De Zwarte Advokaat.
29
Zondag 18 Juli 1886
27^ jaargang.
ik Wwiarar,s-c«fflBrtssie!
GODSDIENST. - YADERLaND. - VRIJHEID
BUREEL, ACHTERSTRAAT.
1 20 centiemen per regel. Annoncen op de Tweede Bla
3n regel. Berichten onder 't Nieuws, 1 frank den kleinen rege
HET LAND
ABONNEMENTS-PRIJS
1 fr. 's jaars, vooraf betaalbaar Inschrijvingen worden op all o tijdstippen
genomen, rechtstreeks bij ons of door post of briefdragers.
YAN AELSI
AALST, Zaturdag 17 Juli 1886
Aalst.
PROGRAMME
1. Pupilles, Marche,
A. Morel.
2. Le Droit du Seigneur
V. Weddingen.
3. Air Varié, (Saxophone)
Singelée.
i. Fantaisie sur G. Teil
Kossini.
5. Mmel'Archiduc
Offenbach.
6. Tour du Monde,
0. Metra.
7. Fantaisie sur Giselle
Adam.
8. Reconnaissance, bugle
Muldermans.
op d*
Wij mogen het zeggen, g'heel dc Stad getuigt het, de
Riagsteking van zondag in 't Statickivrartier is een der
schoonste Leesten geweest van dc Kermis ..Zoo ziet men
weêral wat de deftige Vrijheid kan te wege brengen...
Vrijheid geeft iever en werkzaamheid.
Het Hooghuis ligt er bijna ncèr; tot hiertoe,zonder on
gelukken, dank aan 't vernuftig beleid van M. H. Me-
ganck. De bonwing op de Zaat gaat aanvang nemen.
Rond die afbraak moest gestadig een Policieagent zijn,
om de straatjongens binnen de palen te houden en op
alles een waakzaam oog te houden.
De Policie, 40 jaren lang verwaarloosd, iszekerlijk ver
beterd sedert M. Van de Voorde weg is. Doch men be
weert dat er een grondige Hervorming zou noodig zijn,
en een Policie-Reglementhet oude Policie Reglement
zegt bijzonderlijk wanneer de Champetters moeten gaan
eten... Ei is een ontwerp van Reglement; zal men aien
gewichtigcn Dienst der Stads-Bewaking op den ouden
slenter laten of zal men d'hand aan 't werk durven slaan?
KAATSSPEL-HOUTMARKT.
ZONDAG 18 JULI, om lü ure voormiddag.
Aug. Marcel, tegen Gust. Claus.
Om 2 1/2 ure namiddag, .Petrus Collin tegen Joseph. ver
hulst. Om 11/2 ure. Dom. V. d. Eeckhout (Erondegem)
tegen Felix Macliaris (Denderbelle),
De Sekretaris, J. CAMMAERT.
De PrIcürseür, een grootc liberale gazet van Antwer
pen, schreef alsvolgt in zijn Nr van 9 Juli 11: «Nog ecnigc
jaren van Draaiorgelspel in de Volkswijken en 't kwaad
zal ONHERSTELBAAR zijn.Komt 's zondags en 's maan
dags in de wijken waar ü'Orgels hun duivellustig spel
doen hooren en zien wat er omgaat. Op de bijgangen
zijn kleine dochterkes die zingen, misschien zonder het
te weten, dezelfde walgelijkheden als binnen. Binnen 2
jaar, misschien nu9 vroeger zal dat jong dochterken ook
daarbinnen zijn, en alle eergevoel verloren hebben. Men
moet die zaken van nabij zien, om ze te gclooven, doch
na ze eenige dagen gezien te hebben, is men spoedig
overtuigd. Al de schelmstukkken die dagelijks gebeuren,
want 't grootste getal blijft onbekend, al die schelmstuk
ken, zeg ik, hebben hunnen oorsprong in de straat rond
en in de huizen in draaiorgelderij.
