LAND- EN TUINBOUW
1 1
Vleesvoortbrengst en -verbruik
Weekblad
Rcchtskundige Dienst
Voor en door de Landbouwers
Arbeid adelt
in Europa en elders»
KANTOREN
Het inkomen uit
in België en Nederland.
AALST 30 JANUARI 1965.
Verschijnt tt.-dere zaterdag
44ste JAARGANG Nr 2164
Beheer Zeebergkaai 5, Aalst
Tel. (053) 242.67
Voor de Ontwikkeling en de
Standsverdediging van de Landbouwers
Uit
Lanc
gegeven door de
Lbouwersverenigin c
FtEDT U ZELVEN
Nr 14.25.93.
O. CAUDRON.
De stijgende welvaart waarvan we
in westelijk Europa sinds enkele ja
ren getuigen zijn heeft een merkelij
ke verandering teweeggebracht in de
voedingsgewoonten van een aanzien
lijk deel van de bevolking.
De verbruikers zijn meer belang
gaan hechten aan de kwaliteit van en
de verscheidenheid in de voeding. Er
kwam meer evenwicht in de voe
dingsbestanddelen. Er worden minder
meelspijzen genuttigd in het voordeel
van voedingswaren die rijker zijn aan
eiwitstoffen.
Zo wordt er nu veel meer vlees ver
bruikt dan vroeger. Het vlees is nu
het voornaamste bestanddeel van de
voeding, daar waar het vroeger
slechts op de tweede of de derde
plaats kwam in de samenstelling van
de maaltijden.
Het verbruik van ossen- en kalfs
vlees is sterk gestegen in alle West-
Europese landen, waar vroeger dit
verbruik eerder aan de lage kant lag.
Gedurende de laatste twintig jaar
grepen er inderdaad in deze landen
diep ingrijpende sociale en economi
sche veranderingen plaats.
Men neemt aan dat in West-Europa
nu 60% verbruikt wordt van de we-
reldvoortbrengst van kalfs- en ossen
vlees, 35% in Noord-Amerika en 5%
in de rest van de wereld. Maar deze
60% vertegenwoordigt slechts de
helft van het totale vleesverbruik; de
andere helft bestaat uit varkensvlees,
schapenvlees, gevogelte, enz. In ver
band hiermede kan aangestipt worden
dat het procentueel verbruik van os
sen- en kalfsvlees aanzienlijk hoger
ligt in de Verenigde Staten en in Ca
nada.
De vraag naar vlees is dus aanzien
lijk gestegen, en bijgevolg ook de
voortbrengst van ossen- en kalfs-
Onze rechtskundige houdt zijn
zitdag zondag 31 jan. a. s.
tussen 9 en 11 u. Deze zitdag
wordt gehouden in onze
aan de Zeebergkaai 5,
te AALST
vlees. In sommige landen heeft de
voortbrengst het verbruik kunnen vol
gen, en behaalde men overschotten
voor de uitvoer; in andere landen,
waar de natuurlijke omgeving minder
gunstig was voor de veekweek, heeft
men het verbruik niet kunnen volgen
en was men verplicht beroep te doen
op het buitenland. De vraag naar, en
de handel in vlees, is dan ook een
belangrijke plaats gaan innemen in 't
internationaal goederenverkeer.
De bevoorrading in vlees hangt na
tuurlijk af van de omvang van de vee
stapel, ossen en koeien. Hieruit volgt
dat de vleesvoortbrengst onderhevig
is aan de invloed van de prijzen van
het veevoeder, van de melk en van
het slachtvee op voet. Vallen deze
prijzen ongunstig uit voor de land
bouw, dan vermeerdert de aanvoer
van slachtvee.
Ook de biologische factoren oefe
nen hun invloed uit op de vleesmarkt.
Wanneer voor nijverheidsprodukten
de vraag stijgt, kan er gewoonlijk in
betrekkelijk korte tijd aan voldaan
worden. Dat is niet het geval voor het
vlees, omdat hier de voortbrengst en
het aanbod afhankelijk zijn van de
dracht- en de groeiperiode van het
vee.
Wat nu de wereldbevoorrading be
treft inzake vleesvoortbrengst- en
verbruik, kan men in grote lijnen drie
geografische gebieden onderschei
den Noord-Amerika, Europa en Ja
pan.
In Noord-Amerika (USA en Canada]
is de vleesvoortbrengst voldoende,
en om te voldoen aan de vraag naar
kwaliteitsvlees, en voor 'n merkelijk
gedeelte ook aan de uitvoer. Gedu
rende de laatste jaren werd er echter
in die landen ook veel vlees van min
dere kwaliteit ingevoerd om te vol
doen aan de behoeften van de vervor
mingsnijverheden charcuterie, con
serven, worsten en dergelijke. Men is
echter de mening toegedaan dat de
ze invoer over zijn hoogtepunt heen
is, en dat de statistieken voor 1964
een vermindering van invoer zullen
aantonen ten overstaan van 1963.
