VAN VOORDE Zondag 15 ebruari 1891 328t8 Jaargang Goeden Moed De Kiezingen. Kerkelijk nieuws. GODSDIE1VST. VADERLAND. VRIJHEID. E. H. Theophiel REDANT. St-Martens-kerk Aalst. EEN BLOEDIGE WRAAK. BUREEL, ACHTERSTRAAT, Gewone An&Dncen20 centiemen per regel. Annoncen op de tweede bladsijde 60 centiemen den regel. Berichten onder 't Nienws, 1 frank den kleinen regel* ABONNEMENTS-PRIJS. 5 Fr. 's jaars, vooraf betaalbaar. Inschrijvingen worden op alle tijdstippen des jaar? genomen, rechtstreeks by ons of door Post of Briefdragers. YAK A AALST, 14 FEBRUARI 1891. O Ja achtbare Ouders Geliefde Jonkheden Goeden Moed Er komt licht in het Oosten De Bloedwet heeft weêr haar helsche wreedheid toond W'hebben die grouwzame dagen van slavernij en ver- beleefd - Vaders en Moeders zuchten Jonkheden zitten in angst en verdriet Maar de Bloedwet wordt sterker bestreden dan ooit Bijna geen een katholieke Gazet of ze schrijft voor een Leger van Vrijwilligers En aan 't hoofd, 't machtig Fransch blad Le Patriote Gelijk het heden is, kan het niet blijven duren; We zullen klimmen tot een Leger van Vrijwilligers Of we zullen vallen in d'algemeene slavernij; Ja in d'algemeene Slavernij; Is er een woord te veel, als wij zeggen dat Minister Pontus al zijn Generaals slavendrijvers zijn? 'ne Mensh moet lachen als hij hoort spreken van Armée patriotique Heeren Generaals, doet eens in de Kaserns uitplakken; Elk is vrij van te blijven of van wej- le gaan. Hoeveel manschappen zal men houden? Eén vrij man is meer weerd dan 40 andere. Daarbij, men is niet meer zeker van dat slavenleger er zit te veel Socialismus in zonder de jongens van den Buiten, men zou met 't Leger naar den Oproer niet dur ven trekken. D'Officiers weten dat en daarom roepen zijAlleman gedwongen Soldaat Neen, Heeren er is een beter middel Niemand ge dwongen Soldaat 't stelsel van M. Vermeire van St- Nikolaas... De plans van Antwerpen de Soldaten wel betalen, wel voeden, deftig behandelen Vrijwilligers vragen, en NAMATE de Vrijwilligers komen, de Bloed wet verzachten. Is er iets gemakkelijker en eenvoudiger en redelijker Waarom wacht men Vermits het de wensch en de wil is der Kiezers? Ver mits alle katholieke Gazetten het vragen, behalve de hofsche Journal de Bruxelles. J ji, Le Patriote heeft gelijk als hij uitroept in een Hoofdartikel, met groote letters: Dat tien Volksvertegenwoordigers malkaar verstaan, dat zij een voorstel neêrleggen in den zin van een vrij betaald Leger; noch Oppositie noch Gouvernement zullen daaraan kunnen weêrstaan en de uitslag zal een allergrootste zegepraal zijn. Wie gaat er meê naar Verrapa!De Volkeren kunnen ook eens reizen naar vreemde Landen en er hun Geluk of verbetering van toestand zoeken, gelijk de Familien. Doch onze Grondwet is zoo wijs geweest van vast te stellen dat er geen groote reis op vreemd gebied mag ge daan worden, tenzij met toestemming der twee Partijen en de goedkeuring des Lands. Om de Grondwet te veranderen: i° De Kamers moeten ontbonden worden; 2° Nieuwe kiezingen hebben plaats, op 't plan der voorgestelde reis; 3» in de nieuwe Kamer moeten de twee derde der Leden voor die Reis zijn. Wie zou kunnen veronderstellen hebben dat éen Partij machtig genoeg zou wezen, om de Grondwet te verande ren? Sedert i83o is zulks maar écns gebeurd cn dat is ten huidigen dage, sedert 1884, na dit schandalig Volksver- drukkend en geldafpersend liberaal Ministerie. De Belgen verdragen geen slavernij; de Belgen kunnen geen geldvermorsing lijden. Het is deze week nog aangehaald in de Kamers, en M. Graux zat daar,en