VAN DE HAK
OP DE TAK.
W oudschoolmeester
Een moderne allegorie bij
het reizend volkstheater»
De Gedenkschriften
van de
De Londense verkeerspolitie was
verplicht een automobilist voorlo
pig aan te houden omdat hij in
wilde vaart in een drukke straat
langs de verkeerde zijde raasde
en bijna een zwaar verkeersonge
luk veroorzaakte.
Bij zijn ondervraging op het po-
litiebureel bleek het dat de over
treder een onderstaatssecretaris
was van het Engelse Ministerie van
Verkeer.
Tot zijn verontschuldiging haal
de hij aan dat de talrijke proble
men van de verkeersopvoeding
zijn geest zodanig in beslag namen
dat hij in de werkelijke zin van het
woord de kluts kwijt geraakt was.
Een hond in een geparkeerde
wagen, is helemaal niets nieuws.
Nieuws wordt het wanneer die
hond er met de wagen vandoor
gaat.
Zo deze hond die in de auto van
zijn baas zat te wachten in een
drukke straat van New Yoak. Door
een noodlottig toeval sloeg de hond
met zijn lichaam de starter aan.
De wagen ging aan het rollen en
kwam enkele meter verder terecht
in een vitrien van een herenmode
zaak, gelukkiglijk zonder iemand
te kwetsen.
Uit het proces-verbaal van de
politie vernemen wij dat de hond
met een stalen gezichtachter
het stuur zat en dat geen spier
van zijn gelaat vertrok.
De eigenaar van een levens
middelenzaak te Bottrop (Roerge-
bied) moest zekere morgen vast
stellen dat 's nachts een inbreker
een ongewenst bezoek aan zijn
winkel gebracht had en er met de
inhoud van de kas, 300 mark, van
door gegaan was.
In de lade had de inbreker zijn
visite kaartje achtergelaten Adolf
Hitler.
In een bekende variété van Mont-
martre (Frankrijk) trad reeds en
kele weken de jonge en mooie
Gloria Stone op als partnerin van
een messenwerper. Het nummer
had geweldig veel succes, door de
koelbloedigheid van de jonge
vrouw en de vaardigheid van de
messenwerper zelf.
Vorige week echter tijdens de
opvoering van het nummer plots
geweldige opschudding toen de
jonge vrouw plots een kreet slaak
te en ineenzakte. De toeschouwers
slaakten een gil van afgrijzen om
dat zij niet anders dachten dan dat
de messenwerpen een verkeerde
en noodlottige worp gedaan had.
De ontsteltenis was echter spoe
dig geweken toen bleek dat de
jonge vrouw slechts in zwijn ge
vallen was toen zij gemeend had
voor haar voeten een klein spin
netje gezien ti hebben.
Waar België bij uitstek het land
van de bierdrinkers is, zo mag Ar
gentinië er zich op beroemen het
land te zijn waar het meeste vlees
gegeten wordt.
Statistieken hebben uitgewezen
dat een doorsnee-Argentijn, wan
neer hij de ouderdom van zestig
jaar bereikt heeft, volgende hoe
veelheden in zijn kas geslagen
heeft372 runderen, 403 kalveren,
1C9 schapen, 13ó varkens en d073
hoenders.
Ongelooflijk
Wanneer men in een speciale
compagnie van het Amerikaanse
leger wil opgenomen worden, moet
men een uitgebreide vragenlijst in
vullen.
Op een dergelijke lijst staat on
der meer de vraag Hebt U zelf
of een van Uw verwanten ooit
reeds zelfmoord gepleegd
In een Deens dagblad verscheen
enkele tijd geleden «olgende hu
welijksaankondiging Prinses van
een bekend Europees Vorstenhuis,
zeer mooi, rijk, 25 jaar, zoekt ken
nis voor beter huwelijk met een
man met sterke persoonlijkheid. Hij
mag van burgerlijke afkomst zijn
Helaas, waar is der ouderen fier
heid nu gevaren
Elf studenten uit Tromsö (Noor
wegen) lieten onlangs volgende
aankondiging verschijnen Zoe
ken een sympatieke leraar, daar
de onze zijn vak niet kent.
Zij bekwamen geen nieuwe le
raar, wel een dag huisarrest.
