Zondag 15 Februari 1885. 26,#'' Jaargang Niemand gedwongen Soldaat. ISolUade naar Mongolië GODSDIENST. - VADERLAND. - VRIJHEID. Vastenavond, Feestelijkheden. Aalst. -x Ons P roces Sla 'Al_ L 'vtyqBrTanraaaaaa BUREEL, ACHTERSTRAAT. G«woone Annonceu 20 centiemen per regel. Annoncen op de Tweede Bladzijde 50 centiemen den regel. Berichten onder 't Nieuws. 1 frank den kleinen regel, HET LAND ABONNEMENTS-PRIJS 5 fr. 's jaars, vooraf betaalbaar. Inschrijvingen worden op alle tijdstippen genomen, rechtstreeks bij ons of door post of briefdragers. YAI AELST AALST, ZATERDAG 14 FEBRUARI 1883. Ziehier, volgens 't Handelsblad, hoe er zondag 11 t'Antwerpen gesproken is over de Militaire kwestie. Er moeten Krijgsmans zijn in een Land,en de Krijgs- mans verdienen goeden loon en treffelijke behande ling; maar de Mililairderij mag de Burgerij niet ver pletteren tegenwoordig wordt er heviglijk en overal tegen de krijgslasten geklaagd ze worden schrikkelijk en onverdrngelijk; men ziet dat er vaders en zoons op de Lotingsdagen doodvallen rr 't Is een jaarlijksche af beuling, een I,afmarteling van het Burgerlijk deel der Natie! Men klaagt in al de gazet ten, men klaagt in 't publiek, men klaagt in 't bij zonder, en de ijselijke Bloedwet gaat gedurig voor waarts; nu, onder een Katholiek Ministerie, trekt zij zich een weinig achteruit,ora weldra metmeer kracht en geweld het Borgerlijk Element aan te vallen De politiek verdeelt ons, de politiek verlamt ons; alle Burgers zouden in dat gewichtig punt, éen woord moeten spreken; omdewille van 't politiek la ten wij ens in 't wezen slaan, door ods eigen Volk wij laten in ons Vergaderingen zeggen Patriotiek leger! wij laten dezelfde woorden in de Kamer her balen, door Mannen die in onzen naam spreken! Men stemt het contingent, omdat de Minister van Oorlog zegt Van al de manschappen die ik heb, kan ik er geen enkele missen Wij, Kiezers, vergeten ons recht en ons plicht; en in 't Hof is 't een grooten konkledefous... Antwerpen alleen houdt zich kras! T'Antwerpen alleen durft men de kronkelwegen van 't politiek verlaten om de groote zaak van leven of dood te behertigen.,. Iloe zullen wij die overdrevene militairderij weg krijgen? Hoe zullen wij door 't afschaffen van den Gedwon gen Slavendienst het Leger verbeteren en verhef fen, hoe zullen wij eindelijk een Leger hebben van Vrijwilligers, gelijk Engeland Geachte Medebur gers van Steden en Gemeenten, als wij, Antwerpen navolgende, eischen dat ONZE heeren GekozeneB, ONZE Afgezanten, ONS WOORD spreken.... 't ls om hierover den wil der Kiezers vrijelijk uitgedrukt te zien, dat de Poll of voorloopige stemming overal dient ingevoerd te worden. De rechte weg en de rechte handel! Kandidaten en andere, niet onder den grond loopen, maar tol de Kiezers spreken; eu de Kiezers vri/ lijk ««o'-b elen en beslissen. Wij roepen aand.u lit op 't volgende Verslag der j (■roote''Meeting van Antwerpen Meeting van 8 februari. Gisteren avond ten 7 ure hield de maatschappij Niemand gedwongen Scldaat, hare gewone jaarliik- sche vergadering vóór de loting. De zaal van den Cirkscbouwburg der Jesusstraat, waar de vergadering gehouden werd, was goed be zet. Aan het bHreel namen plaats MM. Jaak Van den Bemden, senateur, Ommeganck, De Beucker, Tielemans, Boon en Pauwels. De meeting werd geopend door M. Ommeganck, die nogmaals het doel der maatschappij Niemand gedwongen Soldaat uitlegde. De maatschappij heeft voor