Doktoor Üroris,
Zondag 30 Oct-o*: ir 1887.
288te Jaargang.
GODSDIENST. -- VADERLAND. - VRIJHEID.
Lokeren. tebestuur. was aan 't hoofd dier Inrichting
44
Allerheil gen.
De Volksbelangen.
Ó/Vh/Hi iyy^epsi
BUREEL, ACHTERSTRAAT,
Gewone AnnoncenJO centiemen per regel. Annoncen op de tweede bladzijde
60 «eatiemea den regel. Berichten onder 'i Nieaw», 1 frank den kleinen regel.
HET LAND
ABONNEMENTS-PRIJS.
I Fr. jaar*, Toeraf betaalbaar. Inschrijvingen wenden op alle tijdstippen des jaar»
genomen, rechtstreeks by ons ofdoor Post of Brieldragers.
YANAELST
AALST, Zaturdag 29 October 1887
Dijnsdag is 't die groote gedenkweerdige Feest
dag.
Allerheiligen
Volgens 't aloud en treffelijk gebruik, wenschen
wij alle geëerde Lezers en Lezeressen 'ne Zaligen en
Gelukkigen Hoogdag, en veel navolgende!
Allerheiligen
De Feestdag van Triomf, van Glorie en van
Troost
Het Rijk des Hemels
Is er iets redelijker, iets natuurlijker
Als een stom gedierte ons wel dient en ons aange
naam is, wij zullen het beloonen door strelingen en
door een goede behandeling.
En de Opperheer van alles, de Almachtige Schep
per zou niets hebben voor de menschen die Hij hier
op den aardbol heeft geplaatst
Een Kind dat zijn Ouders gehoorzaam en behulp
zaam is, een Jonkheid die tot steun en troost zijner
Ouders dient, zou op 't zelfde punt uitkomen, als
een ondankbaar en ontaard kind, als een jonkheid
die voorVader en Moeder den nagel is hunner dood
kist
Een eerbare en werkzame Moeder, vol liefde voor
Man en Kinders,dag en nacht werkende en slavende,
zou op 't einde niet meer hebben als een slons en
een slijp, die haar kinders ombrengt en tot schande
van 't Menschdom dient 1
D'eerlijkheid, d'eerbaarheid, d'edelmoedigheid, de
liefdadigheid, de zelfsopoffering zouden niet beloond
worden
Neen, neen! het is een afschuwelijkheid van het
Rijk des Hmels te durven loochenen
ALLERHEILIGEN! ALLERHEILIGEN!
Toon mij een plaats, waar elk zich vereenigt met
de Kerk, om de Feestdagen te vieren, waar elk het
oog hemelwaarts heeft gericht, en ik zal u zeggen
Dat is een plaats waar Vrede en Welvaart is, waar
de Rijken niet trotsch zijn, niet onbermhertig; waar
de Werklieden te vrede zijn en gelukkig in hun lot
waar elk zegt: Ik moet oppassen; ik moet zorgen om
eens dat eeuwig Hemelrijk te verwerven
En stel op die plaats 1000 menschen, 10,000,
100,000,ge zult daar Welvarendheid en Vriendschap
aantreffen.