Uit een opstel van een elfjarige
Britse knaap over Gezondheid
De man die het dagelijks wassen
uitgevonden heeft, is beslist nooit
kind geweest
In Oost-Duitsland, beter gekend
als de Russische Zone, worden
thans zaklampen en erbij horende
batterijen op de markt gebracht,
herkomstig uit de Chinese Volks
republiek.
Voor diegenen die niet zouden
weten hoe de zaklamp te gebrui
ken is er voor alle zekerheid een
gebruiksaanwijzing aan toege
voegd; in het Chinees.
Op 2 december 1.1. bracht het
Reizend Volksteater te Antwerpen
in de Centrum zaal van de moder
ne wijk Luchtbal, de Nederlandse
creatie van het zinrijke toneelspel
«De Overtocht» van Sutton Vane
in de vertaling van Emma Steurs.
Wij zouden dit stuk gerust een
moderne allegorie durven noemen
waarin, op zinnebeeldige wijze,
de mens met zichzelf wordt gekon-
fronteerd in het moment van zijn
bijzonder oordeel.
De auteur heeft het klaarge
speeld om samen met de diepgang
van de inhoud de spanning als
van een thriller te iealiseren.
De vertoning, die doorging on
der de regie van mevrouw Line
Geysen, kende zeer grote bijval en
wordt hernomen te Duffel, Essen,
Scherpenheuvel, Westmalle, Kort-
rijk, Gierle, Veerle, Blankenberge
enz.
Voor alle inlichtingen wende
men zich tot het R,V.T. sekreta-
riaat: Kolvenierstraat, 16-18 te
Antwerpen.
Al hoger richt hij zich op, voort
durend herhaalt hij het woord
«boodschap!»; eindelijk zinkt hij
achterover en sluimert.
Na een poos slaat hij de ogen
op en zegt met matte stem: «ben
'k kinds geweest, zuster? Bijzonde
re droom! Het bloed stijgt mij zo
naar 't hoofd. Ik bespeur 't, lang
zal 't niet meer duren j 't wordt me
zo heet aan't hart. Ik mot je al
len vaarwel zeggen met mekaar.
Geef acht op je kinderen, zuster,
dat ze je niet in 't woud rondlopen
met de buks.-Voor de kist is dé
Eerwoud al betaald. - En was me
ter deeg; ik wil niet as de kool
zwarte Roet Bartelemé de hemel
ingaan.
Als het morgenrood door 't ven
ter schijnt, is de man dood. Ze
trekken hem zijn zondagspak aan
en leggen hem op bed. Zijn zusters
kinderen besprenkelen hem met
water uit het woud.
Gister hebben wij hem begra
ven.
Vastenavondtijd 1832.
Dat gaat er dol toe. Het gehele
Grassteigershuis willen ze omke
ren; over het kerkplein joelen ze
en voeren kattekwaad.
In de pastorie ligt een boere-
knecht, wiens kinnebak ze verbrij
zeld hebben.
't Is Vastenzondag. Aan de ziek
te wordt niet gedacht. In de her
berg komen ze bijeen en drinken
brandewijn. Ze zijn vrolijk en la
chen en plagen elkaar. De gezich
ten worden rood, ieder wil stekeli
ge zetten geven en spotten, maar
niemand meer geplaagd zijn. Er
ontstaat twist om een verkeerd
woord, een schuine blik of ook om
een meisje, 't Geeft klappen in 't
gezicht met de vlakke hand-dat
is niet genoeg ze slaan er met de
vuisten op los - dat is ook niet ge
noeg ze slaan stoelpoten kapot,
zwaaien ze woedend met beide
armen, laten ze neersuizen op de
koppen. Dat is genoeg. Er valt ie
mand op de grond. Het onderhoud
is uit.
Weest verstandig, mensen,
heb ik beneden bij Grassteiger
eens gezegd, «wil je op rustdagen
zo woest wezen, dan wijkt de ze
gen van uw arbeid en er komt nog
een boze tijd over Winkelsteg.
