Voor onze verlaten Schippersbevolking
FOTOGRAFEEREN
ONS LAND IN WOORD EN BEELD
69
Een oude boot, met pannen bedekt en tot vaste
woning-.ingericht is ook een oplossing van het zoo
netelige verblijfsvraagstuk. Onze praktische vis-
scher renteniert hier langs de vaart en is er den
Koning te rijk.
Aan de oevers van de Schelde te Baesrode.
Daar is geen andere redding voor de schipperskinderen
en ten slotte voor de schippersbevolkingdan een betere
opvoeding en een degelijk onderwijs toegepast op hun
later beroepsleven, en dat in een internaat. En wel zoo
danig, dat de kinderen in eenzelfde gebouw eten en
slapen en onderwezen worden.
Te Brugge nu, heeft men het stoute stuk aangedurfd,
om op eigen hand een internaat op te richten, dat met
15 September opent. Ware moederlijke zorg zal er den
kinderen verstrekt worden door de flinke Zusters van
Pithem, onder het bestuur van
hoogergenoemde Paters.
Ik zeg een stout stuk; en in
derdaad wel hebben de stad
en provincie edelmoedig ge
steund, maar komt eens even
kijken naar Pater Tillo als hij
op zijn bureau aan 't cijferen is
in tegenwoordigheid van zijn
aannemer, en gij zult spoedig
weten hoe laat het is. Wan
neer zijn bouw zal betaald
zijn, bouw en stoffeenng, wat
in de verste verte nog niet
mogelijk is, en de kinderen
talrijk God geve 't zul
len anwezig zijn, dan heeft
hij nog geen patat in den kel
der en geen boterham op tafel.
En toch vooruit, niet waar.
Voor het eerste vrij internaat
in Vlaamsch-België. Het moet
er doorWe steunen op de
Voorzienigheid die ons pijnen
en pogen zal zegenen. Het gaat
erom het meesj verlaten en
een zeer moedig en goedhartig
deel onzer bevolking vooruit
te helpen.
Wie wil ons steunen
Ook het minste wordt met
dank aanvaard op postcheck
53.361, Komvest, 32, Brugge.
Wonderbare moerbeziënboom in den hof der pas
torij te Schelderode.
Daar is een soort menschen, welke, tot nog toe,
niet cf in geringe mate en alleszins onvoldoende, de
aandacht en de bezorgdheid hebben verkregen welke
zij verdienen. Ik bedoel de schippersbevolking.
In ons land zijn ze met ettelijke tienduizendtallen.
Het is er ver van af dat allen zouden arme men
schen zijn. Eenigen stellen het zelfs zeer wel in stoffelijk
opzicht. Maar het grootste deel dergenen met wie ik in
betrekking mocht komen, zijn echte wroeters.
Zij varen over de binnenwateren van België, Hol
land, Noord-Frankrijk en West-Duitschland. De ach
terlijkheid der meesten is éénig. En dat, in alle opzich
ten. Het moet nochtans gezegd zij zijn zeer dikwijls
de slachtoffers van hun beroep.
Ik overdrijf niet, waar ik beweer de ongeletterdheid
onder de schippersbevolking op 60 en 70 t. h. te mogen
rekenen, wat ons land betreft. Wat een ellendeEn
waar zouden ze ook ter school gaan Indien de schip
perskinderen met de ouders medevaren, dan kunnen zij
zoolang naar éénzelfde school gaan als de ouders op
dezelfde aanlegplaats verblijven; en wat beteekent dan
het onderwijs van een kind dat alle acht da-gen van
school verandert En indien er
gevraagd' wordt dat de ouders
hun kinderen aan wal zetten of
aan een internaat toevertrou
wen, waar zijn de schippers
die het volledig pensioen van
meerdere schoolgaande kinde
ren kunnen betalen
Regelmatig ontmoeten wij
kinderen van 10 tot 14 jaar
oud, die noch lezen noch
schrijven kunnen, hun gebeden
niet kennen, hun eerste Com
munie niet gedaan hebben,
enz. En ik vraag u dan eens
het reuzenwerk te schatten der
genen, die zich den heelen dag
besteden om deze kinderen
vooruit te helpen.
Benaderend gerekend zou
den er 5,000 schipperskinderen
zijn. En merkt wel geen Con-
goleesche, geen Hongaarsche,
maar kinderen van den lande,
uit onze naaste omgeving.
Wat moet daarvan gewor
den Ongeletterd, godsdienstig
en zedelijk verwaarloosd en
zelf - verzuimend, eischt de
nood van het schippersvolk
dikwijls een apostolaat als het
Apostolaat van Congo in Bel
gië.