Dat de Procureur des Konings vrage aan de
IPC' bende van Jef, aan al de schavuiten die sedert
eenige jaren stelen, rooven en aanranden, dat hij vrage
waarom zij dit geld noodig hadden, d'antwoord zal zijn:
Om te gaan drinken, ik had geen geld 1
Bemerken wij wel dat het een liberale gazet is die
deze Belijdenissen doet; nadat zij 't Volksbederl hebben
opgestookt, nadat zij hun oogen gesloten hebben om de
Kiezers van den Herbergiersbond te believen, nadat zij
door hun aanrandingen tegen den Godsdienst aan't Volk
de;kracht;hebben ontnomen om^zijnvdriften te bestrijden,
nu komen zij zeggen: a 't Kwaad gaat onherstelbaar we
zen; wij kunnen geenen weg met dat Volk.
Aalstenaars, geëerde Stadsgenoten, wat zegt gij van
dit artikel? M. van Wambcke,wordt het niet hoogen tijd
van eenige krachtdadigheid te toonen? Wat zal er van
Aalst geworden, indien aile goedgezinde Ingezetenen
niet samea werken,om 't bederfder Jonkheid te beletten?
Geld winnen, veel geld winnen, dat is zoet, zekerlijk;
maar goud dat uit't zedebederf druppelt, kan niet ge
dijen; en degenen die nu dat «eld opstrijken, zullen zij
later al de slachtoffers van 't zedebederf ter hulpe komen?
Als Aalst zal overrompeld zijn door de Volksarmoede,
zullen zij hun Stad dan bijstaan?...
MUZIEKSCHOOL VAN AALST.
Openbare konkoursen,donderdag 22 en vrijdag 23 Juli,
ten 9 ure, op de Feestzaal van 't Stadhuis. D Heeren Pro
fessors zijn: MM. P. De Mol, F. H. Van den Bogaerde,
G. Cammaert, Armand Scgers, G. Pape; E. D. Van Stry-
voort en Mrae Backaert. JURY'S: voor de Piano: MM.
Van den Bogaerde, De Mol, E. Scheerlincl.x, Steppe en
Teurrekcns; Voor de Clarnette: MM. Van den Bo
gaerde, F. De Hert, V. De Gheest, H. Van der Linden
en P. De Mol;Voor de Viool, MM.Van den Bogaerde,
V. De Gheest, E. Limpens, P. Leirens en Culmseè.
GEERAARDSBERGEN: Nieuws uit de geburestad; er
zal daar op 6 September een Merkweerdig Feest gevierd
worden, 't Collegie van Geeraardsbergen heeft met recht
een groote vermaardheid, g'heel Belgiëdoor; dat Collegie
hetwelk aan Kerk en Staat zulke groote Mannen heeft ge
leverd en zijn zending zoo gelukkig voortzet. Onacr
't Liberaal Ministerie leed dit Collegie groote vervolging;
de lokalen behooren toe aan de Kerkfabriek; het liberaal
Ministerie sprak: Kerkfabriek, ge moet 't Collegie, dien
schat voor Geeraardsbergen, doen verhuizenI Er moet
daar een Staats-MiddelbareSchool komen!!!... Geen te
genstand kon baten; de Gemeenterechten wierden ver-
trappeld; 't Collegie moest weg; men hoopte het te doen
verdwijnen... Die goddelooze wcnsch wierd verijdeld;
't Collegie vond een schuilplaats in de gewezen abdij van
St Adriaan 1884, 't Jaar der Verlossing is gekomen;
en aanstonds wierd er in Geeraardsbtrgcn gewerkt om
't Collegie in zijn oude gebouwen te herstellen; die ge
bouwen zijn aangekocht door M. Arthur Biacq; men
heeft er groote verbeteringen gedaan; om d'lnhuldiging
plechtiglijk te doen geschieden, is er een Komiteit gevormd
van heeren oud-Stuaenten, van Weldoeners en Vrienden
van 't Collegie. De Inhuldicgzal Feestelijk zijn en geslo
ten door een Groot Banket in de nieuwe Zaal van 't Ge
sticht. Op 6 September aanstaande, d'Inhulding; 't Ban
ket aan 5 fr. zonder den wijn; men schrijft in, tot 10 Au-
-j gusti, bij M. L. Van Trimpont, negociant te Geeraards
bergen of bij M. J. Van Steenberghe advokaat in zelfde
staa. De Ecre-Voorzitter van 't komiteit is: E. H. Kanun
nik Segers, de Voorzitter M. P. De Clippele Schepcne,
de Sekretaris: M. J. Van Steenberghe-De Bruyn, advo
kaat.
