te toegevend geweest rijn, als wanneer zijne vrouw tiok was Daarenboven, Madame vHlde vortrekkon. Er viel geen weerstand te bieden, want rij was grillig. In den trein is Oadignan niet alleen geweest met ma dame; men mag overigons niet vergeten dat deza riek was. Kort nadien trouwde de broeder van Oadignan, co Oadignan moest vertrekken. Oadignan heeft beweerd dat Yandersmissen hem den 12 maart rijnen walg voor het echtelijk leven had toevertrouwd. En nogtans is er oen brief van Oadignan uit Nevers, den 12 maart, zoodat Oadi gnan 08rst den 13 muarb kon te BrusBol zijn. Dage nen die de brochuur van Oadignan hebben ingege ven, hebben dus slechte inlichtingen bezorgd zij hebben gelogen. De moeder van Oadignan schreef aan Mad. Yan dersmissen, zij ook dus vermoedde de misdadige be trekkingen nietzij geloofde aan hare eerlijkheid. En Vandersmissen zou moeten alles geweten hebbon, wanneer de ouders zelf niets gisten! Wanneer Oa dignan zijne moeder bedroog met haar te zeggen dat hij van zin was te trouwen, richtte de moeder zich tot Vandersmissen M. de Voorzitter bevoelt do bijvoeging, der uit spraak van den tuchtraad der advokaton, bij hot dossier. Mr De Ro. Oadignan, te Heyat, vergezelde Van dersmissen, telkens als hij alleen zou kunnen blijven hebben bij madame, omdat hij de ongepastheid van zulken toestand inzag. Wat verwonderlijks is er dus dat Vandersmissen niets vermoedde! Het ia to Brussel dat Oadignan de gelegenheid, had alleen te zijn met madame, terwijl VandoramisBen zich bezig hield mot zijn zaken. Daarenboven, te Heyst was de moed»r van Mad. Vandersmissen insgelijks aan wezig. Men heeft gesproken van koppelbrieven ge- heel de zaak bepaalt zich bij aanbevelingen van den beschuldigde, die zijne vrouw gelastte goed voor hare gezondheid te zorger Altijd aeeft andorsmisson toegegeven aan de gnllon zijner vrouw, die hij aanbad. Daarenboven Hij geloofde aan do .ierlijkheid van'Oadigrar.. Kot openbaar ministerie hoeft gezegd dat Vandersmisüen wi' t dat adignan nder voogdij stond en geen gel dige vorbindtenia kon aangaan, En nogtans schreef Oadignan het openbaar ministerie weot het wel dat er enkel bedreiging bestond van hem onder voogdij to stellen, indien Gabriela Fongeras aan zijne ouders schreef. Hij verzocht Vandersmissen hem te helpen om zijne betrekkingen met Gabriela vorborgen te houden. Het is voldoende de briefwisseling te lezeB, om overtuigd te zijn dat Vandersmissen altijd te goeder trouw hoeft gehandeld. In October 1S85 verdween OadigEan zonder zijne schaldoischers to betalen. Da moedor van Oadignan schreef aan Vaders miss en en aan zijne vrouw aoodus vermoedde zij niets u Nooit zal ik uwe weldaden vergeten, n Oadignan werd weldra aangehouden. Oadignan, die een bedrieger is, alles bewijst het, schrijft aan den prokureur des konings om Gabriela Fougeras te verontschuldigen en Vardorsmissen aan te kla gen. Oadignan, vader, verontweordigd, verklaart dat hij zelf zijnen zoon heeft aangeklaagd, en dat hij dezen achter de grendels wil doen houden. Do moe der Bcbreef dat rij niet kon geloovea dat haar zoon de eerloosheid zoo ver gedreven had, Oadignan zotte nogtans zijn laf werk voort; den 14 november 1885 schreef hij op nieuw aan den prokurenr der Koaings. Op dit oogonblik weigerden MM. Bara en Woeste zich met do verdediging van Oadignan te gelasten. Don 10 januari vernam Vandersmissen, waar schijnlijk door zijne vrouw, dat Oadignau niet alieon het portret zijner vrouw, maar ook dat van dsn beseftuldigdo ei dat van hun kind bezat. Vander- smis&uu e echte dio portretten terug. Vaxdeusmishex. Hij zond mijn portret en dat van mijn kind terug. Hij behield dat van madame. Mr DE Ro. Den 12 januari beweerde OadigDan dat men brieven zou vinden van madame, welke hare schuld bewezen. Hij eiachte dat die brieven aan deu beschuldigde meegedeeld Werden, en deze deed wat zijne eer hem