L DE VOLKSEEUW bakker Natas Priester Daens Orpan der Christene Volkspartij Godsdienst - Vaderland - Vrijheid Parlement Priester Daens Uit Gent Aalst. We zijn er T Hop on Bier. Nummer 37 vy/fcoudag 13 September 1908 48'" Jaargang BUREEL EILAND CH1PKA. WERF, AALST - ewone Amioncon 20 centiemen per regel; Annoncen op de V* BUdïpdt §0 eMttaM p*r ngfl Rechterlijke Annoncen 1,00 per regel HET LAND <11 ABONNEMENTSPRIJS IfiO Fr. 1 Jaare voor de Stad;—8,50 Fr. voor den Buiten; 6,50 nor hl rreamde InschrirvicsreD worden on alle tndstippen des Jaars geooaea HCX)FDOPSTELLKR-BtSTUUM P.° DAEN8-MAYABÏ. Hartelijk moest ik Zondag lachen met Dubois. Lachen met Dubois, uwen goeden vriend, uwen machtigen Propagandist!.. De Volkspartij is rijk aan Propagandisten. Ja waarover dank gratias En met hem lachen 1 't ls te zeggen, menschen, om elkander goed te verstaan, lachen met de woorden die hij uitsprak. Uit Frankrijk terugge keerd, was hij naai Aalst gekomen, reeds voor de tweede reize en nu Zondag voornoen hij nam plaats in den zetel van eiken hout en groenen damast. Oei, Heere der Heeren, riep hij, alle Heiligen wilt mij ontfer men, hoe gemakkelijk in dien zetell en hoe plezant Ja, uw wezen floreert Zeg, in de Kamer is uwen zetel zoo gemakkelijk met, zeg, Mijnheer onze Volksvertegenwoordiger? Och, Dubois-Vriend, 't schilt nog al veelIn de Kamer zit ik maar twee stappen van de Ministers 1 Nondedorie is dat waar Dubois, ge moet eens komen zien twee stappen van de Ministers, maar in dezen zetel zit ik veel liever en ben ook veel liever bij ons braaf werkende Volk. Dien Zetel geschonken door de Vrouwen van den Osbrock! \i Dubois, en ik ben daar Eere-Voorzüter van den WijkcIu j. Dat moeten pertikuliere brave Vrouwen zijn ik zal ee.is naar den Wijkclub komen, en Janseghers, als hij het weet, zal ook niet mankeeren en Baude en... en... ik zou er wel duizend moeten noemen... Vriend Daens, vivan ons, wij moeten winnen ons macht van Volk en leven is groot. Maar, zeg eens. Woeste Woeste den ouden hertenfretter 1 Wat is ervan, Vriend Gaat hij Democraat worden, bij ons komen Zijt er voor zichtig nieê, ik zeg het u... Aanveerdt hem niet, of let er goed op want 't is 'ne waalsche kapoen, avekaat, meer als avekaat, en ze willen zelfs hebben dat hij Commandant plas is van een gehee. piket oude Avekaten... Zijt er voorzichtig meê, ik vraag het u in den naam van al de Democraten... Geen alliance met hem. Doch. Vriend, als hij wilt meehelpen voor de Treins, voor de Daghuurkens, in 't voordeel. Ha, van geen refuus laat hem maar aan den wagen stooten met al 't Volk, doch voorzichtig dat hij de wielen niet doet sprin gen, dat zeg ik u. ZONDAG ACHTERNOEN, rond 3 ure, 'ne vent komt af met fel en kloek wezen, diepe oogskes die fonkelen hij was komen afgcloopen na den noen, voor de zitting vn den Sprekersbond, hij meinde zijn dochter had gelezen dat het ten 3 ure was. Ja, vriend, Propagandaclub 1 Is dat 't zelfde niet Neen, *t zijn twee verschiilige. En hoe is 't Goed, er gaat zondag veel Volk komen; ik moet briefkes hebben. Cilsjt gaat te klein zijn.Wie zou toch thuis blijven 1 Voor onzen Priester Daens. En de brave kloeke ziel vertelde m;i van den eersten strijd in 1894 dat er in 't begin zooveel Pastoors met Priester Daens