Melk- en Zuivelvoortbrenging
De begroting van landbouw
Weekblad
Voor en door de Landbouwers
Arbeid adelt
in de Gemeenschappelijke Markt*
voor de Kamer van Volksvertegenwoordigers*
AALST 221JULI 1961.
Verschijnt iedere zaterdag
40ste JAARGANG Nr 1983
Beheer Zeebergkaai 5, Aalst
Tel. (053) 242.67
Voor de Ontwikkeling en de
Stcmdsverdediging van de Landbouwers
Uitgegeven door de
Landbouwersverenigino
REDT U ZELVEN
Nr 14.25.93.
O. CAUDRON.
Het Bureau voor de Statistiek
van de Europese Gemeenschappen
heeft onlangs in zijn Landbouw-
statistische Mededelingen vrij
volledige gegevens gepubliceerd
betreffende de produktie en de
verwerking van melk, alsmede be
treffende de zuivelvoortbrenging
in de landen van de Europese Eko-
nomische Gemeenschap (E.E.G.)
voor de jaren 1950 59. Gegevens
betreffende de produktie van eie
ren tijdens dezelfde periode zijn
eveneens in deze publikatie opge
nomen. Het dokumentatiemateriaal
is aangevuld met gegevens betref
fende het aantal melkkoeien en
legkippen.
Naast gedetailleerde gegevens
betreffende de produktie en het
gebruik van de diverse soorten
melk (koemelk, schapenmelk en
geitenmelk) worden twee aspek-
ten van het zuivelbedrijf grondi
ger toegelicht.
In de eerste plaats worden, voor
zover beschikbaar, balansen voor
afgeroomde melk in elke Lid Staat,
alsmede voor de E.E.G. gegeven.
In de tweede plaats worden zoveel
mogelijk afzonderlijke gegevens
voor de boerenmelksektor en de
industriemelksektor verstrekt, voor
al om de verschillen tussen het ge
bruik van de melk in beide secto
ren te doen uitkomen.
Uit de publikatie blijkt dat tij
dens de jaren 1956-58 het gedeelte
van de melkopbrengst dat aan
de zuivelfabrieken werd afgeleverd
in de landen van de Europese Eco
nomische Gemeenschap (E.E.G.)
varieert van 48% in België tot 85
in Nederland. 61 van de melk-
produktie in de Gemeenschappe
lijke Markt wordt in de industrie
melksektor verwerkt. De overeen
komstige percentages voor de
voortbrenging van zuivelproduk-
ten zijn
verbruiksmelk 55
boter 21
kaas 11 /o
verdikte melk 13 /0
In 1959 bedroeg de totale melk
voortbrenging in de E.E.G. 60,2 mil
joen ton deze hoeveelheid be
stond voor 98 uit koemelk en
voor de rest uit schapenmelk en
geitenmelk.
De totale melkproduktie in de
EEG. is tijdens dezelfde periode
aanzienlijk toegenomen. In 1959
bedroeg de opbrengst in vo
lume 28 meer dan in 1950, en
32 meer dan voor de oorlog. De
overeenkomstige cijfers voor de
verschillende soorten melk liepen
sterk uiteen. De voortbrenging van
geitenmelk is belangrijk afgeno
men, vooral in de bondsrepubliek
Duitsland.
De voortbrenging van kippen
eieren inde E.E.G. bedroeg in 1959
31 miljard stuks of 1,75 miljoen ton.
Deze produktie lag 46% boven die
van 1950. Uit deze cijfers blijkt dat
de voortbrenging van eieren na
genoeg in dezelfde omvang is toe
genomen als die van vlees Eieren
zijn één van de landbouwproduk-
ten waarvan de voortbrenging het
sterkst is gestegen.
In waarde vertegenwoordigt de
melkopbrengst ongeveer 19
van de nettowaarde der totale
landbouwproduktie in de E.E.G. Op
nationaal niveau varieerde dit per
centage in 1959 van 11,4 in Italië tot
33 in Luxemburg.
De overeenkomstige cijfers voor
de eieren waren 5,5 voor de
E.E.G., gaande van 4,4 voor
Frankrijk tot 10,4 voor Neder
land.
Het aandeel van deze beide pro-
dukten tezamen is echter nog klei
ner dan dat van de vleesproduk-
tie, die ongeveer 1/3 van de totale
waarde van de landbouwvoort-
brenging vertegenwoordigt.
Het kan ook van belang zijn voor
onze landbouwers te weten dat in
1959 de rundveestapel in Neder
land 3 396 000 stuks bedroeg, waar
van 1.565.000 melk- en kalfkoeien.
De totale melkproduktie bedroeg
er 6.412.000 kg, hetzij 4.075 kg per
koe.
Deze cijfers willen wij geven om
het belang aan te tonen van de
zuivelnijverheid inde verscheidene
landen van de Europese Economi
sche Gemeenschap.
Het is een feit dat de voortbreng
selen een kostbaar element uitma
ken voor de voeding van de bevol
king zodat elke verbetering op ge
bied van veekweek als van bewer
king der voortgebrachte voedings
waren moet nagestreefd worden.
Van de andere kant dient ge
waakt dat er geen overproduktie
komt die de levensstandaard der
kwekers zou kunnen aantasten.
