Er zijn geen boeren teveel» Eimeria Necatrix, de dodende coccidie. VI v I WEEKBLAD VOOR DE ONTWIKKELING EN DE STANDSVERDEDIGING VAN DE LANDBOUWERS ARBEID ADELT Rechtskundige Dienst xp jyy mM Zaterdag 18 juni 1966 45ste jaargang Nr 2234 Uitgegeven door de Landbouwers vereniging RPDT U ZELVEN stichter O.CAUDRON Sommige mensen die volledig bui ten de landbouwproblemen staan en gewend zijn uiterst oppervlakkig vraagstukken te beoordelen, die zij niet kennen, laten zich wel eens uit in deze zin dat men al te veel doet om de boeren te helpen en dit zou dan in EEG-verband nog zwaardere lasten op de gemeenschap leggen. Over dit teveel aan hulp vanwege de openbare machten kunnen de boe ren zelf een ander boekje openen maar laten wij dit voorlopig nog in 't midden houden en de bewering eens aan de tand voelen, als zou in ons land de landbouwbevolking gerust mo gen verdwijnen, zonder noemenswaar dige nadelen, omdat men zijn voedsel dan van elders zou kunnen betrekken. Prof. Constant Boon heeft hierbij voor een paar dagen te Brussel vol gende opmerking gemaakt «Sommige financiers, ekonomisten en politici schijnen bij het vernemen van de financiële lasten, die zullen voortspruiten uit het voeren van het gemeenschappelijk landbouwbeleid 'n slag in de maag ontvangen te hebben. Weer doen uitlatingen de ronde als wat is het behoud van de landbouw in het Europa der Zes, en meer in het biezonder in België, een dure zaak. Het zou toch veel goedkoper zijn voor de gemeenschap en zeker voor de ver bruiker indien we de landbouw een voudig aan zijn lot zouden overlaten en ons op de zogezegd goedkopere wereldmarkt zouden bevoorraden Deze drogreden wordt door hem in volgende bewoordingen weerlegd Men bedenke echter dat België geen uitzondering is met 40% minder aktieve personen in de landbouw dan 15 jaar geleden. Duitsland, Frankrijk, zelfs Amerika, geven cijfers van de zelfde grootte. Enkele jaren geleden begonnen schuchtere stemmen op te gaan om te wijzen op hetgeen we de schande van onze welvaartsekonomie moeten noemen, die naast onplaats bare hoeveelheden voedingsvaren, voor de drie vijfden van de mensheid gekenmerkt is door grote ontbering en honger. Enkele specialisten, die men toen voor fantasten versleet, wezen er op dat waarschijnlijk in 1980 en toch ten allerlaatste in het jaar 2000 te reke nen zou zijn met een tekort aan voe- dingswaren voor de koopkrachtige be volking Wanneer men dus op wereldvlak gaat redeneren dan ziet men in dat het ijdele hoop blijkt te zijn over enkele jaren nog zijn voedsel uit het buitenland te kunnen betrekken. Er zal een ogenblik komen waarop dit niet meer mogelijk zal zijn. Prof. Boon stipt in dit verband nog aan De graanvoorraden die gisteren nog onoverzichtelijk waren men sprak toch van een gezamenlijk over schot van 150 miljoen ton smelten weg als sneeuw voor de zon, zodat de Verenigde Staten van Amerika voor volgende jaren een doelbewuste produktie-uitbreiding van de tarwe met 15% op het oog hebben Dit wat Amerika betreft, maar hoe staat het ermee in andere grote lan den met een zeer aanzienlijke en steeds nog aangroeiende bevolking, zoals deze van het Verre Oosten Men is geneigd te denken dat de-, ze evolutie zich voltrok wegens de uit zonderlijke droogte die India teister de. Deze droogte met de bittere hon gersnood aldaar heeft er wel deel aan gehad, doch de stijgende aankopen van Japan, van China, van Rusland zijn geen toevalligheden. Ze spruiten voort uit gestegen behoeften, uit ge stegen bevolking, uit gestegen koop kracht aldaar Wanneer men met kracht van argu