doel, niet alleen dc afschaffing der loting, maar insgelijks de afschaffing van den gedwongen solda tendienst: zij is ook vijandig aan het stelsel van al leman soldaat. Geen politiek mag er in deze zaak gemengd wor. den, zegt de redenaar. Het stelsel van Niemand ge dwongen soldaat heeft voor grondbegin de persoon. lijke vrijheid. Dc maatschappij Niemand gedwongen soldaat spreekt enkel tot dc goede reden en den goeden wil. Ongelukkig heelt aij tot nu toe niet veel vooruitgang gemaakt; het zou veel beter gaan, als het volk zich minder onverschillig toonde voor haar doel. Het militarism is een kuil. waarin alle jaren hon derden slachtoffers geworpen worden. De personen die links staan, roepen voortdurend: werpt er nog maar meer in! degenen rechts «eggen: laat ze ermaar in! Slechts een zestal rechts zeggen: haalt er eeni- gen uit! Dat zestal is echter een begin, en er zal een oogen- blik komen, dat allen zullen roepen: haait ze erallen uit! (Toejuichingen.) M. Ommeganck toonde aan dat het millitarism alle staten van Europa ten onder brengt: dat is ge beurd met Spanje en Turkije, dat zal gebeuren met Frankrijk, dat zal gebeuren met alle landen, die het militarism aankleven. En de burgers die hun geld besteden aan het aan- koopen van loten en obligaties van die landen, zullen hunne oordjes in bet millitarism zien verspillen, (Bij val.) Verder trad de redenaar in eenigegeschiedkundige beschouwingen over de verdrukking der persoon lijke vrijheid, vroeger en thans. In vroegere tijden moesten er slachtoffers geleverd worden aan de afgo den: te Athene aan den Minouuros, te Carthago aan den Moloch. De Moloch onzer eeuw is het militarism. (Toejui chingen.) De redenaar sprak nog van de verwijten welke de Fortschritter Richter in den duitschen Rijksdag tot M. von Bismark richtte: er wordt Schweinc-en Schnapspolitik gemaakt, zegde M. Richter. M. Ommeganck denkt dat alle politiek iets zwijn- achiigs heelt: de politiek wil alles opslurpen als een zwijn. Daartegen moet ingegaan woreen. De Grond wet zegt dat alle macht komt uit het Volk. Geene politieke macht mag liet vaderlijk gezag overschrij den; zooniet is zij bespottelijk en onrechtveerdig. Een vader mag zijn kind niet tot slaal maken: de Staat mag het dus ook niet. (Toejuichingen). M. TIELEMANS gaf vervolgens lezing van een brief van M. den Volksvertegenwoordiger Coomans, die belet is dc meeting bij te wonen, en schrijft dat hij toch altijd in geest aanwezig is op de vergaderin gen van bet Niemand gedwongen soldaat en zich van harte bij de grondbeginsels der maatschappij aan sluit. (Toejuichingen/. Op voorstel van M Ommeganck werden er bü toejuiching, dankbetuigingen aanM. Coomans ge siemd. M PATWELS, van Leuven, nam daarna te; woord. '1 Is altijd hetzelfde wat wij hier komen zeggen zoo begon hij, 't is reeds zoo dikwijls afgezaagd. Dat is waar, maar 't moet nog meer en meer ingang vin den bij het volk, tot zij eindelijk zegepralen. In krachtige, geestdriftig toegejuichte woorden, besprak hij al het onrechtveerdige der loting. De loting is eene tombola, waarin de kinderen van den werkman verlot worden. (Toejuichingen). De redenaar weidde verder uit over de nadeelige gevolgen van het militarism, nadeelige gevolgen voor de zedelijkheid van het volk, voor den handel, de nijverheid, voor de belangen der familie. Hij loonde insgelijks dat het stelsel van een vrij willigersleger verkieslijk is boven dat van den ge dwongen