In Europa, in zijn geheel genomen,
is de vleesvoortbrengst nog onvol-
(Zie vervolg onderaan hier neven)
In dit artikel zullen we het nog
maals hebben over de wijze van be
rekening van het inkomen zoals dit in
beide landen op een verschillende
manier toegepast wordt. We kunnen
immers geen vergelijking maken wan
neer we de berekeningsmethode niet
kennen. We zullen nu zien hoe men te
werk gaat voor de tuinbouw en voor
de veehouderij.
De tuinbouw omvat de groente- en
fruitteelt, de bloembollenteelt, de
bloem- en boomkwekerijen en de
zaadteelt, met uitzondering dan van
de landbouwzaden.
Voor Nederland zijn gegevens van
het Produktschap voor Groenten en
Fruit beschikbaar omtrent hoeveelhe
den, gemiddelde prijzen en waarde
van de veilingaanvoer van groenten
en fruit, onderscheiden naar de ver
schillende voortbrengsels. Deze ge
gevens worden per produkt verhoogd
met schattingen over het deel, dat
buiten de veiling om wordt verhan
deld. De bestemmingen per produkt,
nl. de verwerking in de nijverheid, de
uitvoer, het binnenlands verbruik, zijn
eveneens uit gegevens van het Pro-
doende om te beantwoorden aan een
steeds stijgende vraag. Maar hier is
de toestand niet dezelfde in alle lan
den. Sommige landen, zoals Dene
marken, Nederland en binnen afzien
bare tijd wellicht ook België, kunnen
in eigen behoeften voorzien. Dene
marken kan zelfs een goed gedeelte
van zijn vleesvoorraad uitvoeren.
Maar dat zijn uitzonderlijke toestan
den. Europa moet nog veel ossen- en
kalfsvlees invoeren; het blijft zelfs
het grootste afzetgebied onder dit op
zicht.
In Japan is de toestand weer an
ders. Ossen- en kalfsvlees nemen
daar in de voeding een tweede rangs
plaats in; de eiwitten in hun voeding
komen voort van traditionele voe
dingsmiddelen, waaronder de rijst 'n
grote plaats inneemt. Daarom neemt
in Japan de vleesvoortbrengst en de
invoer van vlees een betrekkelijk
kleine plaats in.
(slot volgt)
duktschap afgeleid.
De produktiewaarde van bloembol
len, bloemen en planten, bomen en
zaden, wordt berekend uit uitvoercij-
fers aangevuld met ramingen over de
binnenlandse afzet. Deze rekeningen
worden jaarlijks gemaakt door een
commissie van deskundigen.
in België wordt de tuinbouwproduk-
tie in waarde- en voor wat groenten
en fruit betreft eveneens in hoeveel
heid- geraamd in samenwerking met
verschillende raadgevende commis
sies waarin deskundigen van de ver
schillende takken zetelen.
Hierbij wordt gebruik gemaakt van
alle beschikbare inlichtingen aan
gaande beteelde oppervlakten, schat
tingen van rendementen in- en uitvoer
en prijzen die genoteerd werden op
veiligen en markten.
Wanneer men deze twee werkwij
zen gaat vergelijken dan ontkomt men
niet aan de indruk dat men in Neder
land over heel wat nauwkeuriger ge
gevens beschikt dan bij ons, dank zij
het bestaan van het lichaam dat men
Produktschap noemt, ofschoon van
zelfsprekend ook een deel door schat
tingen moet bepaald worden met al
de gevolgen eruit voortspruitend.
Hoe is het nu gesteld met de wijze
van berekening inzake veehouderij
Zeggen we vooreerst op wat de vee-
houderijproduktie zoal slaat.
Op de eerste plaats is er natuurlijk
het vee rundvee, varkens, paarden
en schapen. Dan komt het vlees de
melk, met boter en kaas. Volgt dan
pluimvee, eieren en eindelijk de ove
rige produkten zoals wol, honing en
dergelijke meer.
Bij de raming van de produktie wat
de hoeveelheid betreft wordt in beide
landen gebruik gemaakt van gelijk
soortige statistieken. Voor de uitvoer
van levend vee en de veranderingen
in de veestapel zijn dit respectieve?
lijk de statistiek van de in-, uit- en
doorvoer en de tellingen van de vee
stapel in het raam van de jaarlijkse
landbouwtellingen.
Wat de slachtingen betreft, ver
schaft de Belgische statistiek recht
(Zie vervolg 2e bladz. 3e kolom)
De Koornbloem
Abonnementsprijs 120 fr. 's jaar»
Men kan zich abonneren op de
postkantoren en bij de briefdragers.
Postcheckr. S. M. Redt U Zeiven
Handelsregister Aalst Nr 145.
STICHTER EN BESTUURDER
De medewerkers zijn
verantwoordelijk voor hun bijdragen
Het overnemen van artikelen zonder
aanduiding der bron is verboden
2de bijdrage)