9 r£vndag 2 Btkart 1884. 25*'* Janrg ing. Ito Gebeurtenissen. rfes IP Geen valsche getuigenis geven, GODSDIENST. - VADERLAND. - VRIJHEID. IEP*5'' Éff t>7 In Paleis. al' '1 e'A% 5!S5 L' Escaut en de Bien Public. c/ i>wi BUREEL, ACHTERSTRAAT. Gewoonc Annoncen 20 centiemen per régel. Annoncen op de Tweede Bladzijde SO centiemen don regel. Berichten onder 't Nieuws, I frank den kleinen regel, HET LAND ABONNEMENTS-PRIJS. 5 fr. 's jaars, vooraf betaalbaar. Inschrijvingen worden op alle tijdstippen genomen, rechtstreeks bij ons of door post of briefdragers. /AN AELS1 AALST, ZATERDAG 1 MAART 1884. Is er t'Aalst Policie of is er geen Policie? Is er een Katholiek Bestuur of is er een Geuzenbestuur Is 't gepermetteerd dat ze 's nachts en tot 's raorgends toe, op de straten een wild cn afschuwelijk gezang en gespel toe laten?Moeten al de Burgers hnn nacht rust gestoord zien, moeten de zieken hun lijden ver meerderd zien, voor eenige honderde stekelverkes Om een gedacht te geven van den schoonen toestand in Aalst, dijnsiag hebben de Draaiorgels hunnen vollen zwier mogen nemen tot o ure 's raorgends; reeds was de Vaste daar, de menschen gingen woens dag morgen! naar de kerk,en nog duurde dit afgrij selijk lawijt... 't Gaat er voorbeeldig in Aalstlstraks zullen wij aan Gent en Antwerpen niets te benijden hebben! men heeft er de complementen van Wie is de liberaal die in Aalst de gunst der ka tholieken najaagt en in naburige Parochiën voor het officiéél gaat DWINGEN! Dwingen, de werkende Ouders 't mes op de keel zetten, dat is toch zoo def tig! Ze vergeten, de Volksbeulen, dat de wraakroe pende misdaden hier zelfs op de wereld gestraft worden!... Och, ze zijn rijk, ze zijn machtig, ze zijn te verstandig om Christene meusch te blijven; ze werpen God en hemel en hel en ziel over boord maar tegen dat alles,is hun onbezonnen geweld, als een vlieg die tegen de muren der St Martenskerk botst... Windhorst riep het onlangs uit, in den Duitscheu Rijksdag: God is Almachtig en hij blijft almachtig! NIEMAND kan hew ontsnappen. Achtbare Lezers, ge zult verder vinden de liefe- ijke wet, door de liberale Ministers in 's Konings naam, op de Bureelen der Kamer neêrgelegd De versjacheling van België duurt voort; Sire teekent de wetten van de truweelgosten, en de Vrijmetsers leve ren hem de Belgische Huisgezinnen Wat zullen wij zeggen HOORT!... In Zweden en Noorwegen hebben de Volkeren tot hunnen Koningen tot zijn Ministers ge zegd: Neen, wij leveren ons zoons niet gij hebt soldaten genoeg! wij laten u niet toe,ons land ineen kasern te veranderen; en sttfatjiet u alzoo niet aan, 'In de faïmliënliTe 8^*r. Sma len, zouden de zoous 2 maal moeten loten; sn plaats van éen zweerd, 't zouden twee zweerden zijn die boven hun hoofd hangen De oorlogsbudjet, nu lot de 6o miljoen, zou mer kelijk vermeerderen; de Maas zou versterkt worden gelijk de Schelde; in een woord, het onzijdig Bel gië,van Antwerpen tot Arlon éen kasemat, zou tot de Mogendheden roepen: Ik wil ook oorlog voeren In den eersten krijg den besten, wij vechten meê Hetgene nu gebeurt, was sedert lang te verwach ten: de Bloedwet is het onreehtveerdigste stelsel die er kan bestaan; de eene afgrond roept de andere in; men heeft de Bloedwet laten opgloeien