Te Parijs, te Londen, te Gent, de ongelukkige ver
dwaalden die roepen: Noch God, noch Meester
De hardvochtige Rijken die geen hert hebben voor
't Volk, o, ze zijn 't gedacht van Allerheiligen
gansch vergeten; dat is hun ongeluk en het ongeluk
iidfler Sterr.enlevine
ALDERHËILIGENWij wenschen nogmaals
alle Lezers en Lezeressen van ons nederig Blad een
Gelukkigen en Zaligen Feestdag
LOOPENDE NIEUWS. 't Is bijna ongeloo-
felijk met welken onnoozelen prisjpraat van gemeine
en nijdige commeerderij die hooggeleide Dender-
galm zich bezig houdt... En juist gelijk in Vooruit:
Alles wordt opgenomen, rijp en groen en verzwaard
en vermeerderd, zonder eenigen eerbied voor de
waarheid. Er wordt in Aalst veel
gesproken op M. den Ontvanger De Bruyn. Hij mag
ons antwoorden: We zijn nog maar October en veel
Personen die reeds den eersten semester betaald
hebben,krijgen nu een Laatste Waarschouwing vóór
de vervolgingen, om binnen de 5 dagen te komen
dokken... Wij zullen de menschen nog moeten aan
raden van alle maanden te betalen... Wat deden al
d'ander Ontvangers? Ze zonden eerst een beleefd
verzoek, op behoorlijken tijd, en dan een DWANG
BEVEL; maar dit dwangbevel sturen, als eerste
vermaan na 't verloop der derde maand, dat is een
betjenop zijn Russisch handelen... En indien elk
per maand betaalde, gelijk de Wet toelaat, M. den
Ontvanger zou moeten tot d'oude beleefde manieren
t terugkeeren. M. Baron Felix Bethune is t'Aalst
Hulp-Rechter benoemd; als M. de Tuge. ziek is of
j belet, moet hij zetelen. M." Gladstone, die weer-
dige Man uit Engeland, ligt met een zware valling,
j Zondag is te Schaarbeek, Brussel, gevochten
1 leven-sta-bij; verscheide agenten hebben hunne sa-
bels bot gekapt. De Vrederechter van Celles, in
de Walen, is zondag morgend dood gevonden in zijn
bed. De Garde-Civik van Gent was zondag te
St Denys om kleinen oorlog te voerenze maakten
zich gereed om te schieten: doch 't was mis gepierd;
j de Champetter van St Denys kwam er een spelle
aan steken. Zondag, te Brussel, een wondere
aardigheid: Ten 2 ure zullen in 't Park Leopold
3o,ooo duiven opgelaten worden; 3o,ooo Er zijn
te Brussel 170 Duiven-societeiten met 2000 liefheb-
bers; allen hebben zich vereenigd voor die kolossale
oplating. De Brisseleers spreken daarvan, met volle
monden. De geruchten loopen dat M. Van der
i Smissen gaat in vrijheid gesteld worden... Elk zou
dat met genoegen hooren... M. Van der Smissen
was meer ongelukkig dan plichtig; en zijn fout van
i driftigheid en onvoorzichtigheid is reeds meer dan
uitgeboet. T'Antwerpen gaat de bende van Jef
voor 't Gerecht komen. Dat is een soort van Kabas-
i kesschool; er zijn 70 leden en een zeer groot getal
beschuldigd van grove diefstallen. Moltke vierde
dijnsdag feest voor zijn 87 jaren. Generaal Moltke is
een stille maar taaie en kloeke Ouderling hij zegt
weinig, maar wandelt veel en blijft werkzaam. Op
veel Gemeenten komen afzonderlijke Kandidaten...
Een goede vrije inrichting zou Eendracht en Sterkte
geven. Detijdenzijnvoorbij.dat 2 a 3 mannen alles
konden schotelen en lepelen; bijeenkomen;'t gedacht
hooren; de bekwaamste voorstellen,degeen die best
in den zin der Kiezers vallen.
DeVolksbar.k beeft haar betalingen gestaakt
M. Hermé. Sekretaris van 't liberaal Gemeen
sedert lange jaren en men had in hem een
breed vertrouwen, Reeds is hij afgesteld als Gemeente-Sekre aris en
dijnsdag wierd bij aangehouden. Zijn vrouw en kinders huilden en
weenden maar demenigte vervolgde hem door geroepen van smaad
en bedreiging. Men vreest dat het deficit aanzienlijk is.,Men zegt dat
de Bestierder der Bank valsche bilans heeft opgemaakt, dat bii den
toestand als zeer gunstig uitgaf, terwijl hij inderdaad zeer slecht
was. Elk Aktie der bank is verantwoordelnk voor til) fr.. doch er
schijnen wissels in omloop te zijn, die toteen grootere verantwoor
delijkheid aanleiding zouden geven. M. Heraé wihk sederi lang
alleen meester zijn en was gulzig naar vette wins'en De geruchten
loopen dat d'ander Bestierders der Bank slechts plichtig zijn wegens
al te groot vertrouwen in dien man. Doch waarom niet op tijds de
Boeken nagezien? De Volksbank zai grooteen smartelijke verliezen
veroorzaken. M. Hermé was gemengd in veel handelszaken van Lo
keren. 't Is dijnsdag. ten half elf 's avonds, dat hij aangehouden
is in zijn huis Statiestraat, waar de Bureelen zijn der Volksbank. Er
stond een groote menigte in de straat.