M. Graux moest zwijgen en zijnen zak opkrijgen, het is deze week nog aangehaald dat dit libe raal Ministerie van 1878 tot 1884 voor 6o3 millioen fr. Schuld had gemaakt... En zoodanig was de walg en de afkeer voor die Brigands van 't Volkswelzijn, dat al hun mannen op 't slagveld bleven. Een ontzachlijke meerderheid hebben wij;.... door ons kan de Grondwet veranderd worden; moest het Libe- ralismus ooit zulke overmacht krijgen, wee de Vrijheid van Onderwijs en van Vereeniging, wee ons allen en wee bijzonderlijk ons Vaderland! Veel Katholieken zijn voor d'uitbreiding van 't kiesrecht voor de Vertegenwoordiging der Minderheden, zelfs voor een soort van algemeen Stemrecht; veel Katholieken zien dat de Landbouw en de Werklieden der steden niet ge noeg vertegenwoordigd zijn; dat wij gaan moeten strijden op den grond van Vrijheid en Gelijkheid,van demokratie, zooals in Amerika; veranderingen in de Kieswetten moe ten er komen en 't is beter dat ze gebeuren onder een Ka tholiek Ministerie, in eerlijkheid en rechtzinnigheid, dan onder een liberaal, met valsche toeren en slechte kom- plotten.... Doch, er zijn Katholieken van een ander gedacht, die 't hekken aan den ouden stijl willen houden; gelijk de Grondwet voorzien heeft, de samenwerking der liberalen is er noodig; immers, ontbindt de Kamers, maakt nieuwe kiezingen; en als Mren Beernaert, Jacobs en Woeste van onzen kant en Mren Frère, Bara, Janson van den anderen niet t akkoojd zijn op de nieuwe kieswet, ge zult eenen toestand hebben gelijk nu veel klappen, tijd en geld verliezen en op mets uitkomen. Minister Beernaert vraagt dit akkoord; M Jacobs ook; M. Woeste aarzelt, doch als er geen gevaren zijn voor 't Vaderland en voor de Godsdienstige Vrijheden, M. Woeste zal méégaan; maar de liberalen zijn niet thuis; ze komen in de sektiën niet; ofwel ze zeggen met Janson: We maken geen akkoord, wij nemen geen verbintenis aan... Trekt gij maar alleen op naar Verrapa, op uw kos ten en perijkels... De liberalen zijn in de sektiën niet; ze reizen niet meê; den raad van Frère volgen ze niet, namelijk van met de Katholieken een goede eerlijke kieswet te maken; maar weet ge waar ze zijn? bij de Socialisten, bij de Radikalis- ten, gereed om stokken tusschen de wielen te steken, de Katholieke Meerderheid weg te krijgen en dan ons Land te besturen gelijk in 1879, met Haat en Woede, zonder zich om Volkenrecht of Volkswelvaart te bekreunen. Minister Beernaert ziet dat er te veel duisternissen en te veel klippen en scherpe rotsen, te veel kwaadwillighe den en valschheden zijn; en hij aarzelt, vooraleer de groote Reis aan te vangen.... De Logiebroêrs zien hun kraam van bedrog in duige vallen; groot is hunne macht aan hoogerhand; wie zou 't loochenen? Is 't de Logie niet die d ontzachlijke Katholieke Meerderheid zoo flauw maakt als een kind? Is 't de Logie niet die alle herstelling tegenhoudt? die ons doet meewerken tot de vergeuzing van ons Vaderland? Ja, tot de vergeuzing, d^or dit offici éél hoog en middelbaar Onderwijs,wij voegen erbij lager onderwijs ook voor de groote steden. Ach, ontzachlijke Meerderheid! Daags voor de kiezing van October, als de vijand daar stond, als het geen tijd was van kritiek te maken, 't was met schaamte en hertpijn dat wij M. Verbrugghen hoorden uitroepen: Wij weten het, die middelbare scholen zijn tegen ons gericht, maar we doen niet alles wat wij willen...Meerderheid zijn en alzoo moeten spreken Ja, de Logie blijft machtig aan hoogerhand en er zijn er die vreezen dat Minister Beernaert een Souvereine wensch zou hooren