Rundveehouderij en mengvoederindustrie De Europese Gemeenschappen WEEKBLAD VOOR DE ONTWIKKELING EN DE STANDSVERDEDSGING VAN DE LANDBOUWERS ARBEID ADELT De marktoryaaïsatie en haar werking Vrijdag 5 april 1963 47ste Jaargang nr. 2326 Uitgegeven door de Landbouwers vereniging REDT U ZELVEN stichter O.CAUDRON (Vervolg] In ons vorig artikel schreven we dat de besluiten meestal werden ge nomen, volgens een rechtspleging gevoerd door het komitee van beheer. Sommige besluiten worden evenwel op zelfstandige wijze door de kom missie zelf genomen. Het betreft hier periodieke beslui ten, die dus op geregelde tijdstippen verschijnen en die vrijwel een auto matisch karakter hebben, in die zin dat ze zonder verdere bespreking ge publiceerd worden. Ook gaat het soms over besluiten die dringend moeten genomen wor den, b.v. wanneer een wijziging in het stelsel van de restituties of terug betalingen wordt ingevoerd en dit voor een tijd die verloopt tussen twee ver gaderingen van het komitee van be heer. Zeggen we thans een woord over de besluitvorming in de gemeen schap. Er is daar vooreerst de Kom missie. Uit wat we hiervoren geschre ven hebben mag men niet besluiten dat alle beslissingen in Brussel wor den genomen, dat de Lid-Staten geen beslissingsbevoegdheid zouden heb ben en dat Brussel niet recht streeks met de moeilijkheden te doen heeft. Dit zou echter een volstrekt onjuist beeld geven. In de eerste plaats moet erop gewezen worden, dat de organen van de Kommissie in feite niet de zelfde rol vervullen als de nationale overheidsdiensten. Het beheer van de Kommissie ge beurt in nauwe samenwerking met de Lid-Staten. De Kommissie treedt op door bemiddeling van de nationale overheidspersonen. In strijd met de gangbare mening bestaat in Brussel dus geen super administratie doch slechts een kleine staf, die nauwelijks voldoende is om de besluiten van de Kommissie betreffende het gemeenschappelijk beheer van de marktorganisaties voor te bereiden. Dit blijkt voldoende uit volgende cijfers. De afdeling Granen telt 27 ambtenaren, waarvan 10 van de hoog ste kategorie (A) de afdeling Zui velprodukten 20 ambtenaren, waarvan 10 A ambtenaren. Dusdanige perso neelsbezetting staat niet in verhou ding tot die van de organen, welke met het beheer van de markten in de Lid-Staten zijn belast. Met zulk gering aantal ambtena ren zou de Kommissie bezwaar lijk de nodige maatregelen van beheer kunnen nemen, indien niet voor de voornaamste punten een nau we samenwerking met de overheids organen van de Lid-Staten en tevens overleg met de betrokken vakkringen zou bestaan. Zeggen we thans een woord over de samenwerking met de Lid-Staten. Het beheer vindt plaats door bemid deling van de Lid-Staten. Dit geldt zo wel voor het eindstadium, namelijk de feitelijke toepassing, als voor het begin, nl. de verzameling van de no dige ekonomische gegevens om de ontwikkeling van de markten te kun nen nagaan. Daarop volgt dan de verzameling en de verwerking van de nodige eko nomische gegevens. Zoals gezegd, worden de ekonomi sche gegevens door de Lidstaten meegedeeld. De Kommissie streeft ernaar vergelijkbare gegevens te ver krijgen, b.v. voor de invoering van verordeningen voor de zuivelproduk- ten of de toepassing van de verorde ning op het rundvlees. Zoals voorgeschreven in een aan tal verordeningen brengen de Lid- Staten hun gegevens ter kennis van de Kommissie, Voor granen worden om de twee dagen of om de week meer dan 25 verschillende gegevens meegedeeld. Dagelijks worden ter kennis ge bracht de gegevens over de situatie voor de vaststelling van de heffingen, de gegevens betreffende de hoeveel heden, waarvoor invoer- en uitvoer certifikaten zijn