Commercialisatieproblemen Protectionisme en vrijhandel in de landbouw. Rechtskundige Dienst WEEKBLAD VOOR DE ONTWIKKELING EN DE STANDSVERDEDIGING VAN DE LANDBOUWERS ARBEID ADELT in land- en tuinbouw. Zaterdag 13 augustus 1966 45ste jaargang Nr 2241 A-*» ■-» Uitgegeven door de Landbouwers vereniging REDT U ZELVEN stichter O. CAUDRON De vereniging van Ingenieurs en Gedi plomeerden van het Land bouwinstituut te Leuven hield onlangs haar studiedag met als thema Commercialisatie en afzet van landbouw- en tuinbouwprodukten On getwijfeld heeft deze studiedag een grote bijdrage geleverd tot het helpen oplossen van het complexe en brede commerciali- satieprobleem dat zich in België met be trekking tot de afzet van land- en tuin bouwprodukten voordoet. Distributie en consument Op het programma stonden drie be langrijke referaten, waarvan het eerste ge houden werd door de heer de Cooman d'Herlinckhove, die het standpunt van de distributie en de consument vertolkte. Hij overliep hierbij de commercialisatie van een aantal belangrijke voedingsproduk- ten, met name boter, kaas, melk, eieren en vlees. In verband met boter consta teerde spreker, dat het verbruik ervan ge daald is tot 9 kg per hoofd per jaar. Daarentegen steeg het verbruik van mar garine van 3 kg (1950) tot 13 kg (1963). De boter wordt te duur terwijl gewaar schuwd dient te worden tegen de al te dure verpakkingen. Een beperkt aantal botermerken is zeker gewenst. Terwijl reeds boter wordt opgeslagen voor de pe riode 1966-1967 bevindt zich r.og 2.000 ton boter van het vorig seizoenin koelkasten, die zal moeten worden afge zet aan zeer lage prijzen (30 a 40 fr.), De Belgische kaas moet een grotere uni formiteit inzake kwaliteit vertonen, of schoon het dient bevestigd dat de Belgi sche kaasindustrie veel vooruitgang heeft geboekt. De commercialisatie van de melk moet nog meer worden verbeterd terwijl kordaat de richting van de verloren ver pakking moet worden ingeslagen. Spreker ziet grote toekomst in het uperisatiepro- ces, waarbij de melk gedurende 2 1/2 se conden op 150° C wordt verhit, daarna dadelijk wordt gekoeld op 80° C, vervol gens diepgekoeld en in verloren verpak king wordt gebracht. Een dergelijk pro ces garandeert een versheid van ten min ste 2 maanden. De uperisatie wordt reeds in 20 Zwitserse zuivelfabrieken toegepast doch er is maar één Belgisch bedrijf dat dit systeem aanwendt. De afzet van eie ren wordt verzekerd door een van de best georganiseerde sectoren, doch de verpak kingen zouden de versheid niet door een codecijfer doch wel door een werkelijke datum moeten waarborgen. Met betrekking tot het vlees is de heer de Cooman d'Herlinckhove van mening dat de verkoop van levende dieren reeds een aangepaste keus toelaat doch dat de ketting over tussenpersonen vrij lang is en op de prijs' kan drukken. Vandaar dat vele grote distributieondernemingen zelf hun vee wensen te slachten. Ofschoon het algemeen bekend is dat het aantal slachthuizen meer dan voldoende is werd door spreker betreurd dat op een over dreven manier publieke slachthuizen be schermd worden. Hij oordeelde dat het oprichten van enkele private slachthuizen de distributieketting zou verkorten. Verticale integratie in land- en tuinbouw Dit onderwerp werd in een tweede re feraat behandeld door drs. J. Coenen, van het Coöperatie-instituut van de KNBTB. Hij constateerde o.a. dat aan de kant van de vraag naar agrarische produkten grote veranderingen aan de gang zijn. Hij ver noemde achtereenvolgens, de verschuiving in de vraag van de consument, die beter eet; fundamentele v/ijzigingen in de de tailhandel (o.a. verkooptechniek); concen tratie in de handel van voedingswaren en concentratie in de be- en verwerkénde industrie van agrarische produkten (slachtbedrijven, inmaakfabrieken. enz.). Hiertegenover is de aanbodzijde van agrarische produkten geplaatst met o.a. een verdeelde produktie over talloze klei ne bedrijven, onvoldoende concentratie in kwantitatief opzicht van het aanbod en een onvoldoende afstemming in kwalita tief opzicht van de produkten aan de ge wijzigde vraag. Vandaar dat bij de geconcentreerde handel en industrie een begrijpelijke be hoefte opkomt om haar invloed uit te breiden tot alle stadia die een agrarisch produkt doorloopt, zelfs tot de agrarische produktie zelf. Alles wijst erop dat be paalde agrarische prodqkten in toenemen de mate zullen moeten voortgebracht wor den in een of ander met de voedingsmid delenhandel en/of industrie gecoördineerd verband. Dit integratiesysteem kan ver gaande gevolgen hebben voor het land- en tuinbouwbedrijf, zowel t.a. van zijn be staansmogelijkheden als van zijn sociale positie. Vandaar dat land- en