Ruilverkaveling en Bodemverbetering
Landbouwvoortbrengselen*
Weekblad
Arkeid adelt
Voor en door de Landbouwers
in de ons omringende landen.
Europese handel in
AALST 8 APRIL 1961.
Verschijnt iedere zaterdag
4CLte JAARGANG Nr 1969
Scheer Zeebergkaai 5, Aalst
Tel. (053) 242.67
Voor de Ontwikkeling en de
Stcmdsverdediging van de Landbouwers
Uitgegeven door de
Landbouwersvereniging
REDT U ZELVEN
Nr 14.25.93.
O. CAUBRON.
België is niet het enige land dat
vraagstukken heeft met betrekking
tot de evolutie van de agrarische
structuur en de ontvolking van het
platteland. Andere landen, en meer
bijzonder de landen van de E E.G.,
hebben met dezelfde moeilijkhe
den te kampen. Overal worden
maatregelen getroffen om daaraan
het hoofd te bieden.
In Nederland worden ruilver
kaveling en bodemverbetering
krachtig doorgevoerd in 1958 wer
den voor deze werken meer dan
188 miljoen gulden geïnvesteerd.
Ruilverkaveling werd op 9.790 ha
uitgevoerd, hetgeen met de vorige
jaren een totaal uitmaakt van
126 000 ha ruilverkaveling was in
uitvoering op meer dan 2C0.000 ha.
Holland heeft bijgevolg een grote
voorsprong op ons land.
Nederland is eveneens sedert
enige jaren begaan met de verbe
tering van de agrarische structuur
en moedigt de afstand van kleine
exploitaties aan en daartoe wor
den premies aan bejaarde gezin
nen die hun bedrijf willen verlaten
toegekend, alsook de vergroting
van landbouwbedrijven. Een instel
ling tot nut van het algemeen
Stichting voor het beheer van
landbouwgronden - koopt en ver
betert gronden met dit doel.
Sedert enige tijd krijgen de gron
den; teruggewonnen op de Zuider
zee, dezelfde bestemming.
Nederland heeft ook schikkin
gen getroffen, namelijk in het ka
der van ruilverkaveling, om de
nieuwbouw vanj boerderijen te
vergemakkelijken1 ter vervanging
van boerderijen die verlaten wor
den (verplaatsing van boerderijen).
Ook in Frankrijk wordt de ruil
verkaveling van landeigendom
men actief voortgezet. Op 31 de
cember 1958 was de stand der
werkzaamheden
aangevraagde objecten: 1.792
voor 1.397.645 ha
objecten in uitvoering 1.698
voor 1.250.328 ha
uitgevoerde objecten 3.443
voor 2.395.131 ha.
Sedert 1950 heeft Frankrijk kracht
dadige maatregelen getroffen in
zake landelijke huisvesting. Het
Franse Ministerie van Landbouw
heeft in 1958 tot verbetering van
boerderijgebouwen 23.278 toelagen
toegekend voor een globaal be
drag van 3.700 miljoen Fr. Fr. en het
bedrag der uitgevoerde werken
beliep 16.500 miljoen Fr. Fr. Buiten
deze toelagen heeft het Franse
Landbouwkrediet in de laatste ja
ren leningen toegekend voor meer
dan 17 miljard Fr. Fr.
Sedert 1951 ten slotte legt Frank
rijk een zeer grote activiteit aan de
dag op gebied van de streekont-
wikkeling, namelijk door de streek
plannen van Languedoc, Midi-Py-
rénées, Bretagne en Corsika.
In de Duitse Bondsrepubliek
gaat de bijzonderste inspanning,
bij toepassing van het Grüner
Plan hetwelk belangrijke kapi
talen verstrekt, naar de verbete
ring van de agrarische structuur in
het kader van de ruilverkaveling
en de binnenlandse kolonisatie
(Neusiedlung), de vergroting van
de bedrijven (Aufstockung) en de
verplaatsing van boerderijen bui
ten het dorp (Aussiedlung).
In 1958 werd ruilverkaveling uit
gevoerd op 218.850 ha. Op gebied
van binnenlandse kolonisatie werd
in 1958 een oppervlakte van 22 795
ha besteed.
In Italië loopt de agrarische her
vorming, slaande op 8.140.000 ha,
ten einde ze ging gepaard met
belangrijke cultuurtechnische wer
ken en met de oprichting van een
groot aantal landbouwbedrijven.
Vermelden wij anderzijds het
reusachtig plan van aanleg, nu in
uitvoering, voor de streek van
Messogiorno met 123.000 km2
en 18 miljoen inwoners.
Uit dit beknopt overzicht kun
nen wij besluiten dat overal in alle
landen buitengewone inspannin
gen worden gedaan voor de eco
nomische en sociale opbeuring van
het platteland.
En hoever staat het bij ons en
wat denkt men over hoger ge
noemde onderwerpen
Het staat vast dat in ons land
nog heel wat te doen is en dat
veel kan verbeterd worden door
het aaneenleggen van versprei
de stukjes land, het afwateren
van natte gronden en het ver
beteren van de veldwegen.
Dit onderwerp moet door de
boeren en eigenaars ernstig on
derzocht worden.