soldatendienst; in vroegere tijden waren er enkel vrijwilligers. Wie heek vroeger Vlaanderen verdedigd tegen de overheersching van Frankrijk? Vrijwilligers. Wie behaalde den zegepraal in den Guldensporen slag? Vrijwilligers. Wie streed er in den Patriottentijd? Vrijwilligers. Wie hebben de Engelscbenop den Majubaberg ver slagen! Vrijwilligers. Spreker zet de Antwerpenaars aan, in de wetge vende kiezingen enkel te stemmen 'oor kandidaten, die de vermindering der krijgslasten zullen vragen. Alle ministerie, kathohek of liberaal, dat de militaire lasten zou willen vermeerderen, moet in het zand tuimelen vóór den volkswil. (Toejuichingen) M. BOON besprak insgehjk de kwestie van het vrijwilligersleger onder oogpunt der wetgeving en vai» kiezerskorps. Het volk mag nog enkel anti-mi- liraristen naar de Kamers zenden. Hij herinnerde het woord van keizer Karei: de Vlamingen zijn trouwe onderdanen, doch zij dulden ge'nel slavernij. «(Toejuichingen.) Degenen die het volk verdrukken.zijn geen ware vaderlanders. Het werk van het Vrijwilligersleger is daarentegen een werk van vrijheid, een werk van vaderlandsliefde, (Bravos.) Toen het vorig ministerie het alleman soldaat wilde in voeren onder den dekmantel van nationale reserve, is het volk opgestaan en het ministerie is ge vallen (Bijval). De nieuwe meerderheid, het nieuw ministerie had zonder twijfel de krijgslasten verminderd, zonder de drukking van hoogerband uitgeoelend. Tegen dien invloed moet er ingegaan worden: het Volk is niet voor den koning gemaakt, maar de koning voor het volk. (Toejuichingen). Dat de liberalen hand aan hand met de katholieken tegen het militarism strijden en zoodoende zullen zij een echt werk van vaderlandsliefde vervullen. (Bijval) Eendracht maakt macht; wezen wij dus vereenigd en onze pogingen zullen eerlang bekroond worden. (Toejuichingen) M. DE BEUCKER nam ten slotte het woord. Hij deed uitschijnen dat het militarism in België vooral uitgaat van de fransche partij, 't Is dus vooral de ver- transching welke men moet tegenwerken. De welsprekende redenaar, die het publiek letter lijk in opschudding braebt, zette de grondbeginselen van anti-militarism breedvoerig uiteen. Men zou gansch zijne redevoering moeten kunnen meëdeelen, om niet in eenige dwaling te vervallen, ol tot eene verkeerde uitlegging reden te geven. Zeker is het,dat M. de Beucker aan velen de harde waarheden niet heelt gespaard. Het publiek juichte den Spreker luidruchtig toe, en bij zal tot de uitbrei ding van bet grondbegin veel hebben bijgedragen. De Meeting liep ordelijk en rustig af. Zij ging uiteen ten 9 ure. Zelfs zijn e'. 11 borair> ';tu#Uon to Brnsso» eu. te Geai, die me. wamguu, •Jit- -iaje» Vb»--, x óJjkam>uit noamt. I.en zekere soort in ons Land is lager gov Jon fc dieper gezonken dan de wilde Afrikanen van den Congo. Eer, achaamte zelfsweerde, alles wordt onder de voe ten getrappeld! Welke lafheden gebeuren niet, onder dat masker! Is t vermaak, is 't vreugd, d'eer en de faam van den Even- mt-DSch te gaan verscheuren? te gaan ophalen in 't pu bliek, het bitter en pijnlijke dat vergeten en begraven lag? te gaan eer en deugd bevlekken en bezoedelen? Is 't vreugd en vermaak, die nachtslemperijeD, in die moderne nacbt- feesteialwaar bedorvene kerels dikwijls een gelegenheid vinden, om hun slechte drilten te voldoen, ton spijte van eer en zeden, van geluk en wolvaart der Familiën. In onze Samenleving, door 't Ongeloof