56 Zondag 5 St Member 1886 21 jaargang. GODSDIENST. - VADERLAND. - VRIJHEID De Manische Lauddag. JJrijsttedingen en ödiolcn. Briem ti? IA cJZst* BUREEL, ACHTERSTRAAT. Gewoone Annoncen 20 centiemen per regel. Annoncen op de Tweed ebladzijd 50 centiemen den regel. Beric hten onder 't Nieuws, I frank den kiemen regel HEI LAND ste ABONNEMENTS- PRIJS 5 fr. 's jaars, vooraf betaalbaar Inschrijvingen worden .op all» tijdstippen genomen, rectitstraaits rposi of briefdragers. YAN AE AALST, Zaturdag 4 September 1886 Morgen, Zondag, ten 12 ure, Vlaamsche Landdag te Antwerpen in de groote zaal der Jezusstraat. Men zal er bijzonderlijk handelen over 't Vlaamsch in het Onderwijs... Daar ligt de wis... 't Vlaamsch in 't On derwijs!... Niet alleen, Vlaamsch geleerd in de Scholen, maar 't Vlaamsch als voermiddel, gelijk öhze weerdigheid en ons belang het vragen.... De Vlaamsche Taal is een rijke, schoone taal; door het Vlaamsch leert men veel gemakkelijker al de Noorder- talen; 't Vlaamsch heeft klare en eenvoudige woor den voor al de vakken der Wetenschap. Nu meer dan ooit, die geen Vlaamsch kent, is niet t'huis in zijn eigen Vaderland... En niet thuis zijn in zijn eigen land, is er een grooter schande? Hoe dikwijls hooren wij niet dat hooggeplaatste mannen zeggenHeeren, Kiezers, Vrienden, ik kan mij niet uitdrukken in mijn Moedertaal; ik heb er oprecht spijt in; gelief mij te verschoonen... Nog zondag laatst in Aalst; de Jonge Garde vierde Feest voor M. Van Wambeke Voorzitter-Jubilaris dier Maat schappij; Doktor Bauwens doet een treffende aan spraak in 't Vlaamsch, men was daar in een Vlaam sche Vergaderingen, M. Van Wambeke, Burgemees ter en Volksvertegenwoordiger, moest verschooning vragen dat hij in 't Vlaamsch niet behoorlijk kon antwoorden. En wie is de schuld daarvan? 't Onder wijs! 't Onderwijs! De Peusionnaten en Collegiön..- 't Zijn slechte Scholen waar meD het Vlaamsch niet leert, op een rechtzinnige en ernstige wijze... 't Zijn Scholen van verval en ran verbastering!.Wij moeten bedroefd zijn, over Cotlegiën, waar de Moedertaal niet weêrklinkl op de Feestelijke dagen,waarde Stu denten bijna nooit namens hun Overheid een woord Vlaamsch hooren... En deze slechte toestand moet eir.iligon. Deze week is er een Landdag geweest te Gent, van Oost-Vlaamsche Studenten; men heeft er gesproken in d n zin, gelijk men morgen tot Antwerpen spelen. Vlaamsch in t Onderwijs Men heefter gezegd, dal degenen die eerst in nen goeden Vlaamschen grond van Onderwijs zijn gelegd, dat ze later beter Fransch leerenen uitmun ten in alle andere vakken* Zondergoeden grond kan me-i niet bouwen, en er is voor Vlaamsche kiudere.n geen ander geschikte grond dan de Vlaamsche Taal. Geen twee Meesters dienen Twee Talen te gelijk lee- ren, is onzin. Men heeft te Gent beslist van zich te wenden tot Hun Hoogweerdigheden de Bisschoppen, lot den Pater Provinciaal der Jesuieten, opdat ze toch de ver- vlaamsching van 't Onderwijs niet zouden uitstellen. De Landdag van Antwerpen Wij eeren en achten en prijzen hemDe besluiten op den Landdag genomen, zuilen wetten zijn voor al wie de weerdigheid en den bloei van den Vlaam schen Stam behertigt Prijsdeelingen en ScholenI Wij hebben nc te spreken van de Prijsdeeling in de Jongensschool, bestuurd