LIHOR APS
Rijkshogere Handelsschool
Plantkunde en Plantlore.
Keizerlijke Plaats, 19, AALST.
Koeien- en
Vaarzenprijskampen,
OUDERS
is een wettig gedeponeerd merk door de Badische Anilin- Soda-
Fabrik A GLudwigshaven/Rhein (West-Duitsland).
De Lihoraps voor de verbouw
als nateelt kan goede resultaten
geven als groenvoeder en als
groenbemesting.
Het gepaste tijdstip om te zaaien
moet in acht genomen worden en
ligt gemiddeld voor Belgie tussen
15 en 20 augustus, voor Hoog Bel
gië mag dit met enkele dagen
vervroegd worden.
Te vroeg, te dicht of in te arme
bodem zaaien doet de Lihoraps
snel opschieten, hij komt te vroeg
in bloei en geeft minder goede
kwaliteit. Te laat zaaien daarente-
qen geeft een zeer goede kwali
teit maar vermindert de opbrengst.
Bereiding van de grond De
grond moet zodanig bewerkt wor
den dat deze fijn genoeg is om het
zaad opia 1,5 cm diepte, zo ge
lijk mogelijk, te zaaien.
De overblijvende granen van de
voorvrucht kunnen de Lihoraps tij
dens zijn groei hinderen, in zekere
qevallen nochtans b.v. met gerst
of haver kunnen deze nuttig zijn,
als mengsel in het voeder.
De Lihoraps groeit praktisch in
alle gronden Het minst aan te ra
den zijn te lichte zandgronden, te
droge, zeer zware kleigrond of
buitengewoon zure gronden.
Hoeveelheid zaad Voor voe
derdoeleinden volstaan 8 kg zaad
per ha. Men zaait in lijnen van 25
cm. Gezaaid met de volle hand
qeeft het eveneens goede uitsla
gen. Wanneer de Lihoraps onge
veer 10 cm hoog staat kan een rei
niging tussen de lijnen heel nuttig
zijn.
Opbrengst De Lihoraps kan
een eiwitstoffenrijke massa opbren
gen van 28 a 30.000 kg per ha op
8 weken tijd Het spreekt van zelf
dat een goede stikstofbemesting
moet toegediend worden. Om een
maximum opbrengst te bereiken is
ongeveer 500 kg stikstof per ha no
dig. Met Lihoraps kan men dus de
voeder periode van het vee met
groenvoeder aanzienlijk verlen
gen.
De Lihoraps weerstaat goed aan
de koude (vorst), hij verdraagt tem
peraturen tot ongeveer 10°. Men
kan dus geleidelijk, zelfs tot in de
winter, volgens de noodwendighe
den, de Lihoraps van het veldweg
halen of zelfs door het vee op het
veld laten afweiden.
Als groenbemesting of tegen
het schadelijk uitdrogen van
de grond Voor deze teelt is
een minder goede voorbereiding
van de grond voldoende. Men kan
de grond licht bewerken, het zaad
zelfs met de volle hand zaaien en
met de rol dichtleggen.
De hoeveelheid zaad moet tot
ongeveer 12 kg per ha verhoogd
worden. Daarentegen mag de stik
stofbemesting met ongeveer de
helft verminderd worden.
De Lihoraps mag later gezaaid
worden, zelfs tot 10 september,
want de ontwikkeling van de bla
deren en de stengels heeft minder
belang het is speciaal de bewor-
teling die de goede struktuur van
de grond bevordert.
Wanneer de Lihoraps een hoog
te van 2 a 3 cm bereikt heeft, kan
deze tussen de lijnen, licht met de
eg dwarsdoor gereinigd worden.
Nochtans, wanneer de Lihoraps
een goede bemesting ontvangen
heeft, blijft praktisch alle onkruid
eronder.
Wij kunnen dus gerust de teelt
van Lihoraps aanbevelen.
De Lihoraps is vanaf 1957 op de
Belgische rassenlijst opgenomen.
Het zaad zal geleverd worden in
klasse origineel met loden en
certificaten van de Belgische Keu
ringsdienst (N.D.A.L.T.P.).
De Lihoraps mag verbouwd wor
den na elk ander graangewas of
plant.
Zaad van Lihoraps is verkrijg
baar bij S M. Redt U Zeiven en bij
hare verkopers.
Men gelieve tijdig te bestellen.
Eerstvolgende
Dinsdag 22 augustus te 9 uur te
OVERMERE, voor 't gewest Kalken,
5.000 fr. toelage.
Woensdag 23 auaustus te 14,30
uur te ZANDBERGEN, voor 't ge
west Zandbergen, 2 500 fr. toelage.
Zaterdag 26 augustus te 14 u. te
ST MARIA LIERDE, voor 't gewest
St Maria Lierde, 3000 fr. toelage.
Dinsdag 29 augustus te 14 uur te
OORDEGEM, voor 't gewest Wet-
teren, samen met grote gemeente
prijskamp.
bezorgt Uw kinderen een goede toekomst. Deze kunnen ze
verkrijgen door het volgen van de lessen in de
Deze inrichting omvat
Een DAGSCHOOL waar men volgende diploma's kart
bekomen Boekhouder, Tweetalig Correspondent en Tweetalig
Steno-Typist, Gegradueerde in de Boekhouding en Bankwezen,
Viertalig Secretaris en Viertalig Steno-Typist, Geaggregeerd
leraar (regent) in het Handelsonderwijs.
