i M E D A R 20 Zondag 18 Mei 1890 3 Ist6 Jaargang? GODSDIENST. -- VADERLAND - VRIJHEID Provinciale Kiezingen Inhuldiging van het Vaandel De Vergadering t'Herzele. 't Vlaamsch het Bombardement van Brussel. Nederbrakel: eenkomst gesloten; de 't Wsrkvclk. Werkvolk in Komiteiten bijeenroepen; SPREUKEN. \^/l/w -• *- I' llwlil, BUREEL, ACHTERSTRAAT, Gewone Ancjncen2» centiemen per regel. Aneeneen op de tweede bladzijde 50 centiemen den regel. Beriehton ender 't Nieuwe, 1 frank den kleinen regel.' BEI LUB ABONNEMENTS-PRIJS. 5 Fr. s jaars, vooral betaalbaar, -o- Inschrijvingen "w orden op alle tijdstippen des jaar» genomen, rechtstreeks bij ons cf door Post of Briefdragers YAN AELST AALST, 17 MEI 1890. van 25 Mei of eerste Sinxendag. ONZE KANDIDATEN Mr#" Betiiune Felix, advokaat te Aalst. Blanquaert Alexander, schepen te Lede, De Vos Germaan, burgemeester te Erpe, Eeman Rudolf, advokaat te Aalst, Limi'ens Emiel, advokaat te Aalst,- Mertens Pieter, burgemeester te Gysegem. Achtbare Kiezers, Onze kiezingsbrief spreekt op eersten Sinxendag; op dien grooten Hoogdag; Aan allen op voorhand 'ne Zaligen Feestdag, en waar er strijd is, laat ons tegenwoordig zijn op onzen post van eer en van plicht. T'Aalst is er litt, gelijk de menschen zeggen: Den- dergalm stelt 6 Kandidaten voor: 5 Heeren uit de stad en 1 Heer van den Buiten. Wat gaan wij zeggen? Drij korte artikels Eerstens Die Heeren, door Dendergalm opgetrotst, vertegenwoordigen HET JONG LIBERAL1SMUS. Dat jong Liberalismus is de Vrijdenkerij of de Geloofsverzaking; durven die 6 Heeren dat loochenen? Ze mogen antwoor den, kosteloos in ons gazet.... De zaken zijn zoover ge komen dat AL de liberale gazetten de Geloofsverzaking, d'Apostasie aanraden en zelfs de hardnekkige weigering der Sakramenten in het artikel der Dood.... Ja, dat in de Kamers 't bestaan van God geloochend wierd en dat bijna al de liberalen toejuichten. Wat gaat er van de wereld geworden met zulke ge- dachten? Zedebederf en verval; misdaad op misdaad, wan- j orde en verrotting.... Keizer Wrilhem I,'t oud Petje Pruis zegde het overal dat het een misdaad is macht en gezag te geven aan ongodsdienstige menschen. Wij, Kiezers, wij zullen dat ook niet doen; omdat wij i weten dat die 6 liberale Heeren in den Provincialen Raad zouden werken tegen alles wat wij van kindsgebeente hebben leeren achten en beminnen. j Tweedens Wat zouden die 6 liberalen in den Provin- cialen Raad verrichten? Tot hiertoe, wij hooren holle de- j clamatiën, maar nog geen enkel woord van Programma; wat zult gij verbeteren? wat zult gij veranderen? Zult gij j voor de Vrijheden van Gemeenten en van Provincie strij- i den Maar uw woord is gegevengij zult doen wat er van 1879 tot 1884 gedaan is: De Vrijheden van Provincie en 1 van Gemeente bevechten en verdrukkenZult gij daar wijze spaarzaamheden inbrengen Maar noemt dan eens de verkwistingen die in den Provincialen Raad ge stemd werden?... En toont ons een liberaal Bestuur, oen 1 dat de gelden der Burgers en der Landbouwers niet ver- kwist aan slechte en goddelooze streken. i Neen! 6 Heeren van't Jong Liberalismus! Gij zult in den naam der Vlaamsche Kiezers naar Gent j niet gaan Dat wordt u stellig verzekerd. Neen! dat kan niet zijn, dat mag niet zijn, dat zal niet zijn Stad Aalst. Katholieke Werkmanskring. Plechtige op Maandag 26 Mei 1890. (Tweede Sinxendag.) Om 10 ure, Mis cn wijding van het Vaandel in de hoofd kerk. Om 2 ure, Optocht rond de stad, met vaandels en muzieken der menigvuldige vreemde Maatschappijen. Om 4 ure, Feest-Vergadering in den Kring en uitrei king van eermetalen. Om 5 ure, grooten Festival in den lusttuin van den Werkmanskring. De Inwoners worden vriendelijk verzocht hun vaandel te laten wapperen. (Medegedeeld.) DeVoorzittei^M.