meededen, doch nadien gedwongen werden hun werkende volk te verlaten... Dat Pastoor Daens toch zoo schoon sprak, zoo hertelijk voor 't Volk... Dat men naar hem zou geluisterd hebben uren en uren. Dat hij toch het werkende Volk zoo hoog achtve en zoo geerne zag... Dat hij zooveel afgezien had voor 't arm Werk volk. Dat zijn Portret in duizende huizen hangt en zijn naam eiken dag vernoemd wordt. Dat zijn wezen en zijn gedachtenis niet kan uitgewischi worden. Dat zelfs de kleine kinderkes zeg gen Ik ook heb Priester Daens gezien ik heb hem hooren spre ken I En dat de Kiezing van 24 Mei dees jaar te zijner eer is ge beurd en uitgevallen. De bevechting was zoo erg. zoo sprak die brave Landsman bij mij thuis kwam onze Pastoor en vroeg van voor Woeste te werken. Neen, zegde ik, voor dien vreemden TranjêVoor die patattcrplaag, die de Vlamingen veracht en verfoeit neen! En gij M. de Pastoor, hoe is't mogelijk! - Hoort I Wat is 't? Als ge voor den heer Woeste wilt wer ken en loopen. 'k En doe dat niet I Na de kiezing ik kom en geef hier Hesp t'eten zooveel als ze willen en elke man vier pinten Bier. Wat zegde daar 1 En als ge mij later. Mijnheer de Pastoor, zoo riep de Vrouw, als mijne man nog wilt, ik en wil ik niet 1 Al zijn wij maar arme menschen, w'hebben toch eer in ons lijfWij laten ons niet uitkoopen voor dien vreemden Salla- mander... Zijn eigen Volk begint hem te verach en. Mijnheer de Pastoor, ge moogt in ons Huis komen zooveel ge wilt, maar daarvoor niet. Mijne man is Democraat en wij zijn allemaal De mocraat totterdoodl Ach welke heldhaftige gevoelens 1 Het is juist gelijk een be jaarde Landbouwster mij dijnsdag zegde te Sottegem De Demo cratie gaat voortVerloren tegengehoudenHet stroomt 1 De stroom wordt te groot 1 Al 't jong Volk strijdt meê 1 We gaan naar betere tijden 1 De dertiende September is de dag van priester Daens PRIESTER DAENS Daar rijst aan ons zielenoog die aan- minnelijke, krachtige figuur, lijk ze ons voorkwam op een meeting in den eersten kamp tegen het oude regiem. Een sterke man in de kracht der iaren. E- n breed voorhoofd getuigend van een vluggen en helderen geest. Een schoon en blinkend oog waaruit goedheid, bera denheid en taaie wilskracht spraken. Een kloeke borst en wel ontwikkeld stemorgaan, gemaakt en geschikt om in het publiek te spreken. Een knap redenaar, die nooit den draad zijner gedachten verloor en die de ont wikkeling van zijn stelling maakte met een talent, een gemakkelijkheid, een me thodiek, die weerstand kon bieden aan alle critiek. Een redenaar, een kloeke tribuun die immer zich schikken kon naar zijne toe hoorders spreken durfde en spreken kon over de ernstigste sociale vraagstukken, voor een uitgelezen publiek of in een ver gadering van geleerden en afdalen kon tot de eenvoudigste werklieden; die in het hart kon grijpen, meeslepen, roeren, ze kon doen weenen over het lot van de genen die ongelukkiger waren dan zij, en in hun ruwe boesems de snaren van fier heid en eigenwaarde kon doen trillen. Een redenaar die zich niet van zijn stuk afbrengen liet en de onderbrekers met de grootste gepastheid antwoorden kon. Zoo sprak hij eens, op eene meeting, over het pensioen te geven aan oude, af gesloofde werkmenschen. Een landbouwer onderbrak hem en zei