tuinbouw deze integratie niet zonder meer aan der den zullen mogen overlaten, maar ze in tegendeel zelf zullen moeten richten en hierin zelf sleutelposities zullen moeten opbouwen en innemen. Een der wegen kan leen volledige integratie van de zijde van handel en industrie zijn door bepaal de agrarische prduktieonderdelen op gro te schaal in eigen regie te gaan verrich ten (mammoetbedrijven). (Zie vervolg 2 bladzijde l' kolom) Onze rechtskundige houdt zijn zitdag zondag 28 oogst a. s. tussen 9 en 11 u. Deze zitdag wordt gehouden in onze KANTOREN aan de Zeebergkaai 5, te AALST Een paar dagen geleden (althans op 't ogenblik dat wij dit artikel schrijven) heeft de dagbladpers gewag gemaakt van het feit, dat het Europees land bouwbeleid, waartoe te Brussel een parig door de zes partnerlanden be sloten werd, bij sommige'Staten, die niet tot de EEG behoren, in geen goe de 'aarde is gevallen. Vooral de Canadese minister van landbouw is in het harnas geschoten en heeft ermee gedreigd zich tot zijn collega's van het meer zuidelijk ge legen Amerika te wenden, om een ge meenschappelijk strijdplan op te stel len inzake de prijzen van de graange wassen, waarvan hij beweert dat de EEG de politiek in een protectionis tisch keurslijf wil wringen waartegen Amerika zich moet schrap zetten. Daarmee is nogmaals de eeuwen oude strijd, ditmaal op landbouwvlak, tussen partijgangers van protectionis me en deze van vrijhandel gerezen, althans ogenschijnlijk. Laat ons eerst een korte omschrij ving van beide begrippen geven. Pro tectionisme is een economisch stel sel dat gesteund is op het toepassen van beschermende rechten, terwijl vrijhandel, zoals het woord het zegt, de handel vrij laat van alle belem meringen, inzonderheid van in- en uit voerrechten. Dat er echter van geen echt protec tionisme kan worden gesproken inza ke het landbouwbeleid van de EEG, blijkt reeds uit de statistieken gepu bliceerd in april van dit jaar in het maandblad van de voorlichtingsdienst van de Europese Gemeenschappen. Om dit te bewijzen halen we de daarin vermelde cijfers aan. De invoer van landbouwprodukten uit derde lan den, dus uit landen van buiten de EEG, steeg van 365 miljard frank in 1958 tot 505 miljard frank in 1964 of een vermeerdering van om en bij 40 Voor de produkten, waarvoor een marktorganisatie bestaat en waarbij men dus op de eerste plaats aan pro tectionisme zou kunnen denken steeg de invoer tijdens dezelfde termijn van 100 tot 135 miljard frank of met 35 Het is zelfs zo dat, in absolute cijfers gezien, de toename van de in voer belangrijker is geweest dan de vermeerdering van de uitvoer. De netto-invoer in 1964 lag met 105 miljard frank hoger dan die van 1958 voor alle landbouwprodukten, terwijl de invoer van landbouwprodukten die onder de marktorganisatie vallen ruim 10 miljard hoger lag. Voor de landbouwers, die nog een grote achterstand hebben in te ha len op de andere standen van de be volking kan echter een bepaalde be scherming niet worden gemist, zon der dat men dadelijk van een protec tionistisch stelsel kan spreken. Men moet trouwens de bescher mingsmaatregelen die op dit vlak wor den genomen meer zien als verweer middelen tegen welbepaalde zware en gevaarlijke aanvallen, die door lan den als bv. de Verenigde Staten te gen de Europese landen worden ge- nomen. ledereen weet dat in de U.S.A. ont zaglijke landbouwoverschotten te vin den zijn en dat deze eerder aangroei en dan wel slinken. Waarheen met die overschotten Er is een tijd geweest dat, om te verhinderen dat de prijzen van de landbouwoverschotten op de interna tionale markt zouden dalen, men zijn toevlucht nam tot maatregelen die ons thans tegen de borst zouden stoten, zoals het verbranden in locomotieven van de koffievoorraden in Brazilië. De regeringen proberen het thans met andere maatregelen, zoals het be perken van het areaai of, nog meer, het verlenen van uitvoertoelagen ten laste van de betrokken Staat. In Amerika bedroeg het aandeel van de uitvoertoelage in bepaalde ge vallen zelfs 15 wat als een aan zienlijke tussenkomst van staatswe ge moet aangezien worden. Andere landen doen het anders. In de staten achter het IJzeren Gordijn gelegen, gaat men aan dumping doen of gaat men in een vreemd land goe deren verkopen beneden de kostprijs aldaar, om mededinging volledig te kunnen uitschakelen. (Zie vervolg 2e bladzijde 2' kolom Jaarabonnement 120 F Postrekening nr 1425 93 van S.V. «REDT U ZELVEN» Aalst Handelsregister Aalst nr 145 Het overnemen van artikelen is toegelaten mits vermelding van de bron Beheer Zeebergkaai 5 Aalst Tel. 053/ 24 267

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Koornbloem | 1966 | | pagina 1