Bloedwel.-Opslandder kiezers. liAI'llEIS UiNOItl'Or. 48 'ê.ondas» 26 No p 188—, Drie-enTwiutigste-Jaargang. ©oüsüiciist, - Ikïttrlaiiö - Orifljciö I)e Wetgvvende Kamers. t Officiéél Onderwijs,, Overweging. lïrief van Arabi. Bureel, Achterstraat. iowouue Annoncen: 20 centiemen per regel. Auuoncen op de Tweede Bladzijde co ut. den regel. Berichten onder 'tifi^aws, 1 frank den kleinen regel. HET LAND 5 fr. 's jaars. vooraf betaalbaar Inschrijvingen worden op alle ttjdsippeu genomen, rechtstreeks bij ons of door post of briefdragers VAN AELST Help u zelve, Zoo helpn u God Er wordt gezegd: 't zal beteren; uit 't slecht zal 't goed komen. Ja, gelijk Gent, Brussel, Parijs verbeteren;'gelijk het in Italië verbetert; als de Logie 'ne Koning heelt die danst gelijk zij schuifelt, dan brengt zij,met die Koninklijke medehulp, de Volkeren onder een harde en langdurige slavernij. Sedert 20 jaar, wij dalen in Belgenland, en wij vergaan, onder Katholieke zoowel als onder liberale Ministeries; De gevaren die ons bedreigen, zijn groot Zonder krachtige tegenwerking, wij vallen onver mijdelijk in een dwangbestuur van Vrijmetselarij, verguld met een bespottelijk grondwettig stelsel. Dunkt het u niet, achtbare Lezers, dat het beter zou gaan, dat er hoop van redding zou zijn, indien de Katholieke Meerderheid eens rechtaf eu uitdruk kelijk in de Kamers verklaarde; Geen meerderheid heeft recht van te handelen gelijk gij haudelt; Gij veikwisl op een wraakroepende wijze de publieke penningen Gij brengt Belgenland ten onderen; Om de Vrijheid van ouderwijste dooden, gij verkwist miljoenen en miljoenen; Reeds hebt gij 3 kieswetten gemaakt in uw voor deel, gij bereidt er eene vierde; Gij versmaadt en verwerpt alles wat redelijk is; gij zijt geen kollegas neen, maar vijanden van ons en van de Katholieke Belgen; Daarom hebben wij besloten van uwe afpersing en dwingelandij door al de middelen te bevechten. Als gij opdien weg voortgaat, wij zullen ons te samen in Deputatie naar den Koning begeven wij zullen ons voor de Volkeren stellen, die gij wilt ver- drukkeu en uitzuigen; wij zullen de Kamers verlaten; jdj. zullen 'nen Bond maken van Zelfsverdediging en al de middels opzoeken, d'uiterste zelfs, om ons Va derland uil uw schandig en uitputtend juk te ver lossen. h Indien de Miuderheid aldus sprak en handelde,de Vrijmetselarij zou wel achteruit deinzen, en degene die eerst en vooral de Grondwet gezworen heeft, zou zich wel wacli! n haar verder te laten ondermijnen.. Maar nu, de Belgen worden mishandeld, geschoren, verdrukt; en, wij moeten het voor hemel en aarde get.iiuen. tQt nu toe zijn de Gekozenen opd'hoogte van* Sen" droeven toestand niet geweest! God geve dat 't betere! Rijden en omzien is wel, doch in tij den van krisis en gevaar moet er haastig en krachtig doorgewerkt worden, of men valt en bezwijkt. De Katholieke Meerderheden hebben sedert 20 jaar niets uitgerecht; gaan zij voort op dien weg,dan is 't de moeite niet meer weerd van te kiezen (Wordt voortgezet) 't Is maar sedert eenige jaren dat de Loting met bijzonder geweld begint te drukken op de Borgerij van de Stad en van den Buiten. Vroeger hadden wij om zoo te zeggen een Leger van Vrijwilligers; en generaal Drialmont moet 'ne grooten bedrieger zijn of niets van zijn land kennen, om te durven zeggen dat een Vrijwilligers-Leger hier onmogelijk is. Wat was ons leger vóór dat de substi tutie afgeschaft werd? Als men voor 300 fr. kon 'ne man koopen, voor 230 300 'ne subslituant, welke