en opgewekt zijn tot de groote reis in de klippen en duisternissen. Dan, ja dan is 't de tijd voor de Katholieke Partij van den grooten slag te wagen, met eigen Volk en met eigen macht; van een eerlijke deftige kieswet voor te stellen, van werkende en oprecht Katholieke Ministers te eisschen van zelfs een algemeene Kiezing te trotseeren en alles aan de Kiezers en aan 't Volk uit te leggen; dan is 't de tijd van ons Vaderland te redden uit de slavernij der Vrijdenkerij, onder welk wij zuchten en lijden en verlie zen en verkwijnen.Het is met de valschheden en de listen der vijanden te keer te gaan en er profijt uit te trekken, dat beroemde Veldoversten hunne schoonste en vruchtbaarste Overwinningen hebbén behaald Achtbare Landgenoten, wat is uw gedacht t e jonge Priester-Missionnaris van Vlaanderen, uit den Lande van Aalst, uit't naburige Nieuwer erken, over 5 jaar en half vertrokken met zooveel iever en moed,cn van welken wij hoorden en vernamen dat hij het voorbeeld was der Zendelingen, de vreugd in de bijeenkomst der Missionnarissen, onvermoeibaar aan 't werk, de troost der Armen en der verworpene Weezen; die kloekmoedige Zendeling uit 't Missiehuis van Scheut, zijn naam in rouwband,... is hij.... dood Ja, geliefde Lezeressen en Lezers, overleden en dood! op 't einde van 1889 had MissionnarisRedant eenen ergen Typhus gekregen; groote droefheid heerschte on der de Chineesche Christenen; bijzonderlijk de Weeze- kinderen baden in dankbare droefheid; de Missionnaris herstelde, hij dacht gansch genezen te zijn; men raadde hem aan,nog eenige maanden te rusten;doch: zich wel t« pas voelende en ziende hoe de Missie zijn Arbeid noodig had, stelde de Missionnaris zich aanstonds aan 't werk; zijn brief van 20 Juli 1890, in d'Annalen der Missie op genomen, toont hem vol kracht en moed; we deelen dien brief verder meê; er zijn merkweerdige zaken in, over de Christene Beschaving en het Chineesche Familieleven Met genoegelijke vreugd wierd die brief gelezen en be waard; men bewonderde hoe zwierig en heerlijk de Mis sionnaris zijn Moedertaal hanteert; en onder dien blijden indruk, zondag of maandag er komt te Scheut een Tele gram toe, een Snelbericlit uit China, (op 8 a 9 ure is zulk Bericht uit China in Brussel, elk woord kost uit Pekin 10 fr.), een SnelberichtWat mag er zijn? Geteekend, opengerukt... Ach God, roept men, Missionnaris Redant, onze geliefde Medebroeder Wat is er?... Dood!... Dood Ja. ziehier 't BerichtM. REDANT, OVER LEDEN, TYPHUS, Bisschop Rutjes. Welke smart, welke droefheid in't Missiehuis van Scheut, waar Priester Redant zijn Noviciaat had gedaan! Welke slag op al die verkleefde harten Met betraande oogen wierd elke letter van dit Bericht doorschouwd!., aan den E. H. De Boeck, die nog met den Missionnaris in China had gewrocht voor 't Christen Geloof, aan E. H. De Boeck was de lastige taak die verpletterende tijding te gaan meêdeelen te Ni<yjwerkerken,aan den Vader dien waardigen Man, aan Mr Hector, zijn oudste Broeder, t'Aalst aan den tweeden Broeder Pater Jesuiet, te Gj-se- gem aan de teergeliefde Zuster, Kloosternon van St Vin- ceutius a Paulo Mi.