Dat zal moeilijk zijn Moeilijk gaat ook, vriend. En waar zult gij het geld halen Waar er veel is, vriend. Ik ben uw vriend niet, zei de andere lomp. Wel mogelijk maar ge zult het worden, zei Priester Daens met zachte, engelachtige stem; en gaf zijn meeting voort PRIESTER DAENS Hij had den werkman, den armen sla ver, den verdrukte' onuitsprekelijk liel. Hij koesterde voor de misdeelden dezer wereld een heilige, belangelooze liefde. Hij streed voor hunne rechten, voor hun opbeuring met onverwinbare wilskracht, met on tembaren móed. Al wat onrecht vaardig was klampte hij aan alwat on billijk was, zweepte hij af al kwam het uit kasteden, uit paleizen, van den troon Hij schudde wakker dat goedig Vlaam- sche Volk dat zoolang en zoo onzalig lag ingesluimerd en wees het op reiner idea len op waardiger leven op beter zonni ger dagen PRIESTER DAENS Een man die zich zelf gelijk bleef kalm en pal stond te midden der stormen die woedden en dreigden om hem heen. Ondoofbaar in zijn geestdrift voor de volkszaak onomstootbaar in zijn streving naar een beter toekomsthet heilig vuur YAN AELSÏ TAFEREELEN UIT DE DUIVEN WERELD IV. TEMPEEST Ach, wat kan het 's morgends schoon zijn, bijzonder op den Buiten Dat vlakke opene veld Die Boomen van alle slach Dat groen 1 Het hel gekraai van den Haan I de welluidende zang der Vogelen De Dauw die op de vruch ten, op de grashalmtjes hangt als druppelen diamant; die verscheidenheid van hoven, boom- gaards, dreven en woningen! Het schoonste kunstrijkste Park is toch nog den vrijen Buiten niet. Gelukkig-die daarleeft op den Buiten, gezond van hert eri gezond van lichaam I Want om het innerlijke en verhevene der Natuur te smaken, ge moet goed van hert zijn, rein van gemoed, mild, toegevend, niet vastgekluisterd aan 't geld, met een verheven, dichterlijk gedacht van hooger leven en beter streven. Rond 7 ure, bij den Bakker zat de Familie aan tafel korentenbrood I kermisbrood De kleine gastjes bijzonderlijk hadden er een hert op en beten in de dikke boterhammen dat een standbeeld zou gewatertand hebben. Bakker Natus was al 3 uren aan 't werk, zijn winkel was uitverkocht; er moest versch brood zijn; men ging van 6 ure om mastellen komen een Bakker mag niet lui zijn; als hij 's avonds laat is uitgegaan, hij moet 's morgends op, voor dag en dauw, om bijtijds zijn kalanten te kunnen gerieven. Reeds heett hij rookende en welriekende mastellen bovengebracht; zijn brood steekt in den oven als 'ne vliegende post is hij eens der liefde tot de nederigen tot de minde ren onbluschbaar laaiend in zijn edel hart. Een priester naar Gods woord. Trouw aan zijn roeping met Jesus' voorbeeld in het oog en in de zieleen zoete vertroos ter gestuurd door Hoogere Hand op de wegen van arme lijdensbroeders een goede barmhartige Samaritaan, die in de wonden van het zuchtende klagende volk eenverkwikkenden balsem liet droppelen. Een goede steun, een sterke vriend, die dè machtigen in de oogen durfde kijken die de farizeers, de schijnheilige be schaamde, hun geweten deed wroegen en de boozen wel eens tot inkeer bracht. Zijn leven is een lange, harde strijd ge weest Zijn invloed op de menigte gewichtig, groot, onvergankelijk. De kristen democratie is in Vlaanderen de muur geweest waartegen hetopkomend