^VANWAMBEKE verklaart dat reSvoertrgTan'M'^Woes'rfrëfdr^"v"* de 4 Volksvertegenwoordigers alles zullen doen wat vooruit en zegt dat er in de woorden vau MwTsk mogelijk is, voor de Vlaamsche Taal; hij wekt de veel zaken zijn die elk har.TStL2ï. j n Kiezers op, om in groot getal op te komen; het is niet de Beschermrechten aangaat, dat M Woestr '™e geweten of er den ro Juni zal strijd zijn; den z5 Mei dacht der Kiezers gevraagd heeft en dat dit gedicht komen de tegenstrevers op; in alle geval de Kiezers eerlang door Petitiën leUar „t.i 11 r t i u worden voor den 10 Juni uitgenoodigd om dien blijk kend gemaakt worden. 1 van vertrouwen aan hunne Vertegenwoordigers te M. Woeste snr^Vt- 4an i i geven.... Op klacht van eenige Heefen dor strfek da. van den Co^difwe* SrTvr VawV?mig njtUrgCn T d? lreinS Taren' VeT}ossi°g- zoo edelmoedig door Z. M. den Konin- zegt M. V. W. dat er voor die zaak zal gezorgd wor- ondernomen en dat voor d'eer van België, voor d'ex* portatie, voor de toekomst van onze Jonkheid, zulke v-?'li)ke uitslagen belooft. Hii verhooDt dat de Ka. M. DE SADELEER spreekt over den toestand, cn over de noodzakelijkheid van ons Ministerie te ondersteunen; hij roept de aandacht op het Ministe rie van Landbouw; hij verzekert dat de Belangen der Landbouwers neeretig onderzocht worden, doch men staat dikwijls voor bijna onoverwinnelijke hinderpa len. T^" - Y Hij verhoopt dat de Ka- mer, met de volle goedkeuring der Kiezers, dit werk zal kunnen ondersteunen. (Op de voornaamste punten zijner redevoering wierd M. Woeste geestdriftig toe gejuicht, doch hier volgde een ijskoude stilte. Men is en.... M. De Sadeleer meldt ook dat op het herhaald Fortuin in die^ OnYenfemintTdurven^w-fven°°Fll''1|e andringen en het gedurig aanhouden, er een som Fortuin van 't Vaderland? Zullende iJe n'.iüt,! van 5oo,ooo fr. is uitgesteken voor de buurtwegen tot zwaar worden7 Zat^eW^in^rJ^11*"6 *,asten nict te hiertoe van hulpgelden verstoken omdat zij fe smal gene kolo.iete waren. Die 5oo,ooo fr. zijn ter beschikking, en de gescheept zal men nno- l,i™op A vragen moeten omniddelijk^getiaan worden. Jmkenz was de Vergadering van gevoeTen dat dl zoe^'en fe vinden is in den Landbouw, M. Advokaat D'HERDT vraagt of 't waar is dat er geen geschreven of gedrukt Reglement bestaat en in de Gesnaarrmmlv^iri ,i„ 1 1 i j' op d'antwoord dat inderdaad het geschreven Regie- verbetering van ons wrrkvnlk in rl»n t ment. hii M. delta Faille W.JL onzen men vreest ock dat deSoldaterij in den Congo gansch anc.er zaken zal te wege brengen dan een goede en ware Beschaving.) Gelijk t Aalst eindigde M. Woeste met eenen op roep tot krachtdadige werking voor de Katholieke én Dewarende Grondbeginsels, in welke werking de Jonkheid bijzonderlijk haren drift en hare edelmoe digheid moet ten offer brengen.(Langdurige en geest driftige toejuichingen.) 