«söienst, - Uaöei - Orifljeiö De Kiezing.-- Verklaringen. Reparation Jiidiciaire. JAN CLERBLEUL K-iezings-1' 32 I-.' M-€a Xondag 28 I 1882. Drie-enTvvintigste-Jaargang ,0^ laatste Binders van Vlaanderen, c ie ra»- -■'-it±v> Bareel, Achterstraat. Gawoone Annoncen: 20 centiemen per regel. Anuoacen op de Tweede Blad rijd 80 cent, den regel. Berichten onder't Nieuws, 1 frank den kleinen regel. HET LAND fr. 's jaars, vooraf betaalbaar. Iaschrljvingen worden op alletljdstfp genomen, rechtstreeks bij ons of door post of briefdragers. VAN AELS De groote dag der Kiezing nadert! Voor onze achtbare Lezers, Kiezers in dees Arrondissement, is het onnoodig al de grieven op te sommen, welke wij tegen de liberale Ministers en hunne meerderheid hebben. Sedert 4 jaar is men getuige van hun wreede geldverkwistingen, van hunne moedwillige schen dingen der Vrijheden van Provincie, Stad en Parochie; in meer dan 900 gevallen zijn zij recht streeks tegen de Grondwet opgekomen. De Gemeenten hebben zij vol'spions geplaatst, betaald met ons geld, spions die meer dan een» d achtbnarsle Persönen op het banksken van de Justicie-hebben gebracht. lu ons Arrondissement ligt de geuzenvlag begraven; hoe verre wij 't kiesplein beloeren, wij zien vrienden en medestrijders, geen vijanden. Hier dus moet het peerd bij den toom genomen worden; uil de Arrondissementen gelijk het onze, moeten Mannen in de Kamers zetelen die den toon geven en de toekomende Katholieke Ministers lot krachtdadigheid dwingen. Een Ministerie, aan zijn eigen overgelaten, zal altijd zwak zijn, omdat de Koning, onze onge lukkige Koning, als zijn willen en grillen niet gevolgd worden, omdat hij aanstonds gereed is zijn Ministers weg te zenden. De Ministers moeten ondersteund worden, gepraamd, gedwongen, 't Is aldus, d;il de Rad! kal en van Brussel en Luik de wet van 4879 hebben afgeperst, 't is aldus dat zij, moest het Geuzenbestuur blijven duren, dat zij ook: De Kerk- en kloostergoederen zullen aanranden; Het budjet der Eerediensten verminderen; Zich meester maken van 't geld der Bisdommen; Het Onderwijs verplichtend doen worden. Du ldsten in geld en bloed verzwaren De Burgerwacht versterken en op elke Gemeente, in werkelijken dienst brengen; die Geuzen der groote stedeu, ze gaan 's zondags naar kerk noch naar kluis; ze zij nstij fop hunnen bureauge- zelen; en, dom als ze zijn, ze vragen zondagwerk door hun onnoozel soldaatjes-spel de Logie heeft daarin een ander inzicht, te weten van een Nationale Garde te hebben, gelijk er in 4795 en 1870 te Parijs waren, schurken, in 't schieten wel gewapend en die in plaats van de rust t'hand- haven, met de kolven van hun geweêr de kerk- en kloosterdeuren gaan openstampen en achtbare Priesters en Religieusen door den kop schieten. Achtbare Lezers, geëerde Kiezers, hetgeen Brussel, waar de liberale zetels niet bestreden wor den, hetgeen Brussel doet voor 't verderf van 'tLand, waarom zouden wij het ook niet doen voor de verbeternis en de welvaart, voor ous Rechten en ons Vrijheden? Waarom zouden wij geen sterk verbond maken met onze achtbare Gekozenen, opdat zij de verzuchtingen en wenschen van Kiezers en Volk, in alle waarheid zouden Vertegenwoordigen? T Is daarom dat wij den Poll gevraagd hadden; voor Gemeente en Provincie is die manier van stemming ingevoerd; het zal onmogelijk zijn, nog een Kiezing voor de Kamers te doen, met het tegenwoordig oud versleten en algemeen afgekeurd stelsel, hetwelk nogmaals ons schoon Arron dissement in vlam en vuur heeft gedreigd te zetten. Nu dat de Kiezing nadert, is 't ons recht en onze plicht de wensch en wil van Kiezers en Volk te proclameeren. De