socialismus kwam aanloopen en gestuit werd in zijn strooming. Dat bekennen zijne belagers niet, hoe wel zij er vast van overtuigd zijn. En zoo vreezen ze nog den invloed van Priester Daens dat ze tot alle middelen rnaar meest tot de onkiesche hunne toevlucht nemen om het volk wijs te maken dat Priester Daens zich op zijn sterfbed be keerd heeft en zijn dwalingen heeft erkend. Laten we dat zwadder Keeren wij ons af van lasteraars en be driegers en richten wij onze dankbare harten naar Hem dien wij thans verheer lijken. PRIESTER DAENS Vroeg trokt gij heen. Te vroeg voor ons arme volk, te vroeg voor 't welzijn uwer party, die gij op zulke vaste grondvesten hadt gebouwd, door uw woord hadt ge leerd, door edele voorbeelden hadt ge- geslicht en gestuurd. Blijft gij onze beschermer Zie neder met welgevallen op onze po gingen zegen ons strevingen van ginder boven en eens vieren wij den zegepraal, den triomf der Christen Democratie Dat het zoo weze Loosanoher. Het Borstbeeld door Beeldhouwer Braecke, is een eeuwig Mees terwerk, Priester Daens leeft en spreekt in dien brons. Vermits het Magistraat de Overdekte Markt geweigerd heeft, is d'.O nt h u Hi ng Zondag i3 Sekt. ten 2 ure nanoen stipt, op het Plein voor ons Huis, Werfde eenigstc Plechtigheid is een Koorgezang door 't Volk, op d'eigenste Plaats, waar Priester Daens zoo dikwijls tot het Volk gesproken heeft. Daarna optocht IN STILTE naar't Lokaal met het Bortbceld. derde maal, om een bezoek te brengen aan zijn Duiven en den Prijswinnaar te bewonderen, zijn lief Duifben, zijn schoone Wittezwin Dag masseur, roept hij, dag kinderen, aan welke hij met zeven haasten een kruisken als benediktie toewerpt; 'k ben seffens bijmijn Brood zit erin Maar eenige oogenblikken later, wat is me dat Daar boven op 't Duivenkot een dof getram- pel, een schor geschreeuw, laat ons zeggen ge kerm en gehuil Och God, roept de Bakkerinne opsprin gende en gereed om naar boven te loopen, och God, wat is dat toch I Een malheur aan den Bakker I.. Doch haar ontbreekt de tijd om den trap op te gaan; Bakker Natus is daar, bleek als de dood, sidderend van woede, met oogen als ko gels, zijn linker vuist toegewrongen, in zijn an der hand iets houdende waar bloed aan kleeft waar bloed uitloopt, dat de witgebloemde hand van den Bakker bedekt en den grond rood be druppeld O, roept hij uit, die eeuwige, die eeuwige verdommenis Wat is er toch, man 1 Wat er is Dat ik zot worde, razig 'kheb het altijd gezegd, ik moest ze allang van kant gemaakt hebben. Maar, Natus, kalmeert u i Ha, kalmeert u Ziet ge niet wat het is?, i Mijn Duif, mijn beste Duif, mijn prijswinner, de Wittezwin, die g'heel de Prochie mij benijdtl Zie, zie... z'is dood En rondziende alsof hij iemand ging ver slinden, wierp hij de witte Duif op tafel. Het arm beestje gaf nog eenige stuiptrek kingen, doch was weldra gepasseerd. Elk was rechtgesprongen, tot de kinderen toe, terwijl 't kleinste schaapken in zijn wiegs- ken begon te schreeuwen. Natus, sprak zijne zuster a-EDEnsr isrc epjken Zondag 13 September ten 1 l/S ure stipt Omhulling van het iiorslbeeld op het plein voor ons Bureel ten 9 1/9 ure stipt. Vorming van den Sloet aan 't Lokaal, om V ure heel slipl Oplochl naar het Kerkhof Vader, zoo bad Marieken. Wat is