en sterk worden; nu grijpt zij naar de goede Burgerslamilién; aan mijzegt zij, de zoons van kooplieden, van pro- prietarissen, van miljonnairs en van barons de sa bel moet alles overheerschen de generaals, kolo nels, kapiteins en officiers van 't Leger, als zij in de steden en dorpen gaan, ze moeten kunnen zeggen Alles 'tonze! alles onder ons bedwang! Iedere zoon die geboren wordt, is bestemd, om onze slaaf te worden De menschen ziju verwonderd Een algemeen ge schrei klimt ten hemel: Dat z5l, dat mag niet zijn Daarvoor hebben wij ons zoons niet opgebracht Weg! weg dit volkshatend Ministerie Ja, weg dit Ministerie van tweedrachten van ram pen, weg die regeering van Bloedzuigerij; maar weg ook d'oorzaak van alles! Weg die Bloedwet! Het rem- placeeren gemakkelijk gemaakt! Vrijwilligers aange worven, en den weg gebaand tot het NIEMAND GEDWONGEN SOLDAAT Wij moeten deze gelegenheid waarnemen om ons, sterker dan ooit, te vereenigen tegen die grouuwzume Bloedwet! Het reserve-leger bedreigt de welheb bende Familiën; maar sedert 15 jaren worden de Familiën van den Ambachtsman, van den géringen Burger, jaarlijks gekrenkt en gekraakt! Een ;un bachtsman houdt zooveel aan zijn kind, als een mil- jonnair of baron! Als wij allen te samen tegen deze gruweldaad niet werken, wij zeggen niet dat serve-leger zal gestemd worden, maar de Bloedwet Casimier. Ja, Sire. de zaken genoemd gelijk zo zijn, want 't roept vengeance ten hemel gelijk ze dat schoon Belgenland verdrukken en verscheuren! Ge zoudt waar lijk zeggen dat Lucifer met al zijn helschc en aardsche iloebers expresselijk werkt om Bolgenland ten onderen ,o krijgen.... Sire. En wat zeggen ze van mij, Casimier? Casimier. Wat ze van n zeggen, Sire? Och lieven deos! ge weet, Sire, dat de Vrijmetsers u valschelijk lo ven en prijzen zoolang als gij hun slechte projekten goed- yeurd. Sire. De katholieke gazetten schrijven dat! Casimier. En de bew;:zen zijn er. Sire; waf hebben wij in de jaren 78 voor uw Paleis gezien? D'uitzendelingen der Logic die bedreigelijk kwamen delileeren! De liberale Tgarde-civikkèn die kwamen roepen: Au balcon. roide J-carton! En waarom? omdat gij uw deftige Katholieke Ministers zoudt weggezonden hebben.... Is dat waar, lie- Ven Sire, of zijn 't leugens die ik u vertel! Y Sire. Maar Casimier, ge kunt toch tegen stroom op i niet varen, man; als 't Volk na van geen katholieke Mi- bisters wilt! w Casimier. 't Volk, Sire, och, ik heb dat door de 'gio<.-!-bekes van de vensters gezien, kanailje was 't, kra- 'l>ul. uitgekocht rasken, waar een eerlijk man zijn deur voor toeslaat, van 't gemeinste volk dat er in de stad van Brussel bestaat, opgeleid door eenige truweelgasten, zon- Mer oor of koeragie; neen, Sire, dat zijn geen Belgeu, dat tb schuim en overschot van volk! En wat i3 dat gepeupel kiflo! tegen honderde duizende brave werkende Belgen die... Sire. Maar Casimier, ge loopt van den thema al; vwat /.eggen de katholieken van mij? zal hare kracht behouden en d'eerste gelegenheid I Casimier. De katholieken, Sire? ze zijn misnoegd waarnemen om hare slaclitoffers ook in de rijke en ei verbitterd; ze zouden u geerne 'tenegen blijven, maar welhebbende Famiiiën te gaan zoeken, iletgem de fis ;nogelijk? kunnen zonog? Ik