aangetast, moet het privaatschap der Sociëteiten,de deftigheid in de Fees ten standhouden. Men kan zich niet inbeelden, tot welke diepte van on tucht de groote steden verzonken liggen; er gebeuren daar slemperijen en schandalen, die zich niet laten beschrijven; en hoe is men zoover geraakt? Door den zoogezegden vooruitgang in de Vermakelijkheden; dat men overal voorzichtig weze! Wee, schande aan degenen die in een rustige deftige plaatstegen wil der Bevolking de zooge zegde vermakelijkheden wil invoeren, welke uit het ver. roite Parijs komen overgewaaid! Zij ontsteken een vuur^ dat immer voortloopt, om eer, zeden, betamelijkheid en welvaart te vernielen. In dees punt zullen «n moeten alle ware Katholieken streng zijn en onverbiddelijk.'Peesten en Vermakelijkheden, ja, feesten voor rijk en voorarm, maar geeae zaken die op slemperijen uitdraaien, en 1-iat in den uacht en op den morgeud zulke walgelijke toonee- len opleveren, dat, moest on de inrichters er kunnen ge tuige van zijn. zij zeiven van schrik on afkeer zouden achteruit-deinzen. Zondag ten 5 ure, 2° Vertooning van 't Groot Lief dadigheidsfeest, door de Leerlingen der Soldaatjes- school, op Stadsschouwburg; Kaarten zijn te bekomen, zondag van 11 tot 12 ure in dc school zelve, of 's avonds aun d»n Ingang. D;e een vormakelijken avond wil over brengen, we raden hem dit Feest aan. Zelfde zondag ten 0 ure, Zang en Tooneelfeest door de Weezenjongeus in hun Gesticht, inkomprijs 25 c. Zelfde zondag 15 Februari tenG ure, Groot Avondfeest in den Kring De Vriendschap door d'heeren Meestors der Zondagschool, private Feest voor d'heeren Leden en hun Familiën. Maandag ten 5 ure, Dramatieke en Muzikale Avondfeest in 't Collegia, ten profijte van den Armen der Stad; plaatsen van 2 fr. en van 1 fr. We Bpn-.ken van 35,000 fr. welke de Stad jaarlijk aan den Armen :;uet geven, 't Is veel meer. Medeburgers; aan al de Gestichten te samen, 't is 85,000 fr.... 85,000! De Stad za. eens ernstig moeten denken, wat er dient gedaan te wor den met de werkende Familiën, waar een groot deel der winst naar de danskoten gaatWant de ramp zalige gewoonte komt meer en meer op, dat de kinde ren thuis hun kosten koopen, 5 a f> fr. geven en al het overige is voor den drank en voor de draaiorgel.... In veel klein werkhuizen wordt dit belet; de meester heeft het recht niet te dulden, dat do zoons of dochters hun kinderlijke plichten miskennen en tot een ondankbaar heid overslaan, welke zekerlijk van God zal gestraft worden. Dijnsdag heeft mpn nog gezien hoe noodig er een sterke en goede passerelle noodig is; een uur lang, van half twoo tot half drij bleef de brugge ge draaid; er zat een groot walenschip vast;'s anderdaags lag er een weinig verder een andoren waal vast, aan do vestingen van do kaai.... Veel werkiugon aan de Vaart worden door 't Publiek met rede gekritikeerd. In de broekzakken van den Grafmaker heeft mon gevonden 30 fr. en niet 70 zooals de geruchten eerst liepen. Wij verhopen nienws te ontvangen over do voor dracht door M. de Mun te Leuven gehouden; zijn broe der was onlangs te Roomen, en de Paus gaf zijn hooge tevredenheid Ui kenner, over het liefdewerk der katho lle»- Werklludeo VerMuigingso, waarvan de tweede Man's bestuurleden zijn.... In Frankrijk is roéo tc buA .IflfTTH HM» fljf T»r'fgilT»lrT—P". arna-° - - ender- zoeken, moge KeigiS geloK '<5ger zijn! maar 't is boo gen tiid: over 10 jaar schre-f Kardinaal Leo lumps: Men