UW WEIDEN.
V oortbrengst, uitgaven en
inkomsten in de landbouw»
Rechtskundige Dienst
KANTOREN
WEEKBLAD VOOR DE ONTWIKKELING EN DE STANDSVERDEDIGING VAN DE LANDBOUWERS
ARBEID ADELT
Een zeer belangrijk onderdeel van uw bedrijf,
Onze rechtskundige houdt zijn
zitdag zondag 30 jan. tussen
9 en 11 uur.
Deze zitdag wordt gehouden
in onze
aan de Zeebergkaai 5,
te Aalst.
OPMERKING
Wij moeten er hier uitdrukke
lijk op wijzen dat deze rechts
kundige dienst slechts koste
loos is voor onze leden. Ieder
lid dient dus voorzien te zijn van
zijn abonnementskwijting op «De
Koornbloem», zoniet zal hij, zo
als de niet-leden, het bedrag van
een jaarabonnement op De
Koornbloem zijnde 120 fr., per
raadpleging dienen te betalen.
Wanneer een lid zijn bewijs
van lidmaatschap zou vergeten
zijn zal hem eveneens dit
bedrag worden aangerekend.
Dit zal hem echter op onze bure
len worden terugbetaald op zijn
aanvraag en mits voorlegging
vanzijnbewijs van lidmaatschap.
Iedereen wordt verwittigd dat
hierop geen uitzonderingen kun
nen gemaakt worden.
Ongeveer de helft van de oppervlakte van de landbouwgrond in België wordt
door weiden ingenomen. Dit verschilt sterk van streek tot streek; maar hoe het in
uw omgeving ook moge zijn, elke rundveehouder moet er zich nu meer dan ooit
van bewust zijn dat de weiden een zeer belangrijk onderdeel zijn van zijn bedrijf.
Het is dus ook van niet te onderschatten belang alle weiden op de beste manier
te verzorgen. In werkelijkheid moeten wij echter nog maar al te dikwijls vaststellen
dat talrijke weiden uiterst stiefmoederlijk behandeld worden
De weiden, zowel de graas- als maaiweiden, moeten de meest geschikte hoog-
produktieve en waardevolle grassen bevatten en ze moeten op de meest inten
sieve wijze door de boer kunnen uitgebaat worden. Tevens moeten de weiden ge
zond zijn dit wil niet alleen zeggen dat het gras een gepaste minerale samenstel
ling moet bezitten om voedingsstoornissen (b.v. kopziekte) te voorkomen, maar
het mag evenzeer geen bron zijn van besmetting met bepaalde parasitaire ziekten,
zoals grashoest, leverbotziekte en darmwormaantastingen.
Om dit alles te bereiken, en in de het spreekt vanzelf dat deze beter nu en-
huidige steeds scherper wordende omstan
digheden moet het wel, zijn talrijke
maatregelen noodzakelijk in de meeste
hiervan moet jaarlijks of zelfs meerdere
malen in het jaar door de boer zelf voor
zien worden, enkele daarentegen zijn
vooral van de goede wil van de openbare
instanties afhankelijk.
WA TERBEHEERS1NG
Dat wij in België op dit gebied schro
melijk achteruitstaan weten we al lang;
het is alleen maar spijtig dat wij 'n ramp
jaar zoals 1965-66 moeten beleven opdat
er weer eens wat dringende moties in so
bere ministeriële verklaringen zouden ge
baard worden; maar wat zal het weeral
opbrengen Het is nu al zoveel jaren dat
er over de dringende noodzaak van een
goed geordende waterbeheersing in België
gepalaberd wordt. Zelfs zonder de over
stromingen zoals wij ze nu gekend heb
ben en nog beleven, berokkent de slech
te waterbeheersing onze landbouw jaar
lijks een enorme miljoenenschade.
Is het dan werkelijk zo moeilijk om tot
een goed geordende samenwerking te ko
men tussen alle instanties die iets in de
waterbeheersing te zien hebben? Wij ho
pen en dringen er met klem op aan dat er
nu eindelijk eens ernstig werk van ge
maakt wordt; dat men alle petieterige
en, o zo belachelijke persoonlijke kwes
ties lere op zij zetten en alleen nog oog
hebbe voor het werkelijk algemeen boe-
renbelang.
Een slechte ontwatering speelt niet al
leen de leverbotziekte in de hand, zoals wij
vorige zondag in het Boer- en Tuinders-
programma van de T.V. konden verne
men, maar zonder passende ontwatering
is het ook onmogelijk om de gewenste
goede grasflora te bekomen of in stand
te houden. Overigens is het ook onmoge
lijk om dergelijke natte, koude weiden
werkelijk intensief uit te baten.
In sommige gevallen is de streekontwa-
tering wel voldoende en moet de boer er
alleen nog voor zorgen dat zijn weiden
behoorlijk gedraineerd zijn; dit mag hij ze
ker niet langer uitstellen.
Sommige weiden zijn ook te droog om
er een goed grasbestand lang te behouden;
kele jaren gescheurd worden en vervangen
door tijdelijke weiden, desnoods met
kunstmatige beregening, of gewoon be
werkt worden voor het winnen van aller
lei groenvoeders.
ALGEMENE VERZORGING
EN ONKRUIDBEST RIJDING.
Dut de molhopen en koeplakken na
iedere begrazing regelmatig moeten open
getrokken worden, dat zal iedere goede
boer nu toch wel stilaan gaan beseffen.