Wanneer men eens tot het besef
komt dat er nog landen bestaan
waar miljoenen mensen gebrek lij
den en dat er mogelijkheid bestaat
onze overvloed naar deze gewes-
(Zie vervolg onderaan hierneven)
(4de bijdrage en slot).
Zoals wij het meedeelden in ons
nummer van 24 juni 1.1., bevat het
verslag der kamercommissie voor
de landbouw over de begroting
van het Ministerie van landbouw
voor het dienstjaar 1961, opgesteld
door de heer volksvertegenwoordi
ger A. De Nolf, vier hoofdstukken,
namelijk
1) een bondig overzicht van de
verschillende posten der begroting
van landbouw voor 1961 (zie de
Koornbloem van 24 juni 1.1
2) een vergelijking van de Bel
gische begroting van landbouw
met de Nederlandse begroting van
landbouw voor 1961 (Zie zelfde
nummer van De Koornbloem ,-
3) de uiteenzetting v. de Minister
van Landbouw over de politiek van
zijn departement (Zie de Koorn
bloem van 1 juli en 15 juli 1.1.)
4) de bespreking in de Commissie.
Dit laatste hoofdstuk wensen wij
beknopt in onderhavige bijdrage
samen te vatten, ons beperkende
tot de voornaamste punten van be
doelde besprekingen.
Noodzakelijkheid van een
marktorganisatie.
Een lid der Commissie legde de
nadruk op de noodzakelijkheid
van een rationele marktorganisatie
voor de Belgische landbouwpro
ducten. De is onder meer vereist
voor tarwe, voedergranen, brouw-
gerst, melk en vee.
De Minister van Landbouw ant
woordde dat hij bewust is van de
noodzakelijkheid van een degelij
ke marktorganisatie, welke moet
dienen als basis van een offensieve
landbouwpolitiek.
Er is inderdaad op dit ogenblik
een overschot aan tarwe dat zijn
oorsprong kan vinden in de ver
keerde raming van de opbrengst,
in de aangegeven oppervlakte bij
de tellingen. Het is ook niet onmo
gelijk dat er een frauduleuse invoer
zou bestaan en dat er leemten ge
slopen zijn bij de denaturatie van
tarwe.
ten heen te brengen door bemid
deling van een of ander interna
tionaal organisme dan kan men
elke vrees tot overvloed weg laten
en kunnen onze kwekers verder
gaan op de weg van de algemene
verbetering, zonder de vrees aan
de overvloed ten onder te gaan.
Deze oorzaken hebben tot ge
volg dat de richtprijs op dit ogen
blik niet wordt bereikt.
Daarom werden meerdere be
schikkingen getroffen
De handelsdienst voor Ravi
taillering kreeg opdracht te stocke
ren
De uitvoer van tarwe, graan
en meel wordt overwogen
Het overschot kan verder ge-
denatueerd worden.
In feite is het Departement ge
bonden door het akkoord waar
door bepaald werd dat 7C0.000 ton
zullen afgenomen worden aan de
richtprijs en het overschot aan de
prijs van de wereldmarkt. Het in
mengingspercentage blijft behou
den op 70 De kwaliteitsnormen
voor broodgraan werden bepaald
in 1957 voor een periode van vijf
jaar, zij kunnen dus maar in 1962
worden herzien.
Wat de voedergranen betreft
vestigt hetzelfde lid de aandacht
van de Commissie op de prijs die
geen 80 bereikt van de prijs van
het broodgraan. De aanpassing
van de invoerrechten zou in de
bevoegdheid moeten vallen van de
Minister van Landbouw, opdat
deze tijdig dit middel zou kunnen
hanteren ter verdediging van de
Belgische landbouw.
De Minister erkende dat 80
van de broodgraanprijs niet be
reikt wordt, zulks vooral ten ge
volge van zekere dumpingspraktij
ken vanwege andere landen.
Wat de brouwerijgerst aangaat,
sprak een lid zijn voldoening uit
over het instellen van de kwali
teitspremie van 50 fr. per zak voor
de brouwerij gerst die aan bepaal
de normen voldoet. Hij drukte ech
ter zijn bezorgdheid uit over de on
voldoende aankopen van de brou
werijen die vermoedelijk niet de
volledige voortbrenging zullen op
nemen.
De Minister meent dat aan het
probleem wel een oplossing kan
gegeven worden indien de kwali
teitsnormen zodanig gesteld wor
den dat de brouwerijgerst voldoe
ning geeft aan de mouters. Daar
om moet de brouwerijgerst te vel
de gekeurd worden door de Natio
nale Dienst voor Afzet van Land
en Tuinbouwproducten, en moet
daarenboven ook gezond en in
goede voorwaarden aan de moute
rij geleverd worden.
(Zie vervolg 2' bladzijde 1' kolom).
De Koornbloem
Abonnementsprijs 96 fr. 's jaar»
Men kan zich abonneren op de
postkantoren en bij de briefdragers.
Postcheckr. S. M. Redt I Ze! ven
Handelsregister Aalst Nr 145.
STICHTER EN BESTUURDER
De medewerkers zijn
verantwoordelijk voor hun bijdragen
Het overnemen van artikelen zonde-
aanduiding der bron is verboden