Kiezers en Wolk vragen een groote kracht tegen de baldadigheid der hedendaagsche Geu zen; sluit spreken, maar ook stout handelen; De kiezers en 't Volk vragen d'herstelling en uitbreiding der Grondwettige Vrijheden; dat de Gemeenten hun Burgemeesters en Schepenen zouden benoemen; T,C Kiezers tv. '1 Volk vragen een vaste basis voor de successie-:echten, onf bediog er ver volging' te vermijden; De Kiezers en 't Volk vragen groote gespaarzaamheden in allerhande vakken: hrl - IS ..ug. cc-u »*'-i op ne KerKfioNen: zij vragen d'afst hailing van dit of ficieel Onderw ijs, d'oorzaak van al dien onkost, van die verscheuring des Lands. Maar bijzonderlijk, de Kiezers en 't Volk vragen d'afsehaffing van den gedwongen soldaten dienst. Verzacht is niet genoeg, het woord effektief wegnemen, ware een belachelijke komedie; NOUS LÉOPOLD II, les Beiges, tous presents et venir, faisons sa- Tribunal de Première Instance siégeant en la d'Auienarde Province de laFlandre Orientate,a j ie Jugement dont suit la teneur 5ause de Monsieur l'abbé Louis Geltmeyer, »re A Herzele, demandeur,ayant avoué Maitre i Tuien pont, d'une part Monsieur Joseph Dooreman, brasseur-dis- „n teur Herzele, défendeur,ayant avoué Maitre Var better, d'autre part. les p'ècesdu procés, parties ouïesen leurs moy- Aéi i collusions. q; Monsieur ie Juge De Scliietere de Lophem.fai- j onctions de ministère public en son avis <;ndu que par Jugeraentde ce Siége, en date du uin mil huit cent quatre vingt etun, enregistré, Ie dé Ba,,('eur a êté adrais prouver par toutes voies j lit, tcmoins compris, que le défendeur a répandu a it rzele- et dans les communes environnantes la char on irftilulée Sperrens Kegelspel et que cette phat 00 a re?u UQe grande publicité, grace la pro- ide fèite par le défendeur **fj;*ndiique dèja par Jugement du Tribunal Cor- mnaid'Audenarde en date du vingt six Novem- 'lil huit cent quatre vingt et un, confirmé par rj,®.', de la Courd'Appel de Gand en date duseize Jan- v er 111 cent Qualre viogt deux, le défendeur a J® pdamnè a la peine commuée par le Code péual, avoir distribué un imprimé sans nom d auteur, rimeur ou d'éditeur, et qu "han' >n don*; 8 au procés At,JDdu ^ue de cette distribution a été pleine- meni 3°ofirmé Par I'enquête directo et que la preuve qttlVi resulte n'a pas éla détruite Par I'enquête con- lra,p nidu qu'il est établi par les deux enquêtes, que Dnor;i*Bn a rem's a plusieurs personnel des exera- ula'r 9 de 'a cbanson; Qu''l en a laissé tomber deux au m •ieu de lafoule lul élait accourue pour assister .^"itallation du Bourgmestre d'liillegem; que dans "arctdutémoin Gamille Melkebeke il a chanté Jv*oup!ets iujurieux pour un autre habitant d Her- zelb ^Plttsqui se trouvent imprimés sur la même papier que la chanson incriminée; que dans cri cabaret a prouostiqué que cette dernière rha'niserait chantée en public ('occasion du car- nm" q:l'il a reconnu chez Pierre Buggeahout a Her- ae c'etait lui (Iui avait distribué les chansons et au'iiïFV.p<>ssédait encore chez lui; quaucun des té- 7,'M des deux enquêtes n a désigné une autre per- pitülen liggen, niet trachten te sluitenNiemand vraagt 't onmogelijke. Beproeft reehtzinniglijk het invoeren van een Vrijwilligers-Leger en een allerbeste uitslag zal uwe wenschen bekroon en. Op al deze punten verwachten de Kiezers en 't Volk een stellige antwoord. Of beter, er is daar geen antwoord op te geven; Alle macht komt uit 't Volk, door de KiEzcusjde Kiezers hebben 't rechten de plicht van ronduit te spreken; een Vertegenwoordiging tegen den uitdrukkelijken wil der Kiezers, ware een schelmstuk en een misdaad, een verraad tegen Volk en Land; en hoe achtbaar anders een Persoon mochle wezen, die volgens recht en waarheid de Kiezers en 't Volk niet zou vertegenwoordigen, het eenigste middel om eerlijk Mar) te blijven, ware d'aftreding. 