moet ztcli vlak. voor die groote werkmr-nsKwesne stel len of wij verzinken in ellende en barbaarschheid. Graaf de Mun was te Leuven afgestapt bij Professor Brants; men zegt dat hij een allerkrachtigste aanspraak heeft ge iaau, ten voordeele der werkende klas: Gaan wij tot het werkvolk, riep hij, om het te leeren kennen, be- minne!' en te dienen; om te zien wat hc-t lijdt naai- ziel en lichaam en wat het noodig hsefl. - De Rector vau Leuven Mgr Pieraerts antwoordde dat de aankomst van den Franschen Volksvriend, 't begin zal zijn van een bewe ging ten voordeele der werkmanskriugen. Ja, zegde hij, wij zullen tot den werkenden man gaan, gelijk wij ons nu tot den Armen begeven door de Sociëteiten van St Vin cent1 usDe aankomst en Redevoering van graaf de Mun te Leuven, is een groote en ge.ukkige gebeurtenis. Slecht nieaws! 't Land van Aelst heeft zijn Proces verloren! Zelden of nooit is er te Dendeimondo een .r.nur der vonnis uitgesproken. A an den gewezen C< iüdj -sar i zijn toeg--. gi 3500 fr., plus 500 fr. om mus finse- r-.-eren REIS VAN (China.) door den Ecno. Missionnaris Ev. Dc Boeclc. 3 Hoofdstuk 4 In Zee. Napels. Van den eenen kant heeftmen de golvende baren der zee, waarop schepen van alle grootte heèn en weèr geslingerd worden, van den anderen kant ziet men de gansche stad aan zijne voeten liggen en achteraan heeft men een weelderig veld, dat hier endaar door schoo nt bergen en kleineheuvelendoorsneden wordt, 't is waarlijk schoon en prachtignogtans, voor missionnarissen, die gelijk wij, op het punt staan van in te schepen ,is die bidplaats onder een ander op zie it merkweerdig: ook waren wij alras den tempel binnen om ons voor Maria's beeld te werpen en baren bijstand voor de reis af te an; eken. Teveel bekommerd met het doel van ons bezoek,hebben wij niet eens gedacht om de kerken hare schoonheden te bewonde ren, alleenlijk weet ik dat er vele rijkelijke offeranden aan muren en altaren prijken, die getuigen van wonderen, door de tusschen- koaist van 's Heeren H. Moeder, ten voordeele van hare kinderen in -'evaar van schipbreuk te lijden, verricht. Rond den avond bega ven wij ons naar Bethanië terug, om er, na het schrijven onzer cor respondenties of brieven, den laatsten nacht over te brengen, 's An- dc daags 17 Februari, eenzondag, waren wij al vroeg te been, want dc a Natal vertrok om 10 ure 's morgendsen wij moesten na de HMis gelezen te hebben,zoo nog 't een en 't ander schikken en ar- ra.meeren: ook,alswanneer wij teenemaal in regel waren, bleef er al ni Cveel tijd meer over, de scheidingsuur met onze weldoensters va 1 Bethanië was weldra gekomen; wij ontvingen de vurigste wen- sclien van goede reis en vruchtbaar Apostolaat en bij het uiten van 01: ze innigste dankbaarhejd verwijderden wij 011s, met bekropten geest doch vol moed, van dat huis waar wij zulke aangename ston- dt n hadden overgebfacht. Kort daarna deden wij onze intrede op den Natal waar wij den goeden kapitein Mr Didier aantroffen, die ons met eene vaderlijke genegenheid ontving zijnevurigste wen- schen aanbood. Eenige oogenblikken waren slechts vervlogen of de doctoor van het schip kwam ons ook groeten en ons in den naam van den kapi tein of commandant verzoeken van dagelijks willen mis te lezen op het schip en 's zondags het H. Sacrificie in't publiek voor iedereen die wilde,op te dragenzooveel goedheid verrastte ons: wij begaven ons bij den Commandant om hem onze dankbaarheid