-sionnaris Redant de kloeke, manhaftige, schrandere ia Held, gevjfllen op't slagveld der Christene Be schaving. gevallen in de volheid zijner krachten, in Je jeugd zijns ievers, gelijk Bisschop Lambrecht, ontrukt aan zijn Oversten en Medebroeders,aan zijnen duurbaren Vader, aan Broeders en Zuster, aan de Christene Kerk! Gevallen, zeggen wij, en ontrukt!... Neen, verheven uit de Strijdende naar de Zegevierende Kerk, het hoofd om straald met de kroon der Belijders en Martelaars,opgeno men naar 't Eeuwige Vaderland Moed en Zelfsopoffering is er noodig, over- heersching der natuurlijke gevoelens, om, Vaarwel zeg gende aan Familie en Vaderland, om in een verafgelegen Landstreek, bij een vreemd, grillig en vervolgzuchtig ge slacht zijn leven te gaan slijten;dikwerf,gansch alleen,ge last met de geestelijke zorg voor d'uitgestrektheid van een Belgische Provincie. Heldenmoed, zelfsverloochening is daarvoor noodig maar in haar moeielijkste tijden ont vangt de Kerk doorgaans de edelmoedigste Zelfopoffering; en de namen dier Helden zijn Peerlen aan de Kroon dier Moeder aller Volkeren, en voor de Familie is er geen Eeretitel zoo edel, zoo glorie- en troostrijk, als een Zoon en Broeder te hebben in de rangen der Katholieke Mis sionnarissen.. E. H. Redant zal waarschijnlijk overleden zijn op Lichtmis; 5 a 6 dagen zijn er noodig voor een Be richt uit de Tygervallei naar de Hoofdplaats der Zen ding... Donderdag 19 Februari, ten 10 ure, zal te Nieu- werkerken, waar de Missionnaris gedoopt werd, zijn Eerste Communie deed en zoo geerne ging bidden, daar zal een Plechtige Lijkdienst gecelebreerd worden. Een tweede Lijkdienst te Scheut, volgens Le Patriote, den 28 Feb.uari. o \f A Gelijk wij zondag schreven, de schik- kingen zijn alsvolgtVleesch derven den woensdag en vrijdag van elke week, den zaterdag van kwatertemper en den zaterdag voor Paschen. Ver ders maar éénmaal daags vleesch, behalve op de Zonda gen. Elke Maatschappij heeft haar Reglementen en ge moet onnoozelen sul zijn, om met de Reglementen te la chen der oudste Maatschappij van de wereld, die bestaat sedert Christus tijden, altijd onder 't zelfde Hoofd en dezelfde Leering, en verspreid de wereld door. De Werkman geeft een dramatieke Alleenspraak van Judas, maar 't schoonste en treffendste Sermoen, ooit over Judas gepreekt, dat is wel t'Aalst overjaar in St Martens door M. den onderpastoor en aalmoesenier De Ridder... In St Josefskerk wordt de Bittere Passie ook gepreekt onder 't Lof... Ze zeggen dat er daar zulke felle Predikanten zijn. En die kerk nu voltrokken, is waarlijk 'ne luister voor Aalst. Wij lezen in Le livre du Pèlerin a Jéru- salem: De Hof van Gethsemani is gelegen buiten de stad, aan 't westen, over de waters van Cedron, in de val lei van Josaphat. Die Hof hoort nu toe aan de Paters Franciscaners; z'hebben er eenen muur rondgebouwd, tot bescherming der Boomen. Acht Olijf boomen, volgens d'overlevering uit de tijden van Ons Heer, staan nog recht, ze zijn uitgehold en ondersteund door 't metsel werk. De bladeren en de vruchten dier Boomen worden godvruchtiglijk bijeengehouden en uitgedeeld als geden kenissen aan de Pelgrims. Buiten den muur is de Rots, waar de Zaligmaker de drij Apostelen, Petrus, Jacobus en Joannes deed wach ten, terwijl hun Meester voortging, 't Is hier ook dat zij insliepen, terwijl Jesus op den afstand van een steenge- worp ter aarde viel en den grond met een bloedig zweet bevochtigde. De Grot van den Doodarigst is bijna ge bleven gelijk ze was ten tijde van de Bittere Passie; drij Outaars zijn er geplaatst,aan welke de Paters Francisca ners alle dagen Mis lezen. De ingang is aan 't diepste van eenen weg-zonder-einde, nabij 't Graf der H. Maagd. De Grot is de trappen af. Daar hebben de woorden weêrklon- ken: Vader, dat deze kelk van mij verwijderd zij! en die andere: Dat uw Wille geschiede Dan is een En gel de bez wij kende menschheid in den Zaligmaker komen versterken. Ten zuid-westen van den Hof toont een stuk kolom de Plaats waar Judas zijn Meester heeft verraden dooreenen kus; daar ook vielen de soldaten achterover, als Jesus zegde: Ik ben hetDan daalt de weg voort; men gaat weêr over de beek Cedron en eenige s: appen verder toont men de Plaats, waar de Verlosser door de soldaten gestcoten, over de brug op een rots viel en in de beek. Want de Psalmist had geschreven De toi- rente in via bibec... Hij zal op den weg van 't wate^ der beek drinken... (Wordt voortgezet."