zelf, Sire! -n c B9 Wat is er nu, Casimier? anti-Militaristen vrageu, is zeer redelijk en gema - ijmjer. ik zelf,'t is ai zuchtende dat ik hier blijf, lijk om uit te voeren. Tot alderlijd de Loting laten I i ioch eens wel op de zaken die er gebeuren!'t wordt bestaan; vrijwilligers aanwerven, groote gezonds ka- een oprechte Kerkvervolging! De Geestelijken, de Religi- 5kucy< serns bouwi n; de gevangenen zijn beter gehuisvest dan de soldaten! de reglementen tegen de gevaii.e- nen zijn zoo willekeurig niet als de reglementen in 't leger. De Vrijwilligers dus, goed behandelen ru namate er Vrijwilligers komen, de Loting verzr ten, totdat die Handel in blanken kan afgesc! ft worden. uw papa-zaliger had er de grootste achting voor! Sire. Ja, maai' de tijden zijn veranderd Casimier. Sire, de kloosters en koventen staan on- r dezelfde regels als over 30, 40 jaar. In de kerken en treilen is niets veranderd! re. Waarom staan de Geestelijken tegen de wet pl. S asimier. Tegen de Schoolwet,wilt go zeggen, Sire; iloeten! ze moeten! Meint ge dat de Geestelijken in zulke schoolwet zouden aanveerd hebben? Maar ik Sire. Casimier. Casimier Zijn 1 weet nog wel dat tot over 15 jaar, al de liberale kopstuk- BJ ken zegden: De Volksschool moet godsdienstig zijn! En nu zij is onzijdig, dat is te zeggen GEUSEn de klaarste Sire. Wat nil injt LogieT w^en 1,0 ^ees^ers *t°en deel ma ten CASIMIER. - dire, ue vuitveren veruiiuuuijueii.Lf a a( t metsers om hun wraakroepende geldverkwistingen; als i Casimier, ge klapt toch zo g gepetst de 750,000 tr. 4 <t IdföfakmatP af» -****»»'»>««> ♦PWWïLSf ntfit flat er riike Vrijmetsers 1000 fr oer da* trokken V dte spreekt! /e verscheuren ons katholiek Belgie! Ze 9 V. e nest van Geuzenj maken! hneveol liberalen zijn er met leven zonder naar kerk of k x>.' t>. A, R.in't min of ze moeten 1 .kam Cd cL u»»SvdunuV..:.a:a7f neemt ken, gelijk Balthasars! Sire Dat niet! 't os daarover niet dat *4 .mm i t ..if Scher. in uwen raad!.... Sire, mijn mo vandie vuile uitspattingen der liberale studenten te Luik. Is 't ooit gehoord, dat jonkheden zoa vroeg en zoo dief bedorven zijn! Recht van uit de statie, loopen naar de slechte koten, brrr! brrr! Sire. Maar Casimier, ge loopt van de schreef, man; ik wilde u vragen, wat dat ze zeggen in 't Land van dit Reserve-Leger! Casimier. Ha, dit Reserve Leger! Sire. Zeker, 't projekt is neêrgelegd! Casimier. En ge vraagt mij, Sire, wat de menschen ervan zeggen? Sire. Ja, Casimier! Casimier. Welnu, Sire, eerst is er diepe stilte van verwondering geweest Sire. Van verwondering!? Casimier. Ja, Majesteit, en dan is er een groot ge schrei van verontweerdiging opgegaan. Sire. Tegen wie, Casimier? Casimier. Sire. principalijk tegen de Ministers, die met deze nieuwe Bloedwet al hun ander gruweldaden komen bekroonen. Sire. Gruweldaden, Casimier! hij De Escaut van Antwerpen verwerpt dit gedacht; dat is opgeworpen geweest, schrijft die konfrater, in klein gazette- kes van Vlaanderen!.... En wat. geeft dat, kuofratorIs eon gazet vordienstrijkcr, volgens hare grootte I Is een woord be ter,namate het met kracht en geweld uitgesproken wordt En nu dat do klein arrondissementen de macht uitmaken der katholieke Partij, zijn die woorden van den Escaut niet