er toch? Wat er is?.. Maar ge ziet het wel Mijn arme Wittezwin de beste duif van mijn kot den primus van geheel den omtrek I Dood dood vermoord Dit zeggende sprongen jtranen van woede en spijt uit zijn oogen. Óndertusschen waren de kleinste kinderkes aan 't schreeuwen geraakt en konden met moeite gepaaid worden geheel het huis stond in de grootste wanorde, doch boven alles klonk de rauwe heesche stem van den Bakker. Die kat 1 riep hijdie verdomde ruige beestl Die kat, man welke kat De kat van den Garreelmaker, die ruige wreede beest Waarom zijn er toch katten in de wereld Hoe is zij op 't kot geraa-t Z'en is er niet opgeraaktik heb haar al eenige dagen zien loeren Ik moest mijn ge dacht gevolgd hebben en haar doodgeschoten. Haar doodgeschoten De kat aan welke Gebuurvrouw zoo zeer houdt Haar dood schieten Ja, dan zou mijn schoone Duif nog in le ven zijn Of ziet ge misschien liever die kat dan mijn Duif, die gisteren Primus geweest is op Bordó. Waarom toch uw kot niet beter afsluiten Mijn kot is goed afgesloten, met ijzerdraad en alles maar 't is op het dak Er lag nog wat kempzaad op, van gisteren; mijn Prijsduif was er verlekkerd op, nauwelijks was zij op 't dak Zondag dus is het de groote dag van herdenking, van verheerlijking en zie, onze harten trillen van genoegen bij de gedachte dat de Onthulling buitengewoon prachtig en heerlijk zal zijn. O Priester Daens, gij hebt binst uw leven geen roem, geen eer ge'wilt, zelfs hebt gij nog gevraagd een stille be graving maar nu kan het dankbare Volk voor u zijne genegenheid niet langer weerhouden, en zondag zullen wij liet genoegen smaken u lof en eer en dank tot in den Hemel toe te sturen, op uw graf te komen knielen en een dankgebed ten Hemel sturen. Wat zullen zij verbaasd staan, deze die u zoo miskent hebben en vervolgd hoe verwonderd zullen zij zijn als zij zullen zien het onnoemelijk getal uwer kinderen. Wat kunnen zij nog doen tegen U Niets meer 1 een doode lasteren ware al te hatelijk, niemand zou dat nog aanhooren O Bewaarders, wat hebt gij gedaan ?*Gij hebt de waarheid, de rechtveerdigheid, de goedheid, de on schuld gelasterd gij kunt niets meer dan zwijgen. Maar wij, zijne vrienden, wij kunnen hem nog loven, prijzen, beminnen, gedenken zoolang wij leven, en Zondag zult gij kunnen zien, dat wij vast besloten zijn. De Vrienden van Gent vertrekken in de groote statie 1,35 ure deze trein staat overal, zoo kunnen de Vrien den van Melle en andere Gemeenten ons vervoegen. Th. V. W. Met Gen vriend Leopold Boone, Eere- Voorzitter van het Ziekenfonds, is het veel beterer is veel hoop van gene zing. In de kunstmatige Zijfabriek van den Tragel werkt reeds 60 man, T'Aalst is veel kloek, neerstig, ieverig Volk, bereid tot alle slach van werk. 't Minis terie heeft 50,000 fr. hulpgeld gegeven voor den Boul- vard Wildernis, eilaasdie geenen eens weerd iser wordt daar geen een huis bijgebouwd. Wat zijn er toch in Aalst geldverkw istende kemels, gemaakt met 't geld der arme Lastenbetalers. In Aalst kan 't Bier pas- sepren al worül itcl ouJ *1.-•!