't Zijn de Arrondissementen gelijk Aalst, St Nikolaas, Dendermonde, Audenaarde, die voor 't goed moeten doen, hetgene Brussel voor rt slecht durft uitvoeren. Boven geraken is veel; aan ons Arrondissement zal het niet liegen; doch boven geraakt, zon der vast akkoord van krachtdadigheid, dat is erger dan een Nederlaag. eomme ayant fait pareille distribution ou y coopéré; qu'enfiu il résulte encore de I'enquête so om SÏJÏÏ i que Dooremau passait généralementpour avoir ?aii m m AU !ac! du qu'il n'est pas dénié par le défendeur que ison vise le demandeur Geltmeyer ri du quelle ren ferme coniiv inioes frapntsrf*oao ü^ui.duscs ei nmamatuires. du nature n Pexpoéer au mépris public et A porter atleiote son honneur et sa consideration, que les fails d'impudeur quelle at- tribueau demandeur empruntent un caractèré de gravité incontestable de sa qualité de prètre Attendu que le défendeur,en distribuant cette chan son dictée par une insigne malignité, a causé au de mandeur, un dommage qu'il est teuu de réparer; Attendu que le Tribunal possèJe les éléments d'ap- préciation nécessaires pour lixer le chiflVe de ce dom mage A la somme de quatre cents francs Attendu qu'il y a lieu en outre, pour que la répara- tion soit compléte, d'autoriser le demandeur A publier le préseDt Jugement par la voiedela presse; Par ces motifs, le Tribunal faisant droit, condamne le défendeur A payer au demandeur a titre de domma- ges intéréts la somme.de quatre cents francs; Autorise le demandeur A faire insérer le présent jugement dans deux journaux A son choix, sous la rubrique:-" Réparation Judiciaire et cejusquacon currence de cent cinquante francs, aux trais du dé fendeur, le tout récupérable par la contrainte par corps, dont la duree est fixée a un mois;le condamne, en outre aux dépens taxés A cents et vingt francs. Nomme l'huissier Maes, de résidence a Audenarde, pour faire au defendeur le commaodement préalable a l'excercice de la contrainte par corps Ainsi fait jugé el prononcé a l'audience publique du trois févriermil huit cent quatre vingt deux. Présents Messieurs Liefmans. Président; Van Monckhoven, Juge; Grau, juge suppléant Coppyn, substitut du procureur du Roi et Fischer, Greffler ad joint. Signé A la minute: T. Liefmans Delagache, L. Fi scher. Man Iods et ordonnons a tous huissiers A ce requis, de mettre le présent jugement a execution. A nos Procureurs géaéraux et a nos Procureurs prés les Tribunaux de première Instance, d'y tenir la main. Et A tous commandants et officiers de la force pu- blique,d'y prèter main forte,lorsqu'ilsenserontlégale- ment requis. En foi dequoi, le présent Jugement a été signe et scellé du sceau du Tribunal. Pour expédition conforme, Le Greffier, (Signé). L. ürau Enregistré vingt trois róles sans renvoi A Audenarde, le vio^t neuf Mars 1800 quatre viugt deux, V. 124 fr. 34 c. 6. Regu cinquante cinq francs. Le Recevcur int'" (Signé.) E. Masquelier. Fransch zult ge roepen, achtbare Lezer. Ja, fransch, gelijk ge zegt En wat beteekeutdat Fransch 't Is een Vonnis, menschen, ten laste van Josef Dooreman, brouwer en stoker t'ilerzele Eu wat zijn de gevallen? In dat vonnis wordt gezegde Dooreman plichtig verklaard van liêkes verspreid te hebbeu en gezongen, vol beleedigiug en laster tegen M. den Ouderpastoor Geltmeyer De beschuldigde wilde 't feit loochenen,maar de 'Rechtbank zegt: Aangezien 't bewezen is dat hij aan verscheide personen dit liêkeu heeft uitgedeeld, dut