Een der droevigste gevallen welke ik ontmoette, is
het volgende vader en moeder en, tot nog toe, 10 kin
deren. Zij hebben met hun twaalf 3 a 4 vierkante meter
om er te eten, te slapen en te wonen. Het oudste kind
is 14 jaar, en heeft, evenmin als zijn broers of zijn zus
ters, van zijn leven een school gezien. Zwarte armoe op
heel de lijn Nooit een lach in die donkere mijn
Hier en daar wordt gewerkt, en zelfs zeer verdienste
lijk, als te Namen, te Antwerpen, onder de leiding van
E. H. Segers en den heer Deben, te Gent. met den
flinken Pater van den Haute, te Brugge door de Paters
Capucienen Tillo en Didakus; sed quid haec inter tantos
Langzaam, moeizaam isjokken ze gezamenlijk door
de straten... de een torst het groote fototoestel, de
ander de tasch met de platen de belichte angstvallig
gescheiden van de goeie De man met het toestel
schijnt de baas, de patroon, de ander de bijlooper te
zijn; in ieder geval is hij van lager komaf dan de
baas, wien het is aan Te zien dat hij betere dagen
gekend heeft, ondanks zijn rafelige streepbroek.
Het is Woensdagmiddag en in de straten waar wij
de compagnons aantreffen is het druk, de jeugd heeft
vrijaf, speelt in de boomlooze, triestige straat, voert
kattekwaad uit..., is de vent op den hoek aan 't pesten,
of speelt voetbal.
Ach ja, ze hebben niet veel, de kleine schooiertjes
daar in die dooie straat-
Geen wonder dan ook, dat ons tweetal weldra was
opgemerkt en door eenige belhamels omringd.
Jande fotograaf... Kom hier, dan- gaat g'er
ook op
Ze dringen om de mannen heen, vragen of ze komen
kieken. Als een loopend vuurtje gaat het door de
buurt. De fotografen zijn daar en dra is de stoet
zoo groot geworden, dat meneer het aantal vol
doende toeschijnt om de geheele kudde op de gevoelige
plaat te vereeuwigen.
Hier blijven staan, anders komt g'er niet op
decreteert hij. De bende houdt halt. Nu «stelt hij ze
op. De achtergrond een schoolmuur, bezoedeld en
besmeurd in de verkiezingsdagen met de namen van
kandidaten voor Provinciale Raden, lijkt ons eerst niet
mooi, maar och, men is hier een dergelijk midden ge
woon en veel zal er ock niet van te zien komen. De
man stelt aan den anderen kant van de straat zijn
toestel op en nu ontstaat er onder de jeugdige portret-
kandidaten een volledige vechtpartij om vooraan te
komen staan. Het wordt zoo erg, dat de helper zich
genoodzaakt ziet krachtdadig op te treden, een der
belhamels naar achteren duwt en een jongen, die in
't gevecht een blauw oog heeft opgeloopen, toestaat wat
meer naar voren te kamen. Of dit is om het geheel te
verfraaiën dan wel als vergoeding bedoeld is het jonge-
mensch te troosten, zouden we niet weten. De meneer
is aan het stellen geslagen onverstoorbaar. Onmid
dellijk constateert hij dat de groep te breed is.
De bijlooper krijgt order ze mee£ opeen te duwen...
Wat kan het u schelen of ze iet er op komen Jaag
ze meer op een hoop
Na lang tobben zal eindelijk worden afgedrukt. Even
nog wachten op een leuken jongen die een voor
hem staande de pet over de oogen slaat... dan nog eens
om de tram te laten passeeren.
- De buurvrouwen hangen uit de ramen... kletsen,
schreeuwen elkander toe of geven hun dochters of
zoons luidkeels raadgevingen, als Strijk dat haar
uit uw oogen, Piet... Kijk nu niet zoo onnoozel,
Willem...
het toestel in de gaten krijgen dat het gebeurd
is, eerst dan vliegen ze met een soort indianenge-
scKreeuw op den fotograaf af en verdringen ze zich cm
de tasch met platen... gooien elkander er tegen aan. en...
't zijn scherven.
Waarlijk, het is in een groote stad geen pretje straat-
fotograaf te zijn R.
De Pastorij van Schelderode.
De troep zit nu stil. Helaas net als de lens opengaat,
rijdt er een bakkersjongen langs het toestel, na- en uit
gevloekt door de meneer.
Nog lang daarna wacht het stel op de dingen die
komen zullen en eerst als ze door het weghalen van