Familie liet hare kinderen opgaan? En indien men, onder een slecht regiem, onder een kommande van dwang, een Vrij Leger kon aanwerven hoeveel ge makkelijker zou het niet zijn, indien de Soldaten dienst veranderd wierd in 'nen deftigen staatsdienst": Ons Leger bestond dus, over eenige jaren, groo: tendeels uit Vrijwilligers. Maar nu is de substitutie afgeschaft, nu moet er 1600 fr. of 2400 fr. gestort worden, nu, moesten er rond den Lotingslijd geruchten van oorlog loopen, nu zou er tot 3000 fr. gevraagd worden; nu gaat de Soldaterij nog 'ne stap verder doen, en zelfs de rijke kinders vastgrijpen en naar de kasems sleuren. Maar nu ook voelt men d'afpersing en de geeseling, nu begint er een hevige tegenstand te komen. D'hee- ren Representanten van A:.lst getuigden in Juni laatst leden, dat zij op vele plaatsen door de Kiezers waren aangesproken geweest, wegens de Bloedwet; de Kie zers waren van zin hunnen uitdrukkelijken wil te doen kennen; doch 'tis maar op't zeggen dat de Katholieke Belangen voorgingen, dat een Katholiek Ministerie maar zou aanveerd worden, als het de ijgswelten aanneemt, enz. enz. 't is ingezien deze verzachtende omstandigheden, dat vele Kiezers zich hebben laten gezeggen. Nogtans, hun wensch en wil blijft uitdrukkelijk en klaarblijkend: Verzachting der Krijgswetten! Weg het gruwelijk stelsel van Alleman Soldaat! Vooruit naar het Niemand Gedwongen Soldaat! hel eenige redelijk, het eenige reebtveerdig stelsel, gelijk M Woeste in 1871 schreef. In de Kamer liggen metduizende petitiën tegen de Bloedwet en voor een Leger van Vrijwilligers; men is vermoeid van te petitionneeren; is er dan memanl in 't Senaat of in de Kamer, die een onderzoek eu stemming over deze petitiën gaat vragen? De Kiezers en 't Volk willen hun vrienden en vijanden in deze zaak kennen. Van stonden af aan, kan men de Loting verzachten en op den ouden voet brengen; van ston den af aan, kan men d'aanwerving van een Vrij willi - gers-Leger beginnen cn namate meu Vrijwilligers heeft, de Loting verzachten.De Lplingsdagen worden van jaar tot jaar gruwel ijker; de lucht is op diedageu vervuld van angstkreten, van vervloekingen, van zuchten en van tranen; 't is alsof de Dood gelijk bij d'Israëlieten in Egypte, veel huizen met een bloedrood kruis kwam te leekeiien. Als ge dien angst, die el lende, die droefheid, die hartverscheuring, die wan hoop ziet, ge zoudt de wereld uitloojjenlZijn wü.nng vrije menschen? zijn wij nog mannen, nog Belgen dat wij, Kiezers, de macht in handen hebben en d; wij ons met eenige schoone woorden laten betobben? want zij die zeggen 'lis onmogelijk! moeten bekennen dat het zou wel mogelijk zou zijn, indien een hooge macht van zijn soldaten-ziekte genezen ware. In Bel gië komt alle macht uit 't Volk door de kiezers, mi;-, de Grondwet niet te overtreden.... De Gekozenen zijn de Rechters van dezen tijd; Past op! riepen de gewapende Joden tot Pilatus; als gij den Jesus van Nazareth niet veroordeeltgen zult den Vriend des Keizers niet meer zijn! In België, wat roepen de Schakomans: Als gij ons 't Volk niet overlevert, g'en zult de Vrienden des Kouings niet meer wezen.: ie &e staat van zakea op 10 jaar Belgenland in den gr ond inoetbooren Wat is toch beter, nuttiger dan t Vrij Onderwijs? Gelijkd'Ouders hun kinders moeten vo Srzien van kost en kleêren, zoo moeten zij ook aan iii iiikiii Iers,eenonderwljs verschaffen volgens staat... Te geleerd zijq voor zijnen staat en amoacht d-ragt ni .