Zij is aan 't werk te Gent, Antwerpen, Namen, Char
leroi enz.
Het Katholiek ministerie van Beernaert haalt er eer
van, want niemand kan betwisten dat dc Staat veel vermag
voor de verbetering van den stoffelijken toestand der
werkende klas.
't Geldt hier geene partij questie, maar eene zaak van
algemeen, van t hoogste belang: de welvaart vaa 't volk
en de rust van 't land.
Wanneer, in gewone tijden, de neerstige werkman
onbekwaam is zijn huisgezin te onderhouden, dan gaat de
Maatschappij mank, en erge onlusten, omwentelingen
zijn te vreezen.
België, ja Europa en degansche wereld, ondergaan nu
eene hevige crisis; de stoomtuigen hebben een revolutie
veroorzaakt door den overvloed der voortbrengst.
Die groote volkskwestie moet dus nauwkeurig opge
zocht en wijselijk opgelost worden.
Dit is het doelwit der werkmans-commissie, waar libe
ralen zoo wel als Katholieken deel van maken.
Maar wie zien wij weerom stokken in 't wiel steken?
De zoogezegde groote en eenige vrienden van 't volk
de democraten van den Vooruit te Gent en de People te
Brussel.
Ze randen persoonlijk de Leden der Commissie aan als
uitbuiters en verdrukkers van 't Volk;neen,zij willen den
vrede en de welvaart van 't volk niet, maar de tweedracht,
den oorlog der verschillige klassen der maatschappij.
Die wijsgeeren zouden nochtans moeten verstaan dat
er altijd in de wereld grooten en kleinen, werklieden en
capitaiistcn zullen zijn.
Of zouden ze misschien de algemeene gelijkheid droo-
men?
Dat ze dan eerst het voorbeeld geven; en dat Anseele
m Gent zijne fortuin verdeele onder de behoeftige werk
lieden.
Maar neen, dat zullen ze niet doen; maar klappen en
beschuldigen en tegen de Rijken uitvallen, en de arbei
ders verbitteren om alzoo in troebel water te visschen en
giuote mannen te schijnen; want in rustige ti|den zijn al
aie groote democraten van geenen tel.
Wij hebben zij dus in te brengen tegen de Werkmans-
Commissie?
Ten eerste, dat de vragen slecht zijn opgemaakt.
Maar iedereen is vrij aan de Commissie zulke schrifte
lijke of mondelingsche inlichtingen te geven, gelijk hij
het goedvindt.
Ten tweede, dat er geen Werklieden deel maken van
de Commissie.
Maar «de meesters de fabrikanten, zijn daar ook uitge
sloten, om deze reden dat beiden partijen zijn in de
groote Werkmanskwestie.
Wij raden dus eenieder aan, de Commissie, door ons
Katholiek ministerie ingericht, te ondersteunen en ia te
lichten. De waarheid moet gezegd worden zonder vleierij
noch voor de meesters noch voor de werklieden; wanneer
de gansche toestand zal blootgelegd zijn voor de oogcu
van 't Land, dan zal men de misbruiken kunnen te Keer
gaan en de droeve Crisis doelmatig bestrijden.
- Doch, men vergete het nooit, ae Staat is onbekwaam
0111 de werkmanskwestie volledig op te lossen; daartoe
■wordt de Godsdienst vereischt en de Cbristene Liefdadig
iheid.