! STERFGEVAL. De E. H. P. Van Lierde, p<u>cc»r te Eist is godvruchtiglij*. in den Heer ontslapen den 10 dezer, KiJ was een goede en ieverige priester. Lange jaren wijdde hij zijne krachten als onderpastoor aan de parochie Huysse; dertien jarer .VaZ hij pastoor van Klein Sinai. Slecht achtien maanden was hij pas toor te Eist, als de Heer hem de belooning zijner werken wilde schenken. Ander Kerkelijk Nieuws. De Paus heeft in plechtig gehoor de pastoors van Rome en de predikanten voor den vasten ontvangen. Hij heeft hun voor oogen gelegd hoe belangrijk het is, dat het volk goed «n volkomen onderwezen zij in de waarheden van het geloof, tot bewaring van de christelijke gedachten en zeden. Eene Engelsche vertaling van het Leven van O. H. Jesus Christus, van P. Didon, zal in 't kort verschijnen, gelijkertijd in Engeland en in de Vereenigde Staten. RUSLAND. In een werk de Russische Archieven en de bekeering van Alexander I, houdt P. Gagarin, S.J. staan dat deze keizer zich in de laatste tijden van zijn leven bekeerd heefi tot den katholieken godsdienst. VEREENIGDE-STATEN. De Hoofdkerk van O. L. V. te San Francisco, de schoonste kerk van kust der stille" zee, is op 18 Januari ingewijd. Bij de plechtigheid waren te genwoordig Mgr Spalding Bisschop van Pèoria, Mgr Gross en Mgr Riordan. DE SCHILDERIJ VAN ST. ROCHUS. Ja zoo zal 't gegaan zijn, we zien 't van hier. Rubens hield veel van Afflighem; d'Abdij had veal stukken van den Meester; o. a. op den hoogen Outaar de Kruisdraging des Heeren; dit Meesterstuk zijn de Fransche Jacobijnen komen stelen den 18 Aug. 1794 en dat nog wereldlijk onder d'Hoogmis. Rubens zal t Afflighem aangekomen zijn, Mp de Abt zal de Kapellemeesters van Aalst verwittigd hebben; die Heeren zullen een promenadeken gedaan hebben naar Affli ghem; hun begeerte aan Rubens uitgedrukt; hoogwaarde Abt zal gezegd hebben Vriend Rubens g'hebt veel werk; ge wordt oud van jaren, maar ge moest dat toch doen voor Aalst, ons gebure-Stad!.. Rubens aan- veerdt en Rubens houdt zijn woord. De groote Meester werkte rap eenige dagen denken,zijn plan opmaken,verbeteren, teekenen, nazien, nog verbeteren en dan aan t Schilderen vallen. 800 Gulden betaalde Aalst voor dat Meesterstuk. IndejarengS wierd St Rochus gestolen, naar Parijs overgebracht en be kleedde daar in den Louvre de tweede plaats Welk heerlijk gewrocht! Beneden, d'elleudige menschheid, mannen, vrouwen geslagen met de Pest,kermende en zuchtende en d'handei, reikende naar St Rochus die op een verhevenheid staat, stok en hoed in zijn hand, hond nevens hem. Dat wezen van St Rochus zegt meer dan een foliant kan beschrijven. Het onderste deel is droef en akelig; in 't bovenste heeft men den hellen glaDs der hemelsche Glorie, vermits de Almacht aan St. Rochus ver schijnt en hem eenen Engel toont met het Opschrift Gij zult de Beschermer zijn in besmettelijke ziekten! Veel stukken van Rubens hebben wij gezien, t'Antwerpen, te Brussel, te Parijs, in Florentien, Roomen, enz.,Maar zou er één zijn, zoo wel afgewerkt als St Rochus van Aalst Met honderde duizende menschen zijn er al