Veel inlichtingen
over de produktie
Voeding op het
mestvarkensbeörijf
WEEKBLAD VOOR DE ONTWIKKELING EN DE STANDSVERDEDIGING VAN DE LANDBOUWERS
ARBEID ADELT
(Zie vervolg 2e bladzijde 1' kolom.)
Vrijdag 15 november 1S68
47ste Jaargang nr. 2357
Jaarabonnement 120 F
Postrekening nr 1425 93
van S.V. «REDT U ZELVEN» Aalst
Handelsregister Aalst nr 145
Het overnemen van artikelen
is toegelaten mits vermelding
van de bron
Uitgegeven
door de
Landbouwers
vereniging
REDT U
ZELVEN
stichter
O. CAUDRON
Beheer
Zee berg kaai 5
Aalst
Tel. 053/ 24 267
Meer dan één lezer heeft de laat
ste tijd een wenk gegeven opdat
de kwekers uitvoeriger inlichtin
gen zouden bekomen.
Niet zelden vernemen wij dat K.I.-
gebruikers onvoldoende op de
hoogte zouden zijn van de produk-
tielijsten der dochters van gebruik
te stieren of die hunner vaders.
Kopers of liefhebbers komen hun
twijfels voorleggen vóór ze een
stier kopen of gebruiken omdat zo
weinig gekend is van vaderszijde
en moeders familie.
Nog tijdens de laatste vergadering
van het bestuur van de K.l. te Zo-
mergem werd benadrukt dat ver
betering sneller en steviger zou
verlopen, moesten meer gegevens
voorhanden zijn...!
Voor elke vriend of lezer kan hier
andermaal openhartig gesteld dat der
gelijke bemerkingen ons geen onge
noegen doen; ze worden aangezien als
zovele oproepen die ernstig moeten
overwogen worden.
Maar... enkele mensen alleen kun
nen hieraan zo bitter weinig verhel
pen. Het is integendeel de taak, ook
van hen die aanbevelen, wensen uit
drukken of kritikeren, en voorts van
allen die op of rond de rundveehoude
rij staan.
Voorbeelden
een veehouder die zijn dieren niet
koppelt met stamboekstieren;
die geen melkkontrole toepast;
die zijn kalveren niet laat inschrij
ven en opfokt;
een bezoeker of raadgever die on
verschillig zwijgt of het selectiewerk
aftakelt...
Al deze en vee! meer zijn noodza
kelijke krachten die helaas niets
of heel wat verkeerds aanbrengen
voor de verbetering.
Laten wij hier echter andermaal ge
meend beroep doen op aller brood-
noodzakelijke medewerking of voor
lichting ten bate van dat betere
waarover wij allen zo graag spreken.
Veel meer geregistreerde vaarzekal-
veren die later onder kontrole kunnen
komen en dan ook een inzicht geven
over de melkproduktie der families.
Een betrekkelijk schoon aantal ge-
registreede stierkalveren om, in scho
ne verhouding, een jaar later op de
keuringen te komen, allemaal dan af
stammend van beste melkkoeien en
straks van meer gekende vaders.
Ziedaar veeselectiewerk van de
hoogste plank, met inlichtingen bijna
zoveel als de natuur kan geven.
Hoever staan wij nu in dit werk op
15-10-69
Het verslag 67/68 over de kalverre-
gistratie kan hierop objektief antwoor
den.
1. Ingeschreven vaarzekalveren.
10.597 of 2.086 meer dan vorig jaar;
of 4.167 meer tijdens de laatste twee
jaar 66
Dit werd bereikt dank zij de nieuwe
werkwijze met algemene stalregistra-
tie. Goed resultaat.
Moest dit huidig aantal mogen ver
deeld worden per vaderstier in groep
jes van 50 die dan later elk zowat 20
a 25 melkgevende vaarzen aanbrengen
dan zouden heel veel inlichtingen
wijd en zijd kunnen verschaft wor
den over de produktie van zowat 200
vaderstieren. Wat prima werk
Zo evenredig zijn die kalveren even
wel niet verdeeld; beter uitgedrukt
nog veel te veel vaderstieren hebben
maar een paar kalveren... ofwel geen.
Op 1 januari 67 durfden wij stellen
20.000 vaarzekalveren per jaar.
Blijft dit een droom...
voor de meer dan 4.000 stallen die
aan melkkontrole doen,
voor de meer dan 10.000 stallen
die aan K.l. doen,
voor de 200 coöperatieve stieren-
houderijen,
voor de meer dan 600 private stam.
boekstierenhouders,
voor de velen die hun belangen op
en rond de veehouderij weten
Ziedaar nuchter en duidelijk op ta
fel opengerold het grootste deel van
het werkplan.