afgegeven. Deze ge gevens zijn van belang om eventueel tot een wijziging van de restituties of teruggaven over te gaan. Als we de landbouw in totaliteit in ogenschouw nemen dan zien we een zeer scherpe tegenstelling tussen de honger, die er in bepaalde delen van de wereld wordt geleden en de afzetproblemen van een hoogproduktieve landbouw in Ame rika en in West-Europa. Het blijkt zeer moeilijk te zijn om deze kloof te overbruggen, al moet niet worden vergeten dat eraan gewerkt wordt. Voorlopig zullen we echter te maken hebben met de bestaande feiten en dat betekent voor de Europese landbouw, dat er naar wegen zal moeten worden gezocht om de kostprijs te verlagen. De gedachte die daarbij meer en meer veld gaat winnen is, dat de structuur in de landbouw sterk zal moeten veranderen, doch dat de produktie zal moeten blijven plaatsvinden op de boerenbedrijven. Deze conclusies lijken tamelijk voor de hand liggend getuige onderstaande cijfers. Landbouw in EEG Ned. België Fr. W.Dld. Italië a. Bruto landbouwproduktie (in miljarden frank) 112 63 448 350 350 b. Nettowaarde (toegevoegde w.) 3,7 2,7 23 13,5 19,5 c. Werkers in de landbouw (miljoenen) 0,4 0,3 3,7 3,2 5,2 d. Produktiviteit coëff. b/c 9 9 6,2 4,3 3,8 e. Agrar. beroepsbevolking 9 8 19 13 27 f. Uitvoer (in miljarden frank) 70 15,4 65,8 16,8 36,4 g- Invoer (in miljarden frank) 44,8 32,2 92,4 158,2 78,4 Landbouw produktie (1952/53 100) Ned. België Fr. W.-Dld. Italië 137 128 131 126 119 Arbeidskrachten in landbouw (7952 00) Ned. België Fr. W.-Dld. Italië 85 66 80 64 80 Uit de tabel blijkt, dat de landbouw een belangrijke bijdrage levert aan de natio nale inkomens en voorts dat met name in Nederland en België de produktiviteit sterk is gestegen. Dit is mogelijk gewor den door een meer efficiënte arbeidsbe- steding mechaniseringbetere bedrijfs omstandigheden, meer produktieve ras sen en voor de rundveehouderij met na me een verhoogd gebruik van meststoffen per ha. Zeker ook een toenemend gebruik van de hoeveelheid krachtvoer heeft bij de produktiviteitsverhoging een rol gespeeld. Mengvoederproduktie (x 1.000 ton) Diersoort Jaren Ned. België Fr. W-Dld. Italië E.E.G. Pluimvee 1958 1250 448 968 1064 250 3981 1965 1725 752 1861 2815 960 8113 Varkens 1958 1370 405 540 762 125 3202 1965 2200 944 1402 1863 500 6909 Rundvee 1958 780 338 403 734 110 2365 1965 1625 718 973 1745 440 5501 Andere 1958 100 7 43 39 15 204 1965 75 64 306 172 100 717 Totaal 1958 3500 1198 1954 2599 500 9752 1965 5625 2478 4542 6595 2000 21240 Gaan we het aandeel van de mengvoe derindustrie in de verschillende sectoren wat meer van nabij bekijken, dan zien we daarbij het volgende Als in de landbouw 1400 F wordt ver diend zijn er 1050 F afkomstig van de veehouderijsektor en 350 F van de akker- bouwsektor. Deze 1050 F kan als volgt worden op gesplitst 55 rundveehouderij, 25 varkenshouderij, 18 pluimveehouderij, 2 diversen. Hieruit zien we de enorme betekenis van de rundveehouderijsector. Interessant is verder om na te gaan welk deel van de totale produktiekosten voedingskosten zijn, en welk aandeel het mengvoeder hier. bij heeft. Voedingskosten Mengvoeder Rundvee melk kalfsvlees baby-beef 45 a 55 40 a 60 60 a 70 30 50 95 100 60 100 Varkens big mestvarken 65 76 80 a 85 /0 70 100 Pluimvee legkippen slachtkippen 86 65 90 100 100 i, - Jaarabonnement 120 F Postrekening nr 1425 93 van S.V. «REDT U ZELVEN» Aalst Handelsregister Aalst nr 145 Het overnemen van artikelen is toegelaten mits vermelding van de bron Beheer Zeebergkaai 5 Aalst Tel. 053/24 267 (Zie vervolg 2de bladzijde 2e kolom) /Zie vervolg 2de bladzijde le kolom1

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Koornbloem | 1968 | | pagina 1