menten en bewijzen heeft aangetoond dat onze wereld het niet zonder boe ren kan stellen, dan is het even nood zakelijk als vanzelfsprekend besluit, dat de bewindvoerders er zorg dienen voor te dragen dat de producenten, die de boeren zijn, ook een mens waardig inkomen zouden kunnen ge nieten. Op de eerste plaats mag men er niet mee doorgaan de zo noodzakelijke bo dem, de landbouwgronden, steeds (Zie vervolg 2 bladzijde 4' kolom) Onze rechtskundige houdt zijn zitdag zondag 26 juni a. s. tussen 9 en llu. Deze zitdag wordt gehouden in onze KANTOREN aan de Zeebergkaai 5, te AALST. Hieronder ten behoeve van onze kippenhouders enkele bevindingen en beslui ten van de Hendrix' Veeartsenijkundige Dienst in verband met de acute dunne- darm-coccidiose. Reeds meermalen hebben wij, in de loop der jaren geschreven over coccidiose. Wij zijn er echter van' overtuigd, dat elke pluimveehouder, zowel de doorwin terde als de nieuweling in het vak, het interessant zal vinden, op dit tijdstip van het jaar, (opnieuw nog) eens dit onderwerp behandeld te zien. Waar wij echter vroeger dit thema altijd in zijn geheel, coccidiose in het alge meen, in proza en in zuiver theoretische uiteenzettingen hebben behandeld, zullen we nu eens dit jaar, over één enkele wel bepaalde vorm van coccidiose de acute dunnedarm coccidiose de praktijk in nuchtere cijfers weergeven en voor zichzelf laten spreken. Hiervoor kunnen we gebruik maken van de cijfers van onze autopsie-dienst, welke sinds jaren ten dienste staat van al le pluimveehouders, zowel niet-kliëntcn als kliënten. Voor een onderzoek volstaat hei dut de pluimveehouder zich wendt tot onze plaat selijke voorlichter, die dan het nodige zal doen om enkele dieren uit een koppel op ons laboratorium in Merksem te laten on derzoeken. In dit artikel geven we de cijfers weer van drie jaar onderzoek, namelijk 1963, 1964, 1965 en respectievelijk in tabel 1. Inzendingen en in tabel 2. Diagno sen van Eimeria necatrix Verder werden al deze cijfers onderver deeld en gerangschikt in inzendingen en diagnosen per maandjanuari, februari, maart... enz. Tenslotte vindt de lezer per jaar en per kalendermaand, de cijfers onderverdeeld in de klassen 0, 12, 3, 4, 5, 6 en samen gesteld in een kolom totaal. Deze klassen geven een indeling van de ingezonden dieren in soort en leeftijd. Onder 0 werden geklasseerd alle in zendingen van mestkuikens. Onder 1zijn alle inzendingen van leg- kuikens geklasseerdvan de leeftijd van 1 dag tot en met 7 weken. Onder 2alle legkuikens van 8 tot en met 12 weken. Onder 3alle inzendingen van dieren van de legsector tussen 13 en 17 weken oud. Onder 4 idem zoals hoger onder 3, maar van dieren tussen 18 en 22 weken. Onder 5vinden we alle inzendingen van de legsector, van dieren begrepen tus sen 23 weken en 1 jaar oud. Onder 6alle dieren uit de legsector ouder dan 52 weken 1 jaar). Om deze tabellen te interpreteren gaan we uit van de redenering, dat gezien in de practijk de mogelijkheid bestaat om dieren te laten onderzoeken wanneer ge wenst, deze cijfers in een redelijke mate de practijkmoeilijkheden weerspiegelen. Wat kunnen we nu afleiden uit deze ge gevens (Zie vervolg 2e bladz. Ie kolom 11 I! X Jfe.-A Jaarabonnement 120 F Postrekening nr 1425 93 van S.V. «REDT U ZELVEN» Aalst Handelsregister Aalst nr 145 Het overnemen van artikelen is toegelaten mits vermelding van de- bron Beheer Zeebergkaai 5 Aalst Tel. 053/ 24 267 /'■•y 8 X4L'. a?, es Coccidiose zal hier geen probleem zijn.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Koornbloem | 1966 | | pagina 1