LANDBOUW BERICHTEN VOOR DE STOPPELBEKALKING D O L O K A L. LANDBOUWERS Verbetert de structuur van uw gronden en bemest dezelve met BINNENLAND. Uitvoer van landbouwproducten naar West-Duitsland. De Duitse Bondsrepubliek heeft volgende contingenten geopend voor de invoer van land- en tuin bouwproducten uit verschillende landen, waaronder België en Lu xemburg voor groenten en fruit een niet nader bepaald contingent. Invoer vergunningen kunnen aange vraagd worden tot uitputting van het contingent maar tot uitlijk 20 december 1961 voor verse snijbloemen (behalve tulpen) een niet nader bepaald contingent. Invoervergunningen kunnen aangevraagd tot uitputting van het contingent, maar tot uiter lijk 25 augustus 1961 voor azalea's en hout van fruit bomen een contingent van 510.000 DM. Invoervergunningen kunnen aangevraagd worden tot uitputting van het contingent, maar tot uiterijk 20 december 1961 voor appel- en peresap (ingedikt, samengemengd of niet) een con tingent van 1.600.000 DM. Invoer vergunningen kunnen worden aan gevraagd worden tot uitputting van het contingent, maar tot uiter lijk 20 december 1961 voor komkommers en andere be reidingen met azijn, in luchtdichte verpakkingen een contingent van 1.250.000 DM. Invoervergunningen kunnen worden aangevraagd tot uitputting van het contingent maar tot uiterlijk 20 december 1961 voor bereidingingen van asper ges met koppen, van bonen, van andere groenten en kruiden (be halve artisjokken), in luchtdichte verpakkingen een contingent van 1.950.000 DM. Invoervergunningen kunnen worden aangevraagd tot uitputting van het contingent, maar tot uiterlijk 28 december 1961 voor bereidingen van erwten, in luchtdichte verpakkingen een contingent van 2.400.000 DM. In voervergunningen kunnen worden aangevraagd tot uitputting van het contingent, maar tot uiterlijk 28 de cember 1961 voor confituur, vruchtenmoes en gelei, gekookt, met of zonder toe voeging van suiker, nog niet geli beraliseerd een contingent van 2.100.000 DM. Invoervergunningen kunnen worden aangevraagd tot uitputting van het contingent, maar tot uiterlijk 29 december 1961 Nieuwe landbouwprodukten onder vergunning. Bij ministerieel besluit van 12 mei 1961 (Stsbl. 18 mei) en in werking getreden op 18 mei 1.1., zijn volgen de nieuwe tariefposten aan ver gunning onderworpen: 01.05 B - Hanen, kippen en kuikens, behalve ééndagskuikens 01.05 C - ander pluimvee02.02 - dood pluimvee, alsmede de daarvan afkomstige eetbare slachtafvallen (met uitzon dering van levers), vers, gekoeld of bevroren. Premiën voor bepaalde zuivelproducten. Het ministerieel besluit van 30 juni 1961 (Stsbl. 13 juli) bepaalt voor de maand juli 1961 het bedrag der premiën die worden verleend aan de instellingen die uit Belgische melk zekere kazen, melkpoeder in gedikte melk en caseïne voortbren gen. Regeling van de leergangen in de landbouw, tuinbouw en landbouwhuishoudkunde. Deze aangelegenheid wordt ge regeld bij koninklijk besluit van 4 juli 1961 (Stsbl. 14 juli). Wij komen hierop terug in een volgend num mer. GRIEKENLAND. Ontwikkeling van de pluimveeteelt In 1949 werd door Griekenland vier miljoen dollar uitgegeven voor de invoer van eieren in 1960 was dit bedrag gedaald tot 150.000 dol lar ,- Griekenland brengt thans vol doende eieren voort voor eigen be hoeften. De regering beraamt plannen om de pluimveeteelt verder te be vorderen. Een aantal modelfokke rijen zullen worden opgericht, ter wijl te Megaza een controlestation zal worden gevestigd. ISRAËL. Verbouw van suikerbieten. Suikerproductie In het seizoen 1960/61 waren in Israël 5700 ha met suikerbieten be plant tegenover 3500 ha in het voorgaande seizoen. In het seizoen 1961/62 zal 6500 ha aan de suikerbietenteelt worden besteed. De werkzaamheden ver bonden aan de teelt op het veld geschieden voornamelijk met ma chines. De gemiddelde opbrengst per ha wordt voor het lopend jaar op 0,45 ton geraamd tegen 0,475 ton in het