Aalst.
De WoF-Coevcet is P y.der ifrS?,T.r I
polak;-Orde voor 22 jaren dienst o Schepene dor
Sta*Aalst. Elk is gelukkig deze gelegenheid te kun
nen waarnemen om dien achtbaren Heer de harte
lijkste en diepgemeinde gelukwcnschingen toe te
sturen.
1)' Algemeens Welvaart.
Do Katholieken der Noorder-Departementen van Frank
rijk zullen van 2g November tot 4 December te Ryssel
groote Bijeenkomsten houden over d'allerbelangrijkste
vraagpunten van dezen tijd.
D'EERSTE SEKTIE
zal handelen over de Godvruchtigheid en de Christelijkheid;
over de Confreriën ter eere van't H. Sacrament, over de
Processiën; over de Missen voor de Schoolkinderen; over de
arme menschen, of ze regelmatig des Zondags Mis hooren,
over 't vergezellen der Berechtingen.
Over de ZONDAGRUST; het sluiten der winkels en ma
gazijnen; het bijwonen der Mis door Staatsbedienden over
de plicht der Overheden, Meesters, Ondernemers, der Akti-
ounarissen te dezen opzichte; over do Soldaten; de Christe
lijke Genootschappen; de Begraving der Armen, enz. enz.
DE TWEEDE SEKTIE
is gelast ai ;t de Christen# Kunst zij zal onderzoeken het
hoog middelbaar- en lager Onderwijs de Nijverheids
scholen; dn Bescherming der Studenten het Onderwijs der
Dochter*; de Drukpers, gazetten, boeken, prenten de aan
moediging der Katholieke Kunstenaars; de bestrijding der
zedelooze boeken en printen; de Oudheidskunde, 't herstel
len der Kerken;Gilden voor Ambachtslieden en Kunstenaars
DE DERDE SEKTIE
waarop w.' de bijzondere aandacht roepen, zal onderzoeken:
Do innchbng der Werkmans-Kringen, deszelfs uitbreiding;
de Vereeniging der Werkmans-Kringen de verjaardag der
Fransche 'tevolutie.
Het Ci.ris'telijk Werkhuis; goede opleiding der jonge
Wc.'kliedai). Geleidingen Bewaking achter d'Eerste Com
munie; het groot nut der Patronagiën onder dit opzicht;
Association der Jonge Werklieden in de Werkhuizen;
verstandhouding tusschen Familiën en Meesters; de ver
eeniging der Christene Moeders samenwerking der
Meesters, 'en voordeele der jonge werkgasten. Vereem-
gingen 11. do Fabrieken, van bejaarde Werklieden; Gil
den. Spaarkassen, Volksbanken.
Werken an behouding ter stede; Zondagsche Veree-
nigingenifr— Kringen, Schietsocieteiten. Inrichtingen
voor de magazijniers, de bureelschryvers en de handelsrei
zigers ja
Bmiour.'iNG te plattelands. Landbouw-sjndikaat tus
schen de Katholieke Grondeigenaars, Weezenhuizen;
de aanbesteding der Weezen; Zondagsche Vergaderingen,
enz. eoa.
Achtbare Lezers en Lezeressen, welk groot en
vruchtbaar veldDaar is de Behouding en de
Redding} Om ons eerlijk Christelijk karakter te be
houden; om. niet te vervallen gelijk veel groote ste
den. die oprechte broeinesten zijn van Socialismus!..