hij er twee heeft laten vallen op d'iustallatie vau deu Bur gemeester van Hillegem; dat hij iu d'herberg Vau Mel- ckebeke cenige vooskes gezongen heeft, beleed igend voor een derde persoon vau llerzele eu op 't zelfde liê keu staande; dathn bij Pieter Buggeuhout bekend heeft die liêkes verspreid en er nogiu huis te hebben; aange zien het bewezen was, dat hij als dusdanig door d'Opi- nie was aangeduid; de Rechtbank veroordeelt voor noemde Dooreman tot schadeloos- en eerherstelling, om publiekelijk zijn woord in de gazet t'herroepen, op pene van 1 maand gevang en verwijst hem tot do kosten van 't proces. Een schoon reputatie voor den vent! Maar als de Rechters een vonnis uitgeven en doen inde gazet zetten, dan is het toch opdut 't Publiek het weten zou Natuurlijk 1 En waarom dan in een vreemde taal vonnissen! Is dat niet tegen alle gezonde rede Ja, g heel de wereld zegt het En waardin vsrapijsfi'i «ïot Ja veranderen T-n eersten, do Gollegiën en Penaionnaten zijn uog te zeer verfrau6cht; ten tweeden, de Partij van de Walen ia aan 't hoofd,eu verre van iets te verbeteren, we zieu,ze voeren nog de wetten niet uit, door de voorgaaude Miuisteriëu, ten voordeele der der Vlaanderen uitgeveerdigd... In alle geval, ge weet nu toch wat dit vonnis behelst. Ja en we zullen t'onthouden Binnen 3 weken, in Juni, is het groote Kiezing. Alle Belgen moeten, volgens staat en conditie, voor de wet gelijk zijn om lusten te dragen en voordeelen te genieten... Nooit zullen wij ge- doogendat Brussel de Belgen zal bestieren. Iedereen kent de leus van Het Land van Aalst: Godsdienst, Va derland en Vrijheid. Daarvoor willen wij onbaatzuchtig leven en sterven. Het is gelijk waar de Gekozenen leven al ware het te Liefferingen of te Waerbeke. Maar vrijheid en onafhankelijkheid moeten er zijn. De Belgen moeten rechiveerdig en vaderlijk be stuurd worden. Antwerpen wilt eenlegerke van Vrijwilligers; Gent, Mechelen, Brugge, Aalst, zullen Antwerpen helpen; maar Antwerpen moet ook bijspringen om benevens een Vrij Leger, een Vrij Onderwijs te bekomen. ol de verhalen uit den Franschen Tijd. n*ar het uitgelreid werk tan S. VAN DER GTJCUT, Kunstschilder ie Aalst. 50e Vervolg. IL. DE POSTMAAL!... NAAR WETTEREN. Nauwelijks was de blozende dageraad in het Oosten verschenen, de glansrijke zon had nog met hare blinkende stralen, de torenpun- ten niet verlicht van het oude Graven Aalst, hier en daar, zag men een burger van Aalst zijn hoofd buitensteken om te zien welke dag dat God ging verleenen, zóo vroeg was het nog, als ons drij Vrien den, reeds gespoord en geleersd en vergezeld van den getrouwen Moor, als zij de Markt ovenrokken. Gewapend waren zij met ka- rabynen en pistolen, hun pijpen vuinsden, en zwijgende enpeizende gingen zij voort, want het werk, dat zij gingen verrichten, was van groot belang. O' getwijfeld waren de Kopstukken der Binders in de aanranding der Posimaal en de dief te van Elf maal Honderd Duizend Franken betrokken. Zij naderden in 't hert en de ziel van hun werk, en verslonden in hunne overwegingen, trokken zii de Nieuwstraai in en de Poort uit. Maar, Vrienden, zegde Jan Clercker, toen zij den Lindenboom voorbij waren en een eind wegs den steenweg op, de plaats waar wij ons begeven, is redelijk ver van hier verwijderd derhalve, men is reeds half vermoeid, vooraleer er aan te komen, en men kan niet weten welke lange weg wij alsdan nog zullen behoeven le doen ik geloof dat wij een rijtuig hadden moeten nemen. Bah, ant woordde Victor, toen ik soldaat was, heb ik meermaals dagen en nachten gegaan zonder mij te vermoeien. Daar is groot verschil, merkte de menschenjagcr op, tusschen den marsch van soldaten en die van eenen opspeurder; het is even gelijk M. Clercker komt te zeggen; men kan niet weten wat weg men nog heelt te maken van (- de plaats waar wij d'uitspeuring beginnen. Zouden wij niet wij- ia selijk doen, vroeg Jan, van de Diligencie tot Wetteren te nemen l Dal is niet noodig, antwoordde de Engelschman ziet,zegde hij, 2 ziet gij in de vene dit huis niet aan de linke kant der baan? p Zeer wel.'t is de herberg den SCHAAPSTAL genaamd.