voorgaande jaar. Inmiddels is te Kirjat Gat een derde suikerbe drijf in werking gesteld waardoor dit jaar 32.500 ton witte suiker zal worden voortgebracht. In 1961 zal de helft van de totale suikerconsumptie door binnenland se voortbrenging worden gedekt. ALGERIË. Onbevredigende landbouwtoestand. De toestand van de landbouw op 1 mei 1961 was ongunstig, omdat deregenval onder het normaal peil bleef. De oogst der wintergranen zou 13 miljoen kwintalen niet over schrijden tegenover 24 miljoen ver leden jaar. De droogte heeft de groenvoe- derproducten sterk verminderd. De veestapel lijdt onder het gebrek aan voeders en het mond- en klauwzeer neemt toe. De groenteelt is vroegtijdig en overvloedig, behoudens de worte len. De hoedanigheid der erwten laat te wensen. De fruitoogst is bevredigend. Voor katoenen suikerbieten zijn de vooruitzichten vrij goed. AUSTRALIË. Voortbrenging van tabak. In de laatste 2 jaar is de tabaks productie in Australië verdubbeld, verwacht wordt dat zij in 1962/63 40 van de vraag zal kunnen dek ken en dat in 1963/64 het aanbod zelf de vraag zal overtreffen. De Australische tabak heeft in 1960 een gemiddelde prijs van 137 d. per lb opgebrachtde prijs voor in gevoerde tabak bedroeg 80 d. tot 90 d. per lb, uitgezonderd invoer rechten, die gemiddeld 72 d. per lb hebben bedragen. De opbrengst van de tabaksoogst die 10 jaar geleden enkel l,5milj pond opbracht, steeg in 1959/60 tot 17 miljoen pond sterling. Om onge wenste gevolgen van een snelle productiestijging te voorkomen en inzonderheid te vermijden dat te grote hoeveelheden tabak van minder goede kwaliteit aan de markt zouden komen, zullen des kundigen van de regering overleg plegen met de tabaksplanters. URUGUAY Bevordering van het gebruik van kunstmest. De regering van Uruguay heeft op 24 januari jl. een decreet afge kondigd, dat vergroting van het kunstmestverbruik beoogt. De voor dit doel benodigde geldmiddelen zullen worden geput uit het fonds van invoerrechten. In het lopende jaar zal 30 miljoen pesos worden besteed, o.a. voor prijstoeslagen aan de producenten, verlaging van de havengelden bij invoer van kunstmest, subsidies aan de kunstmestindustrie, kredie ten aan handelaren en voor de aanschaffing van kunstmeststrooi- machines, verlaging van spoorweg tarieven en de inrichting van een Staatslaboratorium voor kunstmest- onderzoek. Onderstaande tabel geeft een beeld van de ontwikkeling van het kunstmestverbruik in Uruguay (in plantenvoedende elementen per verkochte tonnen) Het verbruik voor het lopende jaar van 26.000 plantenvoedende elementen, overeenkomende met een hoeveelheid van ruim 120.000 ton, zal wel te hoog geschat zijn. De beoogde bevorderingsmaat regelen omvatten eveneens een invoerverruiming van kunstmest. Tot juni 1960 was de invoer van kunstmest verboden, doch die van grondstoffen voor de kunstmestin dustrie toegestaan. Bij Dekreet van 24 1 61 is bepaald, dat voortaan al le meststoffen daarvoor zonder be taling van recargo (toeslag) in Uruguay kunnen worden inge voerd. ARGENTINIË. Lagere ramingen voor maïs- en zonnebloempitten. Door overvloedige neerslag zal de maïsoogst, die aanvankelijk op 5,5 tot 6 miljoen ton werd geschat, volgens de eerste officiële raming echter 4,9 miljoen ton bedragen. Deze hoeveelheid ligt evenwel nog 37 boven het gemiddelde van de laatste 10 jaar. Het vochtig weer heeft ook aan de zonnebloemoogst schade be rokkend zodat ook voor dit pro duct de eerste officiële raming be neden de verwachtingen is geble ven. Deze raming is met 660.000 ton ruim 140.000 ton beneden de oogst 1959-60. Inhoudende 10,5 Magnesiumcarbonaat 85 Calciumcarbonaat Verkrijgbaar in de magazijnen van de S. M. REDT U ZELVEN en bij al hare verkopers. fosfor- zuur kali stikstof 1956 5.273 1.718 1.826 1957 6.300 2.118 2.346 1959 9.290 2.331 2.156 1961 (raming) 18.000 4.000 4.000

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Koornbloem | 1961 | | pagina 5