-t... >e misdaden gebeuren niet, uit onwetendheid, ju. .ar uil vcrfijaJe en geleerde boosheid.... Liberalen, ■j-j partijschap verblindt u; aan liberaal zoowel als r. t kat Koliek is dit officiéél Onderwijs schadelijk «■a- Ier aiie opzichten.. Waarom moeten (le Meesters en Bazeu zie» blij ven in den haat stellen iiunner werk- i -• - li door dien schooldwang?... De Vrijheidvan Otl- (/-. trijs: eik vrij van zijn kinders naar de School te ze. den, waar en ziolang hij wilt; dat is d'EEN- 1)} ACHT EN DE WELVAART terug in 't Vaderland. Ei wat de behoeftigen aangaat, degene die bun kin- d»- sp/.c:i voedsel ofklcereu kunneu koopeu, bd die w< <«,".tiijk behoeftig ziju, niet kunnende werken, ca £- jr zal de Familie zorgen, de Gebuurte en i n \-: jk de Stad of Parochie.Belgenland wordt opge- fc-v )g van twist eQ twee tracht, en er is nogtans tnid- ile on alles in orde en in vrede te brengen, eu de las t>b merkelijk te verminderen, ioplaatsvau gedurig op .j slaan, gelijk het nu gebeurt, eu gedurig mesr en rat- t zal moetón gebeuren. u i DE FÓPPERIJ VAN 'T JAAR 30. iark der gentsche Geuzen, de Waal Laurent» kwijls geschrevenen herhaald dat de Grondwet 1 -ene fopperij is geweest, omdat ze te veel vrij- le Ka:nuliekeu heeft toegestaan. i >k, Vlaamsche Katholieken, wij zeggen dat d® c eene fopperij is geworden, en dat het de moeite .weerd was eene omwenteling te maken, om te ko- i tot den toestand waarin w.j ons hedendaags bevin- i'roote belangen hebben de Belgische Provin - eref-Digd om het juk van den Hollander af te o: ie Vrijheid van Godsdienst en de Vrijheid van S\ !en streden meeat tegen de indringing der Iaudsche Taal, de Vlamingen tegen de krenking °r .odsdienstige Vrijheden. do Vrijheid onzor Religie hebben wij, Katholieke Oi ii n, liet heilig belang onzer Taal geslachtofferd; -.»• 'Uis'idie Taal, de Taal der Walen hebben wij er- als ija ie de OfBciéele Taal, en dit is een betreur- jpisslag geweest, eene misdaad tegen de Moeder- Wii ..'■van wij nu de rampzalige vrucuten inoo/sten. ar is de bron van het verval onzer nederlandsche r„,- ra blijft de Vlaamsche Beweging beperkt in Kring der Volksklassen? Waarom is gansch onze ere. onze besturende klas, ja zelfs een groot deel huigerij verbasterd eu verfranscht? 'at de l'ransche Taal de Taal is van het Goever- Al wie in onze scholen komt, heeft een groot iiberaal blad geschreven, zal onvermijdelijk geus en Vrijdenket worden. Ach, schreef de FLANDRE LiBÉRALE na de Feestdagen van Allerheiligen en Allerzielen, zooveel Volk in de Kerk! Zelfs liberalen in de Kerk! waarom volgt men onzen raad niet? waarom zet men nog den voet in een Kerk? Te HOEi wordt een nieuwe Logie van Vrijmetse laars intericht, en onder de Sticüters zijn 5 meesters van 't officiéél Onderwijs. Het licht der Vrijmetselaars hangt t'hooge; te ver geefs ziet men in kieine steden en dorpen, d'officiéele mannen nog den hypocriet uitbangente vergeefs zendt men valsche schriften rond; al de treffelijke en wijze Volkeren roepen: Zij zullen haar niet hebben, de schoone ziel van 't kind Waarom is het toch noodig dat wij ons blijven ru neeren door het bouwen eu onderhouden van die offi ciéeie Scholen?Overtuigt moeten wij toch zijn, da\ en dat al wie tot eenen hoogeren stand wil ko lie Taul moet oefenen, gewoonlijk met verlies der >n d#- Moedertaal, j zien wij de schoonste talenten van Vlaanderen, re-re schrijvers en redenaars, verloren gaan voor -• inandsche Taal. bekent opent lijk in zijne redevoeringen dat hij de iuaiache