Op 't Zedefcederf volgt de oneerlijkheid, den dief
stal, thuis, op de werkplaats, in de gebuurte, bij
rijke menschen; eerst afzonderlijk stelen, dan benden
maken ei. met 't Socialismus roepen Oorlog aan 't
Kapitaal I Geen God noch Meester 1
De punten te Rijssel opgeworpen en reeds onder
zocht te Luik,kunnen ons allen ten profïjte strekken:
De ZONDAGRUST, dat souverein middel van
beschaviag.
De verkleefdheid aan de Kerk en aan de Kerke-
lijke gebruiken;
De Patronagiën;
De Wij rkmans-Kringen
De W khuizen en de Fabrieken
De Lefjongens; de Werkgasten;...
O, zei, ia steden gelijk Aalst, er is rede om te
schuddèi en te beven voor de toekomst;
'v Vol\ ibederf wordt een groote last voor de stad;
er koi 't veel wanorde onder 't werkvolk; veel
jong wer volk levert schandaal en verergernis op;
d'Oudei 'dagen putten in den grond over hun kinders,
W jaa; zijn. ciu1; co m reeds aatr
dlierbfci t"oopen en nia- d'OrgelbaiS minneic...
Als wi j dat hooren en zien gelijk op St Ursula;
js avondijs de straten wemelen van jongvolk, 17, 18
jaren oue!, jonkheden met 2 jonge dochters aan den
arm, benden jonge dochters die dingen roepen en
liêkes zingen, waarover een oude schipper zou blo
zen; die dwijlen van 't een orgelbal naar 't ander
die dikwijls de straten aanzien als een slecht kot
o wij overdrijven niet, integendeelAls wij dit
hooren in alle straten en in alle wijken,en als wij dan
d'Ouders hooren spreken, dat de Kinders rebel zijn,
dat zij de prée achterhouden, met geweld, dat de
Dochters hunne Moeder bespotten en verachten,dat
de Dochters ten 12 ure, ten 1 ure, ten 2, 3, 4, 5 ure
thuis komen, als ze gezeten hebben bij vreemde en
dikwijls bedorvene gasten; o welke ellende in de
Huishoudens Welke bron van Armoede
Als wij daarbij vernemen dat een groot deel van
't jong werkvolk op niets anders denkt dan op ver
maken en nachtlooperijen, dat een groot deel der
Huwelijken vroegtijdig zijn en gedwongen, dan valt
er te schudden en te beven voor de toekomst.
Ach, di& Patronagiën en Werkmanskringen moes
ten hier van over 20 jaren geweest zijn; het is als
dan gezegd op een Werkmans-bij eenkomst te Leu
ven; nu zijn ze toch ingericht, en dat de algemeene
genegenheid en behulpzaamheid deze werken van
Bewaring en van Redding omringe Dat het
achtbaar Magistraat toch gehoor leene aan de smee-
i kende stem der Burgers en niet toelate dat eiken
zondag de Volkswijken in een Babylonen veranderd
wordenDat elk die een stem en een macht heeft,
dezelve gebruike volgens de voorschriften van Luik
en van Rijssel... Laat ons dit Dagorde bewaren en
dikwijls overzien, elk zal er zaken in vinden welke
hij gemakkelijk kan bevorderen of uitvoeren... Het
Volksgeluk, 't algemeen belang hangen er van af.
'T K.Vl'HOI.1IÖT MÏ.\ÏSTER1Ë.
Groote veraaderingsnl
Maar eilaas, geen verbeteringen
Ons Ministerie, reeds zoo zwak, wordt meer en meer
een Ministerie van zaken.
Minister Thonissen treedt af;
Hij cal gee rekening moeien geven voor zijn krachtda
digheid;
M. Thonissen treedt af;
M. De Volder wordt Minister van Inwendig en van On
derwijs.
Aan M. Lejeune is door Z. M. Leopold het Ministerie
der Justicie toevertrouwd.