door Mr Van Damme; deze School, eerst op de Werl, is na 1884 overgebracht naar de Moor- selsche baan en geeft Onderwijs en Christelijke Op leiding aan ruim 200 kinderen. Verscheide wel ge kozene en goedgelukte oefeningen zijn de Prijsdee ling voorafgegaan. D'heeren Onderwijzers gaan voort in de verdienstrijke taak welke zij sedert 1879 in't Vrij Katholiek Onderwijs vervullenEere zij hun IAls men in de Geschiedenis, van dien heldhaftigen en langen Strijd zal spreken, dan zal er ook een dankbare Herinnering gegeven worden aan zoovele Onderwijzers, die de wraak van een vervolg ziek Ministerie trotseerden, die hun stoffelijke be langen aan de Voorzienigheid overlieten en die ge heel hun leven de zoete herinnering zullen bewaren van een manhaftig en edelmoedig gedrag.. De Scholen 1 de Scholen I dat d'Ouders toch wel uit bun oogen zien en waakzaam wezen!... 't Libe- ralismus en de Vrijdenkerij zijn bijna ineen gesmol ten. En Vrijdenkerij is alles wat slecht en nadee- lig is voor de Familiën en voor de Samenleving.... Er is nu een soort van overeentomst;en zekerlijk er zijn ofiiciéele Onderwijzers, die tegen hunnen dank de veroordeelde wet van 1879 volgden er zijn On derwijzers die nu rechtzinnig zijn teruggekeerd; zoo waren er ook in d'Eerste Tijden, flauwe Christenen, die wierook brandden voor d'Afgoden,die uit schrik voor de Dood en de Tormenten, hun Moeder de Kerk bedroefden, maar die na 't staken der Vervol ging, rouwmoedig weèrkeerden en vergiffenis en vrede ontfingen; onder de Martelaars van Gorcum was er ookéenen.PriesterjPontusHeuterus.die reeds veroordeeld, op de strafplaats, op 't zicht der dood achteruitweek en den Palmtak van Viktorie niet be haalde; doch nadien had hij rouw, hij keerde terug, ontfing de verzoening en bleef tot aan zijne Dood een oprechte en goede priester. Er zijn nu ook zulke officieele Meesters, doch er zijn er ook die in wendig blijven wat zij onder 't Schrikbewind der li beralen waren; er zijn er ook die tot een nieuw re giem van 1879 zouden terugkeeren. Zoo schreven de gazetten overtijd van een lagere school, waar de ofiiciéele Meester opentlijk blijft 'ne man naar het hert van den rampzaligen Pitje Van Humbeek; bid den met tegenzin, met moeite een kruis maken; de H. Geschiedenis en den Catechismus leeren zonder eenigen eerbied, met een ijskoudeonverschilligheid. In zulke Scholen, al komt de Geestelijke er nog, het is een glas water in eenen vuilen poel. ze compassie, als d'armcede aan hun deur klopt? eu Kou 't Armbestuur geen onderscheid mogen maken) lusschen de Familiën die zouder hun schuld in de Srmoeae komen en tusschen de Fa*iliën die het feld verbrast hebben, 't welk als een appelken voer den dorst moest dienen? Aalst, Aalst, Aalst, Aalst Welke slechte manieren komen er onder uw werk volk?... Wij verzoeken elkeen den artikel te lezen uit St Nikolaas; men zal zien wat er daar gedaan wordt, om 't jong Volk tegen 't Volksbederf te Bevrijden. De tweede brief handelt over d'Hop 't zijn de Roeren die in dien Brief spreken; en de Landbou wers eu Boeren, zijn zekerlijk de nuttigste Leden der Samenleving. Wij roepeu insgelijks d'aandacht op den 2d" brief. Aalst, den 2i,a September, 1886. Aan Mijnheer den Opsteller van a Het Land van Aelst, MIJNHEER. Wij lezen in uw blad van Zondag laatst, een artikel ge- titelü Werkstaking bij M. Qovaert, te Aalst. - Daai cr in die weinige regelen vele misgrepen staan, is het onze plicht deze te herstellen in het order gelijk ze geschreven staan. 