Een meesterknecht uit het sneeuw-
dal komt naar voren en zegtOm
dat we wilden zijn, daarom blij
ven we arme duivels, 'k Geloof 't
graag. Gelijk hét ie, de school
meester; er zal niet meer gebak
keleid worden en ik waarschuw
je, Grassteiger, as er nog eens zo n
kloppartij plaats heeft in jouw huis,
dan kom ik met 'n hekkepaal en
sla je allen de hersens in
Dat zit nu eenmaal zo in de lui.
Alleen dit troost me, dat Lazarus
aan zulke dingen niet meedoet. Ze
willen wel met hem aanbinden,
maar dan maakt hij zich uit de
voeten. Wel ontwaakt de lust soms
in hem, maar hij onderdrukt hem
spoedig. Hij is door en door een
man. Ook is Juliana een bescherm
engel en helpt hem getrouw om
zich zelf te blijven beheersen.
De houtvester heeft Lazarus naar
het platte land willen helpen,- als
iemand, zo beweert hij, zo'n zon
derling lot heeft als deze jonge
man, dan moet er ook iets biezon
ders van hem worden. Maar Laza
rus wil niet uit het woud weg. Hij
wordt een braaf man en tot iets ho
ger en beters kan hij het daarbui
ten toch niet brengen, al wilden
keizer en koning hem dadelijk op
hun troon zetten.
Een goed teken is, dat hij geen
brandewijn drinkt. Brandewijn is
olie in 't vuur en zo ontstaan de bo
ze twisten.
Wij, hoofden der gemeente, drin
ken er nooit een droppel van. Wel
nu, drinken wij niet, des te meer
blijft er voor de anderen over.
De pastoor heeft reeds herhaal
delijk scherp tegen die drank ge
waarschuwd. Laatst heeft hij in zijn
toorn de brandewijn een hellebron,
een vergif voor lichaam en ziel, en
de brandewijnstoker en de schen
ker met luide stem giftmengers ge
noemd.
De oude Grassteiger heeft zijn
neus langs gekeken en kort daar
na liet hij het bekend worden, dat
er jonge appelwijn bij hem te krij
gen is.
Maar Hannes Krabanet heeft
het niet zo glad laten aflopen. Met
een groter stok dan hij anders ge
woonlijk bij zich draagt, is hij twee
dagen geleden in de pastorie ver
schenen.
Hij klopte aan de deur en zelfs
toen de pastoor al tweemaal dui
delijk binnen, geroepen had, klopt
hij nog eens voor de derde maal.
Hardhorig is hij niet; hij wil maar
laten zien, dat al is hij dan een
woudduivel, hij zich toch bij de
heren netjes te gedragen weet, al
was 't dan ook bij een vijand, die
hij vandaag vermorselen wil.
Eindelijk binnen, blijft hij dicht
bij de deur staan, perst de rand
van zijn hoed ineen met zijn vuist
en mompelt achter zijn vale stop
pelbaard Heb 'n woordje te
spreken met meneer de pastoor.
De pastoor biedt hem vriendelijk
een stoel aan.
Had 'n kleine ongelegenheid,
zegt de man en blijft op zijn plek
staan, «ben de brandewijnstoker
van Miesenbachwald, 'n arme dui
vel, die z'n broodgroschens bloe
dig verdienen mot. Werken mag 'k
graag, zolang God mij oude man
het leven nog schenkt, ofschoon
de mensen mij wel zou willen weg
drukken en de klanten afknijpen.
Zet je,zegt de pastoor, je
bent verhit, hebt misschien hard
gelopen
Geheel niet. Heel bedaard hé'k
gelopen en heb onderweg gedacht
bij me zeivers, dat 'r geen gerech
tigheid meer op de wereld is bij
geen mens meer - helemaal bij
niemand meer, hij mag er nog zo
heilig uitzien. Wat is dat nou voor
u pastoor, die 'n arm huisvader van
zijn gemeente het laatste stukje
brood ontneemt. Is eerlijke ar
beid niks en brengt ie niks op,
goed, dan mot iemand maar stelen
gaan, roven; dat zal wel beter we
zen dan dat 'n arme afgesjouwde
zo'n droppeltje brandewijn in de
mond neemt; dat is ommers de
hellebron
De man haalt diep adem; de
pastoor zwijgt; hij weet, dat hij de
storm moet laten uitrazen, als hij
bij kalm weer zaaien wil.
Wordt voortgezet).