Wie is die M. Lejeune 7
Een vermaarde advokaat, uit Luxemburg, een groote
Recht geleerde; een ka m en fatsoenlijk Man; maar, op
zijn beste genomen, noch mossel noch visch als poli.iek,
noch katholiek noch liberaal, en voor wat de Godsdienst
aangaat, eilaas, men veizekert: M. Lejeune is van de on
zen niet I
En dat gebeurt onder ons groote sterke meerderheid van
1884, nadat wij ons ten koste van geld en bloed hadden
vrijgevoct ten 1 Mag, kan er nog langer gezwegen wor
den
Als de liberalen met 1 stemmeken boven liggen, Zijn
Majesteit neemt als Ministers mannen uit de Linkerzij
en van de driftigste en van de heftigste, Bara, Rolin,
Van Humbeeck, en die mannen zijn vrij gelijk 'ne vogel
in de lucht.
Wij zijn aan 't hoofd, met eeu ontzachlijke Meerder
heid; er is veel onrecht te herstellen; onrecht in alle Mi-
nisteriön; en de Katholieke Meerderheid wordt verlamd;
en als er Ministers noodig zijn, Zijn Majesteit ziet al die
geleerde, die weerHige Katholieke Geko*enen over het
hoofd; hij neemt Ministers aan welke men moet vragen
Wat zijn zei Wat waren ze 1 Wat zullen ae doen PIII
Wij, Katholieken, zijn maar goed om te sparen en te
garen om daar als Zebedeussen te zitten, om ten nadeele
van Katholieke Vrenden, de muggen te ziften en de spel
den uit den Dender te halenl
En dat gebeurt in de 19® eeuw en wij durven op onze
Vrijheid, op ons Karakterschap roemen I En als Z M.
de Koning, die ons al dat cnrecht doet, als hit een woor
deken Vlaam8ch epreekt. de loftuigingen vliegen er, alaof
wij in den derden hemelzalen 1
Landgenoten, de zaken staan slecht, allersltcuiar; wij
iijden en wij kwijnen; als de Vrijmetsers aan 't hoofd ko
men, zullen zij het bijzonderste terugvinden, gelijk zij
het in 1884 gelaten hebben;
Is er dan toch geen middel om uit die lauwheid op to
staan
Kan de Rechterzij in den naam van 't Vaderland niet
spreken
Als Minister Beernaert een hinderpaal is, welnu, dat hij
wegga; de Personen doen hier niets; 't zijn de groote Ka
tholieke Belangen die op 't spel staan.
Ha, de Katholieken zouden zoo machtig wezen, indien
zij maar DURFDEN durfden stout spreken en kracht
dadig handelen urfden de Waarheid zeggen in 't Hof
en aan de Ministers I durfden voor God en Vaderland
iets wagen! Die niet waagt, en heeft niet... Wel heero
Dominus I Waarom staan al de Gekozenen niet recht I
Waarom roepen ze nietWij willeD de slachtoffers niet
z'jn, van dien vergulden konkelafous I Wij willen met hot
Katholiek Volk doen en wij willen een Katholiek en een
werkende Ministeriel
De tijd vliegt 1 Dat men er wel op nadenke
De rekening zal schrikkelijk zijn Men heeft niet ge
wild van een Programma; men heeft gezegdWij zullen
zonder Programma werken I
Tot hiertoe is er weinig cf niets gedaan.
E-H cö c
U, U O)
<X> cu
H 7
E20
moe
rop
(GORIS HALS).
EEN VERHAAL UIT KEIZER KARELS' TIJD,
doorS. Van der Gvcht, Kunstschilder te. Aalst
10
X. DOKTOOR GORIS ZOEKT TROOST.
Schilder Coecke had nu zijn Verhaal geëindigd. Men weet
dat hij in gezelschap van Doktor Goris, van Brandt en Stroom
te Gent in d'afspanning De Wapens van Spanje vertelde,hoe
Jan Colder een baanstrooper was geworden en hoe hij zijn
kennis had gemaakt te Oordegem.