LOOPENDE NIEUWS. Wederom is er te Brus
sel, EJsene, 'ne gramin geweest uit den Athéné die
eenen Priester op straat de vuilste woorden achterna
riep: 1* Onbeschoftheid; 2° Zedeloosheid... Be
looft veel voor de Toekomst. De Kleine cazet,
van Antwerpen, heeft ons durven aanranden, omdat
wij de slechte Boekerij van Willemsfonds doen ken
nen, a Men zal 't Volk dan onwetend laten, zegt
dat Antwerpsch liberaal blad; o gi ezelsis 't Volk
onwetend, omdat hef de boeken niet leest van Vol
taire, van Rousseau, van Sue, van Sand, van Re-
nan? is 't Volk onwetend, omdat het geen zedebe-
dervsnde Hollandsche Romans leest Kent ge dan
geen verschil tusschen gezond en ongezond voedsel I
--'t Is zekeren Jan Van Ryswyek die de Klein Gazet
opstelt; welnu, baasjan, wij dagen u uit ie hewiix»n
J-i»..1 --ji r»»' *»«»!•-
goSdelooze Jaosken ïsest. Er is te Charleroi een
schoon en groot banket geweest, ter eere van de
Katholieke Gekozenpn. Onder 't Katholiek kostte
bet Antwerpsch Stadhuishouden d millioen en
half, nu is 't 13 millioen, MijnheerZ'en zijn voor
den trok niet, de Geuskes, zouden ze wel8 milli -
oeu en half meer, elk jaar Hoe dikwijls lezen
wij niet in de liberale gazetten Die Religieusen, die
nonnen welke school houden, van waar komen ze?
welk bewijs geven zij van bekwaamheid? En door de
doad van M. Malou wordt er weéral geschreven, dat
een zijner dochters Religieuse-is, en een zijner Zoons
Pater Jasuiet. Men ziet dus, dat d'achtbaarste Fami-
lien des Lands de Godsdienst helpen, om zijne ge-
slichten van Onderwijs te handhaven. Meu ziet dus
weêral, dat d'Ouders aan geen beter handen hunkin-
ders kunnen toevertrouwen. Men zegt dat er in
7ber te Luik een groot Congres zal zijn over de
Werkmans-Kwestie, dat o. a. de groote Duischman
Wiothorst er zal spreken. In Duitschlind is 't Chris
telijk Socialismus op vasten en goeden grond inge
richt;'t Christelijk Socialismustiuitschland heeft
Vereinen en Gilden voor alle AmbachUliedea, Gilden
die werken voor 't zedelijk en 't stoffelijk Belang.
T'Antwerpen is een Bakkers-Tentoonstelling: Brood,
Peperkoek, beschuit, lekkernijen, enz. Bakker De
Backer van Lokeren heeft een brood gezonden va»
35 kilos. Reizen is goed, maar't heeft groote
bezwaren; zoo hooren wij nu, dat de E. H. De
Poorter Pastoor van St Pioters tot Yperffu, naar't
Heilig Land reizende, een wonde aan zijn been heeft
gekregen en nu ligt in 't Hospitaal van Jerusalem.
Zijn been geneest langzamekes. Prins Victor Bo
naparte is maandag bij onzen Konigg geweest, te
Laken. D' von Gudden, die met den koning van
Beieren verdronk, aan zijn weduwe zal 400,000
mark geschonken worden. 4 Mark doet 4,25.
5 liberale Winkeliers zijn te Brusspl veroordeeld tot
8 dagen gevang en 600 fr. boet, om zedelooze pren
ten verkocht le hebben. Ze lagen in eeD schof van
hunnen winkel. 47 kerels gaan voor d'Assisen
van Henegauwen verschijnen, wegens de plundering
eu inbrandstekijpg van de glasblazerij Bsaudoux. De
akt van beschuldiging geelt een treurig beschrijf
van de woede der Plunderaars, waarvan het grootste
getal in dronken toestand waren. Doch dit maakt de
rekeniug der Justicie niet; de straf zal onverbidde
lijk volgen, en 't zijn d'ongelukkigslen die achter de
traliën moeten. Er is eep onderzoek over de
Provincie-kieziDg van ftonsse; zware vermoedens
van kiesbedrog wegen op de Liberale parlij; eik
weet dat de Katholieke Meerderheden in dees punt
zeer toegevend zijn en geene kiezing zullen vernie
tigen, tenzij de bewijzen van bedrog gr.pot z.ijn en
klaarblijkend.
Vlaanderen.