8 Wij hebben getracht een getrouw verslag dezer Vergadering neèr te schrijven en hopen de woorden aer brrekers en de gevoelens der Kie2ers weèrge°-e- ven te hebben. ment, bij M. della Faille berustende, niet gevonden is, op die antwoord dringt M. D'Herdt aan dat dit Reglement zou opgesteld worde*, aaD de goedkeuring onderworpen en gedrukt. (Dit gedacht van wijs vooruitzicht verwerft den algemeenen bijvalEen Regiemei, t dat enkel in eenige hoofden bestaat, ten eersten, de menschen sterven om den Hemel te erven; we zien den eenen optrekken achter den anderen; daarbij een Reglement dat niet geprent is of gedrukt, kan altijd in moeiehjke gevallen betwist en geloochend worden.... Vooitsle- ven zonder vast Reglement is bij elke nieuwe kandi datuur de deur openzetten aau de spijtigste voorval len.) M. WOESTE heeft daar t'Herzele nogmaals ver klaard dat hij het als een gewetensplicht aanzag het r* voorstel Coremats te bestrijden; heeft hij wonden j Liberalen komen op gekregen, 't zijn eervolle wonden en namate de tijd J 3 OUïlBUaï» *n Aalst; nil is 't van '•rloopt zal men meer en meer zien welke diensten j hij aan 't Vrij Onderwijs heeft bewezen. M. Woeste neemt dan in een prachtige aanspraak den toestand in oogenschouw, bespreekt de Sehool wet van 't jaar 1S34; die schoolwet, voor welke hij als slachtoffer gevallen is, 't schijnt dat «r Overheden zijn die nict weten welke rechten zij krachtens die wet hebben; die Wet geeft een groote macht aan de Gemeentevrijheden; wordt de Wet miskend, door een beroep bij 't Ministerie, ondersteund door de Volksvertegenwoordigers, bereikt men den gewensch ten uitslag, gelijk in menig geval uit ons Arrondisse ment is gepleegd. Over de belangen der Buitengemeenten verklaart M. Woeste dat het GEMEENZAAM ;FONDS veel reden tot klagen geeft, fhier roept men van alle kan ten ja ja! zekerlijk! de Buitengemeenten lijder, on Ier veel opzichten door dit Fonds,; M. Woeste haalt aar dat hun vurige wensch is de Gemeenten hiervan tc ontlasten, doch er zijn zooveel verwikkelingen, zoo veel moeielijkheden en hinderpalen, dat men tot hier toe aan geen voldoende beslissing is geraakt... Men zou de lasten der Gemeenten kunnen verminderen, doeh alsdan vermindert ook 't getal Kiezers en men zou integendeel moeten werken om 't getal der Kie zers van den Buiten in verhouding te brengen met dit der Steden. Dringend wordt er gevraagd en sedert langen tijd, een rechtveerdige kieswet; men is verwonderd dat de Kieswet nog niet veranderd is. na 6 jaren en wij ook. zegt M Woeste xijn hierover verwonderd; doch men mag zeggen: 't Ministerie lijdt geweld! men moet vragen en aanhouden, gedurig op de bres staan; zoo is er reeds veel verkregen en M. Woeste verzekert dat in een kort tijdverloop de Wet op de Kiezing zal neêrgelegd en gestemd worden. Over den Landbouw, men vraagt rechten van Be scherming; (teekens van aandacht); hier onderzoekt M. Woeste dit vraagstuk, en toont de menigvuldige andere belangen die er tegen botsen Antwerpen, veel ander groote steden, die zich uitdrukkelijk ver zetten; de vrees van den Handel te kort te doen! de handelstraktaten met vreemde Landen; de vrees van grooten opslag, enz. enz... M. Vaerman van Dender leeuw zegt dat men niet alleen 1 echten vraagt voor de Granen, maar voor d'Hop, Vlas, enz.; dat de achtbare Landbouwers maar wat beeft Dendergalm geschreven, dees jaar nog den 25 April lstebi. in groote letters: «De Roer, zoo schreef die gazet der Vrijdenkerij, de Boer is verstompt; hij heeft geen consciëntie meer van goed of kwaad, de stem van zijn ge weien is verstomd!... Ei, hier en daar, dat is wreed!... Zoo, de Boer weet niet wat goed of kwaad is En de Liberalen komen 'af met - Boerenzoons!!!! hun 2 jonge ad voka ten ko men van den Buiten Is er dan toch geen mi sericord e voor de Boeren! Moeten zij verstompt en verstomd blijven!... Ei,... 