Eenige dagen te voren had Doktoor Goris 's nachts het
bezoek ontvangen van dien Baanstrooper. Doktor Goris was
rijk geworden op een zonderlinge wijze; eens 's nachts thuis
zittende om goud te maken, was een rijke gierigaard van
recht over zijn deur in zijn huis komen geloopen en er bots
bezweken... De man had geen erfgenamen, Doktoor Goris
had dezes schatten naar zijn huis overgebracht en leefde nu
rijk en half gerust, toen Colder hem kwam aankondigen, dat
hij denwrek Kiecks had vermoord en dat aan hem, Colder,
de fortuin van dien man toekwam. Tevens had hij hem gedag
vaard van 3ooo Kroonen komen te brengen, zekeren nacht
op een c ne vlakte nabij Gent.
Doktor Goris had met hevige hartklopping 't Verhaal van
den Schilder aanhoord en 't was hij die den eersten de stilte
brak.
u Dierbare Vrienden, zegde hij,onze Vriend Coecke heeft
u Jan Colder op een meesterlijke wijze doen kennen; ik wil
u echter in korte woorden de verfoeielijke handelwijze van
dien schelm nog beter voor oogen stellen, n
En hij verhaalde met drift en in korte woorden hoe J an
Colder als een dief en moordenaar in zijn huis was gekomen,
terwijl hij er alleen was; zijn vrouw Brigitta bewoonde met
haar kind een buitengoed te Melle en de knecht was naar
zijn zieke moeder; over de moord op heer Kiecks sprak Go
ris niet; doch hij drukte op de aftrochelarij; 3ooo Kroonen,
zegde hij, kunnen mij niet verarmen; doch ware het niet zonde
een moordenaar daarmeê te verrijken? Wat dunkt u? zou ik
dat geld naar d'heide het Sabatoord doen dragen?
Jan Colder, sprak Herman Brandt, is een doortrapte
kerel, het zal u niet gemakkelijk zijn uit zijne handen te ge
raken.
In uw plaats, zei Frans Stroom, in uw plaats, vriend
Goris, ik gaf den schelm het geld, gij zijt rijk en machtig en
't is beter een weinig geld te verliezen dan zijn leven.
Niet al te haastig, meinde Pieter Coecke, onze Vriend
heeft immers nog tijd zich te beraden. Wanneer moet dit
geld daar gelegd worden, Goris
Binnen de 3 weken, ten 10 ure voormiddag.
Welnu, er zal waarschijnlijk middel zijn om 't onweêr
af te keeren.
O beste Coecke, sprak Doktor Goris, God geve dat gij
de waarheid spreekt; doch, waar de mensch gevonden die
mij zal kunnen helpen
Er zijn geestrijke personen die raad weten voor alles.
Vriend Coecke, ik zou eeuwig dankbaar blijven aan
hem die mij uit deze netelachtige zaak helpt; want wie zegt
mij dat Jan Colder zich met deze 3ooo Kroonen zal te vrede
houden? Binnen eenige weken kan hij terugkeeren; en ziet,
waarlijkik ben niet gerust in mijn huis.
't Is waar 't is waar, zegden Brandt en Stroom.
Vrienden, zei Coecke, ik sprak u daar van Jonker Ja
kob van Lommerdaalnooit heb ik vindingrijkere mensch
gekend; en vermits hij eenen hekel op Jan Colder heeft.
Maar onderbrak Doktor Goris, ik ken dien heer van
Lommerdael niet, dan van hem op straat te ontmoeten.
Ik ken hem zooveel te beter, alle uren van den dag ben
ik in zijn hnis welgekomen, en als gij wilt, wij gaan er mor
gen naartoe.
Ja zekerlijk wil ik, sprak Doktor Goris, die schielijk
een pak van zijn hert had; vriend Coecke, uw aanbod neem
ik gretig aan.
Welnu, 't is vastgesteld op morgen achternoen, ten
drij ure, ge komt mij uitroepen en wij gaan er samen naartoe.
Ondertusschen was de tijd rap vervlogen en elk was ver
wonderd als hij zijn uurwerk nazag. Men dronk nog een
laatste beker, men koutte nog een wijl als ware Vrienden, en
eindelijk na een warmen handdruk begaf elk zich naar zijn
huis.