Er is nu Vlaamsche munt gaslsigen; Vlaamsch geld,
voor d'eerste maal sedert 1830; —ons Mmia(erie;bfleft,een
Taal-Akademie ingericht e» op onpartijdige wijze de
Vlaamsche LeUerkandlgen en Schrijvers aangeduid. Ons
Ministerie bebertigt reohtzinniglijk het Algeraeep Be
lang en de waardigheid en voorspoed des Lands. Een
Taal-Akademie, die te Gent zetelt; de bestendige Secre
taris is de verdienstrijke M De Potter. Het Vlaamsch
begint te gelden; bet Vlaamacli wprdtin zijn Rechten her
steld; en 't moet zijn! want geen Taal geen Vader
land!... Die zijn Taal niet kent in Viaiuidpren, is een
droeve doolaard. Eer. ë'gfn hebben«D *»eecher-
uiiug en «jëft -oar-'ee', 's- J j> -• v-j.-. overleer*
i.in^ wij .w-ertaa-Bod '<n s «o^e
lijfd- Jamlërei'. gtb-r /s -. -.rij*'zaï
hier moeten Overheden en Be-Hengen aanstelle", hjt on
zen stam; is Vlaanderoö, is Belgiëganaeli dé'.frftfljjcbt.
Frankrijk zal ons doen besturen door geborene
Franschmans In Vlaanderen Vfaamsch I Vrije Ge
stichten van Onderwijs, als 't «blieft, eerbiedigt tobh den
Landaard Dat nw Leerlingen kennis hebben en eerbied
voorban Moedertaal Dat wij op hun Feesten de klan
ken der Moedortaai .hooren!.. Onlangs, ineen huisko
mende. we zageB kindereu, burgerSdocbterkens van 9
10 jaren en bun schrijfboek was fransch, niéts dan frahsch.
Wee, wee 1 't is schande en verbastering .Eerst den
grond gelegd in 't Vlaamsch En later het.hnis -versierd
met ander taKnen auder kennissen Tot Aalst in do
Feestzaal van 't Collegie, de menigte was opgetogen,
den verleden winter, bij hel-hooren der Vlaamsche.klan-
ken; men jaichtte uit hert en ziol... Te Thianen wierd on
langs gezegd dat men:in dien weg niet is voortgegaan;
dat 't Vlaamsch in esnige klassen niet wordt aangeleerd,
zooals hot zon behooren... Wij kunnen dat,niet.geloaven;
wat weten zo daarvan te Thienen t! Ons achtbaar Collegie
zal op den ingeslagen weg voortgaan en om ibewijs te
geven van liefde, oefening en vooraitgaug in de Moeder
taal, nog op menige Feest zal mön Ylaamschen Zang en
Vlaamsche nitg .lmingsrede hooren.
Dramatiek Verhaal uit de verledene eeuw.
naar 't groot werk van S. VAN DER GUCHT.
5®|jB!G 9
IX. Moordpoging en Diefstal.
P/Een goed werk brengt aanstonds zijn belooning meê. Zoo mot
tig en kwalijk gezind als Karei Steenspecht 's morgends naar Wet-
teren was gekomen, zoo te vrede en verheugd keerde hij nu naar
huis; zijn heit klopte van genoegen, omdat hij een zijner mede-
m nschen en vrienden, goed had gedaan Ach, wisten de rijken en
de weihebbenden welk zoet en zuiver en bijblijvend genoegen liet
is, op een edelmoedige wijzo goed te doen, ze zouden zich gelukkig
achten, al.-hunne medehulp wordt gevraagd of toen zij ee*ig on
geluk kunnen verzachten.
Reeds had onze Karei het gehuc'it Quateryk achter zich, en nu
reed hij tusschen hetgebosch dat destijds den steenweg langs beide
kanten omzoomde. Het was reeds avond, doch niet gansch don
ker, en een verrukkelijk weêr; de maan schoot heur zilveren stralen
op den aardbodem néér en ontelbare sterren flikkerden aan den
hemel.
Al warsn de wegen niet zeer veilig en al was de koopman niet
gewend bij nachte te rijden, echter was hij in 't geheri niet bang,
verre van daar,en hij scheen al zijn oude voorzichtigheid te hebben
vergeten, daar hij al te zeer was opgeruimd, om aan onheilen te
denken.
Nogtans.een groot gevaar hing hem bedreigelijk over 't hoofd
Gaan wij eenige stappen voorwaarts.