te betoonen; 'tis niet noodig, Mr«n, van mij te bedanken, sprak die goede man; met u zulks te verzoeken, volbreng ik niets dan mijne plicht en daarbij, als de H. Mis dagelijks op een schip gelezen wordt, laat de tempeesten dan maar komen, wij hoevenniets te vreezen, het schip is verzekerd door den goeden Ged zeiven die er zoo dikwijls op nederdaalt. Ddt zijn mannen van geloof!., zie! die verhevene gevoe lens troffen ons zoo zeer, dat wij bijna geen woorden vonden om er op te antwoordennogtans de Heer die onze erkentenis in onze har ten las,zal het gebed gezegend hebben dat wij later voor mr Didier stortten en hemsteeds door zijn overvloedige zegeningen overladen Met zulken Kapitein is net niet te verwonderen dat de Officiers ons ook gansch genegen waren, daar de onderhoorigen gewoonlijk de goede of slechte hoedanigheden van hunne oversten meëdeelen; daarbij, het grootste en beste getal der passagiers omringde ons gedurig met eerbied en goedheid. Onder dusdanige voorwaarden mochten wij de langdurige reis met betrouwen en kloeken moed beginnen. Het sloeg weldra 10 ure, de groote klok van den boot liet hare vaarwelklanken door de have dreunen, het anker wierd gelicht en ziet.de reusachtigeNatalkomt langzaam,doch statig in beweging. Weinigen tijcl daarna waren wij de have uit, om in volle zee te komen. Wij zagen voor ons de kerk van O. L. Vrouw (de la Garde) en stortten met andere passagiers nog algauw een vurig gebed tot onze Beschermster, tot de Ster der Zee; en daarmeè met .betrouwen vooruit. Weldra verdween Marseille voor onze oogen, wij zagen niets meer dan water en hier en daar ecnen hoogen berg, wiens kruin zich in de verte nog boven de golven verhief en die ons een laatste vaarwel scheen toe te roepen. Kort daarna belde men voor het morgendmaal, dat later om gure opgediend wierd,maar nu door het vertrek verschoven was. 't Was den eersten keer dat ik zoo te midden der wijde zee aan tafel zat; nogtans, ik moet bekennen dat mijne maag er zich weinig in stoorde, ik deed wel meè en liet het mij maar niet verdrieten; na den dejeuner kwamen wij samen op het dak van het schip, om de frissche waterlucht te smaken en zoo wat nadere kennis te maken met onzen prachtigen boot. Dit ging heel wel voor een uurken, maar rond 12 ure, zoo al sprekende over de Zeeziekte,waarvan wij nog niets gewaar wierden, begon ons het hoofd zoo stillekens aan te draaien; wij dachten vooreerst dat het een gevolg was van de vermoeienissen, door den kommer van den morgend veroorzaakt; ja maar, dat wierd altijd ergec om erger en de maag begon er zich meè te moeien. Ik zegde aan mijne confraters: Mannen, dat zou kunnen serieus worden, willen wij een klein noenuilken in ons bed gaan vangen, ft zal er misschien meê overgaan?..Die voorstel wierd met eenparige stemmen aanveerd dn weldra lagen wij alle drie op onze zachte le gerstede in onze cabine uitgestrekt; inderdaad, het begonnen spel ging er meê over en wij genoten eene aangename rust. Bij ons ontwaken kwam men ons de brieven van Scheut, op den boot toe gekomen, aanbieden, en daar wij benieuwd waren om te vernemen wat onze Oversten en onze goede confraters ons meldden, braken wij alras de brieven open; maar och arme! nauwelijks hebben wij eenige regelen gelezen, of het spel van zooeven begint opnieuw en deze maal was het gemeend; voor willen of niet, ik en confrater Van Belle, wij moesten den tol aan de visschen betalen en hun onzen