't is gevonden! Dat 7C' v°or de 6 liberale lichten die d'Allian- 0! an Aalst voorstelt; en aanstonds, ze worden verlichte, beschaafde en vooruitstrevende men schen Als 'ne menschden zeever der libera le gazelten leest, hij vraagt toch: Waar is, waar blijjt 't gezoDd oordeel? B Te Gent op een Vergadering waar 6 Katholieke Hooglaeraren zich brvonden, is verklaard en uitgeroepen alsvolgt Al de hoop der Vlamingen berust op de vervlaam- sching van het onderwijs, dus op de vervlaamsching der jeugd. Het franskiljonisme moei uitgeroeid worden in "Vlaanderen de scholen voor jongens en meisjes, die tot nog toe deerlijk verbasterd werden en het 'no<* voortdurend zijn, moeten gansch onderste boven ge* keerd, 't is te zeggen volkomen vervlaamscht worden. Aan het Vlaamsche Volk, dit moeielijk en lastig werk te vervullen; aan de Vlaamsche studenten den plicht, het volk in te lichten overj zijne rechten en zij ne plichten; aan ons allen de vaderlandsche taak, overal het goade Vlaamsche zaad te strooien en met ons zweet te bevruchten. Langdurig en donderend hand- geklap.) Quatre is viere, zei baas Jan en hij sloot zijn wijf in 't hennekot, bij zijn 3 hen nen. Haastige spoed is zelden goedf,» zei Jan en hij schoor drie uren aan 'nen baard. Ik ben van hooge afkomste, zei Jan Tap, en hij was op het vijfde verdiep ge boren. Met zulk 'n hekske van e wuuf, zei Jan Vannelappers, gen 'n moet nooit niet zeg gen God-straffe- mij. Nooit te haastig om God te dienen,» zei boer Jan, «en hij liep den Kruisweg. Alles is maar 'n wete, zei boer Jan, en vlooien vangen gaat met de rappigheid. «c Alles heeft zijn inzicht, t en hij keek in zijn klakke. zei boer Jan, Dat ze hun zeiven laten dood schieten, die daaimeê leven moeten. zei Jan Breê- gers, en hij vluchtte uit h ?t leger. Beter bloode Jan, als doode Jan zei Jan de schutter en hij kroop in een hooimij- te binst 't gevechte. Een ongeluk en komt naoit alleen, zei Jochem, en hij brak hals en been. Man en vrouw zijn maar éen, zei Jo chem, maar op 't martschip betalen ze voor twee. «Owilzei Karei, en hij kost maar dat fransch.» De grootheere van de muizen, zei Ka- rel en hij zag 'nen olifa nt. Die zijn bedde houdt en is niet wel te passé, zei Karei, en zijn bedde wierd voor schuld verkocht. 't Is al effen. zei Kavane, en zijn huis wa6 afgebrand. Houdt de lanteein, zei Keizer Karei, ik moet hoesten. Uit Volk en Taal, maandschrift. OF Dramatische Geschiedenis uit de w, door S. Vau der Gucht. XXVII. LIPPEN DEN BLINKER. Ik geloof, herhaalde Jan Onversaagd, dat 't Kasteel in brand gestoken is. Maar, zegde Sterken Dries, wij hebben niemand gezien. Die zoekt, vindt; laat ons zoeken.... Zoo sprekende waren zij aan de puinhoopen van den voorraad- stal, waar zij eerst den brand hadden ontwaard en waarvan de muren neergetrokken waren om andere rampen te voorkomen. Op deze plaats was door het blusschen veel water gestroomd, bijzoover dat eenige houten ribben, die hier en daar op den grond uitgespreid lagen, schiers door bet vuur niet aangeraakt waren geweest. Sterken Dries schupte zoo al wandelend en schiers niet wetende wat hij deed, werktuigelijk links en rechts op deze ge- brokene ribben, even of hij zich op die stukken hout wilde wre ken, toen zijne aandacht schielijk gaande werd gemaakt door een blinkende voorwerp, dat in cene door het vuur gespaarde eiken ribbe vastgekleefd was. Nieuwsgierig om te zien wat dit wezen mocht, nam hij het op en had geene moeite om te zien dat het blinkend voorwerp eenen kogel was, die op eenen merkelijken afstand naar het dak was geschoten en het hout niet meer had kunnen doorbooren, tot hij toevallig had getroffen. Sterken