hoogst onbetamelijk? Maar de Antwerpsehe konfrater schijnt te ver onderstellen dat dees gedacht van Geestelijke Volksvertegen woordigers opgoworpen is,oin eenige Walen naar dt> Kamers to zenden. En hierop antwoordt do Bien Public «at de kwestie van taal geen beletsel is cn yverpt de naam van den heer Woeste vooruit: of hij niet deftig en nuttig ons arrondis sement vertegenwoordigt: wij antwoorden In zekeren zin JA, doch de keuze van M. Woeste is een enkele uitzondering geweest; voortaan is het onmogelijk in ons arrondissement iemand voor te stollen die de taal onzer Kiezers niet spreekt on verstaat! Moest M. Woeste over dees punt ondervraagd worden, hij zou zekerlijk moeten bekennen 't Is jammer dat men g'heel België door, in de Collegiën en Pensionnaten, do Viaamsche taal niet onderwijst en leert in 't publiek spre ken; want ik hen in moeielijke gevallen geweest;'io, 60,2, 3 honderd kiezers zijn verga ierd;de meerderheid verstaat geen fransch! en 't is die taal dat ge moet sprekenGe gaat op kie- zingsrondeen alle vijf voet is er een afgrond tusschen u en tussehen uw Kiezers I M. Woeste is cn blijft onze Volksvertegenwoordiger men verhoopt in ons Arrondissement dat hij met alleen de reserve zal bestrijden, maar ook de Bloedwet metal haar verzwarin gen; in 1872 schreef hij dat 00.000 man genoeg zijn voor de moeielijksteomstandigheden in welko wij ons kunnen be vinden! Wij verhopen dat M. Woeste, zijn zeiven getrouw, ook de gevoelens zijner Lastgevers zal teruggeven; nooit is er met meer geestdrift toegejuicht dan als M. Cu. Lievaut in de Kiezersvergadering uitriep: VRIJ LEGER en VRIJ ONDERWIJS! Daar zijn de gevoelens en de wenschcn der bevolking M. Woeste, nocnt zullen wij hem iets onaangenaams willen zeggen, omdat hij geen Vlaamsch kent; dit was op voorhand geweten en voor hem alleen zullen wij de franseho aanspra ken vertalen-, doch voortaan zal de VaaertandSchc uitroep: In Vlaanderen Vlaamsch! ook in do kiezersvergaderingen een stalen wet wezen stillekes weggegaan! arme dn Vaderland, als do zaken niet veranderen! Die vervloekte truweelgasten Mogen de Priesters in de Kamers zetelen? De Grondwet, zegt uitdrukkelijk JA, in 't Congres van 183R waren verscheide geleerde heeren Geestelijken en hunne raadgevingen zijn van zeer groot nut geweest, vermits de geestelijke belangen bijna in elk vak der wetgeving besloten zijn. Wat gebeurt er in de Kamer? Men randt de Godsdienst aan op alle manieren, de liberalen spreken van godsdienstige zaken gelijk een blinde van de kleuron, volgens dat zij in hun slechte schriften lezen. En wie zou daar best op kunnen ant woorden, tenzij een geleerde en welsprekende Theologant? 't ls goed dat er in de Kamers kooplieden zijn en nijyeraars, t is goed dat er Personen zijn. bekenj met den Landbouw en met de Kunsten, advokaten zetelen er ruim genoeg; maar 't is ook nuttig en prijsbaar dat de Godsdienstige Belangen er ver tegenwoordigd zijn door Personen welko dosaangaando eene bijzondere studie hebben gedaan. LÜOPENDE NIEUWS. - 't Meuschdom Verlost, van Dichter De Kouiuck, is verschenen; 900 bladzijden, in pruchtdruk. Bit proces door den rijken afgestel- den bisschop van Doormjk ingespannen, is weeral een geldfeost voor de liberale advokaten. Janson heefteen eerste rekeningske ingediend vun 80,f00 fr. Leg ze my daar! Jottraud vau Brussel, waaneer gaat hg de 38,000 fr. aan den Staat weergeven? De Rechtbank heeft immers beslist dut hij te Brussel woont en geen recht had op zijn 2u0 Hollandscbe gulden per maand. De zen wiuter hebben d'Aalstenaars hunuen gaz duur moe ten betalen. Zijn de gaz-verbruikers vcor 30 jaren met hun ooren aan den blok? 