B. Een AVOND- en ZONDAGSCHOOL waar men
volgende diploma's kan bekomen Hulpboekhouder, Boekhouder,
Gegradueerde in de Boekhouding. Eentalig Steno-Dactylograaf,
Tweetalig Correspondent en Tweetalig Steno-Typist, Viertalig
Secretaris en Viertalig Steno-Typist. Daarenboven kan men ge
tuigschriften bekomen voor de Nederlandse, Franse, Engelse,.
Duitse, Spaanse en Russische taal.
Zowel juffrouwen als heren worden toegelaten.
Inlichtingen bij de Directie van de School. Tel. 223.21
Een verzameling Mythen, Legenden en Volkskundige
bijzonderheden In betrekking tot Planten en Bloemen.
door ALOIS SUYS.
46
De Dadelpalm.
Phoenix dactylifera. Lat..
Ie Dattier, Fr.
De Kokosboom.
Cocos nucifera. Lat..
Ie Cocotier, Fr.
De Bamboe.
Bambusa arundinacea, Lat.,
Ie Bambou, Fr.
De dadelaar zou volgens een ge
kerstende legende uit een droge
citroenstok zijn ontstaan. Zaliger
Deken De Bo dichtte daarover, in
dat pittig, zangrijk, zoetsappig
West-Vlaamse Diets, een allerliefst
verzenstukje, zoals enkel een West-
Vlaams Poëet zijn gedacht vertol
ken kan. Wij kunnen de lust niet
wederstaan dat lieve gedicht, dat
wij in lang verzwonden schooltijd
van buiten hebben geleerd, hier
letterlijk over te schrijven.
De Dadelboom.
In Egypte's zandwoestijne
Leefde een oude kluizenaar.
En bij hem een brave jongeling
Volgde zijne deugden naar.
Eens, de hoog bedaagde vader
Kwam bij zijne leerling aan,
Met een stok van droog citroenhout
Gans vermolsemd en vergaan.
Ga, mijn zoon zo sprak de grijsaard.
En gaf hem de stok in d'hand,
Ga, en plant die droge knuppel
Ginder ver in 't droge zand.
Tweemaal daa^swil hem besproeien
Met het water uit de bron,
Eens bij 't krieken van de morgen,
Eens bij 't dalen van de zon
En de jongeling zonderen haperen,
Nam de knuppel in de hand.
En op de aangewezen plaatse
Plantte hij hem in 't droge zand.
Elke uchtend, elke avond,
Ging hij naar de dorre stok,
En begoot hem met het wa er
Dat hij uit de bronne trok.
Dagen, weken, maanden vlogen,
En dgrijsaard zag verblijd.
Dat de vlijt niet en verflauwde
Van de jonge eremijt.
Eindelijk sprak hij met een glimlach
Zijne vuurgen leerling aan
Zoon de stok, die gij besproeidet,
Zeg, hoe is 't met hem vergaan
Vader, wel zei hem de jongling,
Zo eenvoudig als een kind
'k Hebbe hem zo wel begoten
Dat hij groeit en vruchten wint.
Vruchten 1 sprak verbaasd de
[grijsaard.
Ja, hernam de jongeling,
Daadlen rijpen op de knuppel,
Die in ene boom verging
'k Wil dit wonder zien des Heren.
Sprak de grijze kluizenaar
En zij trokken beiden henen
Naar de nieuwe dadelaar.
Lange, uitgekorven bladeren
Groeiden uit de knuppel op.
En zij hingen neergebogen
In een krone rond de top,
En de grijsaard zag de dadlen
Op de knuppel van citroen,
Tussen vele bloempjes rijpen,
Dadelbloempjes geel en groen.
En hij sprak in 't hart bewogen
Uit dit wonder, leer, mijn kind
Hoe dat hij. die blind gehoorzaamt,
Van de Hemel wordt bemind.
Het was een zoele, heerlijke voor-
avondstond. De van de hemeltrans
langzaam nederduikende zon goot
haar goudglanzend licht over de
zachtjes wiegende wateren der
zoetzingende zee.
Het uitspansel was sereen, door
schijnend als kristal, blauw ge
kleurd als maagdelijk azuur. Aan
de verre, peilloze einder hingen
schapenvlokjes opengespreid. Een
lijzig, verfrissend windje, gedragen
op de vleugelen van de zephir, be
zwangerd met jode- en broomgeu-
ren uit de onmetelijke plas opgezo
gen, was een stikhete dag komen
verkoelen en speelde dartelend
met de klaterende, witrozig ge
schuimde golfkammetjes der heen
en weerschommelende baren.
De schone Ina baadde zich be
haaglijk in de lauwe wateren der
onmetelijk grote zee. Een rozig bad
was het, waarin zij haar slank, sier
lijk besneden lichaam zo argloos
bewoog lustig en kunstig haar
heen- enweerzweven door dat roe
rige sop. Myriaden en nog myria
den polypen, onzichtbare leve-
lingskens kleurden zachtrozig de
ondiepe wateren der rifbankenzee,
en speelse, veelkleurige visjes
stoeiden met elkaar tussen de
knoestige armstompjes der dwerg-
wassende koraalheesters achterna.
Op de bodem der zee, en tus
sen de spleten en kloven der rif-
banken glunderden half geopende
oesters met parelige ogen de be
koorlijke godin guitig aan. Nu eens
liet Ina zich willig wiegen door de
huppelende baartjes, of haar weel
derige lokken tooien met dezer in
de zon fonkelend schuim, of nog
haar willoos lichaam henen en
weerrollen door de sparkelende
most. Dan weer schoot zij behen
dig en snel het henenvliedend vis-
senheir achterna, of zwenkte in
kronkelende bochten om en door
het mysterieus koralenbos.
('f Vervolgt).