Dries nam zijn mes en nauwelijks begon hij te prangen of de kogel viel voor zijn voeten; hij nam hem op en zag dat hij met ijzerdraad was doorregen, aan welkers uiteinde iets vastge kleefd was geweest, dal nu ten deele was verbrand en hij voer het overblijfsel eener solferwiek herkende. Heb ik u niet gezegd, sprak hij, nijdig krijzeltandende tot zijn makker, heb ik u niet gezegd dat de karabijnschotcn, die wij hebben gehoord, misschien niet vreemd waren aan den brand van het kasteelt Zie, heb ik niet wel geraden, vervolgde hij, het ge- tuigstuk aan Jan Onversaagd toonende, men noemt dit eenen lond- kogel en die worden wel meermaals in het fransch leger gebruikt als zij elders brand willen stichten. Inderdaad, ik heb van deze londkogels nog hooren spreken. Dit wil ik gelooven, echter is het een bezonder geluk dat de eiken ribbe waar hij was ingekleefd, door het vuur niet aangedaan is geweest, want toen had de kogel gesmolten, zonder ons zoo een i treffende bewijsstuk achter te laten! Jan Onversaagd bleef eene wijl diepdenkende slaan lk geloof, zegde hij eindelijk, dat ik geen tweemaal zou behoeven te raden om den booswicht te noemen, die deze wandaad heelt geploegd' Noch ik! want gij bedoelt Lippen den Blinker8 Inderdaad! Met hem zonder bewijsstukken te vermoeden, waren wij niet veel genaderd. Maar nu is het wat anders, wij zullen nog lie- den niet ons vier hoolilrnans den man eens gaan bezoeken en in zijne woonst eene volledige huiszoeking doen; en wee hem indien wij er londkogels vinden Dit is een zeer goed gedacht, begeert gij dat ik Pier den totteraar en Langen Lijn gaan verwittigen? Ja, en zegt hun dat zij behoorlijk gewapend, zich spoedig naar mijn huis hegeven, waar ik hen wachten zal. Jan antwoordde niet, maar stelde zich dadelijk op weg, daar de twee aangeduidde hoofdmans opredelijken afstand van daar woon den. Inmiddels begaf zich sterken Dries, de gewaagde daad die hij voorgenomen had te beproeven, eens rijpelijk overwegende, naar zijne woonst. Hier werd hij bejegend door zijne vrouw die, nieuwsgierig ge noeg, hem vele vragen toestuurde, die hij niet beantwoorden kon; ook toonde het mensch zich zeer verwonderd dat de 3 jachthonden toen het vuur in het kasteel uitbrak, door hun gebas cn gejammer de aandacht der bewakers niet gaande hadden gemaakt. Vrouw, had hij geantwoord, deze drie zijn jonge honden, zij waren in liet kasteel niet aanwezig, daar Jan Onversaagd op ver zoek van den heer Medar, hen naar zijn huis had meegenomen om tot de jacht al te richten. Misschien heelt hij kwalijk gedaan maar een mensch is altijd wijzer toen hij van de markt koint, dan' als hii er henen gaat. J Jammer, zuchtte de vrouw, dat men den dader niet heeft kunnen ontdekken! 200 spreken, beste vrouw, want wij zijn reeds op het spoor! J r Het mensch meende op dit gezegde haren Dries te ondervragen toen eensklaps de deur opengestootenwerd en Jan Onversaagd met Pier den tottelaar en Langen Lvn binnen traden. Sterken Dries bezag alsdan zijne wederhelft met een veel beduidenden oogslag, en deze die wist wat zulks beteekende, verliet aanstonds de kamer- 1 oen Sterken Dries zich met zijne makkers alleen bevond, ver. haalde hij hun in twijd en breed hoe hij en Jan Onversaagd het vermoeden hadden opgevat dat Lippen den Blinker het kasteeltje van den heer Morus had in brand geschoten en hij toonde hun den londkogel dien hij in liet dak van denvoorraadstal had gevon- den Langen Lyn en l'ecr den tottelaar, die reeds lang de afjon- stigheid van den Blinker kenden en zeer wel wisten dat hij den heer Morus an Blesbal vijandig was, deelden ten volle in het I ^a' strijd zijn te Gent; den j ara <01 jAj TT Buiten staat goed, de Stad ook; maar een kiezing te Gent is altijd een kiezing! Dat 't getal der Buitenkiezers iet, of wat t in evenredigheid ware met 't getal kiezers der steden, er zou geen de minste vrees zijn voor Gent.... De Socialisten en deradikalen zullen doen met de liberalen. V TTTXr Een schokkende geval! Pater Wintermans, i -ï—1 U 111. die kwam preiken voor 0. 