- Bier, zeer zeldzaam; maar op veel piaatsen is 't Bier zoo slecht dat de Geneesheeren eenparig zeggen 't Bier is een langzaam vergif. Die slechte toestand kan verbeteren door het wetsontwerp neergelegd in 1903 door Pastoor Daens en Advokaat De Backer en door mij vernieuwd in 1906. Ik werk nu om met verscheide Leden der Kamer een Wetsontwerp neêr te leggen tegen de vervalsching van 't Bier. Krussel iXoord-Stalie. De uitgang langs de Vooruitgangstraat is in aanbeste ding de Reizigers uit Aalst met trein van 6 ure 13 klagen dat ze zoo dikwijls te Brussel de treins voor Luik en Namen missen. Er is maar 4 minuten tijd, en met hard te loopen, als alles wel gaat, ge komt eren de menschen die niet kunnen loopen 1?1?1 Trottard, zegt de Waal, blij ven wachten ^nHprvnAiuiri De Hoofdladers en Laders l enaermouae. kl3?en dat zij somtiids moeten den zondag komen arbeiden en niet betaald wor den!!!??? Is dat waarlijk zool En duurt dat reeds vele jaren Ja, goed Nieuws 't Wordt een algemeene looping 1 voor de klein Staatsbedienden en Staatswerklieden. Elk j begint er voor te loopen Al de Kandidaten-Volksverte genwoordigers veel ander politieke mannen, M. De Sa- deleer, ja zelfs de oude heer Woeste loopt, dat zijn flan- kaarts 'ne meter omhoog vliegen. Hoe meei ze loopen, hoe beter en ze mogen er al de I eer van hebben, ais 't Goede maar gedaan wordt. naar boven geloopen, misschien reeds voor de Man, smeekte de Vrouw in de goot, als dat monster Ik had iets ge hoord.. Als ze mij zag, is; ze weggeloopen en moest haar prooi laten vallen maar te laat. Te laat I te laatl zoo kermde de Bakker, ter wijl hij het lijk der Duif in handen nam Die doode Duif in zijn handen werkte op hem als electriek zijn woedende droefheid werd ra- zige gramschap nooit had zijn Vrouw hem in zulken toestand gezien 't braaf mensch beefde ervan, en niet zonder rede Die u vermoord hebben, zoo riep Bakker J Natus, die u vermoord hebben, zullen hun straf niet ontloopen zullen zij hun straf niet ont- loopen Leven om leven dood voor dood Vandaag nog, ze moet eraan Ik wil die Kat voor mijn oogen niet meer zien, riep of beter brulde hij Dat is nu toch spijtig, bracht zijne Zuster ertusschen, meinende hem aldus te bedaren, risteren ons zoo goed vermaken met die brave Familie van den Gareelmaker Dat was olie op 't vuur Ge noemt gij dat een brave Familie, zoo schreeuwde de Bakker een brave Familie die moordenaars kweekt om mij in 't ongeluk te dompelen, ge noemt ge dat een brave Familie; welnu, ge moogt het weten ik heb ik mijn volle goeste van zulke brave Familie,... ik wil ik daar geen gemeens meer meê van ston den af aan, 't is gedaan Ze mag zij haren schoonen Leander opstoven, mag zij hem op stoven dat hij nog onder mijn oogen Ach Broêr, onderbrak zijne Zuster, voor een onnoozel Duif. Onder mijn oogen mag hij niet meer ko men, den drummer kwest is hij niet blij over het onherstelbaar verlies dat ik kom te doen... Het is gedaan, en gedaan voor altijd, ja, voor eeuwig dat wil Maar wat gebeurt er Bakker Natus zwijgt zwijgt eensklaps siil; hem dunkt hij heeft iets gehoord op den zolder zou... indien het zoo ware... Wat is dat die zweem van Vreugd op zijn wezen met de doode Duif in zijn hand loopt, vliegt hij den trap op, zonder bijna de treden te getaken Ach, roept zijn Vrouw, sint Donatus, Pa troon tegen D®nder en Bliksem, sta ons bij. ('t Vervolgt)

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

Het Land van Aelst | 1908 | | pagina 1