gemaakt en be vloeid, na beëindiging van de grondverbeteringswerkenten noor den van het Tiberiameer, waarbij zowat 20 000 ha betrokken waren. In het zuidelijk deel van het land zijn eveneens werken aan gang om de waters van de Yarkon (die te Tel Aviv in de zee uitmondt) en de Jordaan op te vangen. Het peil van de gronden ter hoogte van de Yarkon is 16 meter boven de zee spiegel en het water dient geleid op 100 km van deze streek, in de Neguev woestijn, naar 120 meter boven het zeepeil. Het water wordt 200 meter hoog gebracht door opeenvolgende pompstations. Aan elk station is een vergaarbak verbonden, vanwaar het water naar de te bevloeien terreinen wordt geleid. De maatschappelijke structuur van de Joodse dorpen. Reeds bij het einde van de 19de eeuw onder aansporing van een actieve propaganda gevoerd door de Zionistische beweging, begon nen de Joden naar Israël te trek ken. Deze eerste inwijkelingen na men zich voor een maatschappe lijke politiek te voeren, gesteund op gelijkheid voor alle burgers in een geest van volmaakt collecti visme en wederzijdse hulp Onder de drang van de ekono- mische omstandigheden werden deze principes, aanvankelijk streng nagevolgd, aangepast aan de noodwendigheden en de aard van de inwijkelingen, zodat men thans allerlei soorten van nederzettingen vindt gaande van het radikaalste collectivisme tot het dorp bestaan de uit kleine eigenaars. In alle ge vallen heerst er in Israël een zeer ontwikkelde coöperatieve geest inzake krediet, verkoop en aan koop van produkten. De verschillende nederzettingen tellen ieder van 200 tot 300 leden en kunnen als volgt gekenmerkt worden 1) De Kibouts De eerste nederzettingen waren de Kibouts met integrale toe passing van het collectivisme. Deze (Zie vervolg 2' bladz. 1' kolom). De Koornbloem Abonnementsprijs 72 fr. jaars Men kan zich abonneren op de oostkantoren en bij de briefdragers. Postcheckr. S. M. Redt U Zeiven Handelsregister Aalst Nr 145. STICHTER EN BESTUURDER De medewerkers zijn verantwoordelijk voor hun bijdragen Het overnemen van artikelen zonder aanduiding der bron is verboden.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Koornbloem | 1958 | | pagina 1