Doktor Goris, half wanhopig naar de Wapens van Spanje
gekomen, verliet die Afspanning in de beste gemoedsge
steltenis... Er was dus hoop, bijna zekerheid van uit de
klauwen van Jan Colder verlost te geraken Jonkheer van
Lommerdael zou dien schurk onhinderlijk maken. En Dok
tor Goris zag weer zijn blijde geruste dagen van voorheên;
Hij zag Jan oldei lood liggen, of opgesloten voor zijn le
ven, zonder nog aan 1. mand te kunnen spreken. Jan Colder
weg, alle gevaar was verdwenen; Jan Colder immers wist
het geheim zijner Rijkdommen; Jan Colder kon hem arm
maken, ja in 'l gevang brengen... Doktoor Goris ging slapen
met 't woord u I.oiamerdael op de lippen en hij droomde
1 van dien Edelman....
Jonkheer Jacob van Lommerdael was inderdaad een zoo
schrander als machtig man.Hij bewoonde in de Kortryksche
straat te Gent een prachtig en aanzienlijk Steen. De oude ge-
vel, gebruind door den tijd, maar kunstmatig bekleed met
fijn beeldwerk, stak sierlijk af tegen de overige burgerlijke
woningen. Het kunstig gebeiteld balkon, vervaardigd naar
den zuiversten bouwtrant der i5dc eeuw; de stoep met breed©
treden; de zware eiken poort voorzien van diamantvormige
nagels, en het ijzerbeslag meesterlijk met veelvuldige meta
len ingelegd, dit alles sprak van grootheid en pracht en
stelde den ouden adel vast dezer heerlijke woonst.
Jonkheer van Lommerdael die dees Vaderlijk Huis be
woonde,stond aan 't hoofd van een groot vermogen en leefde
als jongman een lustig en zwierig leven, zonder echter tot
verkwisting over te gaan.
In 't Hof was hij van groot aanzien wegens zijn vrolijk ka
rakter en stond bekend als een van 's Keizers liefste gunste
lingen.
Toen Karei V, Keizer Karei genoemd, in de Nederlanden
verbleef, was hij veeltijds in de Stad Brussel voor de bestie
ring van zijn Rijk; doch toen hij zich wilde opruimen en ver
lustigen, kwam hij naar zijn gebortestad, en dan waren van
Lommerdael en Pieter Coecke zijn gewone tafelgasten.
Doktoor Goris was met dit alles bekend en hij verhoopte
dus veel van die machtige tusschenkomst.
's Anderdaags op de gestelde uur was hij bij den Schilder
en beide Vrienden trokken naar de woonst van den Jonkheer.
In de Stad Gent was hij, en sprekelijk zou hij zijn, vermits
Keizer Karei een omreis deed in de Nederlanden.
Onderwege spraken zij van dien gevaarlijken schelm Jan
Colder;en Pieter Coecke beurde den moed zijns Vriends op
met de wonderbare schranderheid en de krachtige handel
wijze van Jonker Lommerdael te verheffen.
Hij was thuis; ze wierden binnengeleid; wel ontfan-
gen en Doktoor Goris moest breedvoerig aanhalen, wathem
met den Roovers-kapitein was overgekomen.
van Lommerdael moest hartelijk lachen met den schrik
van Doktoor Goris en de slimheid van Jan Colder, die als een
subtiele geest in d'huizen kon dringen.
Hij sprak den Geneesheer moed in 't hert, hem zeggend©
dat hij reeds het voornemen had gemaakt zich over Jan Col-
der te wreken, vermits deze hem te Oordegem als zijnsge*
1 lijke had durven behandelen; eer de tijd daar is, zegde hij,
van de 3ooo Kroonen te leveren, zal die schurk onschadelijk
zijn gemaakt.
Het bleef daarbij; de Schilder en zijn Vriend moesten daar
blijven het noenmaal nemen, wierden rijkelijk getrakteerd «n