££Daar,in 't schaarhout,zit 'ne kerel gewapend met dolk en pistool;
zijn hert klopt van afwachting naar zijne prooi; zijn ooren staan
open om 't minste gerucht waar te nemen. Wie Is die bandiet
Kennen wij hem niet? Zekerlijk? 't Is de marskramer die daareven
in d'Afepanning zat, als Karei zijn peerd belaalde en zijn wel voor-
zier c «gordelriem uithaalde. En die marskramer is niemand anders
dan- ;aas Carno, de vuige ziel. de handlanger van Stupites
Brunneel, in zijn wreedaardige kindermoord. Thomas Carno!...die
een misdaad op t geweten heeft, die zijn schuld niet erkent en
uitboet, valt gedurig dieper en dieper.... Thomas Carno, het geld
dat hij van Biunnecl had ontvangen, was in zijn handen gesmolten
als sneeuw; te lui zijnde om te werken, had hij kennis gemaakt
met ander ramenant van zijne soort, om oneerlijken handel te drij-
ven en zich door dieften en rooverijen geld aan te schaffen. Reeds
had hij menig slecht feit op zijnen lever en was de man geworden,
om voor niets achteruit te deinzen.
t Daar zit hij in 't schaarhout, het hoofd gekeerd langs den kant
van Wetteren en in gejaagde afwachting wat ging er gebeuren
geld moet hij hebben; want de rampzaligaard wist niet dat onze
Karei zijnen gordel aan Goris Verschepen had meêgegeven. Geld
moest lnj hebben, gelijk op welke wijze, al ware 't da. hij moest
overgaan tot een moord; hij ging te doen hebben met een sterken
kerel. Welk wapen zou hij gebruiken zijn scherpstekenden dolk
of zijn pistool? Men was niet ver van woningen; 't voorzichtigste
zou dus zijn den dolk, en 't pistool maar in geval van nood.
Hoort 1... een gerucht! 't is het dof geplof van een peerdenge-
trappel op den hard gedroogden grond.
Thomas Carno maakt zich gereed, een knie op den grond, een
voet vooruit, d oogen brandende als fakkels, zijn gemoed opbeu
rende door 't gedacht van een grooten buit.
Het paard ging stillekes, al huppelende voort, de Ruiter scheen
een deuntje binnensmonds te zir.gen; met de eene hand hield hij
den toom, met de andere, zijn slagzweepje.
Men was nu de gevaarlijke plaats genaderd; een kop steekt utt,
tusschen 't elzenhout, twee oogen zien de baan op en de baan af,
een kloeke kerel springt vooruit, den dolk tusschen de handen;
hij springt vooruit, grijpt met al zijn kracht den ruiter in de lenden
vast; zadel cn man kraken en piepen; het paard geeft een sprong
acht: rwaarts en Karei Steenpecht, zoo verradelijk aangevallen,
keert over van zijn paard en ploft ten gronde. Niet zoohaast had hij
de aarde getaakt, als de baanstrooper op hem springt, hem onder
zijn knién gesloten houdt, zijn dolk. vastgrijpt en hem in de borst
van zijn slachfoffer dru*t.
De koopman ligt roerloos, gansch buiten kennis; dadelijk tast
de moordenaar naar zijnen gordel, maar o weel o teleurstelling! De
schelm bemerkt met razende spijt, dat de geldbeugel verdwenen
k»1
Hij kan zijn zei ven niet geloovenl Hij tast twae drie maal op
dezelfde plaats; een wanhopig gebriesch ontsnapt uit zijne keel; het
voorwerp zijner begeerlijkheid, niet te vindenl hij zou dus nutte
loos dier gevaarlijken aanslag hebben gepleegd!. Wat gedaan!...
Een gedacht schiet hem te binnen; hij neemt met haaste de gouden
horlogie van zijn slachtoffer, tast in de zakken, neemt er 't weinige
geld uit, springt recht en vlucht 't gebosch in.
Maar te wijl de moordenaar naar den geldbeugel was zoekende,
bad onze Karei zijn bewustzijn teruggekregen; hij wachtte zich
echter wel.van eenige bew.ging temaken; ongewapend zijnde, on
der dien ruwen kerel liggende, wat kon hij doen? Nimmer had de
brave heer in zulken benauwelijken toestand verkeerd en uit't diep
ste van zijn hert smeekte hij de hulp van God af.