bevool van te do-u hij wilde ze zien. Eü toen riep hij uitu Gij rijt een ellen- doling Maar hoen moot "gij hebben voor die brieven 1 Vanderemissan wi ie doceer zijner vrouw, don naam van zijn kind r ddenl Oadignan antwor 1de n toont dat ik onplichtig ben en ik zal u al t oruggeven. ii Vandersmisson wilde dat voorste .nreerdon. Do rechter kwam er tuBschen, want ieó- ?on behalve hier hst open baar ministerie id nedelijden met den onge lukkige. De onder: Narechter Lenaerts heeft ver klaard dat Vander missen niet geloofde aan de plichtighrid zijner - .uw, dat hij als door den blik sem geslagen was. j De brieven, weit Oadignan bij hot dossier heeft doen voegen, toonv.a aan dat er lichtzinnigheden begaan zijn, doch er is geen bewijs van echtbreuk. Het is alsdan ia': tie eerlooze broohnnr van Oadi gnan vorscheen. wel fce door zekere dagbladen werd uitgebuit. Vatde- '.misBen schroef aan do oudora van Oadignan om gedacht te keunen. Ziehier het antwoord dat van don vader kreeg ii Nie mand, meer dan i treur uw ODgeluk; mijn zoon is door geheel Ie fd ii' weggejaagd. Dit alios hee i de: Oadignan aan den stok houder van de orao ier i lvokaten bevestigd, toon Vandersmissen rear den tuchtraad verscheen, u Ik ben het, schraal hij, die de klacht heb.ingediead. Ik wil niet dat mijn :oon nieuwe slaohtoffers make. Niemand heeft raad gegeven. En nogtans was de baat tegen Vandersmissen zoo groot, dat een br.'ueselscii dagblad dierf schrijven ii Ia den brii van gra-rf de Oadignan aan den stok houder, wordt g: dat do vader bij den policie kouitnissaris gel geweest is door Vandersmissen. n Dot is eone eerloo iheidHet geheim der brieven zou door den stoi.b der geschonden geweest zijn Dat was valstb j. Oadignan vader zegde juist het teg<movergs8teldc,vp.n wit het blad beweerde. Vandersmissen wilde de waarheid doen kennen; zijne advokaten raadden het hem af. Later deed V anders-nis tuchtraad bijeenroepen om rijn geditg e ""derie... Wat wa* i gezegde woonstschennis, 'V bij idignan zou ge pleegd geweest rijn 1 Do prokureur generaal heeft zeil gcBchióven dat de ingediende klacht van allen grood ontbloot was. Dat is voldoende. De oppersten der balie hebben het gedrag van Vandersmissen beoordeeld. Wij willen al het gewioht van hnnne beslissing doen uitschijnen. Aangaande de schennis van het beroepsgeheim, verklaren zij dat Vandersmissen niet verantwoor delijk was, uit hoofde van don gomoadstocstand waarin hij zich bevond. In het tegenwoordig proces o or doolt de aivokaat-generaal er anderB over. Wat de geldkeningon betreft, de tuchtraad heeft bevonden dat Vandersmissen geldopofl'.:ritgan ga. da»n heefb, ton gevolge der grooto uitgaven zijner vrouw. M. Somzée heeft hem 15,000 fr. geleend. Ia februari 1885 bevond Vandersmissen zich tij delijk in geldveilegenheidhij vroeg gold aan Oadignan, als aan een boezemvriend. Oadignan antwoordde zelfs niet. Hot is dan ook niet in fe bruari, maar later, tegen het einde van het jaar, dat M. Vandersmissen het verschuldigde terugbetaald hoeft aan M. Somree. De beslissing van den tuchtraad bcstntigt dat in november 1885, Oadignan 90,556 fr. Bchuldig was aan Vandersmissen. In plaats dus van dezen dien- san bewezen te hebben, heeft hij er ontvaugen. Vanderamissan hooft aan Oadignan voor meer dan 150,000 fr. verloren. De tuchtraad, besluit Mr Do Ro, is voor M. Yaa- dorsmisson onpartijdiger geweest dan het openbaar ministerie hij heeft niet geluisterd naar de ophit singen der drusp^rs. De zitting worde tot 1 3/4 ure opgoschorat. Namiddagzitting Bij da herneming der zitting, eotto Mr De Ro zijne ploitrede voort. Mr l'E Ro. Na de bekendmakingen van Oadignan .moest VandersmisBou zijne vrouw verwijderen. Ka pitein Reoaux vindt dat cr niets op zijn gedrag te ««knibbelen is, en blijft iu betrekking met den be schuldigde. Al degenen die zijnen toestand hei den, bi achten huidu aan zijne