't Ziet er hem lief uit. M' Notaris DE WINDT is tot Aalst benoemd en wordt te Moorsel vervangen door Mr VAN DER SMISSEN. De hocgleeraar David sciireef reeds in 't jaar 1841; Men wilde Viaamsche taal onderdrukken, en vreemde be schaving, vreemde zeden, vreemde taal mot vreemde ongodsdienstigheid op belgischen bodem verbreiden. -» Ze spreken wederom veel van Brugge-zeehave... En •vaar zul uien dit geid halen, onder een liberaal bestuur?- Irnnnan nn<f H» Mrimrfttn Wi<rkeu llict uitVOOTcn! >o -"V weinigyisch ui. J'a .ui- (ju ziji '.2, O franken bediende iu t Ministerie van'UuderwijS. De maatschappij Cockerill moet voor Rusland een machien maken van 10,000 peerdenkracht. Te St Nikoluas is met veel roem en geestdrift in den Vlaamschen Kriug het standbeeld van Conscience inge huldigd. Onder ander feestelijkheden was er een aan spraak van Priester en Dichter Claeys, welke de verga dering in don hoogsten top vau geestdrift vervoerde. De tribuun was omzet van leeuwenvanen, on de rijkbegaaide Redenaar, eindigende met de woorden: Zij zullen hem niet temmen, de fiere Viaamsche Leeuw, werd door een donderende toejuiching begroet, terwijl met honderde stemmende Viaamsche Leeuwenzang werd aangeheven. T'Autwerpen zijn er op Karuaval iu den Berg gezet 979 horlogiëu; zekere J.f Van Stavoort oud 24 t\ 25 jaar, wonende by jue zuster, Me kmarkt \5, is zoudag avond gemaskeerd uitgegaun en dond-rdag was hij nog niet te:ug Twee frunsche generaal, zyn overleden; dege- neraul de Wimpffordie teSedan zijn naam verloren had en de generaal Schramm, de oudste van 't Fransch le ger, die nog onder Napoleon gediend heeft, 97 jaar oud, en 72 jaar dienst als generaal. Wat is hrt in Aftikt nU-cM vo '.ft h; CfoV aul is weg eu blijft weg;' hij (EEN WAARACHTIGE GESCHIEDENIS.) O VI. ARME VADER! Twee boerenknechtea waren bezig in de Steenen Hoeve, aan een voêr boei dat moet ingeschuurd worden. Al werkende spraken ze van onverschillige zaken, toen een ge rucht in het huis hunne aandacht trof en dat zij een ruime tijd al zwijgende de riek hanteerden. Wat gebeurde er in huis? Stemmen weerklonken; een ruwe stem en een smeekende stem; de ruwe stem klonk gedurig harder en wreeder, en de smeekende stem, men zou op den duur gezegd hebben dat er tranen tusschen vermengeld werden; dan hoorde men getrappel, omverwerpen van stoelen, het botsen tegeu tafels en kassen. Tist! Koben! Hoort ge 't wangedrocht wederom bezig! Wie zou dat toch gepeisd hebben! Tist, een boosaardig kind kan wreedaardiger worden als een tiegerinne. En zijn moeder die nog geen twee maand dood is! Peist hij op zijn moeder! Van de week nadienzat hij weer bij .dien Mukli en ze gingen te samen naar de stad, en waar ze daar zitten dat is genoeg geweten! Maar hoort eens Koben, 't schijnt zuiver dat er een worste ling plaats heelt! Zou de schurk der schurken dat