komen naar zien uit alle streken der we reld; en d eenparige roep is Meesterstuk Meesterstuk 't Leeft al, dat er aan is t spreekt tot de ziel! Welke natuurlijke kleur van handen en wezens Welke glorie in ons Heer, welke reinheid in den Engel! welk betrouwen in Rochus In de jaren 40 Minister Rogier kwam naar AalstLe St- Roch, zegde hij... Men bracht hem naar de Kerk hij bleef 10 minuten boomstil staan voor St Rochus-Outaai en r°:re iR0gie,r was' als hii al °P de Harkt was, sprak hij nog altijd van die Schilderij. r j OF door Silvain Van der Gucht. XX. VERVOLG DER OPENBARINGEN. Vrouw vrouw sprak de Geestelijke. Ge ziet dus dat eii zware schelmstukken op uw geweten hebt Och ja M. den Deken, maar wat kan een vrouw tegen den wil van kloeke mansmensehen? Vrouw, nooit mag men zich medeplichtig maken aan misda den het was uw plicht de schelmstukken aan het Gerecht bekend te maken, want zulke euveldaden verdienen eene voorbeeldige Maar M. den Deken, ze zijn gestraft en schrikkelijk den spitsboef Boogspnet doodgesteken, zonder op God of op zijn Genade te konnen roepen, en mijn ongelukkige broêr Hendrik ger;\braakt in 't gevang! En Beth, t booze wijf, schudde haar hoofd in ernstige afkeu ring. Wat het kind aangaat, sprak de Geestelijke. Paula, neen Leda. T *2' kind. weet ge wel dat gij het hert van dien braven Vader hebt gepijnigd Weet ge wel dat het een wreede misdaad is een Kind aan zijn Ouders te ontvreemden?.. En zonder een wonder geval zou dit boos schelmstuk niet ontdekt zijn Vrouw, zijt ge nu bereid uw föut te herstellen Zekerlijk, M. den Deken, Paula Leda. Ja Leda mag gerust bij haren Vader blijven Dat is niet genoeg. M. den Deken, t Gerecht moet er toch niet tusschen komen? gij hebt mijn woord en dat is genoegmaar elk is sterfelijk gij of ik, we zijn geen uur zeker daarom is het noo dig dat gij verklaret voor getuigen, wat er van die zaak is, zon der u verder te beschuldigen. Daartoe ben ikberaid M. den Deken. Als 't zoo is, we zullen er niet op wachten... Wees nu ge rust ge zijt nog ziek van al die schokken. 0 zeker dat ik ziek ben, M. den Deken ik gevoel mij ziek om testerven. Er zal iemand komen om u op te passen en ik rade u straf aan, Beth, zoohaast mogelijk een goede biecht te spreken. M. Gysebrecht zal u alles vergeven maar er is Iemand die ook be reid is vergiftenis te schenken, doch men moet zijn zonden belij den en rouw toonen. Misschien komen wij vandaag nog terug. Grooten almachtigen God zoo dacht de waarde Geestelijke, van daar weggaande, welke ontdekkingen G'heel die Familie vergiftigd We meinden ziekte, ongeluk en 't was grouwzame misdaad G'heel die brave Familie vergiftigd Door de schuld van eenen goddeloozen booswicht De goede menschen, kunnen ze genoeg opletten wie zij in hun huis ontvangen, 't zij als vriend't zij als dienstbode E11 Paula is dan toch zijne Dochter 0 goddelijke Voorzienigheid hoe wonder zijn uwe wegen Welke verandering in 't leven van mijnen Vriend Zou ik hem alles veropenharen Ei,., ja.... dien Paulus Van Voorde.... met zijnen boozen haathij wil hem niet afleg gen doch wist hij nu eens wat M. Gysebrecht heeft onder staan!.. M. Gysebrecht zal vergiffenis schenken.... En zal hij niet gdraakt zijn door dit voorbeeld Twee ongelukkigen helpen!.. Mijn God, ik dank U dat gij uwen onweerdigen dienaar als werk tuig gebruikt in deze zaak.... En voortgaande naar't Kasteeltje van zijnen vriend bleef de Priester verdiept in een innig en heilik gebed.... Met sidderende angst wierd hij op 't Kasteel afgewacht Men bedenke den toestand Vader zijn, rijk, maar