Bij een tijdelijk hoge grondwaterstand zou
hij er ook moeten van profiteren om de
mollen op te zoeken en te vangen, Mollen
zijn schadelijke dieren; niet alleen omdat
zij uw grasmat kapot maken, maar ook
omdat zij aardwormen eten; welnu de
aardwormen of pieren zijn uw beste
knechten voor verbetering van de struk-
tuur van uw grond.
Het is soms bedroevend om vaststellen
hoeveel weiden nog met boterbloemen of
zelfs met distels overwoekerd zijn.' Noch
tans kunnen deze onkruiden met de thans
bestaande selektieve bestrijdingsmiddelen
zeer gemakkelijk bestreden worden. In uw
eigen groot belang, doe het dan toch!. Een
produkt, zoals Bi-agroxone, verspoten te
gen 2,5-5 liter per hektare bezorgt U de
beste resultaten.
Het spreekt van zelf dat ook de weide-
afsluitingen in orde moeten zijn; niet al
leen om te beletten dat uw vee wegloopt,
maar vooral om uw weiden door perceels
gewijs begrazen of door dagrantsoenbe-
weiding zo intensief mogelijk uit te ba
ten. Liggen uw weiden in de nabijheid
van uw hoeve, dan is de elektrische wei-
deafrastering zeker de goedkoopste én
meest doeltreffende methode. Is hierin
nog iets te doen, doe het dan zonder ver
der uitstel, zodat U vóór de aanvang vdn
het nieuw weideseizoen helemaal klaar
staat.
BE KALK ING EN BEMESTING
Zijn uw weiden volgens een betrouw
bare grondontleding nog te zuur, aarzel
dan niet om ze nog deze winterde voor
geschreven hoeveelheid kalk te, bezorgeh-
Geef ze dan nu, terwijl ze nog bevroren
en dus goed toegankelijk zijn, de passen
de hoeveelheid gebluste poederkalk óf
{Zie vervolg 2' bladzijde l' kolom)
Aalst 22 januari 1966
45ste jaargang Nr 2213
k.-
Jaarabonnement 120 F
Postrekening nr 1425 93
van S.V. «REDT U ZELVEN» Aalst
Handelsregister Aalst nr 145
Het overnemen van artikelen
is toegelaten mits vermelding
van de bron
Uitgegeven
door de
Landbouwers
vereniging
REDT U
ZELVEN
stichter
O. CAUDRON
Beheer
Zeebergkaai 5
Aalst
Tel. 053/ 24 267
Voor de vijfde maai sinds het einde
van de tweede wereldoorlog publice
ren de Verenigde Naties een verslag
over de toestand van de landbouw in
de verschillende Europese landen. De
ze verslagen zijn altijd zeer belang
rijk omdat ze een algemeen beeld op
hangen van de landbouwkundige ont
wikkeling.
Minder werkkrachten, meer kapi
taal. Dat is het eerste opvallende feit
dat de Europese landbouw kenmerkt,
vooral in de landen van noord-west
Europa.
In deze landen verminderde het aan
tal landbouwarbeiders met 30 p.c. tij
dens de periode 1950-1962. Gelijklo
pend met dit verschijnsel kon men een
vermeerdering van de landbouwvoort-
brengst vaststellen. De prestatie per
landbouwarbeider vermeerderde gedu
rende dezelfde periode van 80 tot 100
p.c. in verschillende landen, niet en
kel in Engeland, België, Frankrijk,
West-Duitsland, maar ook in Oosten
rijk en Italië. Van 1957 tot 1962 was,
tenminste in zeven landen, de stijging
der prestatie per arbeider sterker in
de landbouw dan in de nijverheid.
Om de vermindering van de arbeids
krachten in de landbouw te vergoe
den was 't nodig de mechanisering op
te voeren en verschillende andere ver
beteringen in de landbouwuitbating te
verwezenlijken. Zo moesten de inves
teringen onvermijdelijk en voortdu
rend stijgen. Zo lagen in de jaren 1960-
62 deze investeringen in noord-west
Europa, 60 p.c. hoger dan in 1950-52
om globaal 200 miljard Fr te bereiken
(3.850 miljoen dollar), waarvan min
stens de helft bestaat uit nieuw aan
gevoerd kapitaal.
De vermindering van het aantal
landbouwarbeiders en de verhoging in
aantal en waarde van de gebruikte
landbouwmachines, bracht met zich
mee dat het geïnvesteerd kapitaal per
arbeidseenheid gevoelig steeg. In
sommige Tanden, zoals in Zwitserland,
West-Duitsland, Zweden, en nog ande
re, bedraagt de waarde van het mate
rieel en de machines die ter beschik
king staan van elke persoon werkzaam
in de landbouw van 55.000 tot 70.000
BFr.
Tengevolge van de geschetste ont
wikkeling steeg het aantal arbeiders
in deze nijverheidsondernemingen die
hoofdzakelijk voor de landbouw wer
ken. De landbouwers moesten immers
meer en meer beroep doen op de me
dewerking van fabrieken die meststof
fen, tractors, landbouwmachines en
dies meer op de markt brengen.
Zo stelt zich de vraag in welke ma
te de landbouwarbeiders die het land
vaarwel zegden overgegaan zijn naar
die nijverheden die in de eerste plaats
voor de landbouw werken, en of ook
op die wijze het aantal werkkrachten
dat, rechtstreeks of onrechtstreeks,
voor de landbouw werkzaam is, ver
minderde.
Steunend op een statistische me
thode uitgewerkt door Professor Do-
vring van de Universiteit van Illinois
{Zie vervolg 2e bladzijde 2' kolom