— Juist, ziet z gij niet wat er zich voor dc deur van die herberg bevindt Mij dunkt, zegde Jan. na eer wel toegekeken te hebben, dat het een rijtuig is,., hel zou wel een chees kunnen wezen. Juist geraden, s' mijn Vriend, denkt gij dat ik op alles niet gepeisd heb? Toen gij mij t* gisteren had verlaten, kwam het mij in den zin, dat het dwaselijk zou geweest zijn, ons nutteloos te vermoeien. Ik begal mij naar t Hotel d'Autriche, vroeg een dessel-chees voor dezen morrend, betaalde op voorhand cn beval den koetsier ons met het krieken van den dag aan den SCHAAPSTAL tc verwachten. Ge ziet dat hij op zijnen post is, want van hier kunt gij bescheidelijk het rijtuig I zien, bespannen met twee flinksche paarden. Dc heerJobnU 'ne man van vooruitzicht, zegde Victor al grimlachende, in alle ge val, ik heb ook liever te rijden dan te gaan. Aan d'herberg den Schaapstal gekomen, stegen zij in de chees, betaalden aan den baas, die haastig toegeloopen was, de twee drup- pelkes die de koetsier, terwijl hij moest wachten,had binnengeslokt. NAAR WETTEREN, prevelde Stiermarck in d'ooren van den koet sier, en spoed gemaakt, zuldeDe koetsier bezag verwonderd den vent die zoo commandantachtig sprak, legde zonder eenige opmer king te maken, de zweep op de paarden en reed dat het rijtuig daverde en het vuur door het aanzetten, uit de steenen guinsde, reed in vollen ren de heirbaan op, die naai Gent leidt. Het was de bevoegde Overheid van Wetteren, die de wanbe drijven aan de Postmaal gepleegd, opgenomen had, het was ook aldaar dat de Courier verpleegd was geweest en de gedoodde reizi gers ter aarde waren besteld geworden; het-behoefde dan ook naar deze Gemeente te zijn, dat de Opspeurders zich eerst zouden wen den, vooraleer hunne navorschingen te beginnen. De Meyer van Wetteren, te dien tijde, was een goedaardig en rechtzinnig man,die in 't algemeen zeer werd geacht. Hij stond juist aan zijn deur een pijpken te rooken, als de dessel chees aldaar bleef staan. John sprong den eersten uit het rijtuig en werd gevolgd door Jan en Victor. Het is aan den heer citoyen, Meyer dezer gemeente, dat ik d'eer heb van te spreken? vroeg de menschenjiger,beleefd groetende. Ja, citoyen, antwoordde de Meyer, met veel kieschheid zij nen hoed afnemende. Zeer wel, sprak John, en zich tot den koetsier wendende: Ge moogt met uw rijtuig vertrekken, zegde hij, hem eenen drinkpen ning in d'hand stoppende, wij hebben u niet meer noodig. De koetsier bedankte, wendde de paarden om, cn vertrok, blij zijnde van zoohaast zijne duiten verdiend te hebben. Mr, hervatte John, tot den Meyer, hem een schriftelijk bewijs toereikende, wij zijn door de Centrale Administratie van het Departement gelast hier in het ronde een opspeuring te doen achter de schelmen die de Post maal hebben geplunterd, na de bemanning t'hebben vermoord, en wij wenden ons tot u, om de plaats duidelijk aangewezen te wor den, waar dit wanbedrijf is gebeurd. Zijt zoo goed van binnen te komen, mijnheeren. sprak de Mcyer, na't schrift te hebben aan- vcerd; ik geloot, voegde hij erbij, dat ik d eer heb M. Stiermarck, den vermaarden Engelschen opspeurder te spreken? Ja, M.ant woordde