De cijfers der volgende jaarversla
gen zullen objektief aantonen hoe en
(Zie vervolg 2e bladzijde 3' kolom)
1. Biggenstarter-overgangsmeel.
Biggen, die pas in de meststal toe
komen, ondergaan altijd een hele be
roering. Zij veranderen van milieu, van
klimaat, van hokgenoten, van voeder;
ze doorstaan verschillende angsten, ze
worden dikwijls opgejaagd en in de
hand genomen, enz.
Vergeten we daarbij niet dat deze
biggen, van rond de 8 weken, zich op
een kritieke leeftijd bevinden iedere
dag neemt hun lichaamsgewicht met 2
a 3 toe en daarvoor is een intense
aktiviteit van omzetting nodig. En mid.
den die harde groei gebeurt nu een
voerverandering en worden de biggen
gespeend. Het is dus niet onmogelijk
dat in verschillende gevallen het orga
nisme overbelast wordt en ontredderd
geraakt. Dit zien we regelmatig in de
praktijk biggen die longontstekingen
opdoen, gewrichtsontsteking, maar
vcoral diarrhee's gepaard aan maag-
en darmontstekingen dit vooral tij
dens de 14 dagen die volgen op het
spenen of tijdens de 14 dagen die vol
gen op de verhuis naar het mesthok.
Het is daarbij algemeen geweten
dat biggen, die verhuizen naar het
mesthok, tijdens de eerste week (we
ken) weinig vooruitgaan. Als het
daarbij blijft, is het nog niet erg; maar
als de biggen, tijdens die moeilijke pe.
riode, letsels oplopen aan longen, het
darmstelsel of gewrichten, dan blijven
die biggen gevoelig tijdens de hele
mestperiode en zullen hun prestaties
in groei en voederverbruik altijd aan
de flauwe kant liggen.
Mestvarkens houden is misschien
geen moeilijke stiel; maar de biggen
goed opvangen en goed laten starten
is een kunst.
Daarom acht Hendrix het noodzake
lijk alle biggen die in de meststal ko
men te starten met Biggenstarter-
Overgangsmeel. Men geeft 10-20 Kg
per big.
Het Hendrix' Overgangsmeel is een
dieetmeel samengesteld uit de lichtst
verteerbare componenten. Het eiwit
gehalte is opzettelijk laag gehouden
om het dier zo min mogelijk te belas
ten, maar de biologische waarde van
het eiwit ligt dermate hoog dat men
rustig 15 dagen en meer hiervan mag
voederen; de biggen groeien goed en
vormen tevens flink wat vlees.
2. Biggenmeel PRIMA of EXTRA
Nadat de biggen toegekomen zijn in
de meststal, nadat zij aangepast zijn
aan het nieuwe milieu, aan het nieuwe
klimaat en aan de nieuwe stalkiemen,
begint de eigenlijke vleesproduk.
tie. De kweker kan nu profiteren van
de felle jeugdgroei; immers van 20 tot
50-60 kg bevinden de biggen zich in
een periode, waarbij vooral het spier
weefsel zich ontwikkelt. Het beender-
weefsel, bijvoorbeeld kent zijn groot
ste uitbreiding van de geboorte tot
30 kg, terwijl het vetweefsel vanaf de
60-70 kg relatief sterk gaat toenemen.
Tijdens de periode van 20 tot 50 kg
past nu een groeimeel met voldoende
eiwit van hoge biologische waarde om
die natuurlijke aanleg van spierweef-
selgroei toe te laten.
a. Biggenmeel PRIMA
Wordt gegeven aan biggen die tot
verzadiging kunnen eten. Dus biggen,
die bijvoorbeeld aan de droogvoeder-
bak staan, krijgen Biggenmeel PRIMA.
Men geeft Biggenmeel PRIMA tot de
biggen minstens 40 kg wegen. Maar
voor diegene die een goede slachtkwa
liteit nastreven, is het aan te raden
biggenmeel PRIMA te geven tot de
varkens 50-60 kg wegen.
b. Biggenmeel EXTRA.
Wordt gegeven aan biggen die be
perkt gevoed worden; zoals de beperk
te brijvoeding, beperkte grondvoeding
en andere.
Biggenmeel EXTRA is meer geconcen
treerd dan PRIMA.
Het komt bijgevolg voordeliger uit
per kilo aangewonnen vlees. Maar het
is noodzakelijk dat de varkens gerant
soeneerd worden; zoniet loopt men
het gevaar dat sommige groepen zo
veel EXTRA opnemen dat zij het niet
allemaal nuttig kunnen verwerken.
Biggenmeel EXTRA geeft men tot
de biggen het gewicht van minstens
40 kg hebben bereikt.
Vooral omdat tegenwoordig de be
tere kwaliteits-varkens worden opge-