alleen in de wereld, zonder moed of lust neêrgeploft door al die ongelukken Vader zijn en 't gedacht hebben dat de dochter daar, door die ramp in uw huis gebracht, dat die dochter uwe dochter is D'antwoord gaan ontvangen Ja of neen Ieder maal dat de hamer der poort neêrviel, sprong de heer Gysebrecht op... maar trok telkens achteruit... Indien zijn voor gevoel hem eens bedrogen had Welke teleurstelling!.. In deze afwachting was een oogenblik bijna een uur voor den arme Vader. Daar is mijn Vriend, M. den Deken van Aalst... Hij ziet er kalm uit, en welgemoed hij gaat met verhaasten staphij spreekt met de meid, (ja, de Geestelijke vraagt dat zij iemand zou zenden naar 't huis van Beth) hij treedt binnen, hij is in de Kamer bij M. Gysebrecht Vriend, zegt lnj hem, goede Vriend, bereid u om allerge wichtigste nieuws te vernemen. Paula, is zij.... Vriend, ging de Geestelijke voort, hem niet latende uitspre ken. Als God bijna een wonder doet, om u tot een gelukkige ver andering te brengen en u van den anderen kant een edelmoedige acht vraagt van vergiffenis, zult gij doof blijven aan zijne stem? 0 neen neen, M. den Deken. Als de Natuur u tot haat en wraak trekt, zult gij goed doen aan degenen die 11 vervolgden Ja niet waar, want ik ken al te wel uw Christelijk hert... Welnu, weet dat de Paula die daarbo ven ligt, uwe dochter is, uwe teergeliefde Leda... Hee'r Gysebrecht had het voorgevoel dezer zalige tijding; maar toch, bij de verzekering dat zijn vaderlijk gevoefhemniet bedro gen had, dat hij niet alleen was in de wereld,dat hij aan zijn zijde het evenbeeld eener teergeliefde te vroeg ontnomene gade ging hebben bij die verzekering wierd hij door zulke geweldige aan doening overmeesterd, dat het hem onmogelijk was blijven recht te staan.... Neervallende op den zetel en dshanden op zijn hoofd slaande, riep hij uit God grooten God het is dan zoo Leda mijn teêrgeliefde Kind!.. Sedert zoovele jaren beweend als dood!.. Leda, ik zie u dan weder!.. 0 mijne zalige vrouw in 't Hemelrijk, zegen uw kind, uwe Dochter.. Leda Leda de Dochter die mijn huis ontvluchtte, die weg liep als ik naderde... Leda, mijne dochter mijne dochter En er is geen twijfel aan M. den Deken Niet de minste twijfel, mijn goede Vriend Beth die 't kind verwisseld had, is bereid dezen avond nog met eed, tusschen ge tuigen, te bevestigen, det Paula uwe dochter Leda is. Doch er is iets anders Den afkeer van Leda voor haren Vader 0, neen, zoohaast zij de waarheid gaat weten, zal hare dwa ling verdwijnen. Er is iets anders zeg ik Vriend, zijt gij bereid op dezen dag dat God 11 zoo wonderbaar uwe Dochter weêrschenkt zijt gij bereid alles te vergeven wat u misdaan werd 0, ja M. den Deken, zekerlijk Zelfs, indien al wat u overkomen is, het gevolg was van snoode en wreede schelmstukken zoudet gij dan nog uitterharte vergeven Maar, M. den Deken, geliefde Vriend, ik begrijp wel dat mijn dochterken verwisseld wierd, om mij droefheid aan te doen. M. Gysebrecht, ik moet u ergere zaken veropenbaren, doch eerst en vooral moet ik u zeggen Nooit zoudet gij geweten heb ben hetgeen ik u ga kenbaar maken,indien uw wreede lotgevallen niet moesten dienen om die andere ziel te redden. Paulus Van Voorde Ja Vriend door uw voorbeeld en door uwe tusschenkomat moet hij geholpen en gered worden. Luister nu eenige oogen- blikken en verliest Paulus Van Voorde niet uit het oog. Gelijk zijn Familie gefolterd en mishandeld was, zoo is het ook met de uwe geweest.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

Het Land van Aelst | 1891 | | pagina 1