1,. Vr.. Zondag j Zijn eerste Sermoen. G'heel de kerk der Re- demptoristen vol tolk Hij legde uit de Engelsche groetenis: De Engelen die spreken altijd met gezag tot de"menschen. Maria al- j leen wierd gegrejt.... Hier stond de Predikant plotseling stil: Ik j kan niet voort! ik ben ziek! zegde hij; hij houdt zich vast aan den Preekstoel; hij wordt er afgedragen; de kerk is in opschudding; t is een geraaktheid.... Sedert lang was hij ziekelijk, en had ge zegd vroeger in een sermoen: Ik wil vallen, de wapens in d'haud preêkende den lof van Maria. -j-fc4- Wreed nieuws!.... Weeral een moord!... 't LXC/Xlü» Wordt wreed! Moord te Ronsse, moorden te Brussel, moorden zonder getal in de Walen, te Gent d'een moord achter d'ander! En altijd om die Vrije Zedeleer, door die slechte schriften en door die slechte scholen.... Die God of zijn Gebod niet vreest, wordt allicht dief en moordenaar.Zul len d'oogen nu opengaan?.... In St Lievenstraat te Gent heeft chjnsdag rond 6 ure 's avonds een jongeling een jonge dochter een diepe messteek toegebracht inden buik. Irma B. uit Gent had te Brussel goleefd met zekeren X., een waal uit Luxemburg; huis houden zonder getrouwd te zijn, welke wreede schande! Na eeni ge» tijd verliet zij hem en ging naar Gent wonen; de Waal had haar adres en schreef om geld en dat ze zou weerkomen. Irma Weigerde; daarop is de Waal naar Gent gekomen te Ledeberg; daar hoorde hij dat ze was gaan werken naar St fi,vensstraat 50, hij M. Strassier; men zegt dat zij er aan de wasehkuip stond. Hij ging ze daar opzoeken; er kwam twist en de moordpoging volgde; de wonde is zeer gevaarlijk, 10 centimeters lang; de dochter "koii dood geweest zijn op den slag; de moordenaar is aangehouden; er was zooveel olk rond het huis, dat men er op geen 30 stannen aan kon. A A T Q HP Ih'ij zaken brengen Aalst ten onderen XT3.^.XJi_JO JL De Verfransching, 't Vrouwvolk op de Fabrieken. d'Ecóles Movennes en d'On. gelbals. Later meerderen uitleg daarover. Wordt er niet krachtig gewerkt, binnen 10 jaar is Aalst onder liberale handen en in ver wilderden en bedorven toestand. Aalst, schoon openbare wer ken, de Brug ligt reeds aan denZwarten Hoek, eenschoone ijzeren Brugge, maar eilaas dat wraakroepend Zondagwerk! Op 0. II. Hemelvaart wierd nan die brug gewerkt, zonder noodzakelijkheid Dat een partikuliere, zelfs 'ne M. Cumont of 'ne M. Langenhove 's zondags zijnen gevel deed verwen of op zijn dak zitten, gezoudt een algemeen geschreeuw hooren; docli in den Staat is men zoo- danig gewend aan slechte voorbeelden, dat het niet meer verwon dert! En dan klaagt men dat de goede geest uit 't f olk we""aat als er gedurig van omhoog slechte voorbeelden komen.Aaa den Zwarten Hoek is 't nu een Stadswerk, een Onderneming! Van over veel jaren heelt t Land van Aeist gevraagd, dat men in de Lasten- voorwaarden zou schrijven: Geen Zondagwerk is toegelaten Te Berlyn, op 't Congres is dit artikel eenparig gestemd. Geen Zon- dagwerk Logiebaaskes hebben te vroeg gelachen; t is stille waar 't nooit en waait; maar als de vijand afkomt, alleman te wapen!.... Onze Kandidaten te Neder- brakel zijn: M. Solvyns en den heer Doktoor.... Vrede en Overeen komst op Rechtveerdigheid, Vrijheiden Eerlijkheid, dat is duur zaam. 