1° Over twee jaren, zegt uw blad, wonnen de wevers 16 lot 17 franken. Dat is echt en zelfs meerder; dat de weefprijs vermin derd is, dat zal niemand verwonderen; alles is sinds jaren verminderd, maar op verre is de loon niet gedaald in evenredigheid der prijzen onzer geweefcels. 2° De wevers moeten met twee getouwen werken. Dat is ook echt; in Engeland, het land der nijverheid, der vooruitgang, daar werkt een wever op vier getouwen en hij beklaagt er hem niet over: ter contrarie. 30 De prijzen der stukken zijn gedaald Ja, over een jaar, maar er zijn ook prijzen van stukken verhoogd. Het belangrijkste is te weten dat wij sedert een jaar niets verminderd hebben aan ons tarief, alhoewel er se dert zes maanden een schrikkelijken afslag op de graan zakken, aardappelen en ajuinbalen, en hoppepers-goed bestaat en alleenlijk door de groote concurrentie. 4» Ook moeten de wevers nu hunnen kleinen helper betalen. Wij zijn de uitvinders niet dier kleine helpers; maar .1 -J',. ,,;,nln'i,alnW -t/V-r hlin ïTPTTltlL* Een liberale gazet van Aalst dierf schrijven en uc ullïluutlJ r_._ herhalen dat het Onderwijs den Landbouw en het we, de wevers en dit uitsluitelijk voor hun gemak. Werkvolk moet redden 111 Onderwijs! Geleerdheid^ 5 En'i alum vernieuwen. is er genoeg in de wereld 1 wie heeft niet lit ver te doen met een ongeleerde dan met een geleerde schelm! Onderwijs is er genoegl maar braafheid en christelijkheid «jn et te we:nigl...En daatomts't in oorrakevan virkwisdngen 't belang van iedereen, de goede Christelijke ocho l^e 1 - >--- •- - .Vr\,..4mrai nrv f.T mrL ,.*.t 1..,,. t.ac- Neme aan dat het zoo ware; moet de metser zijn tra weel en lood niet vernieuwen? de schrijnwerker zijn schaaf en zijn zaag? Is het hetzelfde niet -net alle stielen -Maar gelieve te weten, Mijnheer, dat als wij over eenige len te verheffen en d'Ouders op tf. weL<-,i hunne kinderS te zenden Twee brieven... Elk mag spreken op zijn beurt, mits redelijk en betamelijk le zijn... De Waarheid de waarheidlaat ons de waarheid zoeken!... In de bovennatuurlijke zaken moeten wij ons geven, en door de Goddelijke Veropenbaringen laten geleiden: gelijk men in Duitschland zegt: De Godsdienst moet geëerbiedigd worden boven alles, omdat het de Dienst van God is... Maar in alle andere zaken, laat ons vrijelijk onderzoeken en niet vreezen van tegen spraak te hboren... Wij hebben hier dus twee brie ven: 1° v:vn M"a gebroeders Govaert; paragraf 7 bij zonderlijk is wreed om hooreD; 45,40 winnen en aan hun moeder maar 8,75 afgeven getrouwde mans die 47,40 winnen en maar 9,00 geven!... Eu waar verteeren ze dat geld? In de danskoten In de danskoten En als zij alzoo handelen, verdienen ;ca v.-ïvcr-re deen'leverenj er hem lo oen inA-ig is gegeven per geweven stuk, tot zooverre •icgeh bevestigen dat de voorzichtige,de vooruit \cnde werkman eerder uit het vernieuwen van't alem frekt dan eraan verteert. 