lekkeren dejeuner maar teenemaal schenken. Als onze magen ont last waren, schenen wij gansch nieuwe mannen, nogtans die eerste operatie had ons zoodanig afgemat en zoo flauw gemaakt, dat wij geene rust vonden als in ons bed; confrater Verellen bevond zich wat beter, zijne maag hield goed vo.', alhoewel hij toch ook een weinig ontsteld was. Kort daarna belde men v dei: diner o;n 5 ure, maar de waggeling van den Natal had zulk v 101 Ie om ust in de magen te weeg gebracht, dat er zich op dc olers van 2e klas slechts 6 voor het noenmaal aanboden; va lit klein getal (de andere lagen allen ziek) was confrater Verellcn; nogtans kon hij aan tafel niet gaan zitten, hij was genoodzaakt zich aan de mast, die door den salon van 2C klas passeerde, vast te klauteren en daar een stuk op d'hand te nemen, met de voorzorg van na iedere portie dan nog al eens boven op het dak te loopen om een weinig versche lucht te scheppen. De nacht die daar kort op volgde, bracht ons met eene aa. ge- name rust ook de gezondheid en welvarendheid tcü 1 1 m: aan mij en confrater Van Belle; confrater Vcrellen. nm zijn bed, wierd door den ongelukkigen gezel ov .i di-ons daags te voren een zoo droevig bezoek had gebr; :h; nj m x t zijne beurt den tol betalen, nogtans het veroorzaak, i :n gelukkig lijk geene groote ontsteltenis, want kort daarna was iiij zoo wel pas als wij. Daar de zee zoo een weinig onstuimig was en aangezien ook onze groote flauwte en zwakheid, durfden wij het niet wagen om dien dag Mis te lezen. Wij zagen dan, door den nood gedw -n- gen, van dien grooten troost af. Rond den avond begon de zee, die in den dag vee) weèr een weinig onstuimig te worden, nogtans dezen k onze magen die onstuimigheid niet meè, 'twasimm weest; wij brachten weêr eenen goeden nacht over c dijnsdag 19 februari, wekte men ons reeds heel vroeg door het wer pen van het anker voor Napels; wij waren reeds in Italië. Na de H. Mis in onze kapel van den boot gelezen te hebben, begaven wij ons op het dek, om de ltaliaansche stad vooreerst van verre eens te bezichtigen. Het was nog gelukkiglijk donker, toen wij boven kwamen, daar door konden wij nog het prachtig en verrukkend zicht van de ver lichting der stad genieten. Napels is op de helling van eenen berg gebouwd, zoodanig dat wij,van op het punt waar onze Natal geankerd lag, de stad in eenen oogslag konden samenvattende gaz teekende al de straten met zoovele licht of vuurstrepen in de lucht af;dit schouwspel, waarvan men de schoonheid niet kan beschrijven, wierd door al de passa giers bemerkt en verwekte ieders bewondering op; iedereen was nieuwsgierig om die stad, die reeds in den donkeren zoo merkweer dig was, ook bij klaren dage eens te zien. Daar de Natal pas om 11 ure vertrok, was er tijd om voor eenige uren aan land te gaan. Rond 7 ure wierd onze boot door een zwerm van schuitjes omringd waarvan de meeste passagiers gebruik maakten, om zich aan wal tc doen brengen; om te doen gelijk d'anderen, riskeerden wij ons ook eenige stuivers, wij sprongen ook in een bootje en een kwartier daarna wandelden wij In de straten van Napels; maar, och armel die zoo schoone stad van daareven kwam ons gansch anders voor, alsdat wij het gepeisd hadden; de meeste straten zijn eng en smal en daarbij nog zoodanig verwaarloosd en vuil, dat men ertweemaa op denkt, vooraleer door te gaan.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

Het Land van Aelst | 1885 | | pagina 1