achtbaarheid. Vandersmissen liet aan zijne vrouw toe haar kind te bezooken. Hij deed wat een man van eer in zijn toestand moeBb doon. Do briefwisseling geeft er hot bewijs van. Don 13 januari sehroef Mad. Vandersmissen: ii Ik vertrek, omdat gij het beveelt, maar ik ben onschuldig. Ik zal u zoo zoer beminnen, dat iko alles zal doen vergeten, Don 15 schreef zij nog: "gij veroordeelt mij,,on nogtans ik ben niet plichtig misschien in de brieven, maar toch niet door daden. Den 17 januari schrijft eïj 11 Gij rijt goed; hebt medelijden met uwe ongelukkige vrouw Don 18 januariErbarming voor uwe ongeluk kige vrouw! Dezo laatste brief is vol wanhoops kreten en sme' kingen. Vandersmissen antwoordt Ik zal goed zijn naar hot voorbeeld van God, en Magdalena zal bat pand onzer verzoening zijn. ii Ziedaar hoo do v er- zooning voorbereid werd. Den IS januari schrijft madame een vertrouwe- lij kon brief u dank vriend; nooit meer zult gij mij iets te verwijten hebben. Maar waarom voortgaan met het proces tot echtscheiding 1 ii Er baiden samenkomsten plaats to AalBt, in bij wezen van don notaris Vandersmissen. Don 29 jannari, nieuwe brief van madame n Ik zal mij laten voroordeelen. Ik ben half zinneloos. Ik hoop dat gij mij zult komen bezoeken. Gedenk dat ik niet plichtig bon aan echtbreuk. Den 2 februari schrijft zij opnieuw ii Mij dunkt dat gij mij wel zoudt kunnen schrijven ik bon zoo ongelukkig. Scheiden wij toch niet 1 ii Den 3 februari schrijft de beschuldigde h ik kan uwe brieven niet verdragen; zij doen mij weenen. i» Vandersmissen verlangt echter dat zijne vrouw zich rechtvoerd'ge. Deu 5 februari schrijft hij aan zijn broedor dat hij nog vermoedens heeft. Hij wil een onderzoek voor zijne echtscheiding doen instellen. De advokaat Jolly was van dit alles verwittigd. Vandersmissen werd kwaad. Zyce vrouw bad be loofd alles goheim te houden,en zij haastte zich alles bekend te maken Mr Lkjeune. Ea het openbaar ministerie beweert dat de beschuldigde toen uit de armen zijner vrouw kwam Mr De Ro. Denzelfdan dag schreef madame nog om oene verzoening teweeg te brengen zij zegèe ii kom mij 'a avonds weer bosoeken. n Den 6 februari zijn er vijf smeekbrieven vaa de vrouw. Vandersmissen geeft toe aan hare smeekin gen.Hij bezoekt haar, om haar te troosten, niet om bij haar te blijven. Wat zegde Vandersmissen u Ik zou mij met u wel willen 7orzoenon, dooh men zou dat uitloggen ten mijnen nadeele. Noen! Bewijs mij uwe onsohuld, en alles is uit... n Nooit is er eone definitieve verzoening gewaest. Den 22 februari schreef Mad. Vandersmissen om hem verwijtingen te doen. De beschuldigde wilde echter niet meer terugkee- ren. Den 17 schreef hem M. Ljon Renaux dat madame ziok was on hij verzocht hem haar te bezoe ken. Don 30 maart deed de tuchtraad uitspraak. Mad. Vandersmissen begeeft zich bij haren advo kaat, Mr Jolly, dio sedert 2 maanden de brieven kende, en zegt u nu bij wil schoiden, laat hem maar gaann In al dio omstandigheden is geen bewijs van ver zoening te vinden het beroepshof heeft er aldus over beslist in eone soortgelijke zaak. Doch het publiek, de drukpers, de broeders van Vandersmissen hebben aan piiebtige toegevendheden moeten gelooven de toestand, het krediet van den beschuldigde waren bedreigd. Nogtans, zoo Mad. Vandersmissen niet kost wat kost had wiliou nat trokken uit dio zoogezegde ver zoening, zbo op hut oogonblik van den moordaanslag, zij hot hatelijk woord niet bad uitgesproken, dat zij uitgebracht heeft, dan had de jury over deze zaak niet mo«ten z j o oerdeel vellen Zoo Vandei smissen moi-ut veroordeeld werden, dau zou uien moeten zeggen dat het niet meer vol doende is goed en edclmo dig te zijn, maar dat m*n daarenboven moet hardvochtig zijn. Öij hebt, M. de advokaat-genera*', de veroor-

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

Het Nieuws van den Dag | 1886 | | pagina 2