6° Dat maakt dat de wever nu werkt van 6 uren des morgends tot 8 uren 's avonds, en als hij 15, 16 franken heeft, er drij afvier en half afmoet voor den helper en ioms 2 d 3 franken voor 't alam. De wevers werken van 6 tot 7 uren, en winnen gelijk i'i) het den 14d#n Oogst bewezen hebben aan M.den Bur gemeester in tegenwoordigheid der werkstakers, van 14,10 tot 17,6o per 5 dagen. De wever geeft aan aea kleinen knaap geen fr. 4,00 maar l.öo ff. tot 3,00ft. hoogstensper week van 6 dagen. En voor 't alam geene 2 a 3 franken, maar gemiddeld (en moyenne) per week 40 centiemen per wever en per nvee getouwen. 7° Er zijn wevers geweest,op 16 weken, d'hoogsteprte (lie ze naar huis brachten was 8,50 fr.,en leeft daar mede met een huishouden\ Er zijn wevers en wevers; maar wat dunkt er u, Mijn heer, van werklieden die I0.40 fr. winnen en aan hunne zij niet kunnen leven, omdat zij vrouw, kinderen, schoon moeder, en een kostkooper moeten onderhouden. Moet de fabrikant, die het al zeer kwaad heeft in die droeve moment van krisis,dat al bekoopen? Moet de fabri kant ook al die kosten aan duiven, bolspel en dans (1) betalen 8° De wevers hadden gevraagd den helft van t alam te betalen en dat wierd geweigerd, en dan zijn ze tot werkstaking overgegaan. Dat is onwaar; er is noch opslag gevraagd noch ver mindering aangekondigd. De wevers hebben zich alleen lijk in werkstaking gesteld op het aandringen, zegt men, van eenen socialist, die veel beter zou doen zijne eigene zaken te beridderen, als zich met andermans te bemoeien. Dat die socialist de verantwoordelijkheid drage en dat het eene les zij voor de ongelukkigen die zich zoo gemakke lijk laten verleiden. Gelieve 200 goed te wezen deze eenige regelen in uw blad van zondag toekomende in te lasschen, en aanvaardt ondertusschen, Mijnheer, onze haastige groetenissen. Govaert, Gebroeders. (l)Laat ons hier zeggen dat de liberale gazetten vanAalst meermaals ten voordeele der danszalen hebben geschre ven en dit bedrijf voorgebracht als een deftige broodwin ning. Brief over dyHop. 29 Ang. 1886. Land van Aelst, Dikwijls heb ik n bewonderd voor de waarheid te dur ven schrijven aan Koningen en Ministers, zoowel als aan Boer on Ambachtsman, zonder opzicht van personen en wat gaat er na in Aalst gebeuren met de hop en haren handel! Wilt men de Belgische Hop haren roem terug ge ven, dat de heeren Handelaars eersten vooral ophouden, vreemde hop aan geringen prijs aan te koopen en xe te mengelen onder de belgische Hopjdat er eene Commissie genoemd worde tot opspenrmg, om geene vreemde Hop in Aalst te laten inkomen om te vermengelen met Bel gische en zonder opzicht van personen, deze hop waar vreemde hop onder geperst is,in de Stadswaag af te keu ren en niet te laten verzenden als Aalstersche hop en dat men dan spreke tot den Landman, dan zal mpn de prin ciepen met vlijt aannemen en dan zal den Landman pluk ken, droogen tot zijn voordeel en als de vervalsching aan het goed van den landbouw niet ophoudt en de las ten niet verminderen dan zal België zoo arm worden als slekken Pan zal men den Landbouw neérdrukken, dan zullen de velden liggen te versmachten in het onkruid en wie zal de grootste schuld daarvan zijn? De Verval sching. De LandmaD levert en verkoopt alles zuiver en nauwelijks is het in koopman# handen of het wordt ver- valscht en dan zoude men aan den Landbouwer nog wet ten durven voorhouden doet nwe