Taal niet machtig is, en de welsprekende op tbr van den Bikn Public moet te Brussel verkla- ren dat iiij een vervreemde provinciaal is; maar nog meer is hij een vervreemde en verdoolde Vlaming Mi h o meer talent en iever zulke mannen aan den I in leggen, hoe meer zij bijdragen tot de verfransching - ii. on-i Vlaanderen; en aan 'i einde der rekening mag is: een vraagpunt maken of hun invloed, niettegen- stviode de beste insichten, voordeelig of rampzalig i geweest aan de Kathoukrb Religie? ,Vantmen mag het niet vergeten, verfrausching wordt meer en meer vergeuzing. De franscbe lucht is V'llottig voor den Ylaamschon Katholieken grond; 1' ankrijk wordt, een ongeloovig Volk. Wij bekennen dus met den geus eu Jacobijn Laurent, d it de Grondwet van'tj'nar 183 eene fopperij is ge- w rdeu tegen het Katholieke Vlaanderen. In een aanstaande artikel zullen wij naar middels u itzien om die fopperij te ontkomen Uit mijn eiland Chipka. Tahoul, k ba weeral moeten vluchten van mijn eiland Chipka;het regent geweldig en de Nyl stroomt bier laDgs alle kanten over; Taboul, aihoewel vreemdeling io dees land, ik kan toch over m ju hert niet krij- gen dat er zooveel miljoenen ver- Y/JWI/s/ twist worden om leeggangers in of- //.tyfy/' ficiéele verlatene scholeo ie houden, cn dat er geen enkele honderde duizeude franken af raag om d'overstrooraingeu te beletten; en 't en is doos jaar alleen niel! 't ls bijna alle jaren dat er veel schade en pijn word' geledea; Taboul, zoodra ik hier g'installeerd ben. ga ik naar Brussel bij den Sultan van dees Land. ik kau hem nog van a s hij in zijn jonkheid naar Egypte is geweest, omdat er te veel slameur was in 't Hof. maar ze zeggen dat hij schrik kelijk verouderd is welnu, als ik ga. vragen zal ik, hoehij zulke krirnioaliteitea kan laten gebeuren. Vriend Taboul, 'k beu zondag in mijn belgiscbe kleêren de stad rond geweest; ge zoudt uw pogen uit zien op de properteit der uuizeu en de breede vlakte der markten en straten; rond den noen. ging er veeL vo'.k naar de Markt, ik giug ook eu voorzag mij eerst in d-i gebuurte van Cnipka, van een provisie tabak en chikskes; lekkeren bik,Taboul! ge zuil hel later proe ven. Op de Groote Markt, Taboul, heb ik 't Stadnuis moeten bewonderen; wel. dat vliegt de lucht in,gelijk een fusée. en voor 't Stadhuis staat iu 't metaal DIRK MARTENS, die d'eerste Drukkerij iu Belgenland heeft gebracht; en 'twas juist feest, Tabouhde neiaard speelde, ma ir mij dunkt dat is de vermaarde beiaard van Aalst niet meer; de beiaardist is meester in ziju vak, doch verscheide klokken h-bben 'ne valsche klank; er stond veel volk op de Markt en 't schenen mij brave stille liedea; en 't was hier 'ne Feestdag van u«5q JiiUaU, Töh.uliM-arbuitss. - -Pj" ".7* hun koperen hoeden; buiten een gewapend Korps, ik hoorde zj?gen dat het de Vrijwillige Pompiers zijn maar. Tab ml. dat zagen er flinke manhaltige kerels uit, had ik zulke liedeu ouder mijn gebied gehad, den schelm Wolseley zou mij zoo gemakkelijk niet ach teruit gedreven nebben, maar buiten dat, was er niemand achter dan drij heeren, 'ne langen, ne glorieuzen dikken en 'ne korten ingestuikten, die altijd grimmelde en rondkeekTaboul, de Sultan moet hier slecht gezien zijn, dat er op zijnen Feestdag zoo weinig volk naar den Te Deum trekt. Dofflcieete bidden niet meer en do Katholieken z-ggen dat ztf hunnen God te voet vallen voor bun Vaderland.maar niet vixir een opperhoofd dat hun vijandig is., laboul, over dat punt zal ik deu