De moordenaar had hem losgelaten; een beweging met zijn hand
doende,voelt hij een pistool, den haan overgehaald om te schieten;
Thomas Carno had dit pistool uit zijnen zak laten vallen en verge
ten. Karei grijpt de pistool krampachtig vast, zet zich zooveel mo
gelijk overeind, legt op den vluchtenden moordenaar aan en lost
hetschotl Carno uit een geschrei, wankelt een oogenblik, docb
herneemt zijne vlucht. De koopman wil recht springen, om den
schurk te vervolgen; hij kan niet; een hevige pijn ontkiemt hem
den rug en de borst; schielijk gutst 't bloed uit ?ijd--n mond, hy
valt neêr, gansch machteloosl
Juist op dit oogenblik, 't peerd van den koopman terug naar
Wetteren stormende,kwam aan in d' Afspanning, waar het betaald en
geleverd was geweest; 't sloeg 10 ure; verscheide Wetteraars in
d'herberg, benevens twee Opscheerders, wiens dienst gedaan was
en die bezig waren met kaarten. Opscheerders waren manschap
pen die in de groote .dorpen en kleine steden op Kermissen en
Jaarmarkten gelast waren de orde te handhaven.
Zoohaast de baas der Afspanning dit peerd zonder ruiter zag,
kwmn hij bij d'Opscheerders geloopen; Vrienden, zegde hij, een
ongeluk of een misdaadl Een ongeluk of een misdaad! - Ja,
dit peerd is hier gekocht door een lijnwaad koopman van Gent,
Karei Steenspecht; over een uur is hij er meê veg gereden 1
Nu kwam de knecht binnei en bemerkte dat't peerd beefde en
dat de ledige zadel bijna onderden buik was gedraaid: Menschen,
sprak de baas nu, God weet iigt die man niet dooi of vermoord!
Wij gaan aanstonds zien, zeiden d Opscheerders; mannen vaa
goeden wil, wie gaat er meê?
Bijkans al 't Volk sprong recht, d'Opscheerders namen hun wa
pens. de baas hnalde gaffels en stokken bij, en weldra verliet een
bende van 14 man, het dorp, on zich naar de baan van Quateryk
te begeven. Eerst gingen zij tot aan den steenweg zonder iets te
ontdekken, doch gaven den moed niet op, en vonden eindelijk op
de plaats der aanranding den ongelukkigen koopma't is hij, riep
de baas uit 't Gulden Hoofd, 'tis den Gentenaar Karei Steepspecftt,
die aangerand is, bestolen en. misschien vermoord; er is geen
teeken van leven aan. Hij ademt .(och nog, zegde een der
Opscheerders, er komt bloed uit zijne wonde aan de borst; haastige
hulp is hier noodig I Ze legden hem voorzichtiglijkaan den dijk-
kant... Haastige zorgen zijn hier noodig, sprak de baas; dat er ie
mand Pastoor en Docteur ga roepen I Wat is hier de naaste pacht
hoeve? Pieter Speikers, antwoordde iemand uit den hoop.
Ja, dat zijn brave menschen, daar zullen wij den ongelukki
gen koopman dragen.
Aanstonds wierd er met de stokken een d;aagberne gemaakt;
Pieter Speikerj was een welstellende boer, met tien koeibeesten.en
een peerd; bij was al ee* uur slapen, doch aanstonds stand hij qp,
en vernemende w,t er gaande was, hij, zijn vrouw en,zijn dochter
Lucia waren aanstonds in de weêr, om alles te schikken en bijBe
biengen tot hulp vin den beklagensweerdigen Reiziger. In de
groote kamer wierd een malsch bed bereid, op t welk de lijder met
veel omzieitigheid wierd gebracht. Onze Karei lag nog altijd bui
ten kennis; dood was hij toch niet; zou hij nog tot spraak en ken
nis komen? niemand wist het, en men,verwachtte met groot qnge-
duld de komste van den Geneesheer. (Wordt voortgezet).