vruchten beter bewer ken terwijl rijke menschen zijn goed vermengen en hem ten gronde verpletteren en meer willen winnen dan de Landman er af Jüt/angen he<ft. TiWo, wfükigen L«V van iet Land van Aelst. Wij hebben dezen ,-ief aan verscheide Perso nen gfr- toond; opnemen,' zekerlijk, zegde men ons; doch een zaak is zeke. Dat d'Aalstersche Hop verliest, zelfs bij de BrOuwers van ons Land! Ze zeggen dat de stele* en de bladers, met. d'Hop geplukt en gedroogd,een slechten, bitteren en nadeeligen smaak aan 't bier geven. Derhalv* is het zekerlijk voordeelig ZUI VER te plakken en GOED te droogen; en verders waakzaam te zijn en streng aan d'Hopwaag. KERKELIJK NIEUWS. - E. H. Van den Abeele, Priester der laatste wijding is genoemd tot coadjutor van M. den directeur der Zusters van Liefde te Lovendegqm. - Zondag octaaf der Engelen Bewaarders; woensdag Ge* borte der H. Maagd, Feestdag der Meuleschetten t'Aalst. Vrijdag, H. Nicolaas van Tolentyn, vereerd in St-Jo- sefskerk t'Aalst, alwaar zijn Relikwiën berusten. St Niko laas van Tolentyn is beschermer tegen veeplagen en be smettelijke ziekten. Op de nationale Bedevaar* te IlLllCUVU Ulv lU.^U 1*. llluvu v... I 1 1**1 t fr. 8,50 afgeven van getiouwde mans die I Lourdes zijn elf genezingen of merkelijke beternissen d ouw maar 9 fr. afduimen op 17,40 fr. van 1 uemen. Een blinde man is eensklaps ziende geworden. jnoeder maar ,v aan hunne vrouw maar 0 fr. afduimen op 17,40 inannen die komen bij M. den Burgemeester zeggen, dat Dramatiek Verhaal uil deverledens eeuw, naar t groot werk van S. VAN DEK GUGn 1 i5 XV. Groote en gewichtige ontdekkingen. Ga Hever naar huis en vangt uwe vlooien, zei Passchierken tot den iongen koewachter. Dat doet mijn moeder s morgends, als ik opsta, zei de koe wachter, die ook een sn akker e jongen was, en wat aangaat van met u te lachen, daaraan heb ik zelfs niet eens gedacht, mits Vader mtj altijd zegt: het is een lafhertigheid van met de menschen hun ge breken te spotten. Dat is nog zoo slecht niet geantwoord voor eenen koewachter, peisde Paschierkan, en wat is er dan, vroeg hij, dat u zoo doet lachen? Het is uwen gezel die daar weggegaan is. Welnu, wat is ervan? Dat hij zoo haastig was om weg te loopen. Zoo haastig om weg te loopen! ja, vreezende misschien dat gij het voorwerp dat bij hier ge vonden heeft, zoudet teruggeeischt hebben. Hij heeft hier dus iets gevonden Ta w'hebben 't gezien, ik en mijn broêrken; daags na dat die Gentiasr aangerand wierd; wij waren hier ook gekomen, zeer vroeg; de weg was nog rood van 't bloed; en dan heeft die man. daar een Pistool opgenomen en is ermeê weggedaan, en met dat Pistool zal hij nu embras maken, zal hij. En ge kent dien zonderlingen kerel? vroeg Passchierken Of ik hem ken! Wel, mijnjakkerie, 't is Pieter Slachbant, den baas uit 't Kroontje,een half uur van hier woont hij, en hij doet onder de konijns en de kiekens 'ne poeljenier is t. Passchierken zegde nu gansch onverschillig: Manneken, ge klapt als 'ne profeet; echter ge zijt mis, de baas uit 't Kroontje had mii hier vergezeld, hij wist dat ik hier niets te zoeken heb, en dit Pistool zal waarschijnlijk het zijne geweest zijn, dat hij hier des nachts had verloren, want 't is hij die met den baas uit t Gulden Hoofd en ander Volk van Wetteren