Sultan Leopold ook spreken, als hij mij wilt ontvangen. Tahoul, 'k en versta niet hoeden Khedif dezer Stad geen compassie heeft met de menschen en beesten die langs de Zaat moeten gaan den eersten keer dat hij langs mijn eilaud Chipka gaat. spreek ik hem aan.. Taboul,de Volkeren zijn Hiergespraakzaam; zoo sprak ik een bejaarde vrouw aan die met ha ir docuter naar t bureel ueveos mijn Chipka ging; ze was van Mytbeke en klaagde 4d* Vervolg en Slot. De kapitein liep niet naar huis, hij vloog; Hij komt, zegde hij, dezen avond. Wie is 't die komt, Vader Wel, uwen fameuzen dambordspeleruwen M. den Pastoor! we zullen hem 'ne keer een les geven dat wilt spreken van 't dam bord, iemand die GEEN kennis heelt van krijgsoperatie»... En zijn tante cn nicht komen meê. Ge verstaat mij.' Allons, rap aan t werk... En de Kapitein gaf 't voorbeeld, om alles in gereedheid te brengen; en 't was daar g heel den dag een vrolijk leven en over en weèrgeloop. 1A Duren gingen niet rap genoeg voor den Kapitein, en wel 10 kee- ren ging hij 's avonds zien of de genoodigden nog niet kVamen. Eindelijk, ze zijn daar! De salon is een hemelken en een ovenken; op de schouw,de kandelaars vol brandende bougies, de tafel gereed gedekt en nevensd'eettafelop een klein talelken,onder een hangende petrollunp, het opene dambord, met de wille en zwarte pions, in gelijke slagorde geschaard en die hun genenaals afwachten, om tegen malkander op te komen, Nooit was Kapitein Knorpot zoo beleefd geweest; zekerlijk had hij in den dag, meer dan eens gegrold en gebromd op zijn eigen, op zijn dochter, op de meid, doch 't was uit iever, om zijn volk wtlte ontfangen en toen rond 6 ure, de bel klonk en dat de meid ging o ienen, stond de krijgsman aan den ingang van zijn woonst, en bracht met een ridderlijke beleefdheid, de genoodigden binnen. Welkom M. de Pastoor, welkom, madam en m. jnftër, gebet' plaats te nemen. Ge ziet, de kampstrijd staat gereed.... Saida, ge lief te doen opdienen; wanneer belielt het M. den Pastoor, dat wij het tweegevecht beginnen.' 0 Kapitein, 'k ben t'uwer beschikking; als ge wilt. Binnen éen uur dan, op slag van 7 ure, en de dames zullen onze getuigen zijn. Zoo gezegd zoo gedaan! Als zeven uren op de schouwhorlogie tingelde, de twee strijders zaten rechtover een aan 't klein tafelken en de dames schoven hun stoelen in de ronde. De Kapitein nam twee pions: M. de Pastoor, zegde hij, de witte zullen voor gaan; de Geestelijke trok; de zwarte waren voor hem. Wij spelen, z i de Kapitein, voor? Volgens uw beliefte. Tien centiemen? Ja, tien centiemen. D« Kapitein wierp een arendsblik op zijn witte krijgslieden en begon't spel, met eenige schermuls-lingskes; de Pastoor stelde zijn pions voor/.ichtiglijk langs d'lmekcn. maar hij, als een ervarene strijder, zond zijn volk als tirailleurs vooruit in 't midden van 't slagveld, lokte M. de Pastoor in hinderlaag, verdeelde zijn volk, nam hier en daar 'ne krijgsgèv:mgen n. en na vijf of zes minuten, sloeg hij met viktorie ziju vuisl op de tafel; hij hal een dobbele pion welke als een krupkanon «ie rij m der witte pions doortrok en weldra vele slachtoffers maakte. Wat dunkt u 'k Ben verloren, Kapitein; ziehier mijn 10 centiemen. Een tweede en derde partij w-cd niet dezelfde vlugheid enkracht door deu Kapitein behaald; de man was in ziju weêr; zijn oogen blonken van vreugd; nooit had men hem in zulke vrolijke gestel tenis gezien. Wel, wel, sprak de Pastoor, ik speeldenogtansvroeger beter. Misschien hadt gij te doen met S|welders, Min behendig dan gij, Kapitein; tis mogelijk;nogtans, indien de opzet grooter ware, misschien!... Indien ik niet vreesde u te bestelen, ik zou 30 centiemen zetten. 