durven! Zie Tist, dat doet mi) waarlijk aan 't hert! Zoudt ge niet liever uw brood bedelen als zulk een lever- t'hebben! Koben, 't is hem «00 dikwijls voorzegd, iriaar als 't kalf ver dronken is, wordt de put gevuld; de meeste menschen zijn toch zoo dwaas! En zoo gelukkig dat ze konden ziin! Tist, hoe zal dat hier vergaan? Slecht zal 't hier vergaan, ten slechtste dat t maar eeuwig kan zijn; de baas vergaat als sneeuw voor de zon en.... Maar Tist, mij dunkt, we moeten daar tusschen komen! 't Is een scabreuze zaak, Koben, maar toch, laat ons wat na deren en gaan de zaken te ver, wij toonen wie wij zijn! De twee boerenknechten waren reeds eenige stappen genaderd, toen zij de deur hoorden openvliegen; en wat zagen ze? Nard, de jonge booswicht, in d'nevigste opgewondenheid, rood als 'ne kal koen, gram als een getergde kater en met ?t vuur der razernij in d'oogen, die uit den huize sprong en 't hof uit was als 'ne pijl uit den boog. En binnen was alles nu stil als in een graf. y Op 't zand van den vloer zag men de indrukken van een men- sckenlijf, de stoelen lagen verwardelijk overhoop; een ledige geld beurs lag op latei; een kist stond daar, met geweld opengebroken en in den hoek op 'ne stoel zat een man te weenen! Een manl 'ne Vader van Familie, den rijken en trotschen hof- boer! Rijk is hij nog, misschien, want op de Parochie wordt er aardig geklapt! Maar trotsch is hij niet meer! neen! gebroken en gekraakt, vernederd en vermorzel! is dé man! Ach God! ach God! kermt hij; mishandeld moeten worden, op den grond geworpen van mijn eigen kind! van mijnen eenigen zoon! er is een stem in mij, die hem zou willen vervloeken, maar het is toch mijn bloed enmijnkindl en hem vervloekende, vervloek ik mijn eigen niet! Och God, schank mij toch vergiffenis! misdaan beb ik, zwaar mis daan! Gespot met goeden raad! Niet gebeden in mijn huis! Mijn huis was een geuzenhuis; maar wie zal ooit beschrijven wat ik afzie! Ze spreken van ziekten en ellenden, maar die pijn daar in mijn gemoed! och, mocht ik in d'armste hut der Prochie in vrede leven! En wat staat er mij te verwachten! Och God! och God! och goeden bermhertigen God!... En die rampzalige rijke mensch sloeg sloeg met geweld zijn vuist op zijne borst, terwijl beete tranen ever zijne wangen bolden. Dan legde hij in de diepste en bitterste wan hoop verzonken, hij legde zijn handen op zijn hooid en lag daar pijnlijk te stenen. Geen woord sprak zijn mond, maar de tranen, die tusschen zijn vingers glibberden, zegden meer dan de krachtig ste woorden. Arme droeve Vader! wie zou u niet beklagen! Wij vergeten het onredelijke van uw gedrag, wij denken alleenlijk op de bitterheden die uw hert beladen! Mocht uw diep en onherstelbaar ongeluk tot les dienen, bijzonderlijk in dezen tijd van slecht of onverschillig onderwijs, aan de verblindde Ouders, die hun beste levensgeluk en de toekomst hunner kinderen zoo roekeloos te pande stellen.... De Hofboer staat op; hij gaat naar 'l portaal der deur; hij wenkt een der boerenknechten. Koben, zegt hij, ga 'ne keer naar "t dorp bij den eersten Sche- pene en vraag ol hij seffens eens kan komen Tien minuten naderhaad was de Schepene op 't Steenen Hoi. Van uit een gemeene kaveet zag Nard hem naar zijn Vadcrshuis