den koopman is komen helpen. Zoo, Pieter Slagbant was daarbij 1 Zekerlijk, manneken, was bij daarbij; men mag met haastig zijn om iemand te verdenken, De kleine koewachter sloeg beschaamd de oogen neder en begon nu op zijn koezeel te bijten om er sen antwoord uit te halen; deze Itet zich niet lang wachten't Is gelijk, mompelde hij, als t Pistool het zijne was, waarom moest Lij dan zoo schuw opzien, wanneer hij het vond en in zijnen zak ging steken passchierken wist nu genoeg; hij riep goeden dag aan den koe wachter en vervoorderde zijnen weg, al denkende op alles wat hij vernomen had 't Pistool! 't Pistool! Ja, daar ligt de wis; weten wie ze heeft en van waar ze gekomen is! Dit Pistool behoorde toe aan den aan rander;.. welk licht! welk licht!.. En nu, wat gedaan?... Indien wij ons recht naar't Kroontje begaven, misschien, wie weet!... we zijn nu al zoo wel gevaren en er kan vandaag nog meer uitkomen?.. En dat ik eens t'avond aan mijn meester Den Zwarten Advokaat kon zeggen: Ik weet wie de dief en moordenaar is 1Welke vangst voor mij, dacht Passchierken. Hij trok dus naar Melle, zonder nog op jacht te denken... Ge gaan, rechts, links, alsof hij wandelde, hier en daar gevraagd en ein delijk aan d'herberg van Pieter Slachbant gekomen. Doch in plaats van er recht naar toe te gaan, sprong hij over den gracht der baan, en keerde landwaarts, met het inzicht van, gdijk de jagers veeltijds doen,langs den achterleist in het huis te komen.. Maar zou er geen kwaadaardige hond liggen?... Neen, 't was een jong dier, dat met zijnen jachthond begon te spelen... De vensterluiken waren geslo ten, doch er was Volk ia d'herberg, want hij hoorde bescheidelijk dat er twee manskerels aan t klappen waren. Passchierken gevoelde dat er iets nakende was; op zijn teenen voortgaande, den hond teeken doende van stil te blijven, nadert hij tot dicht bij de vensterluiken en hoort den Poeljenier zeggen: Als ik u zoolang in mijn huis heb geduld, is bet omdat gij mij voortijds 't leven hebt gered... ik kwam van Gent.i k wierd door twee schur ken aangerand en lag reeds op den grond, toen gij mij hebt ontzet. Och, heb nog twee dagen geduld, sprak een ander stem, ik ban bijua hersteld; binnen twee dagen trek er ik van deur; t spijt me dat ik uwe zorgen niet kan beloonen. Wil u daarmeè niet kwellen, maar volg mijnen raad, tracht u te beteren en geregeld te leven. Ach, 't is gemakkelijk gezegd I ik zal trachten uwen raad te volgen, maar ik ben 'ne rampi, ige mensch en al dikwijls vraag ik mij, of't niet beter geweest .vare !ïe gentsche koopman mij doodgeschoten had. Zijt ge niet beschaamd dit lë zeggen I Neen ik! dood zijnde, kan i! kwaad meer doen... ook wil ik dat Pistool niet meer terug; gij ra.ogt het behouden 1* schenk het v als een gedenkenis voor 't goed werk dat gij aan mij hebt gepleegd. De Poeljenier begon te lachen: Wat kan ik daarmeè ui rechten zegde hij. Ik ben 'ne soberen s< hutter en heb meer betrouwen op mijnen mispelaren stok dan op *en Pistool. Het is gelijk! dat Pistool wil nimmer terugzien, en wiltgij het niet houden, verkoopt het v Nu hoorde Passchierken een deur openen, en t geluid eener vrouwenstem: Baas, zegde zij, er zijn uier twee boeren met vette kiekens; die zij willen verkoo-en. - oed, vrouw, antwoordde