't Is te weinig! Te weinig? Zekerlijk! Welnu, ge moogt het stellen g»-Iijkge wilt, ik aanveerd op voorband. Zoodat g'aanveerdt, Kapitein1 Ja, zekerlijk! En als ge verliest, ge zult uw schuld voldoen? De schulden op 't spel zijn schulden van eer, of gaat ge mijn eer betwijfelen? O, nooit of nooit! 'k Wil 't gelooven M. de Paslo laat booren nu voor hoe veel wij spelen? De Pastoor zweeg een oogenblik, clan sprak bij en zegde: a Een Mis tegen 'ne Vastendag. Wat wilt ge daarmeë zeggen M. de Pastoor? Luister: als ik verlies, zal ik water en te brood, maar als ik wiu, k naar mijn hoogmis. Dat is geen opzet, 'k weiger Gij hebt schrik van te verliezei. Ik ben zeker van te winnen. Zoo zeker niet, anders ge zoudt Ik heb bijna gezworen v En uw woord van eer van rk een dag vasten te gij zondag toekomende nveerden. naar de Mis te gaan straks? Pasop, M. de Pastoor; als ik geveerd, ge vast zonder ter mijn, wees er maar verzekerd van. Och, wie weet! Wat, ge zoudt tegen mij opkunnen! We zijn als speelders van gelijk kracht! De kansen gingen u daar meê. De kansen! welnu, riep de Kapitein zijn oogen ronddraaiende als kogels, ik aanveerd, op conditie dat er revanche is, en ik stel uwen vastendag op donderdag. En ik uwe Mis op zondag, ten 9 ure. Zwijgen als 't u blieft, riep de Kapitein tot 't vrouwvolk, of ge gaat mij stooren. M. de Pastoor, ge moogt beginnen. Nu greep er een plechtige stilte plaats; men speelde als voor zijo leven; Kapitein Knorpot hoorde of zag niets dan 't spel, en bere kende lot in den derden graad aide pions wclkehij verzette;maar de Pastoor speelde niet min behendig en hield ziju krijgsvolk zoo dicht aaneen gesloten, dat de Kapitein nergens kon indringen. Een dik kwartier duurde reeds 't spel, Bliksems, riep hij, M. de Pastoor, ge vestigt ii sterk. Ik verdedig mij, Kapitein. Ha M. de Pastoor, riep hij, 'ne pion verplaatsende, hier heb u, twee en op weg naar 'nen dobbelen, daar verwachtte ik u. En ik, Kapitein, ik verwacht u zondag in de Mis, ge zijt in den strik gevallen IkHoe dat? Wel zeer eenvoudig, ik neem, gij neemt op uwe beurt; dan neem ik dezen meê, 'nen tweeden, derden en vierden, uw spel is De Kipitein sloeg op tafel, dat de ruiten trilden. Wel, blik sems! riep hij met schorre stem, wat heb ik gedaan! hoe is 't mo gelijk geweest! Zoo dom zijn! een kind moest hel zien.... M.de Pastoor, ik vraag revanche. 't Is d'afspraak, Kapitein. Nu deed de man niets meer dat docht; Kapitein Knorpot zijn hand beefde, zijn hoofd liep op hol, hij was gedurig bezig met zijn Mis; en nogtans hij deed rewelJ, om al zijn aandacht op't spel te vestigen, zooveel geweld dat dikke druppels zweet op zijn voor hoof! stonden; doch hij verloor met klank. Zijn hert was getroffen. Ik heb verloren, zegde hij, ik ral naar de Mis komen, maar we zullen mal ka Ar terugvinden. Ik weet niet wat mij scheelt; mijn hoofd is niet gelijk andersEn toen de genoo digden vertrokken waren, wierp hij zijn pijp weg ik ben ziek, zegde hij, zoo ziek als 'ucn hond; neen! 'k en ben in 't g'beel ni«t wel. eo al brommende op zijn schoonste manier, ging hij naar bo ven en wierp zich gekleed op zijn bed. G'beel de rest der week was hij bezig met studeeren op welke

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

Het Land van Aelst | 1882 | | pagina 1