Gelijkschakeling is een moeilijke taak.
Einde december 1960 sprak de
Europese Ministerraad zich uit voor
de toepassing van heffingen als
zijnde het middel dat in eerste
plaats dient toegepast om het han
delsverkeer van landbouwproduk-
ten tussen de lid-staten van de Eu
ropese Gemeenschap mogelijk te
maken.
Er werd evenwel niet uitdrukke
lijk bedongen dat de toepassing
van heffingen de andere bescher
mende maatregelen zou uitsluiten
alsdaar zijn minimumprijzen en be
perkingen van de hoeveelheid.
Nochtans dient aangemerkt dat de
Europese Commissie in haar voor
stellen waar zij heffingen voorziet
deze wenst te zien toepassen bij uit
sluiting van alle andere bescher
mende maatregelen.
Naar het inzicht van de Europe
se Commissie zouden de heffingen
van kracht worden voor alle pro
ducten waarvoor tot heden voor
stellen zijn uitgewerkt met uitzon
dering van groenten en fruit, waar
de toepassing van minimumprijzen
wordt vooruitgezet.
Deze zienswijze van de Commis
sie was echter niet van aard om de
instemming van de landbouwver-
tegenwoordigers der lidstaten te
verwerven wel integendeel.
De Italianen betuigden hun mis
noegdheid, niet zonder reden. Zij
maakten de bedenking dat hun
land invoerder is van al de produc
ten waarvoor heffingen, zijn voor
zien en waarop dienvolgens geen
invoerstop kan worden toegepast.
Anderzijds is Italië grote uitvoerder
van groenten en fruit waarvoor,
volgens de voorstellen der Com
missie, in bepaalde voorwaarden
schorsing van de invoer kan wor
den toegepast. De Italianen be
schouwen dergelijke regeling dan
ook als een niet aanneembare dis
criminatie of verschillende behan
deling tussen de deelgenoten van
de Europese Economische Gemeen
schap.
De Italianen stellen bovendien
niet zonder misnoegdheid vast, dat
voor olijfolie, tabak, hennep, citrus
vruchten en rijst tot heden geen
voorstellen voor gemeenschappe
lijke maatregelen bestaan dan
wanneer deze producten voor de
Italiaanse boer even groot belang
bieden als de zuivel voor de land
bouw der andere lidstaten.
Deze toestand heeft voor gevolg
dat de Italianen in de huidige
stand van zaken niets voelen voor
de toepassing van de minimumprij
zen zoals zij voorzien zijn in het
verdrag en in de voorstellen voor
fruit en groenten. Bovendien is het
ontbreken van vooruitzichten voor
een gemeenschappelijk beleid te
voeren voor de typische Italiaanse
producten van zulke aard dat de
Italiaanse landbouw zijn belang
stelling voor het gemeenschappe
lijk landbouwbeleid aan het verlie
zen is.
Zoals uiteengezet werd in onze
vorige bijdrage, voorziet artikel 44
van het E E G.-verdrag in bepaalde
omstandigheden de toepassing van
minimumprijzen gedurende de
overgangsperiode. Deze werden in
het verdrag opgenomen bijzonder
onder de druk van Frankrijk dat
daarin het middel zag tot afweer
van hinderende buitenlandse con
currentie.
Het is dan ook te begrijpen dat
Frankrijk zich verzet tegen het stre
ven van de Commissie om de mini
mumprijzen uit te schakelen door
toepassing der heffingen. De Fran
sen noemen dit een willekeurige
wijziging van het verdrag van Ro
me die dient verworpen. Vandaar
ook een tegenstelling tussen de
houding van de Italianen en Fran
sen terwijl de Italianen de mini
mumprijzen afwijzen voor zover zij
alleen de produkten treffen die zij
uitvoeren, willen de Fransen de
mogelijkheid tot toepassing der
minimumprijzen behouden zien
voor alle landbouwproducten.
De Nederlanders zijn tegenstan
ders van de minimumprijzen zoals
hun toepassing is voorzien in het
verdrag, namelijk met gebeurlijke
stopzetting van de invoer. Bij hen
is het een principiële oppositie. Het
verzet der Italianen blijkt dit alge
meen karakter niet te bezitten doch
blijkt te steunen op opportunistische
redenen. Zij zouden denkelijk hun
bezwaar laten vallen moest voor
ander produkten dan groenten en
fruit ook de invoerstop kunnen
worden toegepast ingeval van te
lage invoerprijzen.
Zoals uiteengezet in onze vorige
bijdrage, bepaalt artikel 44 van het
verdrag dat bij daling van de wer
kelijke prijs der vreemde land- en
(Zie vervolg 2* bladz. 1' kolom.)
De Koornbloem
^tSTÜi//?
Abonnementsprijs 96 fr. 's jaars
Men kan zich abonneren op de
postkantoren en bij de briefdragers.
Postcheckr. S. M. Redt U Zeiven
Handelsregister Aalst Nr 145.
STICHTER EN BESTUURDER
De medewerkers zijn
verantwoordelijk voor hun bijdragen
Het overnemen van artikelen zonder
aanduiding der bron is verboden