trekken en stak zijn gebalde vuist naar den man uit. Op d'hofsteê komende, zag de Schepene er de schrikkelijke ver warring door den ontaarden zoon te weeg gebracht. De Holboer zat bedrukkelijk en in wanhoop op zijnen stoel neergezakt: Vriendl vrien.i! vroeg de Schepene hem, wat is hier gebeurd? Wat er gebeurd is, och ge ziet het. Wie heelt dit alles te weeg gebracht? Och, ge kunt het zeker wel raden; Schepene, Schepene, ge zijt ongelukkig, alles slaat u legen, uw huis en goed is g'hypothe- keerd, maar ik, maar ik! Troost u, vriend, troost u! Ik, och Schepene, kon ik met een van mijn oogen te slacht offeren, in uwen toestand komen, ik zou Ons Heer bedanken tot op mijn sterfbed! Maar'tis gedaan met mijl Schepene, hetgeen hier vandaag gebeurd is, zal rrfijJn dood kosten. Ge ziet daar, op den grond, die sporen eener worsteling. Ja, vriend hofboer! u Welnu, ik ben gestampt;, op dje plaats gevallen en daar ben ik mishandeld, geslagen door mijn eigen kind! Och God, wat is mijn arme vrouw gelukkig vad op 't kdrkhof te liggen! UlE schande had zij toch niet beleefd! Maar was hij razig, bedronken of-zinneloos? Noch 't een, noch 't ander, hij wilde geld hebben; ik gaf hem twee honderd franken, vier honderd franken; maar 't en was niet genoeg; ik verweet hem zijn baldadig leven, ik zegde hem dat hij nog de Steenen Hoeve zou opgedaan hebben; hij werd barsch en gram; hij wilde mijn berisping niet aanhooren; hij eischtte geld, ik weigerde en de rampzaligaard heeft mij op den grond geworpen, mij geslagen en den koffer opengebroken; nu is hij weg, naar zijn vermaken, want er is mij gezegd dat een gemein vrouwpersoon hem tot dicht bij hier had vergezeld Ach,^ vriend, waarom heb ik naar uwen goeden raad niet geluisterd! Stommerik als ik wasl Och Heere, waren de zaken nog t'herdoen! De ongelukkige Vader zegde die woorden met zulken toon van bitter zielsverdriet, dat zijn vriend de Schepene hem sprakeloos aanstaarde, terwijl hij hem d'hand van vriendschap en medelijden drukte. Hofboer, zegde hij, inderdaad uw lot is droef en beklagens- weerdig. Zeg dat het ellendig is, dat er voor mij geen vreugd of geluk meer kan bestaan Neen, indien ik dat zegde, 'k zou de welbekende waarheid bestrijden. Hoe verstaat ge dat Vriend hofboer, in sommige gevallen moet 'ne vader denken, dat hij rechter is. Ik zou Ban mijn zoon geven al wat hem toekomt, maar geen duit meer. En ais hij afkomt 1 och, ik schrik en beef van hem te zien. De Wet is daar, om desnoods uwe rust te doen eerbiedigen Welke schrikkelijke middelen 1 Harde wonden vragen sterke plaasters; en wat u aangaat, holboer, ge zijt bemid deld, ondersteunt de goede werken, helpt den Armen, vertroost de droeve wees en de verlatene weef, en ge zult nog zoete en gelukkige dagen overbrengen, in afwachting dat uw Nard als een verloren zoon mag terug keeren, Ach, sprak de boer, zijn hooid oprech- tende, gelijk eene plant naar den verkwikkenden morgenddauw, ach, indien Nard tot andere gevoelens wilde komen Maar neen, ik voel het, dat zal, dat kan met meer gebeuren. Waarom? vroeg de verbaasde Schepene. Waarom? omdat mijn dagen en mijn uren geteld zijn. ('t Vervolgt.)

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

Het Land van Aelst | 1884 | | pagina 1