Jan, het huis met zijne gezellen binnentredende, dat is mijn beroep. Ondertusschen waren zij binnengetreden en neergezeten Over twee dagen, sprak de Meyer, ben ik ter plaatse van de grouwelijke misdaad geweest met een mijner Champetters die in 't geheel niet misdeeld is en vele opmerkingen maakte, op welke ik in 't begin niet peisde; indien Ulieden het goedvindt, zal ik hem ontbieden en wij beide zullen u vergezellen? Weihoe, Mr, sprak John, durft gij daaraan twijfelen? wij nemen uwen voorstel met blijdschap aan en zullen u later onze dankbaarheid betoonen., maar nu zijn wij zeer haastig. Een oogenblik dan, Citoyen, ik vraag slecbis den tijd om mijnen knecht bij den Champetter te zendenen mijne jas aan te spelen En hij stond op en verliet de kamer. Welke gedienstige en beleefde Meyer, sprak Victor. De Fran sche Republiek heelt ons aan weinige zulke beambten gewend ge maakt. En de Meyer van Melle, sprak Jan, die ons zoo feestelijk onthaalde? --Ja, ook een allerachtbaarst heerschap, zegde John. Deze woorden waren nauw uitgesproken als de Meyer terug keerde, hij had zijnen jas aangetrokken en zich omgord met den driekleurigen sluier, als teeken zijner waardigheid: Mren, sprak de Meyer, nog eenige minuten en de Champetter is hier aanwezig; zouden de heeren inmiddels, geen hartversterkend druppelije aan- veerden? De drij gezellen dankten vriendelijk. Bah, bah, her vatte hij, vooraleer onze navorschingen te beginnen, zal dit wel smaken, ik wil ook een sloekje nemen, en hij trad naar een kas, waaruit hij een flesch nam, gevuld met kostelijke likeur. Terwijl de gedienstige Magistraat de roomers voor den dag haalde, vielen zijn oogen op Moor die mede binnengeslopen was. Is dat misschien den hond, waar ik zooveel wonderen heb van hooren verhalen? vroeg hij, bij mijne trouw, van mijn leven heb ik 6choondere beest gezien! Ja, antwoordde Jan Clercker, Moor is een gezel die de Binders al menige kwade pert heeft gespeeld. Ik ben waarlijk gevleid, sprak de Meyer, den drank aanbiedende, waarlijk gevleid van dit wonderdier te hebben gezien. Wijl zij samen de roomers deden klinken op den goeden uirslag der onderneming en het laafpoeier in de pan hunner karabijnen hernieuwden, kwam de knecht zeggen dat Fienland de Champetter reeds aangekomen was en hun wachtte. De Meyer deed hem binnen komen en beschonk hem insgelijks met eenen lekkeren druppel, waarover de nederige bediende niet weinig was gevleid. Het sloeg juist 7 uren op den toren der kerk van Wetteren, als de drij gezellen met den Meyer en Champetter der Gemeente aan 't hoofd, zich in aantocht begaven. Daar zij niet twijfelden of er zou moeten gedolven worden, zoo volgde een arbeider hun achterna, een spade op de schouders dragende. Veel Wetteraars keken ver- wondeid op, toen zij hunnen Meyer in feestelijk gewaad,met Fien land de Champetter, en in gezelschap van 3 gewapende mannen, zagen optrekken, doch niemand was zoo stout hem aan te spreken of te volgen. Waar zij naartoe trokken, was redelijk verre verwij derd, zij gingen dus 'ne goeie stap door, en bekreunden zich niet met onderwege vruchtelooze opspeuringen te doen; op de plaats zelve der Aanranding, en daar alleen wilde John zijn opzoekingen beginnen. De morgendstond scheen een liefelijkedag te beloven,geen wolkje was aan 't uitspansel te zien en de zon blonk zoo lustig uit den blau wen hemel, dat men willens oi onwillens, zijn hert aan opgeruimd heid moest overlaten. Weinig werd er gesproken,want de Opspeur der nooit hield van nuttelooze woorden, als bij zich naar een 9

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

Het Land van Aelst | 1882 | | pagina 1