Slachbani, ik zal eens komen ien. Passchierken wist nu genoeg; hij ing vat achteruit: stapte het veld over, sprong terug overi.r gra ten trad d'herberg binnen, alwaar de Poeljenier hem met groote verwondering en blijdschap ontving: Gij doet mij veel eer aan, zegde hij, ik meende u reeds op weg r*aar Aalst. Och, antwoordde Passchierken, na mijn bouwkundig onder zoek had ik geen lust meer om te jagen en ik. heb kennis willen maken met uw herberg. Geef 'ne pot van uw beste bier en neem u een glas meé. De baas liet het geen tweemaal zeggen en wijl hij den gevraag- den drank ging halen, zag onze listige Vriend eens goed rond.Die herberg had niets buitengewoons, maar hetgene aardig voorkwam, «as nevens een beroest karabijn een sierlijk pistool aan den wand te zien hangen. Mij dunkt, zegde PasschieikeD, als zij eetikt en gedronken hadden, dat gij ook nog al bijtijds eenen Baas gaal knotsen. Omdat dit karabijn daar bangti daarin zijt ge mts, beste vriend; «are ik een laveier, ik zou mij met aangeboden hebben om n in 't omliggende 't wild aan te wijzen. Dit geweer hangt daar voor mijn veiligheid; de tijden zijn slecht.- En dit pistool, een schoon stuk geweest. Ik heb dit overgenomen van iemand die ij debit was. Wilt gij het koopen Koopen, ik heb juist geen pistool noodig; maar laat eens zien. Passchierken zag t pistool na als een echte liefhebber; het was gansch vervuild en slordig ge- worden Geef mij 'ne gulden en 't is het uwe. zei Pieter Slach bant Het is te veel, zei Passchierken die maar 18 stuivers in zijn bezit had, 10 stuivers wil ik u geven. Wat peisde wel? ne gulden, 't is voor niet. Bah, ik heb juist geen pistool noodig... De Poeljenier meinde nu 't wapen op zijn vorige plaats te han gen als hij zich eensklaps bedacht: Daar, zegde hij, het wapen op tafel smijtende, ik wil geen kniezer zijn voor den eersten keer dat gij in mijn herberg komt. 't Wapen is daar, t is het uwe. En g'hebt het reeds lang, vroeg Passchierken, als hij betaald had en 't pistool in den zak: Neen tochl misschien twaalf dagen I... Nu wist Passchierken genoeg; hij veranderde van gesprek,dronk nog 'ne pot bier, zegde den vriendelijken goeden dag en tot we- deromziens, en begaf zich naar huis, blinkende van vreugd en in zijn eigen zeggende: Justicia! nu zullen wij den dief en moorde- naar wel vindenl. Maar 't begon reeds laat te worden en alhoewel hij 'ne goeden stap doorging, sloeg het juist 10 ure van den avond, als hij de huisdeur zijns meesters opende en de kamer binnenstapte waar de Zwarte Advokaat bezig was in eenen boek te lezen: Is dat wegblijven! riep de Advokaat uit, het hoofd schuddende Ja, meester, 't spijt me; er was niet veel eten in huis. Niets dan btood en dtooge boonen;maar ik heb toch goed gemiddagmaald bij nicht Angela.-Ha, nog al beter, en ik Meester ik hei goed nieuws; ziehier 't Pistool van Jen aanrander en moordenaar. De Zwarte Advokaat nam dit wapen, bekeek het met aandacht en wierd eensklaps zoo bleek als 'ne gewitten muur Dit wapeni I dit wapenI riep hij, Wat blieft er u, Meester? - Wel, t heeft mfl nog toebehoordI Zie, de rwce eerste letters van mijnen naam staat er op: P. SEtmaal. O Vervolgt.)

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

Het Land van Aelst | 1886 | | pagina 1