't Werkvolk.... Drij zaken, schrijft de oude en eerbiedweerdige Kardinaal Manning, drij zaken zijn er noodig voor de Welvaart der Werklieden en de rust der Samenle ving: 1° Dat God en zijn Gebod geëerbiedigd worde; 2- Dat de werkende man een huishoudelijk en menschelijk bestaan liebbe- (dus de Moeders en Vrouwen in huil huishouden, en de kinderen niet te vroeg op hun werk; ook geen aanhoudelijk nachtwerk); 3° de daghuren in een zekere en betamelijke evenredigheid met de winst der Meesters, diensvolgens dat de voerspoed der Meesters ook terzelvertijde de welvaart der werklieden voor gevolg hebbe. vermoeden van hunne makkers en er wierd eendrachtig besloten de schelm te ontmaskeren en vervolgens hij het Gerecht aan te klagen. Men begaf zich dan eendrachtig naar zijne woonst, denkende den vogel op zijnen nest te zullen vinden. Inmiddels werd er weinig tegen malkanderen gesproken en geen wonder, daar het viertal zeer achterdochtig was. Aan de woonst van den Blinker gekomen, traden zij zonder aan te kleppen binnen, en het wijf van Lippen, die bezig was met spinnen, keek door het gedruis dat zij maakten, verwonderd op. Vrouw, sprak Sterken Dries, waar is uweu man? wij willen hem spreken. Mijnen man, antwoordde het wijf, wijl zij rechtstond en de heide handen in de zijden plaatste, mijnen man is van gisteren nacht uit plaveien en nog niet terug 1 Rij had mij beloofd slechts twee uurtjes afwezig te zijn, maar dit heeft hij vergeten En gij weet niet waar hij is Misschien naar den brand van het Kasteel.... Maar, hetgeen ik nog beter gelool, zit hij zich in den Ilazendans zat tedrinkdn liet viertal verliet het huis, half teleurgesteld, omdat den»ene die zij zochten, er niet aanwezig was. Wij weten toch al iets, zegde Sterken Dries, toen zij buiten gekomen waren, den Blinker heeft gansch den nacht uit zijn huis afwezig geweest!... Spoeden wij ons naar den Ilazendans Deze herberg, merkle Lange Lyn op, is de geliefkoosde plaats van den Blinker, wellicht zal hij daar aanwezig zijn. Vijl minuten daarna traden zij de kroeg binnen. Inderdaad, Lippen den Blinker zat aan den haard, aan cerie ta fel, waarop een glas brandewijn stond, zijn pijpken te vuinzeh- zijn geweer stond in den hoek der schouw en zijne weitas lag bii hem op de tafel. De vier hoofd mans kwamen zich gemeenzaam aan die tafel zetten en vroegen elk 'nen druppel. Den Blinker was in het geheel niet verlegen over deze ontmoe ting en niettegenstaande hij inwendig de hoofdmans haatte was hij hun zeer beleefd. Lippen heelt op plaveien geweest' vroeg Sterken Dries. Ja, antwoordde de schelm, langs de kanten van Oordegem. En ge zijl wel gevaren? - Neen, ik heb zelfs geen schot gelost. Hoe is dit mogelijk? Niets zoo eenvoudig daar Ik nauw aan den gang was, als de brand van 't Kasteel mi'i naar huis heeft doen loopen. Sterken Dries antwoordde niet, mnar hij stond recht en nam het geweer van den Blinker, hetwelk hij eens terdeeg bezichtigde waarna hij het terug neêrzelte. Toen deed hij een teeken aan zj'in drie gezellen en sprak Lippen, wij hadden g'hoort dat gii hier aanwezig waarten daar wij in het dak van den voorraadstal van het kasteel iets hebben gevonden dat u schijnt toe tc hooren 'zijn

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

Het Land van Aelst | 1890 | | pagina 1